ID.nl logo
Zo maak je zelf een (houten) regenton (het is er het weer voor!)
© ANDREAS SCHULZE
Huis

Zo maak je zelf een (houten) regenton (het is er het weer voor!)

Het KNMI meldde onlangs dat de periode begin juni 2023-eind mei 2024 de boeken ingaat als de natste 12 aaneengesloten maanden ooit. Grote kans dat ook dit 'record' weer gebroken gaat worden (kijk maar naar buiten). Tegelijkertijd krijgen we steeds vaker te maken krijgen met droogte: een nachtmerrie voor de natuur en voor tuinliefhebbers. Houd je van tuinieren én van klussen? Met dit stappenplan maak je zelf een regenton!

Met een eigen regenton doorstaat je tuin droge periodes en ontlast je de natuur. Het staat bovendien ook mooi, zo’n klassieke houten ton in je achtertuin. In dit stappenplan lees je hoe je sje eigen regenton bouwt en installeert. 💧 Een geschikte ton vinden. 💧 Het kraantje monteren. 💧 De ton bekleden met latten.

Lees ook: Regen gebruiken om te besparen op leidingwater: zo doe je dat

Dit gereedschap heb je nodig

• Boormachine met stappenboor
Trekband

Deze materialen heb je nodig

• (Plastic) ton
• Houten latten
• Kunststof kraantje
Vulautomaat
• Montagekit

Regenwater: niet alleen voor de tuin!

Een regenton in je tuin is praktisch en stijlvol tegelijk. Het opgevangen water is niet drinkbaar, maar wel voor andere nuttige zaken te gebruiken, zoals de planten water geven. Maar dat is niet het enige waarvoor je het regenwater kunt gebruiken. Omdat er geen kalk in zit, ontstaan er bij het schoonmaken geen strepen: regenwater is dus ideaal voor het lappen van ramen of het wassen van je auto!

©Ingo Bartussek

Zo vind je een geschikte ton

Als je op het internet rondkijkt, vind je allerlei oude wijntonnen die te koop staan. Die zijn geschikt als regenton, maar ze zijn vaak erg duur en de maat is niet altijd perfect voor je tuin. Daarom maken wij, als echte doe-het-zelvers, zelf houten bekleding voor een ton van kunststof. Heb je al ieen mooie en geschikte houten ton? Dan kun je die natuurlijk gewoon gebruiken om tijd te besparen.

Een ton van plastic is soms zelfs gratis op te halen. Let er wel op dat de ton niet gebruikt is voor chemische processen. Twijfel overigens niet om te kiezen voor een haringvat. Dat lijkt misschien een niet al te fris idee, maar deze tonnen hebben een mooie maat en de visgeur is er als het goed is helemaal uit. Maak de ton voor gebruik zelf altijd nog een keer grondig schoon.

©ekostsov

Zo vind je geschikt hout

We bekleden de ton in de lengte met houten latten. Die moeten dus minstens zo lang zijn als de ton hoog is. Een breedte van rond de 10 centimeter is een mooie maat. Het hout van pallets is over het algemeen erg geschikt. Pallets zijn bij verschillende groothandels en winkels nu en dan gratis af te halen. Daarmee bespaar je een aanzienlijke hoeveelheid geld.

De hoogte van de ton en het kraantje

Je zou het misschien niet denken, maar de hoogte van de ton en het kraantje zelf zijn de grootste valkuilen van dit project. Een voetstuk is eigenlijk altijd nodig, want de kraan moet helemaal onderaan zitten om al het water uit de ton te krijgen. Tegelijkertijd moet je nog wel een gieter of emmer onder het kraantje kunnen zetten. Gebruik jij de ton om je tuin met een slang te besproeien? Installeer de kraan dan minstens op heuphoogte. Zo hoog houd je een tuinslang namelijk ongeveer.

💡 Tip: is het voor jou onmogelijk om de kraan en de ton op de juiste hoogte te plaatsen? Kies dan voor een waterpomp.

©Thijs de Graaf

Lees ook: Zo maak je zelf een compostbak

Hoe groot moet de ton zijn?

De kleinste regentonnen hebben een inhoud van ongeveer 80 liter. Het volume loopt door richting de 300 liter bij de grootste modellen. Een grote tuin vraagt vanzelfsprekend om meer water. Voor een gemiddelde tuin is 150 liter voldoende. Als je de ruimte hebt, dan is een iets grotere regenton overigens beter dan een te kleine. Daarbij speelt de plek waar je hem wilt neerzetten ook een rol. Dat zal natuurlijk in de buurt van een dakgoot moeten zijn. Wanneer je daar net een tuinpad hebt lopen, of een leuk zitje hebt gemaakt, kijk dan goed of de ton die je wilt gebruiken daar voldoende ruimte voor overlaat.

Een voetstuk voor de regenton

Heb je al je onderdelen uitgezocht? Dan begin nu het echte werk! We beginnen onderaan. Het voetstuk moet behoorlijk wat gewicht op kunnen vangen. Een stapel tegels is daarom populair. Maar als je een ander goed idee hebt, is dat natuurlijk ook prima. Zolang de ton maar niet verzakt.

💡 Tip: bekleed het voetstuk ook met latten voor een mooi geheel.

De latten uitmeten

Zaag de latten op maat en houd rekening met het eventueel bekleden van het voetstuk. Het is mooi om de bovenkant van de latten ongeveer 2 centimeter te laten uitsteken. Hierdoor valt het deksel uiteindelijk binnen de bekleding en op de ton zelf. Voor we beginnen met bekleden, monteren we eerst de kraan.

Het kraantje monteren

We beginnen met het monteren van het kraantje, omdat het vat nu nog 'kaal' is en we er makkelijk bij kunnen. Een kunststof kraan voor je regenton koop je gewoon bij een doe-het-zelfwinkel. Gebruik een stappenboor om een gat in de ton te maken. Ga nauwkeurig te werk zodat het kraantje precies past. Maak op dezelfde plek een gat in een van de latten. Plaats deze op de ton, haal de kraan door het gat en draai deze vervolgens aan de binnenkant van de ton vast, inclusief rubberen ring.

De latten vastzetten

Eén van de latten zit nu op z’n plek. Bekleed de ton rondom met latten en gebruik een trekband om ze op hun plek te houden. Tenzij je en echte geluksvogel bent, past het niet helemaal. Je zult één plank in de lengte door moeten zagen. Plaats deze aan de achterzijde zodat je deze plank niet zo snel ziet. In de goede oude tijd werden de verticale latten rondom vastgezet met metalen banden. Voor een doorsnee hobbyklusser is metaalbewerking geen optie.

Je kunt kiezen om het metaal te vervangen door touwen of riemen. Maar dat blijft niet altijd zitten en is niet solide. Daarom gebruiken we voor montage van de latten is montagekit. Kijk op welke plekken de latten de ton raken. Haal de latten los en voorzie ze op de contactplaatsen met kit.

💡 Tip: is jouw ton erg glad en twijfel je over de hechting van de kit? Schuur de oppervlakte dan even op met grof schuurpapier.

©Sergey Klopotov

Een vulautomaat tussen regenpijp en ton

Van een nabijgelegen dak loopt het water via de regenpijp in de regenton. Regent het heel hard, dan zou je regenton kunnen overstromen - en dat wil je natuurlijk niet. Daar is gelukkig een handig hulpmiddel voor: de vulautomaat. In feite is dat niets meer dan een verbindingsstuk van regenpijp naar ton. Wanneer de ton vol zit, loopt het water gewoon weer via de regenpijp het riool in. Daardoor voorkom je dat de regenton overstroomt.

De hoogte van de vulautomaat

Een vulautomaat werkt perfect wanneer deze op gelijke hoogte geïnstalleerd is als de opening in de bovenkant van de regenton. Meet deze hoogte dus op als de ton op het voetstuk staat. Zaag de regenpijp vervolgens open volgens de instructies van je vulautomaat.

Meestal moet je ongeveer 5 centimeter tussen de pijp uit zagen. Installeer de vulautomaat volgens de instructies die bij het product zitten.

©Natalia

Een deksel maken

Het deksel is over het algemeen rond. We adviseren je vooral om creatief te zijn bij het maken ervan. Het gebruik van dunne latten is een optie.

Wellicht zat er bij jouw ton al een (kunststof) deksel. Dan is het makkelijk om die ook te bekleden om een mooi geheel te creëren.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.