ID.nl logo
Stappenplan: zelf je trap renoveren met nieuwe bekleding
© koni film
Huis

Stappenplan: zelf je trap renoveren met nieuwe bekleding

Een trap in een woning wordt veel gebruikt en krijgt dus behoorlijk wat te verduren. Op een gegeven moment is het tijd voor een renovatie. Dat is een klus die je zelf kunt doen als je een beetje handig bent. Je leest hier hoe je dat aanpakt.

In deze handleiding lees alles over het renoveren van een trap. Wat heb je allemaal nodig en hoe ga je systematisch te werk? Van plan om je complete interieur een nieuwe look te geven? Laat je inspireren door deze tips.

Benodigdheden

• De nieuwe bekleding:
◦ Overzettreden: meestal hout of PVC
◦ Stootborden (bij een gesloten trap)
◦ Afwerklijsten
• Hand- of decoupeerzaag: kies voor fijne tanden voor het mooiste resultaat
• Schuurpapier en schuurmachine
• Rolmaat of duimstok
• Montagekit

Lees ook: De juiste zaag voor iedere klus

Stappenplan

• Bepaal hoeveel materiaal je nodig hebt • Verwijder de huidige trapbekleding • Meet de omvang van iedere individuele trede • Zaag het materiaal op maat • Meet en zaag de stootborden en afwerklijsten • Bevestig de materialen op je trap

Hoeveel traptreden heb je nodig en wat is de vorm van je trap?

Voor je begint, bepaal je wat je precies nodig hebt, zodat je niet onnodig veel uitgeeft aan materialen. Rechte trappen zijn het makkelijkst te bekleden, maar in Nederland hebben de meeste trappen een bocht. Tel het aantal treden; over het algemeen zijn dat er 13 of 14. Verder speelt het een rol of jouw trap open of dicht is, oftewel: kun je tussen de treden door kijken? Een open trap heeft geen stootborden nodig. Maar het is wel zo fraai om ook de andere kant van de trede af te werken, aangezien die bij een open trap zichtbaar is.

Het verwijderen van de oude bekleding van de trap

Bij het verwijderen is het vooral belangrijk om aandacht te besteden aan de lijmresten. Anders hecht de nieuwe laag niet goed. Demonteer eerst de bovenlaag. Ga daarna met een krabber over de treden om de grofste lijmresten en oneffenheden weg te werken. Schuur de trap vervolgens met een schuurmachine voor een egale ondergrond. Met de hand schuren is mogelijk, maar gezien de omvang van een trap niet aan te raden.

©U. J. Alexander

Het opmeten van de maten van rechte treden

Het opmeten is de stap waarin de meeste fouten gemaakt worden, vooral bij trappen met een bocht. Ga dus secuur en systematisch te werk. Meet de breedte en de lengte van de traptrede en teken dit af op het nieuwe materiaal voor bekleding. Maak, wanneer je dat handig vindt, gebruik van een trapspin. Daar lees je meer over in de volgende alinea. Het is handig om zowel de trede op de trap als het nieuwe materiaal te nummeren.

©zephyr_p

Treden opmeten met een irreguliere vorm: de trapspin

De bocht in een trap is het meest lastige gedeelte omdat elke trede een unieke vorm heeft. Gelukkig bestaat er een speciaal gereedschap om ook deze treden snel en nauwkeurig op te meten: de trapspin. Er zijn verschillende modellen, maar ze werken op een vergelijkbare manier. Een trapspin bestaat uit een aantal poten, minstens zes. Deze zijn los van elkaar te bewegen en vast te zetten met de bijgeleverde vleugelmoeren.

Zo gebruik je de trapspin voor het opmeten van traptreden

Plaats twee poten van de trapspin aan de voor- en achterzijde van een traptrede. Vervolgens duw je twee poten tegen de zijkanten van de trede aan. Zet de trapspin vast met de vleugelmoeren. Deze houdt nu de vorm vast en hiermee creëer je een soort mal. Die til je op en neem je mee naar de nieuwe trapbekleding. Zorg ervoor dat je de moeren stevig vastdraait zodat de mal bij het verplaatsen niet vervormt. Teken de vorm af op het nieuwe materiaal. Hierdoor weet je over welke lijnen je moet zagen voor de exacte afmetingen.

Bij een flink aantal trappen zijn de treden die in de hoek liggen irregulier aan de zijkant. Gebruik in dat geval extra poten van de trapspin. Lees de specifieke instructies die bij de trapspin horen voor de mooiste resultaten. Schuur na het zagen de sneden bij voor een glad eindresultaat.

Bij een gesloten trap: stootborden opmeten

Leg de nieuwe treden op hun plek, maar bevestig ze nog niet. Meet nu de hoogte en breedte van het achterbord op. Doe dit altijd terwijl de nieuwe overzettreden op hun plaats liggen voor de exacte maat.

Het opmeten en plaatsen van de afwerklijsten

Over de opstaande gedeeltes van traptreden plaats je afwerklijsten. Bij een open trap zitten die aan beide kanten. Zorg ervoor dat de lijsten die je koopt de juiste hoogte hebben. Meet vervolgens de breedte op en zaag de afwerklijsten op maat. 

©Simin Zoran

Het passen en plaatsen van de overzettreden

Pas als je alles op maat hebt gezaagd, is het tijd om de onderdelen vast te zetten. Gebruik montagekit om alles te monteren. Begin bovenaan en plaatst als eerste de overzettreden en vervolgens de stoorborden en afwerklijsten. Werk de naden indien gewenst af met (gekleurde) kit.

Toch liever niet zelf aan de klus? 👇

Vraag een offerte aan voor traprenovatie:

▼ Volgende artikel
Gamers, opgelet: de ROG Xbox Ally en Ally X komen in oktober!
© ASUS
Huis

Gamers, opgelet: de ROG Xbox Ally en Ally X komen in oktober!

ASUS Republic of Gamers (ROG) heeft op Gamescom 2025 in Keulen de ROG Xbox Ally en de krachtiger ROG Xbox Ally X onthuld. Beide handhelds liggen vanaf 16 oktober 2025 wereldwijd in de winkels. Bezoekers van de gamingbeurs kregen deze week de primeur om de nieuwe apparaten zelf uit te proberen.

Laten we beginnen met wat specs: de standaard ROG Xbox Ally draait op een AMD Ryzen Z2 A-processor met vier Zen 2-cores en acht RDNA 2-GPU-cores. In combinatie met 16 GB LPDDR5X-6400 RAM, een 512 GB SSD en een 60 Wh-batterij mikt dit model op solide prestaties voor onderweg. De Ally X gaat echter nog een stapje verder: deze versie krijgt de nieuwe AMD Ryzen AI Z2 Extreme met acht cores, zestien threads, 16 RDNA 3.5-GPU-cores en een geïntegreerde NPU. Daarbij hoort 24 GB sneller LPDDR5X-8000 werkgeheugen, een 1 TB SSD en een grotere 80 Wh-batterij voor langere speeltijd.

Xbox-ervaring in handheld-vorm

Bij het inschakelen start de Ally direct in een fullscreen Xbox-omgeving. Daarmee voelt het apparaat aan als een natuurlijke uitbreiding van de console, terwijl Windows 11 onderliggend toegang biedt tot je volledige pc-bibliotheek. Spelen kan via Game Pass, Steam en andere pc-stores, maar ook via cloudgaming of remote play vanaf een Xbox-console. Xbox heeft bovendien met gamestudio's samengewerkt om duizenden titels beter geschikt te maken voor handhelds. In de bibliotheek verschijnen nieuwe aanduidingen als Handheld Optimized en Mostly Compatible, zodat je meteen weet welke games vlekkeloos draaien.

©ASUS

Scherm, geluid en comfort

Zowel de Ally als de Ally X hebben een 7-inch Full-HD-scherm met 120 Hz verversingssnelheid, 500 nits helderheid en FreeSync Premium voor vloeiende beelden. Het scherm is beschermd met Gorilla Glass. De Ally X onderscheidt zich met dual Smart-Amp speakers, vibrerende triggers en subtiele RGB-verlichting rond de sticks voor extra feedback. Ook ergonomie kreeg de nodige aandacht: de vorm van de grepen is geïnspireerd op de Xbox-controller, met een gebalanceerd gewicht zodat langere speelsessies comfortabel blijven.

Prestaties en uitbreidbaarheid

Om te zorgen dat de hardware ook bij intensief gebruik koel blijft, introduceert de Ally X een zogenoemd Zero Gravity-koelsysteem dat in elke houding stabiel presteert. Beide modellen zijn bovendien eenvoudig uit te breiden dankzij een M.2-slot voor extra opslag. De connectiviteit verschilt wel enigszins: waar de standaard Ally beschikt over usb-c (3.2 Gen 2), microSD en wifi 6E, voegt de Ally X daar usb 4 met Thunderbolt-ondersteuning aan toe.

©ASUS

Slimme software en AI-functies

Nieuwe softwarefuncties moeten het gebruik verder stroomlijnen. Shaders worden al tijdens het downloaden voorgeladen, waardoor games sneller starten en minder energie verbruiken. Voor de Ally X zijn vanaf 2026 bovendien extra AI-mogelijkheden gepland, zoals Automatic Super Resolution voor hogere beeldkwaliteit en het automatisch vastleggen van hoogtepunten in korte videoclips.

▼ Volgende artikel
Inductie, keramisch of gas: welke pan past bij jouw kookplaat?
© Malkov Konstantin
Huis

Inductie, keramisch of gas: welke pan past bij jouw kookplaat?

Of je nu op gas, inductie of een keramische plaat kookt, het type kookplaat in je keuken bepaalt in grote mate welke pannen je kunt gebruiken. Daarbij draait het vooral om het materiaal van de pan. In dit artikel lees je wat je nodig hebt om zorgeloos en efficiënt te kunnen koken, wat er op jouw fornuis ook staat. Smakelijk alvast!

👨🏼‍🍳 In het kort:

• Gas, inductie of keramisch: zo werken deze kookplaten • Van koper tot roestvrijstaal: welke pan past bij welke kookplaat? • Onderhoudstips voor je kookplaat • Misvattingen ontkracht

Lees ook: Overstappen van gasfornuis naar inductieplaat: de voor- en nadelen

Hoe werkt jouw kookplaat eigenlijk?

Om te begrijpen welke pannen het best op jouw kookplaat werken, is het handig om eerst te weten hoe die kookplaten precies hun werk doen. Een gaskookplaat verwarmt je pan direct via een open vlam: simpel, doeltreffend en visueel controleerbaar. Bij inductie gebeurt dat heel anders: een spoel onder het kookoppervlak wekt een magnetisch veld op, waardoor alleen pannen met een magnetiseerbare bodem zelf warm worden. De plaat zelf blijft koel. Keramische kookplaten zitten daar qua techniek tussenin. Onder een glad glasoppervlak zit een elektrisch verwarmingselement dat de plaat en vervolgens de pan verwarmt.

Van koper tot RVS: welke pan werkt waarbij?

Pannen zijn er in allerlei materialen, en elk daarvan gedraagt zich anders op een kookplaat. Hieronder lees je wat je van de bekendste soorten kunt verwachten.

Roestvrijstaal (RVS)

RVS is een echte alleskunner. Deze pannen doen het goed op alle soorten kookplaten, zolang ze voor inductie wel een magnetische bodem hebben. RVS geleidt warmte iets minder goed dan bijvoorbeeld koper of gietijzer, maar met een goede, dikke bodem kun je er uitstekend mee uit de voeten, ook op inductie.

©tsarenko | Fototocam

Gietijzer

Gietijzeren pannen zijn zwaar, maar daar krijg je gelijkmatige warmteverdeling voor terug. Ze zijn prima geschikt voor gas en keramisch, en door hun magnetische eigenschappen ook voor inductie. Let wel op bij glas-keramische kookplaten: de wat ruwe of ongelijke bodem van gietijzer kan krassen veroorzaken en minder efficiënt verwarmen. Ook het onderhoud vraagt aandacht – afwassen doe je met warm water en keukenpapier, niet in de vaatwasser.

©kseyale

Check: geschikt voor inductie? Bij inductiekookplaten is het belangrijk dat de pan magnetisch is, anders zal deze niet werken. Dit kun je eenvoudig controleren door een magneet aan de onderkant van de pan te houden - als deze wordt aangetrokken, is de pan compatibel.

Lees ook: Zo kook je extra zuinig op een inductiekookplaat

Koper

Met koperen pannen kook je snel en nauwkeurig: koper geleidt warmte als de beste. Tegelijk zijn ze kwetsbaarder voor krassen en deuken, en ze vergen wat meer onderhoud om mooi te blijven. Niet geschikt voor de vaatwasser dus. Op gas en keramisch doen ze het prima, maar voor inductie heb je een speciale bodem nodig. Zonder die aanpassing werkt het simpelweg niet.

©fotofabrika

Aluminium

Aluminium is licht, betaalbaar en geleidt warmte goed. Het doet zijn werk uitstekend op gas en keramisch. Voor inductie moet aluminium speciaal bewerkt zijn – alleen dan werkt het magnetische veld. Aluminium krast en deukt snel, dus voorzichtigheid is geboden bij gebruik én schoonmaak.

Check: geschikt voor keramisch? Voor keramische kookplaten moet de bodem van de pan vlak en glad zijn om een goede warmteoverdracht te garanderen en krassen op de plaat te voorkomen.

Pannen met een dikke, goed geleidende bodem leveren doorgaans het beste resultaat, ongeacht het fornuis. Koper en gietijzer scoren hoog op warmteverdeling en -behoud, terwijl roestvrij staat en aluminium het juist moeten hebben van slimme combinaties en coatings. Denk bijvoorbeeld aan een antiaanbaklaag of een gelaagde bodem, die verschillende eigenschappen combineren voor betere prestaties.

Welke pan op welke kookplaat?

MateriaalGasInductieKeramisch
RVSJaJa*Ja
GietijzerJaJaJa
AluminiumJaNee**Ja
KoperJaNee**Ja

*= Mits voorzien van een ferromagnetische bodem ** = Alleen als ze een speciale inductie-geschikte bodem hebben

Nog even in het kort:

⚪ RVS pannen werken goed op alle kookplaten, maar kunnen door inductie sneller en gelijkmatiger verhit worden. ⚫ Gietijzer is minder geschikt voor inductie vanwege de oneffen bodem, maar werkt prima op gas en keramisch. 🟠 ⚪ Koper en aluminium geleiden goed, maar zijn gevoelig voor krassen en deuken.

Zo houd je je kookplaat en pannen in topvorm

Met een beetje aandacht gaan je kookplaat én pannen langer mee. Voor inductie is het cruciaal dat de bodem van je pan vlak en onbeschadigd is, anders kunnen er krassen op de plaat ontstaan. Keramische platen vragen om een zachte aanpak: gebruik geen schurende middelen of scherpe voorwerpen. Hardnekkige resten? Leg er wat vochtig keukenpapier op en laat het twintig minuten weken. Daarna kun je het vuil meestal met een nat doekje verwijderen. Voor echt aangekoekte plekken is een speciale keramische schraper een veilig alternatief.

Lees ook: Inductiekookplaat schoonmaken? Dit moet je wel doen en dit niet

©Maryna Pleshkun | zest_marina

Misverstanden de wereld uit: vier hardnekkige kookmythes

Er doen nogal wat verhalen de ronde over pannen en kookplaten. Tijd om de vier hardnekkigste misverstanden recht te zetten.

1. Overstappen betekent al je pannen vervangen

Niet per se. Veel pannen kun je gewoon blijven gebruiken, ook als je overstapt naar een andere kookplaat. Kijk goed naar het materiaal, de staat van de pan en of de bodem geschikt is voor je nieuwe kooktype. Je hoeft dus zeker niet halsoverkop een nieuwe pannenset te kopen.

2. Inductie is gevaarlijk

Sommige mensen maken zich zorgen over het magnetisme van inductieplaten. Dat is nergens voor nodig: het magnetische veld is zwak en werkt alleen als er een geschikte pan op staat. Voor de gebruiker is het volkomen veilig.

3. Keramische platen zijn breekbaar

Zolang je ze met zorg gebruikt en pannen met een gladde bodem kiest, gaan keramische kookplaten jarenlang mee zonder noemenswaardige schade. Het glas is stevig, maar vraagt wel om voorzichtig gebruik.

4. Elke pan werkt op elke kookplaat

Helaas, zo eenvoudig is het niet. Niet elk materiaal is compatibel met elk type kookplaat. De juiste pan kiezen begint bij weten wat voor kookplaat je hebt en wat voor bodem die pan nodig heeft.

Tot slot

Je weet nu waar je op moet letten als je een pan kiest voor jouw kookplaat. Niet ieder materiaal werkt overal even goed, maar met de juiste match zit je altijd goed. Tijd om de keuken in te duiken en je kookkunsten de vrije loop te laten. Veel plezier aan het fornuis!