ID.nl logo
Apple MacBook Air M1 – Opvallend soepele overgang
© Reshift Digital
Huis

Apple MacBook Air M1 – Opvallend soepele overgang

Nadat Apple eerder dit jaar aankondigde over te stappen op eigen processors, zijn de eerste producten inmiddels te koop. Is de MacBook Air met Apple M1-processor een goed keuze. Of kun je nog beter even wachten?

Eerder dit jaar kondigde Apple aan afscheid te nemen van Intel-processors en over te stappen op eigen ontworpen cpu’s voor de Macs. Inmiddels zijn de eerste producten die voorzien zijn van de Apple M1 op de markt gekomen waaronder een nieuwe MacBook Air. De introductie van een nieuwe processorarchitectuur is voor Apple in ieder geval geen reden geweest voor een nieuw ontwerp: de nieuwe MacBook Air is op een paar pictogrammen op de functietoetsen na volledig identiek aan het vorige model met Intel-processor. Wat je in handen krijgt, is dus geen verrassing. De MacBook Air is wederom een fraaie laptop, maar het ontwerp met zijn brede schermranden begint wel zijn leeftijd te verraden. De bouwkwaliteit van de aluminium behuizing is uitstekend.

©PXimport

©PXimport

Net als de vorige MacBook Air is deze laptop voorzien van twee Thunderbolt-aansluitingen die wederom allebei aan de linkerkant geplaatst zijn. Het had handiger geweest als allebei de zijden van de laptop één aansluitingen gekregen hadden. Op die andere zijde vind je nu de hoofdtelefoonaansluiting. Beide Thunderbolt-poorten ondersteunen laden en video-uitvoer, overigens kan er maximaal één beeldscherm aangesloten worden.

©PXimport

©PXimport

Apple M1

Alle drie de nieuw geïntroduceerde arm-varianten (MacBook Air, MacBook Pro en Mac mini) Macs bevatten dezelfde Apple M1-processor, al is er wel één verschil: de instapuitvoering van de MacBook Air heeft een variant met 7 in plaats van 8 gpu-cores. De variant die ik getest heb, is overigens een MacBook Air voorzien van de volledige chip met 8 gpu-cores. Het processorgedeelte bestaat uit vier snelle cores aangevuld met vier langzamere cores. Verdere technische details zijn schaars, al rapporteert benchmarksoftware dat de chip op een kloksnelheid van 3,2 GHz werkt. Het werkgeheugen is op de SoC geïntegreerd en is naar keuze 8 of 16 GB. Later uitbreiden is (net als op eerdere MacBooks) onmogelijk. De uitvoering die ik getest heb, is voorzien van 8 GB en ik ben hierbij niet tegen problemen aan gelopen. Ben je echter van plan om de laptop voor intensieve videobewerkingstaken in te zetten, dan is 16 GB ram wellicht verstandig. Upgradeprijzen voor zowel ram als opslag zijn net als bij eerdere MacBooks erg hoog.

©PXimport

Intel-programma’s

Een nieuwe architectuur betekent ook nieuwe software. Alle met macOS meegeleverde software en Apples eigen software is geschikt voor Apple Silicon. Dat geldt vooralsnog echter niet voor het gros van de software van andere ontwikkelaars. Toch merk je daar in de praktijk vrijwel niks van. In de vorm van Rosetta 2 (Rosetta was de naam van de software die een vergelijkbare rol speelde bij de overstap van PowerPC naar Intel) levert Apple een vertaler die Intel-programma’s omzet naar arm-programma’s.

Rosetta 2 doet die omzetting één keer als je het programma voor de eerste keer start, daarna wordt die ‘arm-versie’ uitgevoerd. Tijdverlies door de omzetting is in de praktijk dus geen probleem, een vers geïnstalleerd programma heeft vaak immers sowieso wat extra tijd nodig als je dat voor de eerste keer uitvoert. Rosetta 2 is niet standaard geïnstalleerd, de eerste keer dat je een x86-programma wil uitvoeren, wordt het onderdeel toegevoegd. Daarna werkt het zonder je lastig te vallen.

©PXimport

Verder is het is een beetje saai, want Rosetta 2 werkt gewoon. Zo is Microsoft Office probleemloos te gebruiken en zelfs een spel als Rise of the Tomb Raider of Warcraft draait via Rosetta prima op deze MacBook. En ook een stuurprogramma voor mijn netwerkprinter werd via Rosetta probleemloos geïnstalleerd. Dat wil niet zeggen dat alles vlekkeloos werkt. Zo heeft Adobe-software als Photoshop op het moment van schrijven nogal wat compabiliteitsproblemen via Rosetta 2. Adobe is wel bezig met een arm-variant van hun software en Photoshop is met beperkte functionaliteit in beta. Ben je afhankelijk van bepaalde software, zoek dan voordat je overstapt in hoeverre er problemen zijn.

Rosetta geeft softwarefabrikanten een comfortabele overgangsperiode waarin ze zonder al te veel druk kunnen werken aan een arm-variant van hun software. Wat je overigens wel verliest, is de mogelijkheid om direct Windows te draaien. Bootcamp wordt niet langer ondersteund, Microsoft biedt (vooralsnog?) geen Windows-variant aan die je kunt installeren. Al is het iemand wel gelukt om de arm-variant van Windows toch te gebruiken, licentietechnisch mag dat in ieder geval niet. Er wordt wel gewerkt aan software als CrossOver en Parallels om Windows-programma’s te draaien, maar dat zal voorlopig (en misschien wel nooit) niet zo soepel gaan als op een Intel-Mac.
We zijn bezig met een uitgebreider artikel over de nieuwe M1-processor waarin we dieper op de architectuur, prestaties en Rosetta 2 ingaan.

Je kunt nu ook iPhone- en iPad-apps draaien. Daar zitten vast apps tussen die functionaliteit bieden die niet via reguliere software aangeboden wordt en vanuit dat oogpunt is het wel handig. Verder beschouw ik dit echt als extraatje. Een MacBook heeft geen aanraakscherm en de besturing van apps met de muis als vinger is niet heel handig. Bovendien schalen de meeste iOS-apps niet naar het schermoppervlak van de MacBook. Gelukkig heb je er ook geen last van, iOS-apps zijn duidelijk gemarkeerd in de appstore.

Toetsenbord en touchpad

Het toetsenbord is net als de MacBook Air die eerder dit jaar uitkwam een Magic Keyboard dat gebruik maakt van toetsen met een schaarmechanisme. Dit toetsenbord tikt lekkerder met meer travel dan het butterfly-toetsenbord dat Apple een aantal jaar gebruikt heeft. De Force-Touch touchpad is net als op eerdere modellen uitstekend, dit is wat mij betreft de beste touchpad die op de markt is. Qua comfort heb ik dus geen klachten. Wel vond ik het als gebruiker van een andere MacBook enigszins onhandig dat de toetsen om de toetsverlichting in te stellen verdwenen zijn. Bij de introductie van een nieuwe versie van macOS verandert Apple soms iets aan de functionaliteit die onder de functietoetsen hangt en voor Big Sur is dat kennelijk het geval. De toets voor applicatieoverzicht Launchpad is vervangen door een toets die zoekvenster Spotlight opent, dat is op zich een handige verandering wat mij betreft. Een beetje onhandig is echter dat de toetsen voor het aanpassen van de toetsverlichting vervangen zijn door toetsen voor dicteren en het inschakelen van een niet storen-modus. Wil je de toetsverlichting aanpassen, dan moet je nu op een pictogram in de menu-balk klikken en vervolgens nogmaals klikken om de schuifregelaar in beeld te krijgen.

©PXimport

©PXimport

©PXimport

Verbeterd beeldscherm

Zoals ik van Apple gewend ben, is het scherm in deze MacBook Air uitstekend en zelfs iets verbeterd ten opzichte van de MacBook Air die eerder dit jaar op de markt kwam. Net als op de MacBook Pro ondersteunt het scherm nu de brede kleurweergave (P3). True Tone dat de kleurtemperatuur aanpast aan het omgevingslicht is nog steeds aanwezig. Het enige verschil met het scherm in de MacBook Pro is nu de schermhelderheid, die is met 400 nits wat lager dan het scherm in de MacBook Pro. Boven het scherm is een webcam geplaatst die helaas niet verbeterd is. Ik had eigenlijk wel verwacht dat de overstap naar een met de iPad vergelijkbare chip ook zou betekenen dat de MacBook voorzien zou worden van gezichtsherkenning, maar dat is kennelijk (nog?) niet het geval. Voor snel inloggen gebruik je dus de vingerafdrukscanner in de aan/uit-schakelaar. De webcam is dezelfde 720-camera als die al eerder gebruikt werd en dat is geen topcamera. Op zich ben je wel duidelijk in beeld bij een videogesprek, maar topkwaliteit is het ondanks de extra aansturing in de M1-chip niet.

Uitstekende prestaties

De MacBook Air met M1-processor voelt in het dagelijks gebruik lekker vlot. De benchmark Geekbench 5 bevestigt dat beeld, een single-core-score van 1723 en een multi-core-score van 7547 punten is een uitstekend resultaat. Op single-core-gebied is de MacBook Air hiermee één van de snelste computers in de benchmarklijst. Je kunt de benchmark ook via Rosetta 2 draaien om de x86-prestaties te testen. Dan is de score uiteraard lager met 1325 punten voor singe-core en voor 5829 multi-core. Dat is echter alsnog veel sneller dan de scores die een MacBook Air met Intel-processor van eerder dit jaar neerzet, een Core i7-model scoort single-core zo’n 1131 punten en multi-core zo’n 3040 punten. De single-core-score is ook veel hoger dan de iMac met Core i7-processor die we eerder dit jaar getest hebben die tot 1260 punten kwam. In de overzichten die Geekbench zelf publiceert staan de nieuwe M1-macs op single-core-gebied dan ook allemaal bovenin de lijst. Op multi-core-gebied moeten een paar varianten van de iMac, iMac Pro en Mac Pro nog voorgelaten worden, maar dat zijn chips met 8 of meer cores.

Niet alleen de burst-prestaties zijn goed, ondanks de passieve koeling scoort de laptop ook langdurig goed. In de single-core-test van Cinebench R23 scoort de MacBook Air 1519 punten en in de multi-core-test 7634 punten. In een test van iets langer dan 10 minuten is dat nog altijd 7153 punten terwijl dat na 30 minuten 7094 punten is. Er is dus wel een beperkte thermal throttling, maar heel erg is het niet. Alleen als je veel langdurige taken uitvoert, heb je profijt van de actieve koeling in de MacBook Pro. Denk dan aan het renderen van 4K-videomateriaal.

De ssd is zoals we inmiddels van Apple gewend zijn een uitstekend presterend exemplaar met een lees- en schijfsnelheid van 2852,9 en 2853,7 MB/s. De M1 bevat ook een door Apple ontworpen gpu en voor een geïntegreerde gpu is dat een potent exemplaar. Een modern spel als Rise of the Tomb Raider kan in 1680 x 1050 bijvoorbeeld met zo’n 40 beelden per seconde gespeeld worden. Een gamemonster is het logischerwijs niet, maar een spelletje spelen kan prima als je een wat lagere resolutie als 1680 x 1050, 1440 x 900 of 1280 x 800 gebruikt. Daarbij draaien alle spellen vooralsnog via Rosetta 2.

De batterijduur van de 49,9Wh-accu is in de praktijk ongeveer 11 uur, een prima score en genoeg om een werkdag te overbruggen.

Conclusie

Apples nieuwe MacBook Air is op alle fronten een schot in de roos ten opzichte van zijn voorganger. Het is simpelweg een veel betere laptop dan de varianten die Apple eerder dit jaar uitbracht. De MacBook Air is veel sneller, dankzij passieve koeling volledig stil en de energiezuinige chip zorgt ook nog eens voor een langere accuduur. Apple zet dan ook een stevig statement tegenover Intel neer met de M1, zeker omdat dit naar verwachting het langzaamste model is. Zelfs zonder actieve koeling blijven de prestaties langdurig op niveau waardoor alleen echt zware gebruikers de overstap naar een MacBook Pro hoeven te maken. Het meest indrukwekkende is misschien niet eens dat Apple een snelle processor kan bouwen, want dat wisten we al. Echt indrukwekkend is het feit dat je in de praktijk niks merkt van de overstap naar een andere processor-architectuur: dit is gewoon een Mac.

Dankzij Rosetta 2 werken ‘oude’ x86-64-applicaties voor het grootste deel probleemloos en deze programma’s voelen ook vlot aan. De nieuwe M1 is zelfs zo snel, dat omgezette applicaties alsnog sneller lopen als op een Intel MacBook Air. Al met al is dit ondanks dat er aan de buitenkant geen verandering zichtbaar is, de beste MacBook Air die Apple tot nu toe op de markt heeft gebracht. En dit is nog maar het begin, volgens geruchten komen er ook nieuwe varianten van de duurdere MacBook Pro’s en de iMac aan met een nog krachtigere Apple-chip.

Fantastisch
Conclusie

**Prijs** Vanaf € 1.129,- (zoals getest € 1.399,-) **Processor** Apple M1-chip (8 cores, 4 snel en 4 langzaam) **RAM** 8 (getest) of 16 GB **Opslag** 256 GB, 512 GB (getest), 1 TB of 2B **Scherm** 13,3 inch (2560 x 1600 pixels) **OS** macOS Big Sur **Aansluitingen** 2x Usb-c (Usb 4/Thunderbolt 3), 3,5mm-geluidsuitgang **Webcam** Ja (720p) **Draadloos** Wifi 6 (2x2), bluetooth 5.0 **Afmetingen** 30,4 x 21,2 x 1,6 cm **Gewicht** 1,29 kilogram **Accu** 49,9 Wh **Website** [www.apple.com](https://www.apple.com/nl/macbook-air/)

Plus- en minpunten
  • Snel
  • Passieve koeling (stil)
  • Oude applicaties werken gewoon
  • Uitstekend scherm
  • Stevige behuizing
  • Webcam
  • Slechts twee usb-c-poorten (allebei links)
▼ Volgende artikel
Review Tapo Smart HomeBase H500 - Slimme lokale opslag voor camera’s
Zekerheid & gemak

Review Tapo Smart HomeBase H500 - Slimme lokale opslag voor camera’s

De Tapo Smart HomeBase H500 is een smarthomecontroller voor Tapo-smarthomeproducten. Hij doet voornamelijk dienst als centraal punt voor een beveiligingssysteem bestaande uit camera's en sensors. Wij hebben de H500 getest in combinatie met Tapo-camera's.

Oké
Conclusie

De Tapo Smart HomeBase H500 is een praktisch basisstation voor gebruikers van Tapo-camera’s, zoals beveiligingscamera’s en de videodeurbel. Met dit kastje sla je opnames centraal op, zonder dat je een cloudabonnement nodig hebt. De ingebouwde opslag biedt ruimte voor enkele weken aan beeldmateriaal en kan eenvoudig worden uitgebreid als je meer capaciteit wilt. Toch zijn er nog wat kinderziektes. Zo kan de koppeling met camera’s verwarrend verlopen, afhankelijk van de volgorde waarin je apparaten installeert. Ook wekt het gebruik van een SD-kaartpictogram voor lokaal opgeslagen beelden snel verkeerde verwachtingen.

Plus- en minpunten
  • Lokale opslag
  • Tabletstandaard met lader
  • Opslag uit te breiden
  • Configuratie verwarrend
  • HDMI-functie beperkt
  • Nog niet alle Tapo-camera's compatibel

Tapo is het merk waaronder TP-Link smarthomeproducten zoals camera's en robotstofzuigers verkoopt. De Tapo Smart HomeBase H500 is gemaakt van wit kunststof en komt degelijk over. Alle aansluitingen vind je op de achterkant in de vorm van netwerk, HDMI, usb-a, usb-c en een voedingsaansluiting. De netwerkaansluiting kun je gebruiken om de HomeBase met je thuisnetwerk te verbinden, maar dat kan ook via wifi. De HDMI-poort is bedoeld om beelden van je camera's op je televisie te bekijken, terwijl je de usb-c-poort kunt gebruiken om een tablet op te laden. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Op de achterkant vind je onder andere een usb-c- en HDMI-aansluiting.

Extra functies

De H500 is ontworpen om in het zicht in je woonkamer te zetten en heeft wat extra handigheidjes die dan van pas komen, zoals knoppen om te kunnen praten als iemand aanbelt. Ook vind je op de voorkant een klepje dat dienstdoet als tabletstandaard; handig als je een tablet gebruikt om je smarthome mee te bedienen. Je kunt de usb-c-poort, die maximaal 1,5 ampère levert, gebruiken om je tablet via de HomeBase op te laden.

©Jeroen Boer - ID.nl

De HomeBase is voorzien van een tabletstandaard.

De Smart HomeBase H500 is voorzien van 16 GB ingebouwd geheugen. Dat is op zich genoeg voor een bescheiden systeem, omdat er alleen clips worden opgeslagen als er beweging gedetecteerd wordt. Bovendien loopt de opslag nooit echt vol omdat oudere opnames automatisch worden overschreven. Heb je meerdere camera's of wil je opnames langere tijd bewaren, dan kun je de opslag zelf uitbreiden. Op de zijkant vind je een klepje waarachter je een 2,5inch-uitbreidingslot vindt. Uitbreiden kan met een 2,5-inch SATA-schijf; dat kan ook een ssd zijn.

©Jeroen Boer - ID.nl

Je kunt de opslag uitbreiden met een 2,5inch-schijf of ssd.

Verwarrende koppeling

De H500 moet aan je Tapo-camera's worden gekoppeld. Dat is enigszins verwarrend, want dat kan als je al camera's hebt op twee manieren. Onze camera's (de C410 en C460) stonden niet in de lijst die je ziet als je eerst op de H500 klikt, maar wel in de andere lijst. Begin je met de H500, dan speelt dat probleem niet en worden ondersteunde camera's automatisch gekoppeld.

Na koppeling worden video’s op de H500 opgeslagen. De H500 kan daarnaast tot zes camera's AI-herkenning geven voor personen, gezichten, voertuigen en huisdieren. Na het inschakelen hiervan wordt een database met herkende personen opgebouwd. Verwarrend is dat je om opnames op de H500 te bekijken op het pictogram 'microSD' moet klikken. Je kunt beelden downloaden om ze veilig te stellen.

Na de koppeling vormen de Smart HomeBase en je camera's één systeem in de app.

Gebruikte camera's

We hebben de HomeBase getest in combinatie met twee camera’s: de C410 en de C460. We hebben die camera's in verschillende configuraties getest, waarbij we de C460 ook binnen hebben gebruikt. De C460 is eigenlijk bedoeld voor buiten, maar kun je ook binnen gebruiken en wij vonden hem door de meegeleverde magnetische standaard ook binnen handiger om te monteren dan de C410, die je aan de muur moet schroeven of kunt neerzetten.

De Tapo C460 is een buitencamera, maar is dankzij de magnetische bevestiging ook heel handig voor binnengebruik.

Extra AI-functies

Behalve opnemen kan de Smart HomeBase H500 ook AI-functies toevoegen aan Tapo-camera's. De HomeBase kan maximaal zes camera's betere herkenningsmogelijkheden geven op basis van AI, maar dat wordt ook als je minder dan zes camera's hebt niet automatisch ingeschakeld. Je kunt dat zelf doen door in de app op de tegel AI Empowerment te klikken. De camera's kunnen dankzij AI personen, gezichten, voertuigen en huisdieren herkennen. Je kunt zelf bepalen welke herkenningsmogelijkheden actief zijn. Herkende personen verschijnen vervolgens automatisch in de app waarna je eventueel kunt aangeven wie die personen zijn.

Met AI Empowerment krijg je onder andere gezichtsherkenning.

Opnames terugkijken

In de Tapo-app kun je per camera zowel livebeelden bekijken als opgeslagen fragmenten vanaf de Smart HomeBase terugzien. Verwarrend is dat je daarvoor moet kiezen tussen de pictogrammen cloud en microSD. Ook al gebruik je de HomeBase, toch valt die onder het microSD-symbool. Logischer zou zijn als TP-Link een apart pictogram toevoegt voor de HomeBase. De door ons geteste batterijcamera's nemen korte clips op zodra beweging wordt gedetecteerd. Zodra de opslag vol raakt, worden automatisch de oudste opnames overschreven. Clips kun je desgewenst ook downloaden.

Je kunt opnames van je camera's op de Smart HomeBase terugkijken en downloaden in de app.

Beperkt nut HDMI

De Tapo Smart HomeBase H500 is voorzien van een HDMI-uitgang waarmee je de hub kunt aansluiten op een televisie of monitor. Je kunt in de app een dashboard configureren bestaande uit één of vier secties. Zo kun je maximaal vier camera's tegelijkertijd bekijken. Heb je minder dan vier camera's, dan kun je ook kiezen voor een klok. Dat klinkt op zich handig, maar met batterijgevoede camera's zoals wij tijdens de test hebben gebruikt, heb je daar niet zoveel aan. Je ziet in het dashboard alleen beeld als de camera op dat moment beweging detecteert. Het is dus niet mogelijk om naar wens live mee te kijken. Het is ook niet mogelijk om via de televisie oudere opnames te bekijken die op de Smart HomeBase staan. Deze functie heeft kortom alleen enigszins nut als je op netstroom gevoede camera's hebt.

Je kunt dashboarden van vier blokjes maken die op je televisie getoond kunnen worden.

Conclusie

De Tapo Smart HomeBase H500 is een praktisch basisstation voor gebruikers van Tapo-camera’s, zoals beveiligingscamera’s en de videodeurbel. Met dit kastje sla je opnames centraal op, zonder dat je een cloudabonnement nodig hebt. De ingebouwde opslag biedt ruimte voor enkele weken aan beeldmateriaal en kan eenvoudig worden uitgebreid als je meer capaciteit wilt. Toch zijn er nog wat kinderziektes. Zo kan de koppeling met camera’s verwarrend verlopen, afhankelijk van de volgorde waarin je apparaten installeert. Ook wekt het gebruik van een SD-kaartpictogram voor lokaal opgeslagen beelden snel verkeerde verwachtingen.

▼ Volgende artikel
Europese alternatieven voor Amerikaanse online diensten
© shadowmoon30 - stock.adobe.com
Huis

Europese alternatieven voor Amerikaanse online diensten

Wanneer je alle internetdiensten opsomt die je zelf gebruikt, van e-mail tot zoekmachines, is de kans groot dat het vrijwel allemaal Amerikaanse platformen zijn. Voor wie zich daar niet helemaal comfortabel bij voelt, zijn er ook (gratis) Europese alternatieven.

In dit artikel

We kijken naar Europese alternatieven voor Amerikaanse diensten: • Zoekmachines • E-mail en agenda • Kantoor • Cloudopslag • Vertaling • Videosharing • Sociale Media • AI-Chat • VPN Lees ook: 20 tips om je online privacy te waarborgen

Steeds meer internetgebruikers in Europa stellen zich vragen bij de intensieve dataverzameling en dominante marktpositie van Amerikaanse techbedrijven, zeker in de huidige geopolitieke context. Daardoor groeit de interesse voor Europese alternatieven, die minder afhankelijk zijn van de Amerikaanse bedrijfswereld en overheid, beter aansluiten bij de strengere Europese privacywetgeving, en transparanter zijn over het gebruik van persoonsgegevens.

In dit artikel laten we je kort kennismaken met enkele Europese diensten die een privacyvriendelijker en vaak volwaardig alternatief bieden voor bekende Amerikaanse webdiensten en platformen. Dit gaat breed: van zoekmachines, e-mail en kantoortoepassingen tot cloudopslag, VPN, vertalingen, videosharing, AI-chat en sociale media. Wil je echt de-Amerikaniseren? Gebruik voor deze diensten dan geen Google-, Apple- of Facebook-account.

Zoekmachine

Het zal je niet verbazen dat een browser als Chrome standaard Google gebruikt als zoekmachine, maar je kunt zonder problemen een andere instellen. Open de instellingen van Chrome, ga naar Zoekmachine en klik op Wijzigen. Selecteer het gewenste alternatief. Europese, privacybewuste zoekmachines zijn onder meer het Duitse Ecosia (investeert advertentie-inkomsten in boomaanplant), het Franse Qwant en het Zwitserse SwissCows (dat overigens niet langer gratis is).

Je kunt ook handmatig een extra zoekmachine toevoegen. Neem bijvoorbeeld SwissCows in Chrome. Open opnieuw Zoekmachine en kies Zoekmachine en Site Search beheren. Klik op Toevoegen bij Site Search. Vul SwissCows in als naam, (bijvoorbeeld) sc als snelkoppeling en www.swisscows.com/web?query=%s als url. Bevestig met Toevoegen. Je kunt deze nu instellen als standaard of activeren via sc gevolgd door een druk op Tab in de adresbalk, waarna je de zoekterm ingeeft. Weet wel dat deze drie alternatieve zoekmachines deels gebruikmaken van de zoekindex van het (Amerikaanse) Bing.

Je kunt ook Europese, privacygerichte browsers gebruiken, zoals Ecosia en Ecosia (browser), de Zweedse Mullvad Browser en het Noorse Vivaldi. Hier kun je ook telkens je voorkeurzoekmachine instellen. Houd er wel rekening mee dat deze drie browsers de (Amerikaanse) Chromium- of Firefox-engine gebruiken voor het weergeven van webpagina's.

Chrome heeft van huis uit acht zoekmachines geconfigureerd.

E-mail en agenda

Gmail en Outlook zijn twee zeer populaire webmaildiensten, vooral dankzij hun sterke integratie met respectievelijk het Google- en Microsoft-ecosysteem. Op het vlak van privacy zijn er wel enkele bedenkingen. Bij Gmail wordt de inhoud van je mails gescand voor gepersonaliseerde advertenties, en ook Microsoft toont advertenties. Beide versleutelen weliswaar je berichten, zowel tijdens de overdracht als in rust (op de mailservers), maar de diensten zelf bewaren de encryptiesleutels.

Diensten als het Duitse Tuta en het Zwitserse Proton Mail pakken dit beter aan. Ze zijn grotendeels opensource, ze gebruiken stevige end-to-end-versleuteling en bij Tuta geldt zelfs het zero knowledge-principe: de dienst heeft geen toegang tot je gegevens, wachtwoorden of metadata. Bij Proton Mail blijft beperkte metadata zoals de onderwerpsregel zichtbaar. Beide zijn beschikbaar via web en mobiele apps en bieden in de gratis versie 1 GB opslagruimte; bij Tuta zit daar ook een agenda bij.

We helpen je even op weg met de laatste. Klik op Gratis e-mailaccount aanmaken en daarna op Selecteren bij Free. Kies je e-mailadres (@tutamail.com) en stel een wachtwoord in. Je krijgt een herstelcode waarmee je weer toegang krijgt als je je wachtwoord (of tweede factor) kwijt zou raken. Na goedkeuring kun je meteen mails ontvangen en verzenden. In de webinterface vind je rechtsboven de knoppen Contacten en Agenda.

Zo ziet de webinterface van (een gloednieuw account bij) Tuta eruit.

Kantoor

Als je denkt aan een cloudgebaseerde kantoorsuite, komen Google Documenten (en Workspace) en Microsoft 365 waarschijnlijk als eerste in je op. Toch zitten er vooral bij Google enkele privacyproblemen. Het verdienmodel draait rond advertenties, er is geen sluitende garantie dat je data binnen de EU blijven en in de gratis versie bewaart Google zelf de encryptiesleutels. Microsoft scoort iets beter, maar wie zeker wil zijn dat data de EU niet verlaten, kijkt beter naar het Letse OnlyOffice.

We stellen hier kort de gratis cloudservice voor, bereikbaar vanuit je browser en via mobiele apps. Registreer je via de website van OnlyOffice en bevestig je aanmelding via de ontvangen mail. Je krijgt dan een persoonlijke url (https://<accountnaam>.onlyoffice.com) die als centrale documentenhub fungeert, met 2 GB opslagruimte. Je kunt er 'kamers' aanmaken. Dit zijn virtuele ruimtes of projectmappen waarin je documenten creëert, bewerkt en eventueel deelt met rolgebaseerde toegangsrechten.

De suite bevat een tekstverwerker, spreadsheet, presentatietool en pdf-editor. Omdat de dienst standaard werkt met Microsofts OOXML-bestandsformaten, hoef je bij het importeren of exporteren nauwelijks compatibiliteitsproblemen te verwachten.

De online kantoorsuite van OnlyOffice: Nederlandstalig en mooi overzichtelijk.

Cloudopslag

Bij cloudopslag springen Google Drive (15 GB gratis) en Microsoft OneDrive (5 GB gratis) er qua gebruikersaantallen uit, met Dropbox (2 GB gratis) als derde op het podium. Je data worden telkens op Amerikaanse servers opgeslagen en je hebt geen controle over de encryptiesleutels. Je kunt dit eventueel oplossen met end-to-end-encryptie via een gratis tool als Cryptomator.

Er bestaan gelukkig ook gratis Europese alternatieven die vergelijkbare opslagruimte bieden, je data gegarandeerd binnen de EU bewaren en je zelf de encryptiesleutels laten beheren. Een daarvan is het Zwitserse EdelCloud Basic (2 GB), van de makers van SwissCows. Bekendere opties zijn Proton Drive (5 GB) en pCloud (10 GB), beide eveneens uit Zwitserland.

We kijken naar pCloud. Je meldt je gratis aan via de website. Stel een wachtwoord in en kies bij Gegevensregio voor Europese Unie. Bevestig via de link in de ontvangen e-mail en klik op de website op Ga naar mijn account. Je kunt dan meteen aan de slag. Linksonder zie je dat standaard al 3 GB is ontgrendeld. Door acties uit te voeren zoals een bestand uploaden, pCloud Drive en de mobiele app installeren en enkele vrienden uitnodigen, kun je dit uitbreiden tot 10 GB.

De gratis versie van pCloud: 6 GB ontgrendeld, nog vier te gaan.

Vertaling

Het begint wat eentonig te worden, maar ook voor geautomatiseerde vertalingen kom je al snel uit bij diensten van Google Translate of Microsoft Translator. Toch bestaat er een sterk en populair alternatief: het Duitse DeepL. De gratis versie kent wel enkele beperkingen: je kunt maximaal drie documenten per maand van maximaal 5 MB vertalen (niet bewerkbaar), en je teksten kunnen door DeepL worden gebruikt voor trainingsdoeleinden.

Minder bekend, maar volledig gratis, zijn Lingva Translate (meer dan honderd talen) uit Duitsland en het Spaanse Apertium (meer dan veertig talen, ook als app). Beide zijn opensource. Bij Apertium kun je documenten en webpagina's uploaden, maar de beschikbare doeltalen hangen af van je brontaal. Vanuit Nederlands bijvoorbeeld kun je helaas alleen naar Afrikaans vertalen. Lingva biedt een bredere keuze aan taalparen, al moet je de brontekst hier wel zelf invoeren of plakken. Je kunt de tekst ook laten voorlezen, al is de kwaliteit voor Nederlands voorlopig ondermaats. De vertalingen zijn bij beide diensten niet bewerkbaar op de site.

Lingva: honderd talen, maar alleen voor zelf ingevoerde tekst.

Videosharing

Videosites als Vimeo en vooral Googles YouTube hoeven we niet meer toe te lichten, maar kun je ook enkele Europese alternatieven noemen? Die bestaan wel degelijk, met als bekendste Dailymotion en PeerTube, beide van Franse oorsprong.

Dailymotion heeft dan misschien niet het uitgebreide aanbod van YouTube, maar bereikt wereldwijd toch zo'n 300 miljoen maandelijkse gebruikers. Je kunt er zonder account video's opzoeken via trefwoorden en daarna filteren op onder meer Playlists, Users en Hashtags. Met een account kun je ook video's uploaden en delen via je browser of mobiele apps. Het platform geeft aanbevelingen op basis van je kijkgedrag en is geïntegreerd met sociale media als Facebook en X.

Bij PeerTube draait eveneens alles rond video streaming en delen, maar dan binnen het zogeheten Fediverse (meer daarover verderop in dit artikel). Zoeken naar specifieke video's of kanalen kun je via deze link. Bij een geschikte video klik je op een knop die je naar de bijbehorende server brengt, waar je je eventueel kunt aanmelden om bijvoorbeeld op video's te reageren of zelf te publiceren op je kanaal.

Op zoek naar geschikte video's op het PeerTube-platform.

Sociale media

Met sociale mediaplatformen bevinden we ons bijna volledig op Amerikaans grondgebied. Denk aan Facebook, Instagram, X, LinkedIn, Snapchat, Pinterest, Reddit, Threads en WhatsApp. Er bestaan wel – ook Europese – alternatieven, maar overstappen is vaak lastig. Je wilt immers voldoende aanbod, voldoende medegebruikers en het liefst ook een gebruiksvriendelijke omgeving.

Zo is er het Zwitserse Threema (circa 6 euro), een dienst die zich opwerpt als veilig en privacy-bewust alternatief voor WhatsApp, maar helaas is het niet mogelijk berichten tussen beide netwerken uit te wisselen – ook al ijvert de EU met initiatieven als de Digital Markets Act voor meer interoperabiliteit tussen (onder meer) berichtenapps.

Een andere relatief bekende, maar geheel gratis dienst is Mastodon, van Duitse oorsprong. Dit is een microbloggingdienst met tekstposts, reacties, boosts en volgers, die zich profileert als alternatief voor X. Mastodon maakt deel uit van het zogenaamde Fediverse, een samentrekking van 'FEDerated unIVERSE'. Dit is een gedecentraliseerd netwerk van onafhankelijk beheerde servers (zogeheten instances), die via gemeenschappelijke protocollen als ActivityPub wel met elkaar kunnen communiceren.

Andere Fediverse-diensten van Europese origine zijn het al vermelde PeerTube (videoplatform), het IJslandse Pleroma (microblogging), het Franse Funkwhale (audiosharing) en Lemmy (forum- en discussienetwerk, vergelijkbaar met Reddit).

Zojuist aangemeld bij Mastodon: daarmee zijn we klaar voor onze eerste 'toot', met hashtag natuurlijk.

AI-chat

Sinds de lancering van ChatGPT door het Amerikaanse OpenAI eind 2022 is AI, en in het bijzonder AI-chatbots, niet meer weg te denken uit bedrijven en uit ons dagelijks leven. China volgt als stevige tweede speler – denk aan het veelbesproken DeepSeek – maar ook Europa is bezig aan een fikse inhaalbeweging. Een opvallend initiatief komt van OpenEuroLLM, een alliantie van meer dan 20 Europese bedrijven, universiteiten en supercomputingcentra die een opensource-taalmodel (LLM, Large Language Model) ontwikkelen als alternatief voor Amerikaanse en Chinese AI-assistenten. OpenGPT-X dan weer is een Duits project dat grootschalige AI-taalmodellen bouwt, waaronder het opensource-model Teuken-7B, getraind in alle 24 officiële EU-talen.

Wil je zelf met een Europese AI-chatbot experimenteren, kijk dan eens op de site van het Franse bedrijf Mistral dat eigen taalmodellen ontwikkelde. Wil je ook beelden en code genereren, dan moet je je wel registreren. De bot reageert opvallend snel, maar wie meer functies wil – zoals een onbeperkt aantal prompts per dag en een krachtiger LLM – moet upgraden naar Pro (zo'n 18 euro per maand).

De beeldgenerator van Le Chat: een fraaie afbeelding in een paar seconden.

VPN

Een Virtual Private Network, kortweg VPN, is ideaal voor wie meer online privacy wil (je ip-adres blijft verborgen), veiliger wil surfen op openbare wifi (je data zijn volledig versleuteld) of geoblokkades wil omzeilen (je kiest een VPN-server in een niet-geblokkeerd land).

Veel populaire opties, zoals Hotspot Shield, zijn Amerikaans. Wie liever Europees gaat, vindt sterke alternatieven als het Zweedse Mullvad en het Zwitserse Proton VPN. Beide houden geen logboeken bij, ze bieden een wereldwijde keuze aan VPN-servers en gebruiken opensource-clientapps. Je vindt er ook functies als een killswitch (je verbinding wordt meteen verbroken als de VPN-server wegvalt) en split-tunneling (je kiest zelf welke apps via de VPN lopen). Proton VPN ondersteunt wel beter streamingdiensten als Netflix en Prime Video. Beide kosten zo'n 5 euro per maand.

Proton VPN biedt tevens een beperkte gratis versie, handig om mee te starten. Surf naar de site van Proton VPN, vul je e-mailadres in, klik op Begin met Proton VPN en stel een sterk wachtwoord in (twee keer). Je kunt meteen de client-app downloaden, bijvoorbeeld voor Windows. Installeer die (extra apps hoef je niet mee te nemen) en meld je aan met je Proton-account. Kies een VPN-server in een beschikbaar land (vijf in de gratis versie), klik op Verbinden en test de VPN-verbinding gerust via bijvoorbeeld www.whatismyip.com. Of nog beter (in het kader van dit artikel) www.watismijnip.nl/.

Controleer de VPN-verbinding door te kijken naar wat je ip-adres is.

Nog meer privacy?

Met een screenfilter kan niemand meekijken bij wat jij op je laptop doet