ID.nl logo
18 tips voor fotograferen met je smartphone
© Reshift Digital
Huis

18 tips voor fotograferen met je smartphone

Smartphones, maar ook tablets, hebben tegenwoordig goede camera's. Je hoeft niet langer meer per se een spiegelreflexcamera te hebben dus. Om mooie foto's te maken moet je wel de basisbeginselen van fotografie onder de knie krijgen. Met deze 18 tips wordt fotograferen met je smartphone een makkie.

Tip 01: Stevige grip

Je staat er misschien niet bij stil, maar je maakt zichtbaar betere foto’s en filmpjes door je smartphone stevig vast te houden. Als je erop let, zie je dat mensen hun telefoon vaak nogal nonchalant bedienen. Ze houden het toestel bijvoorbeeld met één hand losjes vast en nemen ‘en passant’ een filmpje op of schieten een foto. De kans is erg groot dat foto’s niet helemaal scherp en filmpjes schokkerig worden, doordat het toestel een beetje beweegt tijdens de opname. Houd je smartphone daarom liefst met twee handen vast zodra je opnamen maakt, net als bij een gewoon fototoestel. Dan beweegt of trilt het toestel minimaal. Oefen daarnaast zo min mogelijk druk uit op het scherm om af te drukken, want anders duw je het toestel precies op het kritieke moment van je af. Een vluchtige aanraking is meer dan voldoende, het is immers geen fysieke knop. Ook bij minder licht krijg je direct betere foto’s en films, want dan is de camera ultragevoelig voor zelfs de lichtste beweging. 

©PXimport

Tip 02: Afdrukknop

Om een foto of film te maken, gebruik je doorgaans de virtuele afdrukknop die je op het scherm ziet, maar het kan ook anders. Bij vrijwel elke smartphone en tablet kun je hier namelijk ook de volumeknop aan de zijkant van het toestel voor gebruiken. Omdat het (anders dan bij een gewone camera) niet echt uitmaakt in welke positie je de telefoon of tablet houdt (rechtop, liggend of ondersteboven), kun je zo ook mooi kiezen welke methode je wanneer handig vindt. Als je het toestel rechtop stevig met twee handen vasthoudt (om bij weinig licht de camera zo stil mogelijk te houden), kun je vaak precies met je duim op de volumeknop aan de zijkant afdrukken. In liggende stand zit soms een van je wijsvingers bij de knop in de buurt, maar komt het ook voor dat de virtuele knop op het scherm toch handiger is. Kortom, kies per situatie de meest praktische afdruknop.

©PXimport

Tip 03: Snel paraat

Een gewone camera zet je aan en is direct klaar om foto’s te maken. Bij een smartphone of tablet fotografeer en film je via een app. Je moet dus eerst de smartphone ontgrendelen en daarna de app nog zoeken en opstarten. Als je ergens snel een foto van maken, dan kunnen die extra handelingen vervelend zijn. Gelukkig kan het sneller en makkelijker, want je kunt de camera direct vanaf het vergrendelscherm opstarten. Op een iPhone veeg je vanaf iOS-versie 10 op het vergrendelscherm naar links, zodat de camera vanaf de rechterzijde het beeld in schuift. Bij andere tablets en smartphones versleep je meestal een camerapictogram. Op sommige toestellen activeer je de camera ook met een druk op een fysieke knop.

De camera kun je direct vanaf het vergrendelscherm opstarten om nog sneller te fotograferen

-

Tip 04: Technisch goed

Bij het maken van een foto zijn er op technisch vlak grofweg twee dingen om rekening mee te houden. De foto moet scherp zijn en de belichting moet kloppen. Het mooie is dat jouw smartphone dit allemaal automatisch voor je regelt. Of althans, probeert dat zo goed mogelijk te doen. Het is en blijft een apparaat, dus blijft het belangrijk dat jij in de gaten houdt of alles wel naar wens verloopt. Waar nodig kun je ingrijpen om de automatiek te corrigeren. Dat is nu eenmaal nodig bij zowel gewone camera’s, als smartphones en tablets.

©PXimport

Tip 05: Scherpstellen

Laten we met scherpstellen beginnen. Zodra je jouw telefoon of tablet ergens op richt, zal de camera razendsnel scherpstellen. Oudere modellen hadden hier best wat tijd voor nodig, maar vooral recente toestellen zijn hier razendsnel mee. Het kan nog steeds een keertje fout gaan, dat wel. Wordt bijvoorbeeld een boom in de verte scherp, in plaats van een persoon op de voorgrond? Dit komt vooral voor als je een persoon of voorwerp wat meer aan de zijkant in beeld neemt in plaats van exact in het midden. De camera raakt dan soms in de war. Tik dan op het scherm op de persoon om het hoofdonderwerp alsnog aan te wijzen. De camera stelt nu opnieuw scherp en ditmaal wel op de goede plek.

©PXimport

Tip 06: Belichting

Tegelijk met de scherpstelling wordt ook de belichting door de camera bepaald. Zowel als je het aan de camera overlaat, als wanneer je zelf een punt op het scherm aanwijst. Vooral als de voorgrond aanzienlijk lichter of donkerder is dan de achtergrond, wil het beeld nog weleens overbelicht of onderbelicht raken. Je kunt dan ergens anders op het scherm tikken om dit te corrigeren, maar ook de scherpstelling verandert dan. Dus tik niet op een verre bergketen als je een portretfoto maakt. Beter en makkelijker is het om belichtingscompensatie te gebruiken. Daarmee maak je een foto of film naar smaak lichter of donkerder, zonder aan de scherpstelling te komen. Vaak moet je eerst op het onderwerp tikken, waarna je via een schuifbalk de helderheid aanpast. Op Android-toestellen kan het ook een optie in het cameramenu zijn.

©PXimport

Tegelijk met de scherpstelling wordt ook de belichting door de camera bepaald

-

Tip 07: Vastzetten

In bepaalde situaties kan het handig zijn de scherpstelling en belichting te vergrendelen. Bijvoorbeeld wanneer je meerdere foto’s van hetzelfde onderwerp na elkaar wilt maken, of je alvast klaarstaat omdat er straks iets in beeld komt wat je wilt vastleggen. Je wilt dan niet telkens op het scherm moeten tikken om het juiste scherp en goed belicht te krijgen. Dan is het handig dat je de scherpstelling en belichting kunt vergrendelen. Meestal doe je dat door een vinger eventjes op het scherm gedrukt te houden totdat een vergrendelingsbericht verschijnt. Vanaf dat moment kun je zorgeloos foto’s en films maken. De scherpstelling en belichting blijven al die tijd exact hetzelfde, ook als je de camera ergens anders op richt. Haal de vergrendeling dus wel weer weg zodra het licht of de afstand tot het onderwerp verandert, want anders mislukken je foto’s en films. Je doet dat door ergens op het scherm te tikken.

©PXimport

Tip 08: Continustand

Soms speelt een gebeurtenis zich echt heel snel af. Maak je dan één foto, dan pak je misschien net niet het allermooiste moment, of je grijpt er zelfs helemaal naast. Denk dan aan het fotograferen van sport, snelle auto’s, rennende dieren en kinderen … allemaal situaties waar je maar weinig reactietijd hebt. Bij veel smartphone- en tablet-camera’s schakelt de camera over naar de zogeheten burst- of continustand wanneer je de ontspanknop ingedrukt houdt. Het toestel blijft dan heel snel achter elkaar foto’s maken tot je de knop weer loslaat. Op die manier heb je een veel grotere trefkans. Je hoeft na afloop alleen de fotoreeks nog maar af te speuren naar de beste foto’s. De rest mag meteen weer weg. Op sommige apparaten moet je de functie eerst in de instellingen inschakelen.

©PXimport

Tip 09: Gezichtsdetectie

Steeds vaker zit er gezichtsdetectie op een smartphone of tablet. Daarmee fotografeer en film je een stuk zorgelozer als je mensen in beeld neemt. Zodra één of meer gezichten gedetecteerd zijn, blijft de camera ze automatisch door het beeld volgen. Dus als jij de camera een beetje anders richt of iemand doet een paar stappen opzij, blijven de gedetecteerde personen al die tijd netjes scherp en goed belicht. Het is in die gevallen dan ook niet echt nodig om op het scherm te tikken om aan te geven wat het onderwerp is. Tenzij de camera er niets van bakt of er ineens een wildvreemde toerist voor die mooie berg in de verte gaat staan natuurlijk. Ook als de verkeerde persoon gedetecteerd wordt in een wat grotere groep mensen, kun je beter de juiste persoon even aantikken zodat die optimaal scherp wordt. Sommige camera’s hebben ook een lachsluiter, waarbij automatisch een foto wordt gemaakt als een lachend gezicht wordt gedetecteerd.

©PXimport

Zodra gezichten gedetecteerd zijn, blijft de camera ze automatisch volgen

-

Tip 10: Compositie

Naast technische zaken zoals belichting en scherpstelling, is ook compositie erg belangrijk. Daarmee bedoelen we hoe je iets in beeld neemt. Het is een kwestie van smaak, maar er zijn wel wat stelregels. Zo oogt een foto doorgaans prettiger als je het hoofdonderwerp niet precies in het midden plaatst. Laat bijvoorbeeld wat ruimte vrij in de kijkrichting bij een portretfoto of als in een film iemand aan het woord is. Hetzelfde geldt wanneer je een voorwerp fotografeert of een rijdende auto filmt. Fotografeer bijvoorbeeld schuin van voren en laat voor het object weer wat ruimte vrij. Als je een mooi landschap vastlegt, mag de horizon zich gerust ergens boven in het beeld bevinden. Gaat het juist om de mooie wolkenlucht of zonsondergang, dan draai je het om. Niet het beeld natuurlijk, maar dan neem je vooral veel lucht in beeld zodat het landschap een ondergeschikte rol krijgt.

Tip 11: Regel van derden

Veelgebruikte compositieregel bij zowel fotograferen als filmen is de zogenaamde regel van derden. Hierbij verdeel je het beeld via twee denkbeeldige horizontale en verticale lijnen in negen vlakken. De bedoeling is dat je het hoofdonderwerp op of in de buurt van zo’n lijn plaatst. Of nog beter, op het kruispunt van een horizontale en een verticale lijn. Om je hierbij te helpen, kunnen nagenoeg alle smartphones en tablets een raster op het scherm laten zien. Dat maakt het een stuk makkelijker om het onderwerp te positioneren. Nogmaals, je hoeft je hier echt niet strikt aan te houden. Soms staat het zelfs heel mooi om iets exact in het midden te plaatsen, met name om symmetrie te benadrukken. Denk aan een reflectie op een wateroppervlak, waardoor de bovenste en onderste helft exact elkaars spiegelbeeld zijn. Als je via de regel van derden werkt, is het extra belangrijk om op te letten of er goed scherp wordt gesteld. Camera’s zijn namelijk geneigd om het onderwerp eerst in het midden op te zoeken. Je zult dus wat vaker op het scherm moeten tikken om het juiste onderwerp aan te wijzen.

©PXimport

Tip 12: Licht is alles

De beste foto’s en films maak je bij mooi licht. Zelfs eenvoudige onderwerpen komen dan tot leven. Buiten ben je sterk afhankelijk van de zon en de weersomstandigheden. Vooral bij een lage zonnestand is het licht mooi en ontstaan indrukwekkende lange schaduwen. Vandaar dat de eerste uren na zonsopkomst en de laatste uren voor zonsondergang erg populair zijn. Binnen zijn we vaak afhankelijk van kunstlicht. Zorg dan dat het onderwerp goed in het licht staat. Gebruik dus niet het donkerste hoekje van de huiskamer, maar zoek bewust een plek op waar sfeervol licht is. Overdag kun je iemand bij een raam laten plaatsnemen, of een voorwerp op een tafeltje neerleggen. Is het zonlicht fel, schuif dan de vitrage dicht (niet de gordijnen), daarmee verzacht je het licht. Neem vervolgens ergens tussen het raam en je onderwerp plaats, dat nu mooi vanaf de voorzijde verlicht wordt en zich meer naar achteren vaak deels nog in de schaduw bevindt.

Vooral bij een lage zonnestand is het licht mooi en ontstaan indrukwekkende lange schaduwen

-

Tip 13: Niet zoomen

Op een smartphone of tablet zit een vaste groothoeklens. Dit betekent dat de camera een vrij brede blik heeft en er nogal veel tegelijk op de foto te zien is. Veel mensen zijn daarom geneigd om meteen in te zoomen, zodat het onderwerp groter in beeld komt en eventuele storende objecten in de omgeving wegvallen. Helaas is dit niet verstandig. Op een zeldzame uitzondering na, heeft een smartphone of tablet namelijk geen zoomlens, maar een lens die één vaste stand kent: groothoek. Zoom je op je telefoon of tablet dus in, dan vergroot je apparaat eigenlijk het digitale beeld zodat het lijkt of alles groter wordt. Hoe sterker je inzoomt, hoe meer beeldmateriaal er langs de randen wordt weggesneden. Het midden wordt dus alsmaar verder opgeblazen. Dit gaat ten koste van de beeldkwaliteit. Op een telefoonscherm lijkt het nog mee te vallen, maar op een televisie- of computerscherm (of als je inzoomt bij het terugkijken), blijft er nog maar weinig van de foto over. Kleuren zijn vaal, het beeld ziet er wat smoezelig uit en er zijn geen fijne details meer in te bekennen.

©PXimport

Tip 14: Voetenzoom

Als het even kan, gebruik je de zoomfunctie dus niet. Dan behoud je de allerhoogste beeldkwaliteit en kun je straks veel meer met je foto’s en films doen. Denk aan bekijken op een groot scherm of het maken van (grote) fotoafdrukken. Ga liever iets dichter bij je onderwerp staan als je dat groter in beeld wilt hebben. Kan of mag dat niet? Probeer de omgeving dan zo in beeld te brengen dat het iets aan de foto of film toevoegt en het dus niet meer stoort. De meeste mensen zijn geneigd om het hoofdonderwerp veel te groot in beeld te nemen, waardoor de context verloren gaat. Een Zwitserse koe is bijvoorbeeld gewoon maar een koe (wel met een mooie bel om de nek) als je helemaal inzoomt of te dichtbij staat. Je laat het echte vakantiegevoel pas in je foto’s en films zien als je ook de omgeving in beeld neemt. Bijvoorbeeld de alpenwei met het frisse groene gras en de kleurrijke weidebloemen, de besneeuwde toppen en het dal met het blauwe meer op de achtergrond.

©PXimport

De meeste mensen zijn geneigd om het hoofdonderwerp veel te groot in beeld te nemen

-

Tip 15: Heldere lens

Kijk ook eens zelf in de lens. Letterlijk. Wat we hiermee bedoelen, is dat het verstandig is om regelmatig de lens van de camera schoon te maken. Je hebt die telefoon of tablet namelijk de hele dag op zak of op tafel liggen, dus er verzamelt zich in een mum van tijd vuil en vettigheid op de lens. Dat zie je niet zo snel omdat de lens zo enorm klein is, maar het heeft wel nadelige invloed op foto’s. Heb je weleens een rare mist rondom verlichting of de zon gezien, of lange strepen die dwars door het beeld lopen? Dat effect wordt bijna altijd door een vettige lens veroorzaakt. Maak de lens schoon met een zacht doekje, het liefst een speciaal lesdoekje, al kan het ook met een brillendoekje of een (schoon) shirt. Niet met een stukje keukenrol, want daar kunnen houtfragmenten in zitten die de coating van de lens aantasten … en natuurlijk al helemaal nooit met iets wat schuurt.

Tip 16: Lensflare

Effecten die je niet kwijtraakt met een schone lens, ontstaan zodra je een smartphone of tablet in de richting van een lichtbron zoals de zon of een felle lamp richt. Je krijgt dan gekleurde vlekken te zien die allerlei vormen kunnen aannemen, of een kleurwaas over de complete foto. Deze verschijnselen worden lensflare genoemd. Bij gewone camera’s heb je dit minder snel, omdat vaak een flinke zonnekap wordt meegeleverd. Fotografeer of film je richting de zon of andere felle verlichting, dan helpt het enorm als je het licht met je hand of iets als een stuk karton afschermt. De flare ben je dan meteen weer kwijt. Let op: dit lukt alleen als je het licht ook echt kunt afschermen. Bijvoorbeeld bij een plafondlamp of als de zon schuin boven je staat. Overigens kan lensflare ook best mooi staan, het wordt veel gebruikt om meer sfeer in foto’s te krijgen.

©PXimport

Tip 17: Welke camera?

Telefoons en tablets hebben vrijwel altijd meerdere camera’s. De mooiste foto’s en films maak je met de camera aan de achterzijde, dus aan de niet-schermkant. Die camera biedt de meeste mogelijkheden en de hoogste beeldkwaliteit. De camera aan de voorzijde (de schermkant) is eigenlijk alleen bedoeld voor beeldbellen en het maken van selfies. Dan telt de kwaliteit minder. De resolutie is bijna altijd lager, de lens is minder lichtsterk en er zit vrijwel nooit autofocus op (de scherpstelling staat altijd vast). Je kunt dus veel beter de hoofdcamera aan de achterzijde gebruiken, al moet je dan vast enkele pogingen wagen voordat je er goed opstaat, omdat je nu niet op het scherm kunt meekijken. Je zelfportretten gaan er wel met sprongen op vooruit.

De mooiste foto’s en films maak je met de camera aan de achterzijde

-

Welke app?

In dit artikel richten we ons vooral op de mogelijkheden van de standaard camera-app die je op je iPhone of Android-telefoon vindt. Deze apps hebben echter hun beperkingen, waardoor je misschien liever een camera-applicatie van een derde partij gebruikt. Welke app moet je dan hebben? Daarover zijn de meningen verdeeld, maar wijzelf zijn erg te spreken over Open Camera voor Android. Niet zozeer als vervanging van de standaardcamera, maar eerder als aanvulling om er allerlei leuke en vooral handige camerafuncties bij te krijgen. Wil je meer lezen over Open Camera, sla dan dit artikel er eens op na. 

Tip 18: Liever zonder flits

Als het donkerder wordt, kan automatisch de flitser aanspringen. Dat is niet altijd iets om blij van te worden, want foto’s worden er vaak een stuk lelijker van. Het is een lampje dat alles op korte afstand in een (te) fel licht zet en niet verder dan enkele meters reikt. In de meeste gevallen kun je de flitser dan ook beter uitschakelen. Je foto’s houden dan meer sfeer omdat je alleen gebruikmaakt van het aanwezige licht en het koude flitslicht dit niet kan verpesten. Zonder flitser is het wel lastiger om in donkere situaties foto’s zonder bewegingsonscherpte te maken. Stevig vasthouden zoals beschreven in tip 1 helpt op een gegeven moment niet meer. Je moet nu ook steun zoeken om de camera echt goed stil te houden. Je kunt bijvoorbeeld tegen een muur leunen, of je ellebogen op een tafel, hek of laag muurtje plaatsen. Het beste werkt een ministatief met een houder waarin je smartphone past. Vervolgens kun je de volumeknop van je oordopjes als afstandsbediening gebruiken om trillingvrij te fotograferen en te filmen, of een timer instellen. Naarmate het donkerder wordt, kost het de camera wel steeds meer moeite om een goede foto te maken. Smartphones en tablets zijn helaas (nog) niet zo geschikt om in het donker te werken.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.