ID.nl logo
Stappenplan: zelf je trap renoveren met nieuwe bekleding
© koni film - stock.adobe.com
Huis

Stappenplan: zelf je trap renoveren met nieuwe bekleding

Een trap in een woning wordt veel gebruikt en krijgt dus behoorlijk wat te verduren. Op een gegeven moment is het tijd voor een renovatie. Dat is een klus die je zelf kunt doen als je een beetje handig bent. Je leest hier hoe je dat aanpakt.

In deze handleiding lees alles over het renoveren van een trap. Wat heb je allemaal nodig en hoe ga je systematisch te werk? Van plan om je complete interieur een nieuwe look te geven? Laat je inspireren door deze tips.

Benodigdheden

• De nieuwe bekleding:
◦ Overzettreden: meestal hout of PVC
◦ Stootborden (bij een gesloten trap)
◦ Afwerklijsten
• Hand- of decoupeerzaag: kies voor fijne tanden voor het mooiste resultaat
• Schuurpapier en schuurmachine
• Rolmaat of duimstok
• Montagekit

Lees ook: De juiste zaag voor iedere klus

Stappenplan

• Bepaal hoeveel materiaal je nodig hebt • Verwijder de huidige trapbekleding • Meet de omvang van iedere individuele trede • Zaag het materiaal op maat • Meet en zaag de stootborden en afwerklijsten • Bevestig de materialen op je trap

Hoeveel traptreden heb je nodig en wat is de vorm van je trap?

Voor je begint, bepaal je wat je precies nodig hebt, zodat je niet onnodig veel uitgeeft aan materialen. Rechte trappen zijn het makkelijkst te bekleden, maar in Nederland hebben de meeste trappen een bocht. Tel het aantal treden; over het algemeen zijn dat er 13 of 14. Verder speelt het een rol of jouw trap open of dicht is, oftewel: kun je tussen de treden door kijken? Een open trap heeft geen stootborden nodig. Maar het is wel zo fraai om ook de andere kant van de trede af te werken, aangezien die bij een open trap zichtbaar is.

Het verwijderen van de oude bekleding van de trap

Bij het verwijderen is het vooral belangrijk om aandacht te besteden aan de lijmresten. Anders hecht de nieuwe laag niet goed. Demonteer eerst de bovenlaag. Ga daarna met een krabber over de treden om de grofste lijmresten en oneffenheden weg te werken. Schuur de trap vervolgens met een schuurmachine voor een egale ondergrond. Met de hand schuren is mogelijk, maar gezien de omvang van een trap niet aan te raden.

©U. J. Alexander

Het opmeten van de maten van rechte treden

Het opmeten is de stap waarin de meeste fouten gemaakt worden, vooral bij trappen met een bocht. Ga dus secuur en systematisch te werk. Meet de breedte en de lengte van de traptrede en teken dit af op het nieuwe materiaal voor bekleding. Maak, wanneer je dat handig vindt, gebruik van een trapspin. Daar lees je meer over in de volgende alinea. Het is handig om zowel de trede op de trap als het nieuwe materiaal te nummeren.

©zephyr_p

Treden opmeten met een irreguliere vorm: de trapspin

De bocht in een trap is het meest lastige gedeelte omdat elke trede een unieke vorm heeft. Gelukkig bestaat er een speciaal gereedschap om ook deze treden snel en nauwkeurig op te meten: de trapspin. Er zijn verschillende modellen, maar ze werken op een vergelijkbare manier. Een trapspin bestaat uit een aantal poten, minstens zes. Deze zijn los van elkaar te bewegen en vast te zetten met de bijgeleverde vleugelmoeren.

Zo gebruik je de trapspin voor het opmeten van traptreden

Plaats twee poten van de trapspin aan de voor- en achterzijde van een traptrede. Vervolgens duw je twee poten tegen de zijkanten van de trede aan. Zet de trapspin vast met de vleugelmoeren. Deze houdt nu de vorm vast en hiermee creëer je een soort mal. Die til je op en neem je mee naar de nieuwe trapbekleding. Zorg ervoor dat je de moeren stevig vastdraait zodat de mal bij het verplaatsen niet vervormt. Teken de vorm af op het nieuwe materiaal. Hierdoor weet je over welke lijnen je moet zagen voor de exacte afmetingen.

Bij een flink aantal trappen zijn de treden die in de hoek liggen irregulier aan de zijkant. Gebruik in dat geval extra poten van de trapspin. Lees de specifieke instructies die bij de trapspin horen voor de mooiste resultaten. Schuur na het zagen de sneden bij voor een glad eindresultaat.

Bij een gesloten trap: stootborden opmeten

Leg de nieuwe treden op hun plek, maar bevestig ze nog niet. Meet nu de hoogte en breedte van het achterbord op. Doe dit altijd terwijl de nieuwe overzettreden op hun plaats liggen voor de exacte maat.

Het opmeten en plaatsen van de afwerklijsten

Over de opstaande gedeeltes van traptreden plaats je afwerklijsten. Bij een open trap zitten die aan beide kanten. Zorg ervoor dat de lijsten die je koopt de juiste hoogte hebben. Meet vervolgens de breedte op en zaag de afwerklijsten op maat. 

©Simin Zoran

Het passen en plaatsen van de overzettreden

Pas als je alles op maat hebt gezaagd, is het tijd om de onderdelen vast te zetten. Gebruik montagekit om alles te monteren. Begin bovenaan en plaatst als eerste de overzettreden en vervolgens de stoorborden en afwerklijsten. Werk de naden indien gewenst af met (gekleurde) kit.

Toch liever niet zelf aan de klus? 👇

Vraag een offerte aan voor traprenovatie:

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.