ID.nl logo
Je eerste racefiets: wat heb je nodig als beginner?
© Rene Schmidt
Mobiliteit

Je eerste racefiets: wat heb je nodig als beginner?

Als de kou uit de lucht is, begint het bij veel fietsfanaten weer te kriebelen. Het wordt namelijk tijd om de wielrenfiets van zolder te halen. Ben jij van plan om met deze sportieve hobby te beginnen? Lees dan hier wat je nodig hebt!

Wat heb je nodig als beginnende wielrenner? Is een budgetfiets een goed idee of koop je beter meteen een professioneel model? We bespreken het allemaal in dit artikel. • Je eerste wielrenfiets: waar moet je rekening mee houden? • Materiaal, montagegroep en remmen • Overige benodigdheden en toekomstige upgrades Ga veilig de weg op met je racefiets: zo kies je een betrouwbare fietshelm.

Type wielrenfiets

In eerste instantie nemen veel mensen aan dat er maar één soort wielrenfiets bestaat. Maar wie de Tour de France volgt, ziet al snel dat de renners niet iedere dag op dezelfde fiets rijden. In grote lijnen zijn er vier soorten:

  • Allround: de naam zegt het al: je kunt met deze fiets alle kanten op en dat is handig voor beginners.

  • Endurance: gemaakt voor lange ritten. Je zit iets meer rechtop en dat is prettig voor beginners.

  • Aero: fiets met een zo laag mogelijk luchtweerstand door een sterker voorovergebogen houding.

  • Klim: fiets met een extreem laag gewicht. Duur en specialistisch en daarom voor starters niet geschikt.

Een allround of endurance fiets aan zijn de beste opties voor beginners.

Aankoopbedrag: wat is verstandig?

Starten met een dure racefiets is geen goed idee. Want wat als je wielrennen toch niet leuk vindt? Tegelijkertijd zijn de goedkoopste fietsen ook geen aanrader. Want daardoor beleef je minder plezier aan de sport. Wat is wel een mooi bedrag voor je eerste racefiets? Laten we vooropstellen dat het een sport met hoge startkosten is. Buiten het kopen van een fiets valt het mee, want je hoeft bijvoorbeeld geen contributie te betalen.

©pavel1964 - stock.adobe.com

Een degelijke racefiets met alle benodigdheden kost je al snel 1000 euro. Dan hebben we het nog over een beginnersmodel. Voor een fiets uit het middensegment ben je meer dan 2500 euro kwijt en voor een model uit de topklasse betaal je rond de 10.000 euro.

Tweedehands wielrenspullen kopen

Op de tweedehandsmarkt staan veel racefietsen en benodigdheden. Met een mooie deal bespaar je een hoop geld. Let er wel op dat de framemaat en dergelijke echt bij jou past. Dat is bij een racefiets nog een stuk belangrijker dan bij een standaard fiets. Denk er verder aan dat je vaak geen garantie hebt. Een ander voordeel bij het kopen van een nieuwe fiets is dat je bij een wielerwinkel geholpen wordt bij het perfect afstellen van de fiets. Een helm moet je wel altijd nieuw kopen. Want een tweedehands exemplaar kan onzichtbaar beschadigd zijn en daardoor onvoldoende bescherming bieden.

Zijn er verschillen tussen dames- en herenfietsen?

Tussen racefietsen voor dames en heren bestaat weinig verschil. Wielrenfietsen hebben sowieso het ontwerp van een herenfiets met de hoge stang tussen zadel en stuur. Er is wel een onderscheid tussen de zadels die mannen en vrouwen prettig vinden. Maar dat is persoonlijk en zul je toch echt zelf moeten ontdekken. We raden je wel aan om meteen te beginnen met een comfortabel zadel.

Lees ook: 5 goede racefietszadels voor langeafstandsritten

Het materiaal van het frame

Racefietsen worden gemaakt van aluminium, koolstofvezel (carbon), staal en titanium. Een stalen fiets is het goedkoopst, maar ook ouderwets, zwaar en kan gaan roesten. Titanium is een zeer geschikt materiaal, maar ook erg duur. Onder beginners is aluminium het populairst. Het is stevig, licht en betaalbaar.

Carbon is nog lichter, maar ook duurder en kwetsbaarder. Je zult al snel meer dan 1200 euro uit moeten geven voor zo’n model. Een voordeel is dat je door het lage gewicht makkelijker een helling opklimt en carbon trillingen beter absorbeert dan aluminium voor een hoger rijcomfort. Afhankelijk van je budget zijn aluminium en carbon goede opties voor beginners.

©Martin Hibberd

Montagegroep

De verzameling van pedalen, cranks, cassettes, kettingbladen, derailleurs en de kabels en hendels die erbij horen, noemen we de montagegroep, de aandrijving of gewoonweg de groep. Het zijn in feite de onderdelen waarmee je de fiets aanstuurt en aandrijft. Bij een beginnersfiets zit meestal standaard zo’n groep. Bij de hogere prijssegmenten zoeken renners vaak alles afzonderlijk bij elkaar.

Shimano, Sram en Campagnolo zijn de grootste en bekendste merken. Die hebben elk weer verschillende lijnen, oplopend van beginner tot professional. De montagegroep bestaat uit de meest kwetsbare onderdelen van een fiets. Duurdere groepen zijn duurzamer en alles werkt net even ietsje soepeler, zoals het schakelen. Als je van plan bent om rustig aan te beginnen is een starterset die op je eerste racefiets zit voldoende, zolang je kiest voor een betrouwbaar merk. Pas als je serieus gaat wielrennen, profiteer je significant van de voordelen van een dure montagegroep.

©chamnan

Remmen

Je racefiets kan niet zonder een paar betrouwbare remmen. De traditionele velgremmen zijn voor racefietsen nog altijd populair. Daarbij worden blokjes tegen de velg aangeklemd wanneer je de rem aantrekt. Het nadeel is dat ze niet zo goed werken als het geregend heeft of als je wielen vies zijn. Daarnaast beschadigen ze op den duur de velgen. Schijfremmen lijken dan ook de toekomst te hebben. Inmiddels zitten ze standaard op de meeste nieuwe racefietsen, ook binnen het lagere prijssegment.

Mechanische schijfremmen zijn goedkoop vergeleken met hydraulische schijfremmen. Dat laatste zijn door de hoge kosten en specialistisch onderhoud niet aan te bevelen voor beginners. Schijfremmen hebben veel remkracht en werken ook optimaal bij nattigheid en vuil. Als het even kan raden we je aan om voor mechanische schijfremmen te kiezen. Maar als je tijdens droog weer een vlak parcours aflegt, zijn velgremmen ook prima.

Wielrenschoenen

Wielrenschoenen worden nog weleens over het hoofd gezien. Terwijl ze wel degelijk noodzakelijk zijn. In eerste instantie zullen wielrenschoenen even wennen zijn. Erop lopen voelt wat apart aan.

©Egoitz Bengoetxea

Het is de bedoeling dat je de schoenen vastklikt in de pedalen en dat vereist enige oefening. Daarvoor gebruik je de schoenplaatjes onder de zool. Die koop je niet samen met de schoenen, maar horen bij de pedalen. Je maakt deze plaatjes vast aan de zool met 3 schroefjes in een driehoek. Alle racefietsschoenen gebruiken hetzelfde systeem, dus dat is lekker makkelijk. Dankzij het vastklikken kunnen je voeten niet van de pedalen schieten. Bovendien kun je ook bij een omhooggaande beweging van je voet extra kracht zetten door aan de pedaal te trekken. Handig om nog net de top van een berg te bereiken of dat sprintje vlak voor de finish te winnen.

Fietskleding

Wielerkleding zit strak zodat je zo min mogelijk weerstand ervaart. Sommigen vinden dat in eerste instantie ongemakkelijk om te dragen. Als je geen wedstrijden rijdt, is het dragen van een normaal sportshirt of T-shirt niet zo’n punt. Hoewel wielrenners op den duur altijd kiezen voor een echt fietsshirt. We adviseren om wel altijd een goede wielrenbroek aan te schaffen, die draag je trouwens zonder onderbroek. Een paar fietshandschoenen is eigenlijk ook onmisbaar. Daarmee voorkom je blaren op je handen tijdens lange tochten.

Ook interessant: Wielerkleding: wat draag je bij welke temperatuur?

Serieus werk maken van je wielertocht?

Wielerkleding vermindert weerstand waardoor je sneller gaat!

Lijst met overige benodigdheden

Voor een geslaagde wielertocht heb je meer nodig dan alleen een betrouwbare fiets. Denk ook aan een helm, een bandenplakset, een extra binnenband, een fietspomp of CO₂-patroon en een bidon.

Upgrades voor een later moment

Zodra je verknocht bent aan het wielrennen, leer je vanzelf meer over racefietsen. Echte fanaten hebben over elk onderdeel een oordeel klaar. Wat dacht je van een aerodynamischer stuur of lichtere wielen? Je kunt de montageset vervangen of uiteindelijk kiezen voor een high-end frame. We adviseren om met een goede basis te beginnen en als je veel fietst en meer leert kun je upgrades overwegen. Alvast veel fietsplezier!


▼ Volgende artikel
Opnemen, bewerken en delen met de Geluidsrecorder
© Olga Rai - stock.adobe.com
Huis

Opnemen, bewerken en delen met de Geluidsrecorder

Of je een lezing, een speech of een eigen muzieknummer wilt vastleggen, Windows heeft zijn eigen ingebouwde opname-tool. In Windows 10 en de eerdere versies van Windows 11 was de ingebouwde Geluidsrecorder een bijzonder spartaanse tool. De nieuwe versie ziet er heel wat beter uit.

Hoe eenvoudig het is om audio op te nemen in Windows 11, laten we in drie stappen zien:

  • Start een opname met één klik
  • Sla je bestand op in een van de verschillende formaten
  • Importeer een bestand, markeer belangrijke momenten en deel de opname

Een uitgebreider artikel lees je hier: Windows Geluidsrecorder: meer dan een nieuwe naam

Opname maken

Om het programma te starten, typ je Geluidsrecorder in de Windows-zoekbalk en kun je de app openen via de resultaten. Kijk in de linkerbenedenhoek, daar kun je de gewenste microfoon selecteren. Onderaan zie je de opnameknop, klik daarop om de opname te starten en doe hetzelfde om de opname te stoppen. De opgenomen audiobestanden verschijnen in de linkerbalk en in het centrale venster zie je de afspeelknop en een weergave van het geluid in een golfdiagram.

Controleer of de juiste microfoon is geselecteerd en start de opname.

Benoemen en opslaan

Je kunt de audiobestanden in verschillende formaten opslaan, zoals m4a, mp3, wma, flac en wav. Daarom klik je op de drie puntjes rechtsboven en selecteer je Instellingen / Opname-indeling. Ook de audiokwaliteit is aanpasbaar in drie niveaus: beste, hoog en gemiddeld. Ieder bestand dat je opneemt, krijgt de domme naam ‘Aan het opnemen’ met daarachter een volgnummer. Door met rechts op deze naam te klikken kun je bij de opdracht Naam wijzigen. Onder deze opdracht vind je ook de functie In map weergeven. Zo kom je bij de map waar deze app zijn bestanden opslaat. De audio wordt altijd opgeslagen in de map Geluidsopnamen (in de map Documenten).

Selecteer vooraf de geluidskwaliteit die je op het oog hebt.

Markeren en delen

Geluidsrecorder heeft een knop om een audiobestand te importeren. En je kunt de afspeelsnelheid aanpassen van 0,25 tot 4 keer. Terwijl de opname loopt, is het mogelijk om bepaalde punten te markeren. Dat doe je met de sneltoets Ctrl+M of de knop Markeren, die in de rechterbenedenhoek staat. Door een markering te plaatsen, onderbreek je de opname niet. Bij het beluisteren kun je sneller naar zo’n markering schakelen. Op de tijdlijn verschijnt zo’n markering als een rood streepje.

Ben je klaar, dan kun je de opname delen met anderen. Opnieuw klik je met de rechtermuisknop op de naam van het bestand en dan selecteer je de manier hoe je het bestand wilt delen. Dat kan bijvoorbeeld met de functie Naburig delen.

Door met rechts op de naam van een bestand te klikken, kun je de opname delen.

▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten
© RossandHelen
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten

Voordat je een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser aanschaft, is één ding belangrijk: de juiste maten weten. Een paar millimeter kan het verschil maken tussen een strakke keuken of een dure miskoop. Hoe meet je de nis precies op? Hoeveel ventilatieruimte is nodig? En waar moet je rekening mee houden bij aansluitingen?

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over: • Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Bij het kiezen van inbouwapparatuur voor je keuken is precisie alles. Een afwijking van slechts een paar centimeter kan ervoor zorgen dat je nieuwe koelkast, oven, of vaatwasser onmogelijk in de daarvoor bestemde ruimte past. Of het nu gaat om een inbouwkoelkast, een espressomachine of een diepe oven: een haastig genomen maat is zelden een goed idee. Laten we daarom stap voor stap kijken hoe je dit voorkomt, zodat je straks geen verrassingen tegenkomt tijdens de installatie.

Algemene meetprincipes 

Voordat je begint met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik een precieze rolmaat en een digitale schuifmaat voor de beste resultaten. Meet niet alleen de buitenkant van je keukenkasten, maar focus op de binnenafmetingen van de nis: breedte, hoogte en diepte. Houd daarnaast rekening met de benodigde ventilatieruimte, meestal 2 tot 5 centimeter aan de achter- en zijkanten. Check ook waar stopcontacten, wateraansluitingen en doorvoeren voor kabels zitten. Deze details zijn minstens zo belangrijk als de afmetingen zelf.

©Andrey Sinenkiy

Hier let je op bij een:

Inbouwkoelkast of -vriezer 

Bij koelkasten en vriezers is de nishoogte een cruciale maat, die per model sterk kan verschillen. Veelvoorkomende hoogtes zijn 88, 140 en 178 centimeter, maar er zijn uitzonderingen. Let ook goed op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme heeft doorgaans 1 tot 2 centimeter extra ruimte in de breedte nodig. Voor de diepte geldt dat 55 centimeter meestal volstaat, al kan dat oplopen tot 60 centimeter bij modellen met een ventilator aan de achterzijde.

Inbouwoven en -magnetron 

Hoewel deze toestellen op het eerste gezicht standaard lijken, kunnen de afmetingen verschillen. De nisbreedte is meestal 56 centimeter, terwijl de voorzijde van het toestel vaak 59,5 centimeter breed is. Dit zorgt ervoor dat het front mooi aansluit op de keukenkast. De hoogte is een belangrijk aandachtspunt: compacte ovens beginnen bij 45 centimeter, terwijl standaardmodellen 60 centimeter nodig hebben. Bij magnetrons is het slim om rekening te houden met bedieningspanelen die kunnen uitsteken en extra ruimte bovenin vragen.

Inbouwvaatwasser 

Bij vaatwassers draait het vooral om de hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 centimeter, maar dankzij verstelbare poten heb je hier wel wat 'bewegingsruimte'. Minstens zo belangrijk is de plinthoogte: meet van de vloer tot de onderkant van de kast en niet alleen de zichtbare plint. Vergeet ook de waterslang niet—reken op zo'n 5 centimeter extra diepte om voldoende ruimte te houden voor de aansluiting.

Inbouw-espressomachine 

Espressomachines zijn compact, maar nauwkeurig meten blijft belangrijk. De standaardbreedte ligt meestal rond de 56 centimeter, maar de diepte kan variëren. Afhankelijk van het model neemt het waterreservoir aan de achterkant 40 tot 55 centimeter in beslag. Let ook op de kleppen: bij een machine die naar voren opent, is extra ruimte nodig om koffiebonen of cups eenvoudig te vervangen.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Voorkom deze veelgemaakte fouten 

Een veelvoorkomend probleem is dat apparatuur nét niet past, ondanks zorgvuldig meten. Dit komt vaak doordat ventilatieruimte of aansluitingen over het hoofd worden gezien. Een handige tip: plak een stuk tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het toestel komt en markeer daarop de positie van stekkers en leidingen. Controleer ook of de nis waterpas is, vooral bij koelkasten met schuiflades. Een scheve ondergrond kan voor problemen zorgen, dus stel de keukenkast indien nodig bij voordat je gaat installeren.

Bij renovaties spelen vaak afwijkende maten een rol. Oudere keukens kunnen dikkere kastwanden of ongewone nisdieptes hebben. Meet daarom niet alleen de huidige situatie, maar vergelijk deze met de afmetingen van het nieuwe toestel. Twijfel je? Overweeg dan advies van een keukenexpert, zeker bij complexe combinaties zoals een oven met een ingebouwde magnetron.

En dit moet je echt altijd als laatste doen...

Het klinkt als een open deur, maar het blijft de beste garantie op succes: meet alles minimaal twee keer. Schrijf de maten op en leg ze naast de technische specificaties van het apparaat. Let daarbij op details als verstelbare poten, een uitklapbaar bedieningspaneel of deuruitsparing. Zo voorkom je dat je keukenproject verandert in een puzzel met ontbrekende stukken. Want uiteindelijk draait het erom dat alles naadloos samenvalt – letterlijk én figuurlijk.