ID.nl logo
Wielrennen: zo maak je een goede start
© Andriy Tymoshchuk
Mobiliteit

Wielrennen: zo maak je een goede start

Wielrennen is een geweldige sport waarbij je ook nog eens je omgeving ontdekt. Je verbrandt makkelijk calorieën en geniet van de vrijheid. Hoe start je met deze prachtige sport en hoe bouw je conditie op?

Als het zonnetje weer schijnt zijn echte wielerfanaten amper in bedwang te houden. Het is namelijk weer tijd om met de racefiets op pad te gaan. Het begin van de zomer is ook het ideale moment om met deze sport te beginnen. Wat heb je als beginner nodig wanneer je gaat wielrennen? We leggen het hier voor je uit!

  • Voor je op pad gaat
  • De eerste weken
  • De ideale voeding voor fietsers
  • Trainingsschema: duurfietsen of hoge intensiteit?
  • Tips om de motivatie hoog te houden
  • Voeding voor, tijdens en na het wielrennen

Lees ook: Je eerste racefiets: wat heb je nodig als beginner?

Voor je op pad gaat

Wielrennen doe je voor het plezier en om fit te blijven. En heel belangrijker is dat je veilig de weg op gaat. Met een racefiets neem je deel aan het verkeer. Zorg er daarom voor dat je goed voorbereid op pad gaat. Oefen in een rustige omgeving eerst:

* In- en uitklikken van de pedalen
* Hoe en wanneer je schakelt
* Gedoseerd remmen, ook bij hogere snelheden

Als inwoner van Nederland zijn de meesten onder ons gewend om op de fiets deel te nemen aan het verkeer. Let er wel op dat je op een racefiets een stuk sneller rijdt. Zorg er verder voor dat je materiaal in orde is en je fiets is afgesteld op basis van jouw lengte. Wanneer je wielrent, haal je hoge snelheden: draag daarom altijd een helm.

De eerste weken

Wielrennen wijkt op veel vlakken af van een rondje maken op een stadsfiets. Niet alleen de intensiteit is anders, de houding waarmee je op de fiets zit is ook compleet anders. We adviseren je daarom om de eerste weken korte rondjes te maken. Een halfuurtje is in eerste instantie al genoeg. Je laat je lichaam wennen aan de wielerhouding en voorkomt overbelasting, zodat je een paar dagen later weer op pad kunt. Ook belangrijk: kies een mooie route uit.

©Have a nice day

Twee keer per week een rondje maken is in eerste instantie meer dan voldoende. Bouw de afstand en de snelheid rustig op en luister vooral naar je lichaam. We kunnen je niet precies vertellen wat voor jou perfect is. Iedereen is anders, en je fietservaring en conditie bij aanvang spelen een belangrijke rol. Een voordeel van wielrennen is dat een blessure niet heel waarschijnlijk is. Zolang je maar op een veilige manier deel uitmaakt van het verkeer.

Trainingsschema: duurfietsen of hoge intensiteit?

Het doel van wielrennen is voor iedereen anders. Misschien wil jij de Alpe d’Huez beklimmen, jezelf wekelijks tot het uiterste drijven of gewoon ontspannen een rondje fietsen in het weekend. Je bepaalt dit helemaal zelf en het belangrijkste is dat je plezier hebt in de sport. Nederland is erg vlak, zodat je al vrij snel lange afstanden kunt afleggen. Probeer zoveel mogelijk een constante snelheid vast te houden tijdens je tocht. In de bergen in het buitenland is de intensiteit een stuk hoger en is wielrennen uitdagender. In eigen land even goed oefenen, vooral in de heuvelachtigere provincies is geen overbodige luxe voordat je de Alpen te lijf gaat.

Tips om de motivatie hoog te houden

Fanatiek met een sport beginnen, hebben we allemaal weleens gedaan. Maar het kan lastig zijn om de motivatie vast te houden. Het voordeel van wielrennen is dat je het alleen kunt doen en je dus zelf bepaalt wanneer je op pad gaat. Daarom past de sport bij een druk leven. Maar het helpt ook om met iemand anders of een groepje op pad te gaan. Dat is gezelliger en je kunt elkaar aansporen.

©Arpad

Verder helpt het om aantrekkelijke en gevarieerde routes te fietsen. Een andere motivatiehulpje is het stellen van doelen. Hoelang kun je een bepaald tempo vasthouden? Met allerlei applicaties voor je smartphone is het bijhouden van je progressie makkelijker dan ooit. Denk er ook aan dat ‘lijden’ een klein beetje bij de sport hoort. Volgens sommige professionals is dat wat wielrennen zo aantrekkelijk maakt. Amateurs hoeven gelukkig niet zo ver te gaan. Maar als je echt door prestaties gedreven bent, moet je soms door de zure appel heenbijten.

Voeding voor, tijdens en na het wielrennen

Als je een behoorlijk tempo haalt, verbrand je tijdens het fietsen tussen de 500 en 700 kcal per uur. Dat is ongeveer zoveel als een maaltijd. Oftewel: wielrennen is een mooie sport als je wilt afvallen. Maar het betekent ook dat je goed moet eten om te voorkomen dat je halverwege de trappers niet meer in beweging krijgt of zelfs licht in het hoofd wordt.

©Alex Puhovoy

Eet voor je weggaat koolhydraten; brood is prima en pasta is nog beter. Zorg ervoor dat je voor onderweg snacks meeneemt. Bananen zijn onlosmakelijk aan wielrennen verbonden en bijna een symbool van de sport. Andere goede opties zijn granenrepen, ontbijtkoek en energiegel. Met een goede gesmeerde boterham is trouwens ook niks mis. Na het sporten is het verstandig om eiwitten tot je te nemen om te herstellen, zoals noten, kwark, kip, tonijn of een proteïneshake.

Gehydrateerd blijven is ook essentieel tijdens het wielrennen. Vooral op warme dagen heb je veel water nodig. Voor een uurtje fietsen moet je al snel een halve liter water rekenen. Neem op lange tochten daarom altijd minstens twee bidons mee.

Als je eenmaal aan het wielrennen verknocht bent, kun je niet meer zonder. We wensen je veel succes en plezier met de sport!

Ook interessant: Zeven kledingtips voor een nóg fijnere fietstocht

Toch liever met iets meer ondersteuning fietsen?

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.