ID.nl logo
Sony Xperia 1 III: status quo versterken of verbreken?
© PXimport
Huis

Sony Xperia 1 III: status quo versterken of verbreken?

Sony maakt camera’s, televisies, gameconsoles en (van oudsher) audioproducten – dan zou je toch kunnen stellen dat succes voor een smartphone gegarandeerd is. Al jaren blijkt: niets is minder waar. Gaat de Sony Xperia 1 III hier verandering in brengen of versterkt die de status quo?

De Sony Xperia 1 III is een high-end smartphone pur sang. Sony lijkt nergens op bezuinigd te hebben. Onder de motorkap zit een razendsnelle Qualcomm Snapdragon 888-processor, vergezeld door 12 GB aan werkgeheugen en 256 tot 512 GB aan interne opslagruimte (van het type ufs 3.1). Het opslaggeheugen is uitbreidbaar met een micro-sd-kaart tot 1 TB. In dezelfde slot kun je ook een tweede simkaart plaatsen. Het toestel heeft stereospeakers, waar een helder, zacht en redelijk breed geluid uitkomt, evenals een accu met een vermogen van 4.500 mAh. Die accu doet er wel twee uur over om volledig opgeladen te worden (en anders voor vijftig procent in een half uur).

Voorop zit een groot, niet al te helder oledscherm van 6,5 inch, en een resolutie van maximaal 3.840 bij 1.644 pixels. Daarnaast is er een verversingssnelheid van 120 Hertz. Hier wordt het wel een beetje ingewikkeld, aangezien Sony in het menu niet duidelijk maakt wat er gebeurt wanneer je die stand activeert. Je kunt dus de 4k-resolutie niet combineren met 120 Hertz (dat kan alleen in bepaalde apps). Activeer je die stand toch, dan schakelt de smartphone over naar een resolutie van 2.560 bij 1.096 pixels. Dat is helemaal niet erg, want op kleinere schermen heb je vrij weinig aan een 4k-resolutie. Die vreet dan onnodig veel energie. Het gebrek aan duidelijkheid vormt wel een probleem.

©PXimport

©PXimport

Strakke verpakking

Dat mooie, grote scherm en al die high-end specs worden verpakt in een strakke verpakking, net zoals bij de voorgaande iteraties. Leg je ze allemaal naast elkaar neer, dan zie je slechts kleine verschillen. De Sony Xperia 1 III is nog steeds lang en smal en ligt daardoor lekker in de hand. Nieuw is dit keer de knop voor de Google Assistent. Die voelt een beetje onnodig, maar dat zal ongetwijfeld per gebruiker verschillen. Gelukkig zit de knop niet al te veel in de weg. Aan de rechterkant zit de snelle vingerafdrukscanner. Sony trekt dus nog steeds zijn eigen plan als het om scanners aankomt, aangezien het gros van de fabrikanten overgestapt is op in-display scanners.

Onderop zit de usb-c-poort, bovenop – nog altijd verrassend genoeg – de audiopoort. Het is goed om te zien dat Sony eigenwijs blijft en z’n eigen plan trekt aangaande belangrijke elementen op een smartphone. Zo ben je namelijk niet verplicht te investeren in een adapter (van 3,5mm-naar-usb-c) of een draadloze headset of setje oordoppen. De achterkant is dit keer mat gemaakt, wat het geheel een nog strakker uiterlijk geeft. Het zakelijke karakter komt zo heel mooi naar voren, terwijl vingerafdrukken geweerd worden. De stereospeakers zijn mooi verwerkt in de voorkant van de smartphone, die overigens lekker in de hand ligt. De knoppen zijn allemaal goed bereikbaar.

Dat Sony oog voor detail heeft, blijkt uit flink wat elementen van de Sony Xperia 1 III (en zijn voorgangers). De trede aan de linkerkant, met ruimte voor twee simkaarten of een simkaart en een micro-sd-kaart, is geheel zonder tools open te maken. In de lade zit een kleine inkeping, waardoor je die moeiteloos met je nagel openmaakt. Handig voor wanneer je je gemaakte foto’s heel snel wil overzetten op een computer, aangezien je zonder gedoe de sd-kaart eruit haalt. Verder is er een ip68-certificaat, waardoor die probleemloos en val in bad overleeft, evenals bescherming van Gorilla. Voorop zit Gorilla Glass Victus en achterop Glass 6. Het metalen frame houdt alles mooi samen.

©PXimport

©PXimport

Fijne gebruikservaring

Waarom Sony zo slecht scoort met z’n smartphones, is een raadsel wanneer je puur naar de gebruikservaring kijkt Het prachtige en grote amoledscherm geeft kleuren natuurgetrouw weer. Je bekijkt bioscoopfilms zonder zwarte balken. En de stand voor filmmakers zorgt voor beeldinstellingen zoals een maker die bedoeld heeft. Krachtig marketingmateriaal ten eerste, maar ook de waarheid ten tweede. Dit geeft het toestel absolute meerwaarde. De interface is verder overzichtelijk en schoon. Android 11 wordt nagenoeg kaal aangeleverd, al zijn er toch exclusieve Sony-functies. Helaas worden er wel wat apps meegeleverd waar weinig mensen op zitten te wachten.

Zo hebben de toestellen van Sony Xperia een zijsensor waarmee je toegang krijgt tot de apps die je vaak gebruikt. Welke apps terugkomen in dit menu, heb je helemaal zelf in de hand. Daarnaast is het goed om te zien dat Sony met de tijd meegaat en het toestel voorbereidt op de toekomst, dankzij de ondersteuning voor wifi 6, bluetooth 5.2 en 5g. Ook is er een nfc-chip aanwezig, waardoor je bijvoorbeeld mobiele betalingen kunt verrichten. Die elementen zorgen ervoor dat de Sony Xperia 1 III completer is dan ooit, waardoor je ook niet snel het gevoel hebt iets mis te lopen. Nu is het nog wachten op een goed 5g-netwerk in Nederland, maar dat komt er langzaamaan aan.

Verder is het zo dat de Xperia 1 III een handige modus voor één hand aanbiedt. Dat het scherm zo lang en uitgerekt is, is prima voor foto’s, video’s en andere content. Maar voor de dagelijkse bediening kan het soms vervelend zijn dat je duim niet overal bij komt. Met een simpele handeling verklein je het scherm digitaal en verschijnt die in de hoek, waardoor het navigeren gesmeerd gaat. Hier kleeft wel een nadeel aan. Wanneer je gebruikmaakt van de navigatie op basis van gebaren, en dus de traditionele Android-knop onderin weghaalt, dan moet je de modus voor één hand echt opzoeken binnen de instellingen. Hopelijk kan Sony hier nog eens iets op vinden.

©PXimport

©PXimport

Het beeld in 120 Hz weergeven is echt zalig. Zeker op dat mooie oledscherm van Sony. Er valt geen gestotter te bekennen en apps vloeien gewoon over het display. Het is prima dat de resolutie verlaagt wordt naar een full hd-resolutie, want dat scheelt weer in het accugebruik. En over die accu gesproken: heel jammer is het niet dat die er twee uur over doet om volledig op te laden. Sony zet daarmee, en met andere functies, in op het preserveren van de batterij. Daardoor gaat die langer mee, waardoor je ook langer kunt doen met het toestel en niet snel aan vervanging toe bent. Wat ons betreft dus een groot voordeel, want dat is dan weer minder belastend voor het milieu.

Tot slot is het opvallend dat Sony redelijk goed lijkt om te gaan met software-ondersteuning. Tijdens het installeren van het recensiemodel waren er twee toestelupdates beschikbaar. Daardoor staat de beveiligingsupdate nu op het niveau van 1 juli 2021. Sony belooft twee jaar aan Android-upgrades en drie jaar aan beveiligingsupdates. Hoewel dat in de basis prima is, is het ergens ook wel mager. Zeker aangezien vooral Nokia laat zien dat toestellen meer dan prima langer te ondersteunen zijn met Androidup-grades. Voor een toestel met een adviesprijs van 1299 euro, mag je eigenlijk meer verwachten. De twee jaar aan ondersteuning is daarmee het minimale wat Sony kan doen.

©PXimport

©PXimport

Het prachtige camerasysteem

Het belangrijkste onderdeel van de Sony Xperia 1 III is zonder meer het camerasysteem. Het is een prachtig, maar geen ongeëvenaard systeem – puur wanneer je kijkt naar hardware. Het systeem bestaat uit vier sensoren, waarvan drie twaalf megapixelsensoren zijn. Dat is de groothoeklens, ultragroothoeklens en de telelens. Die bieden brandpuntafstanden van 16, 24, 70 en 105 millimeter aan. Tot slot is er nog een time of flight-sensor aanwezig, van o,3 megapixel, oftewel een dieptesensor. Het systeem beschikt over handige snufjes, zoals oogtracking, hdr en opnames van 30 tot 240 fps, variërend van de 4k tot 1080p. Voorop zit een selfiecamera van achtmegapixel.

De specs vertellen vaak – maar zeker ook in dit geval – het halve verhaal. Goede (smartphone)camera’s kenmerken zich niet door een hoog aantal megapixel, maar wat je met die megapixels doet. Het betekent wel dat Sony’s smartphonecamera’s wat minder goed zijn voor mensen die foto’s in zeer hoge resoluties willen maken met voldoende licht. Wat je daarvoor terugkrijgt is een ontzettend goed functionerende kleurenspectrumsensor, gecombineerd met talloze softwaremogelijkheden en optimalisaties. Sony belooft dat je natuurgetrouwde foto’s kunt maken met dit toestel en uit onze ervaringen blijkt dat ook daadwerkelijk het geval te zijn.

©PXimport

©PXimport

Daar waar andere smartphones de realiteit vaak mooier doen ogen dan die daadwerkelijk is – middels kunstmatige intelligentie – zien we dat Sony voor een andere route kiest. De kleuren in de foto’s komen veel meer overeen met de kleuren uit het echte leven. En dat betekent dat de foto’s wellicht een beetje grauw en bleek zijn, maar dat is dan ook omdat de omgeving waarin je bent wellicht een beetje grauw en bleek is. Dat ligt dus niet aan de camera, want die legt momenten dus heel mooi vast, haast zoals je ze zelf zou waarnemen. Niet iedereen houdt daarvan, maar voor liefhebbers van fotografie is dat wel een groot pluspunt. Niets wordt beter gemaakt dan het is.

Ten opzichte van vorig jaar heeft Sony de software toch ietwat versimpeld. Zo zien we dit keer geen dubbele apps voor foto- en videografie, maar zit alles nu in één app verwerkt. De app stelt je heel snel in staat te wisselen van modi. Zo kun je alles helemaal zelf instellen als je dat wil, maar je kunt het toestel ook het werk voor je laten doen. Daarin is Sony natuurlijk niet uniek. Maar het versimpelt het maken van mooie foto’s wel enorm. En als je dan toch zelf meer uit de hardware wil halen, dan kan dat gewoon. Je krijgt namelijk toegang tot dezelfde software-omgeving die door de Alpha-camera’s geïnspireerd is. Hierdoor heb je als fotograaf in spé iets meer houvast en overzicht.

©PXimport

©PXimport

Sony Xperia 1 III – conclusie

Over een toestel als de Sony Xperia 1 III kunnen we nog pagina’s volschrijven en uren over mijmeren, omdat er gewoonweg veel aandacht voor detail is en met name het camerasysteem té uitgebreid is voor een simpele en overzichtelijke review. Weet dat je veel meer uit je foto’s kunt halen dan bij concurrerende modellen, al kan het aantal megapixels voor sommige mensen kan tegenvallen. Dan hebben we het nog niet eens over de sluiterknop gehad aan de zijkant, waarmee je foto’s kunt scherpstellen en maken. Nog zo’n troef in handen waarmee Sony laat zien een eigen pad te bewandelen. Maar of het de status quo verandert, dan betwijfelen we helaas. Het is te niche.

We maken ook nog even de vergelijking met de voorganger. Heb je al een Sony Xperia 1 II thuisliggen, dan raden we niet aan over te stappen. Daarvoor zijn er te weinig verschillen merkbaar. Het camerasysteem is nagenoeg hetzelfde, de software-optimalisaties zijn niet uniek en het algemene design is ook onveranderd. Qua accuduur ga je er ook niet echt op vooruit, omdat beide toestellen even lang meegaan (anderhalve dag bij matig gebruik) en de Xperia 1 III er zelfs langer over doet om op te laden (maar dat zien we in dit geval als een positief punt). Wordt dit echter je eerste Xperia 1, en ben je op zoek naar een goede smartphonecamera, go for it.

Echte concurrentie heeft Sony niet in dit segment. Ja, voor die prijs haal je de duurdere Samsungs en Apples van deze wereld in huis. Maar op het gebied van fotografie zijn er haast geen toestellen die plaatjes zo nauwkeurig en natuurgetrouw in beeld brengen. Sony staat hiermee eenzaam aan de top. Natuurlijk zijn er dingen die tegenvallen, maar dat zijn meer zaken die je in het achterhoofd moet houden. Als je namelijk een Sony op het oog hebt, dan weet je inmiddels waar je aan begint en wat je kunt verwachten. Je koopt zo’n toestel met een specifiek doel voor ogen en dat is natuurlijk fotografie. En dat is iets waar die Samsungs en Apples toch echt niet aan kunnen tippen.

Uitstekend
Conclusie

**Adviesprijs** € 1299,- **Kleuren** Zwart, grijs en paars **OS** Android 11 **Scherm** 6,5 inch oled (3.840 bij 1.644, 60 Hz of 2560 x 1.096, 120 Hz) **Processor** Qualcomm Snapdragon 888 **RAM** 12 GB **Opslag** 256 tot 512 GB (uitbreidbaar) **Batterij** 4.500 mAh **Camera** 12, 12 en 12 megapixel (achter), 8 megapixel (voor) **Connectiviteit** 5G, 4G (LTE), Bluetooth 5.2, wifi 6, gps, nfc **Formaat** 165 x 71 x 8.2 mm **Gewicht** 186 gram **Overig** IP68-certificering **Website** [www.sony.nl](https://www.sony.nl/electronics/smartphones/xperia-1m3)

Plus- en minpunten
  • Strak design
  • Natuurgetrouwe foto's
  • Prachtig oledscherm
  • Waterdicht
  • Software en gebruik
  • Scherm niet heel helder
  • Niet voor iedereen
  • Softwarebeleid
  • Onduidelijkheid over scherminstellingen
  • Weinig verschil met voorganger
▼ Volgende artikel
Hoe komt het dat mijn smartphone steeds trager wordt?
© denis_vermenko - stock-adobe.com
Huis

Hoe komt het dat mijn smartphone steeds trager wordt?

Wellicht merk je er zelf wel wat van en anders heb je het vast wel eens om je heen gehoord: smartphones die mettertijd trager worden. En dat terwijl de hardware toch echt razendsnel was op het moment dat je het toestel kocht. Dit is waarom ze toch minder snel worden.

Dat smartphones na een aantal jaar langzamer worden dan toen ze net nieuw waren, heeft een aantal redenen, die we in dit artikel bespreken:

  • Algemene veroudering (of: geplande veroudering)
  • Systeemupdates die meer ruimte in beslag nemen
  • Systeemopslag loopt vol door apps en bestanden

Niet iedereen heeft het geld ervoor (over) om ieder jaar of misschien om de twee jaar een nieuwe smartphone te kopen. De meeste toestellen kunnen minimaal vijf jaar meegaan, maar toch proberen fabrikanten ons ertoe te verleiden een nieuw model te kopen. Want je hebt vast wel gemerkt dat je huidige telefoon trager is dan eerst, toch? Toch?! Aangezien we collectief een hekel lijken te hebben aan trage toestellen, gaan we vaak overstag. Maar als je begrijpt waarom smartphones trager worden, dan kun je daar misschien ook iets tegen doen.

Algemene of geplande veroudering

Eén van de eerste redenen die hieraan ten grondslag liggen is algemene of geplande veroudering. Het idee daarachter is dat techbedrijven producten met een beperkte levensduur uitbrengen. Dergelijke apparaten lopen dan achter op nieuwe producten, kunnen recente technologische ontwikkelingen niet ondersteunen of verslechteren na iedere update.

Met dat soort tactieken proberen fabrikanten er alles aan te doen om je aan het upgraden te krijgen. Maar eerlijk is eerlijk, soms is een apparaat ook aan vervanging toe. Kijk eerst of je nog iets zelf (kunt laten) maken en bedenk dan pas of upgraden echt nodig is. Als je smartphone echt te oud wordt, merk je dat vanzelf en dan kun je het beste upgrademoment zelf inplannen.

©fizkes

Systeemupdates nemen meer ruimte in beslag

In het verlengde van het vorige punt kan het ook zijn dat de systeemupdates voor je smartphone simpelweg meer ruimte in beslag nemen. Nieuwe hardware beschikt over geoptimaliseerde software, die perfect aansluit bij hoe het toestel op dat moment in de markt gezet wordt. Maar na jaren updates en upgrades ontvangen, loopt de systeemopslag al snel vol.

En omdat oudere apparaten ook nieuwere functies ontvangen, blijft die opslag alsmaar vollopen. Het kan ook zijn dat recente functies meer vragen van verschillende systeemonderdelen, waardoor het toestel het gebruik niet meer kan bijbenen. Het kan hierbij helpen om af en toe je toestel terug te zetten naar de fabrieksinstellingen.

Systeemopslag raakt vol

En tot slot spelen andere opgeslagen bestanden hier ook vaak een rol in. Hoe meer apps je downloadt, hoe meer opslag er nodig is. En hoe meer apps je gebruikt, hoe voller het cachegeheugen zit. Bovendien brengen appmakers ook steeds updates uit die ruimte in beslag nemen, om nog maar te zwijgen over alle foto's en video's die we tegenwoordig zelf maken in hoge resoluties.

Wat je hiertegen kunt doen is gelukkig simpel. Leeg af en toe het cache van je Android-apparaat of de apps die je gebruikt en sla beeldmateriaal (foto's) op in de cloud of een pc. Het kan daarnaast geen kwaad om kritisch te zijn op de apps die je gebruikt. Verwijder alle apps die al een tijdje digitaal stof verzamelen en voor je het weet voelt je smartphone alweer een stuk sneller aan.

Lees meer: Cache leegmaken en data verwijderen op Android is belangrijk


▼ Volgende artikel
De 10 meest gemaakte fouten in Word - en hoe je ze oplost
© Simon Lehmann
Huis

De 10 meest gemaakte fouten in Word - en hoe je ze oplost

'Van je fouten kun je leren.’ Deze uitspraak is nogal een dooddoener, want vaak realiseer je niet eens waar het misging. Laten we daarom eens de meest voorkomende missers bekijken bij het gebruik van Microsoft Word. En vooral: hoe kun je het dan wél goed en efficiënt doen?

In dit artikel laten we zien hoe je typische fouten in Microsoft Word kunt vermijden en efficiënter kunt werken:

  • Gebruik kopstijlen in plaats van handmatige opmaak voor koppen
  • Zorg voor een consistente alinea-opmaak
  • Voeg nieuwe pagina’s toe met een pagina-einde en niet met een heleboel Enters
  • Gebruik tabellen in plaats van tabs en spaties om gegevens netjes uit te lijnen
  • Controleer verborgen opmaaktekens om fouten te vinden en te corrigeren
  • Beperk overmatig kleurgebruik en kies voor een samenhangend kleurenpalet

Handig om te weten: Deze plug-ins laten je nog productiever werken met Word

Microsoft Word wordt al 38 jaar gebruikt voor het opstellen van de meeste tekstdocumenten. Veel mensen gebruiken dit programma vanaf de dag dat ze een computer hebben. Maar het gebruik is te vergelijken met het rijden van een auto. Zonder dat je het door hebt, ontwikkel je een aantal slechte gewoontes. Daardoor verlies je tijd en werk je minder efficiënt. Wat zijn de meest voorkomende fouten die je kunt vermijden bij het maken van nieuwsbrieven, verslagen en andere documenten? Laten we ze eens doornemen.

1 Stijlen voor kopjes

Waarschijnlijk heeft je document een titel en verdeel je de inhoud in logische onderdelen die telkens beginnen met een kopje. Uiteraard wil je dat zo’n kop in het oog springt en daarom zet je hem in een groter of ander lettertype en misschien maak je hem ook vet. Door de kopjes handmatig op te maken, zorg je helaas dat een aantal automatische functies in Word niet goed functioneren.

Voor de tekst en vooral voor kopjes gebruik je beter de groep Stijlen op het tabblad Start. Plaats de muisaanwijzer op de eerste kop van de tekst en kies in de groep Stijlen of in het deelvenster Stijlen de stijl Kop 1. Wanneer er een subkop is, krijgt die daarna de stijl Kop 2. Op die manier voorzie je alle kopjes van een zogeheten kopstijl.

Bevalt de stijl je niet? Je kunt elke kopstijl aanpassen. De wijzing wordt automatisch in het volledige document doorgevoerd. In de groep Stijlen van het tabblad Start klik je met rechts op de stijl Kop 1 en je selecteert de opdracht Wijzigen. Daarna pas je in het dialoogvenster Stijl wijzigen het lettertype, de lettergrootte en -kleur aan. Pas dit toe en sla de stijl op, zodat die meteen wordt doorgevoerd in de volledige inhoud van het document.

Elke kopstijl kun je aanpassen naar jouw wensen.

Voordelen van kopstijlen

Het voordeel van kopstijlen is dat Word een aantal tijdrovende taken automatisch uitvoert aan de hand van deze stijlen. Met deze koppen bepaal je als auteur de hiërarchie binnen het document.

Als je het deelvenster Navigatie opent met Ctrl+F of Beeld / Navigatievenster, dan zie je in de linkerbalk de volledige structuur van het document. Als je in het navigatievenster op een kop klikt, schakel je rechtstreeks naar dit onderdeel. Dat is ontzettend handig bij erg lange documenten.

Op basis van de kopstijlen kan Word eenvoudig een inhoudsopgave met paginaverwijzingen voor je maken. Plaats de muisaanwijzer op de plek waar de inhoudsopgave moet komen. Vervolgens klik je in het tabblad Verwijzingen op de knop Inhoudsopgave. Kies nu een lay-out voor de inhoudsopgave. Als je later nog een hoofdstuk hebt aangepast, klik je op de knop Bijwerken naast de knop Inhoudsopgave.

Als je kopstijlen gebruikt, maakt Word heel eenvoudig een inhoudsopgave voor je.

2 Opvallende lettertypes

Of je nu Arial, Verdana of Avenir gebruikt, houd je aan hetzelfde lettertype door het hele document. Gebruik eventueel alleen een ander lettertype voor koppen, ondertitels, bijschriften of specifieke tekstsoorten. Als je wilt dat de kop eruit springt, kun je een meer opvallend lettertype gebruiken, maar houd het in ieder geval eenvoudig.

Het is niet de bedoeling dat de vormgeving de lezer afleidt van de inhoud. Je kunt bijvoorbeeld het lettertype iets groter maken dan de tekst die volgt, of bepaalde kleurnuances gebruiken, zoals tinten van blauw. Voor kopjes wordt vaak een schreefloos lettertype gekozen. Dit lettertype heeft geen dunne dwarsstreepjes aan de basislijn. Schreefloze lettertypes zien er moderner uit dan lettertypes met schreven, die een klassiekere uitstraling hebben.

Schreefletters hebben een streepje aan de basis.

3 Alinea’s laten inspringen

De opmaak waarbij je de eerste regel van een alinea laat inspringen, is tegenwoordig achterhaald. Als je hier toch aan vasthoudt, moet je de alineastijl aanpassen en zeker nooit de spatiebalk gebruiken. Als je dat toch doet, zul je merken dat het inspringen door de hele tekst verschilt.

Gebruik liever de optie Alineastijl. Klik in het tabblad Start op het kleine pijltje rechtsonder naast Alinea. Kies onder de sectie Inspringing bij Speciaal de optie Eerste regel en typ daarna de gewenste inspringingsafstand. Klik op OK en alle alinea’s met die stijl krijgen een consistente inspringing van de eerste regel.

Laat alinea’s inspringen met de Alineastijl.

4 Voldoende witruimte

Een Word-document is geen PowerPoint-presentatie waarin je per dia met een afbeelding en enkele steekwoorden een boodschap overbrengt. Vergeet alleen niet om voldoende witruimte te gebruiken om de tekst leesbaar te houden. Zorg voor voldoende ruimte in de tekst. Het is niet zo dat een pagina die volgepropt is met inhoud direct professioneler oogt. Als je wat ruimte laat, komt de boodschap veel aangenamer over. Voeg eventueel twee regelafbrekingen toe om extra witruimte te creëren en zorg ervoor dat de paginamarges breed genoeg zijn.

Klik in het lint op het tabblad Indeling en klik op Marges om deze in te stellen. Hier maak je een selectie uit vijf standaardinstellingen (Normaal, Smal, Gemiddeld, Breed en Gespiegeld) en de Laatste aangepaste instelling. De term Gespiegeld wordt gebruikt voor pagina’s die tegenover elkaar liggen. Dat is nuttig wanneer je documenten dubbelzijdig afdrukt. Met de optie Aangepaste marges voer je de breedte van de marges numeriek in.

Meer witruimte maakt een document altijd beter leesbaar.

5 Nieuwe pagina toevoegen

Een klassieke fout van de Word-gebruiker zonder opleiding is de manier waarop een nieuwe pagina wordt toegevoegd. Stel dat je halverwege een pagina bent en je wilt dat het volgende onderdeel op een nieuwe pagina begint. Het is een vergissing om dan meerdere keren op de Return- of Enter-toets te drukken totdat de cursor op de volgende pagina staat.

De tekststroom in Word hangt af van het gebruikte lettertype en de geselecteerde printer. Als je later iets in de tekst wijzigt, verandert de locatie waar je de nieuwe pagina had verwacht. Ook wanneer je bijvoorbeeld in een stukje tekst het lettertype of de lettergrootte verandert, brengen de returns je in moeilijkheden.

Om een nieuwe pagina toe te voegen, klink je eerst op de positie waar je deze wilt hebben. Daarna ga je naar het tabblad Invoegen in het lint en klik je op Pagina-einde. Of je gebruikt de toetscombinatie Ctrl+Return of Ctrl+Enter. De pagina wordt daarmee automatisch ingevoegd.

Om een nieuwe pagina te beginnen, voeg je een pagina-einde toe.

De juiste toets gebruiken?

Start de zoektocht naar een fijn toetsenbord

6 Controle met verborgen opmaaktekens

Microsoft Word heeft een manier om alle opmaaktekens te tonen. Deze tekens zijn normaal verborgen en worden niet afgedrukt. Door ze tevoorschijn te toveren, zie je waar de spaties, de tabs, de pagina-einden en de nieuwe alinea’s staan. Daarmee ontdek je waar en waarom het misgaat in de opmaak.

Je ziet bijvoorbeeld dat je meerdere spaties hebt geplaatst in plaats van een tab, of vier paragraaftekens in plaats van een pagina-einde. Om snel die opmaaktekens te zien, klik je in het tabblad Start op de knop Alles weergeven of gebruik je de toetscombinatie Ctrl+8. Deze knop vind je in de groep Alinea en heeft het pictogram van een paragraafteken.

Dit is knop om de verborgen opmaaktekens te tonen en te verbergen.

7 Raster maken met tabs

Om vergelijkende informatie in rijen en kolommen te ordenen, gebruik je vaak tabs. Maar met tabs krijg je soms problemen bij het uitlijnen van de gegevens. Dan begint bij veel mensen het improviseren met tabs in combinatie met spaties. Als je merkt dat je zowel tabs én spaties gebruikt om al deze informatie te ordenen, stop dan onmiddellijk en gebruik een tabel.

De tabtoetsen zijn een overblijfsel van de typmachine. Toen was er geen andere manier om een dataraster te maken. Tabellen maken het mogelijk om in de kolommen de gegevens op de juiste manier uit te lijnen. Als je de gegevens al in tabs hebt gezet, dan kun je die gemakkelijk omzetten naar een tabel.

Selecteer eerst alle gegevens en kies daarna voor Invoegen / Tabel / Tekst naar tabel converteren. Word vraagt vervolgens hoeveel kolommen en rijen je wilt. Je kunt ook een vaste kolombreedte hanteren, een kolombreedte aanpassen aan de inhoud, of een tabel kiezen die zich automatisch aangepast aan het venster.

Wanneer je zit te prutsen met tabs en spaties, kun je beter overschakelen naar een tabel.

8 Mijd WordArt en ClipArt

Eigenlijk is het verbazingwekkend dat Microsoft Word nog steeds WordArt aanbiedt, vooral omdat er zo’n rijke keuze aan lettertypes beschikbaar is. Wanneer je wilt laten zien dat je een minder goede smaak hebt en niet weet hoe je een document professioneel opmaakt, dan gebruik je WordArt. Kies Invoegen en vervolgens WordArt invoegen.

Je kunt de tekst nu een gloed geven, laten weerspiegelen, een schaduw toevoegen en meer. Hierdoor ziet de tekst er uit als neonreclame of als een snoepje. Als je een strak en professioneel document wilt, gebruik je dus geen WordArt of heel zuinig. Ook met ClipArt, de kleine tekeningen die je het internet vindt, ondermijn je je professionele waardigheid.

Laat je niet verleiden om WordArt te gebruiken.

9 Lage resolutie

Wil je afbeeldingen, zoals foto’s, toevoegen in je Word-document? Zorg dan dat deze voldoende resolutie hebben. Daarmee bedoelen we 300 pixels per inch (ppi). Een afbeelding op lagere resolutie ziet er op het scherm misschien goed uit, maar op de afdruk zie je alle losse pixels.

Je kunt de standaardresolutie wijzigen in de opties van Word. Klik op Bestand / Opties / Geavanceerd en wijzig in het onderdeel Grootte en kwaliteit van afbeelding de standaardresolutie naar 330 ppi of Hoge beeldkwaliteit. In de hoogste kwaliteit worden de afbeeldingen niet gecomprimeerd, tenzij ze groter zijn dan de canvasgrootte van het document. Het nadeel van de instelling Hoge beeldkwaliteit is dat het Word-document veel lijviger wordt en dat de verwerking iets trager aanvoelt op computers met weinig geheugen.

Je kunt de standaardresolutie van de afbeeldingen in het document instellen op 330 pixels per inch.

Foto’s met toestemming

Gebruik geen foto’s in je Word-document zonder licentie, tenzij het echt voor privé is bedoeld. Ook fotografen zijn hardwerkende mensen die terecht de erkenning en de verdiensten voor hun werk verwachten. Gebruik je toch afbeeldingen waarop copyright rust, dan kun je problemen krijgen. Er zijn gespecialiseerde bureaus die een verdienmodel hebben opgebouwd door fikse claims te sturen naar mensen die deze beschermde afbeeldingen zonder toestemming hebben gebruikt.

Er zijn voldoende websites waar je afbeeldingen mag plukken zonder dat je het copyright schendt zoals: www.pexels.com, www.unsplash.com, www.pixabay.com en https://nos.twnsnd.co (voor vintage foto’s). Soms zetten fotografen hun werken op het internet onder een Creative Commons-licentie (CC). De maker geeft je op die manier automatisch de toestemming om de afbeelding gratis te gebruiken. Je moet je wel aan de eventuele voorwaarden houden.

Op Pexels.com kun je gratis stockfoto’s downloaden.

10 Te veel kleur

Iedereen houdt van een beetje kleur, maar net als met lettertypes moet je zuinig omgaan met het kleurenpalet. Je kunt je beperken tot een paar tinten, zeker als je volgens een bepaalde huisstijl werkt. Je kunt kleuren gebruiken om een onderscheid te maken tussen verschillende categorieën of hoofdstukken, maar probeer dan verschillende tinten te gebruiken van dezelfde kleur om het geheel samenhangend te houden, terwijl er toch variatie is.

Een voorbeeld van schreeuwerig kleurgebruik.

Watch on YouTube