ID.nl logo
15 tips voor plagiaatdetectie
© Reshift Digital
Huis

15 tips voor plagiaatdetectie

Beter goed gejat dan slecht bedacht? Toch kan plagiaat je opbreken, al was het alleen maar omdat het altijd je geloofwaardigheid aantast en bij alle partijen teleurstelling achterlaat. Gelukkig zijn er ondertussen voldoende online en offline tools om je eigen werk en dat van anderen te controleren op de inbreuk van privacyrechten.

Bewust of onbewust

Iedereen die creatief is, zal ooit – bewust of onbewust – woorden of ideeën van anderen gebruiken. Je kunt daarbij citeren, waarbij je letterlijk de woorden van de ander overneemt en de bron vermeld, parafraseren, wanneer je andermans ideeën in eigen bewoordingen weergeeft, of plagiaat plegen. Dan eigen je je de woorden of ideeën van anderen toe waardoor je andermans werk de wereld instuurt alsof het uit je eigen koker komt.

1 Maximaal 1.000 woorden

Aan gratis online plagiaatcheckers is geen gebrek. Wel zijn ze allemaal beperkt in het tekstvolume dat je kunt laten checken. Plagiarism Checker van Small SEO Tools is beperkt tot 1.000 woorden per keer. Een tekst kun je in het tekstvak plakken, je kunt het document uploaden van je harde schijf, Dropbox of Google Drive, of je kunt een url van de webpagina die je tegen het licht wil houden invoeren. Enkele seconden later zie je hoeveel procent van de tekst verdacht lijkt. Zo’n passage verschijnt in het rood met een link. Als je daarop klikt, kom je erachter dat deze tool Google gebruikt om de verdachte zinnen te detecteren in andere webbronnen.

www.smallseotools.com/plagiarism-checker

©PXimport

2 Veel haperende tools

Met de gratis plagiaatcheckers ondervinden we vaak moeilijkheden. Soms werkt het script van de documenten-uploader niet, of vindt de tool geen gelijkenis wanneer we het bestand uploaden, maar als we de tekst gewoon plakken wel. Neem bijvoorbeeld Dupli Checker, een service die op het web wordt getipt als goede gratis checker. Deze dienst vond geen enkele gelijkenis wanneer we een Nederlandse tekst lieten controleren. Plakten we het Engelse equivalent daarvan, dan detecteerde hij 78% plagiaat, terwijl we de tekst eigenlijk volledig gekopieerd hadden van een bekende website.

www.duplichecker.com

©PXimport

03 Percentage plagiaat

Plagiarism Detector deed het bij ons dan weer veel beter en werkte ook met Nederlandse tekst. Ook hier kun je maximaal 1.000 woorden per keer laten nakijken. Het resultaat bevat een percentage dat uniek is en dus ook hoeveel plagiaat deze tool signaleert. Bij Plagiarism Detector werkt de tool om uploads te controleren wel, zolang het txt-, Word- of pdf-document de maximumlengte maar niet overschrijdt.

www.plagiarismdetector.net

©PXimport

04 Bronvermelding

Een goede plagiaatchecker vergelijkt de opgevoerde tekst met teksten uit een database. Hoe groter deze gegevensbank, hoe meer kans dat er gelijkenissen worden gevonden. Geavanceerde plagiaatcheckers slaan bovendien ook alarm wanneer er synoniemen werden gebruikt of wanneer een zin nauwelijks is veranderd. Maar wanneer iemand een tekst citeert met bronvermelding, zal zo’n checker dit wel markeren als plagiaat, terwijl het dat uiteraard niet is. De checkers zien tenslotte niet of er melding gemaakt is van de bron.

©PXimport

05 Tien pagina’s per maand

Copyleaks valt op door zijn variabele prijzen. De dienst werkt op basis van credits en maandelijks mag je tien pagina’s of 2.500 woorden gratis laten nakijken. Door vrienden uit te nodigen, verdien je twintig credits per persoon, tot een maximum van vijf vrienden. Heb je een account aangemaakt, dan zie je in het dashboard hoeveel credits je nog over hebt. Copyleaks werkt ook met de iOS- en Android-app. Bovendien kun je twee documenten naast elkaar leggen en een vergelijkingstest uitvoeren. Om sneller te werken, kun je de plagiaatchecker ook als add-on in Microsoft Word of Google Docs installeren.

www.copyleaks.com

©PXimport

06 Controle vanuit Word

De add-on van Copyleaks voor Microsoft Word, is een echte uitkomst. Op de website van Copyleaks navigeer je in het menu naar Tools. Na de installatie van de add-on zie je in het lint bij het tabblad Verwijzingen de knop Scan. Als je hierop klikt, opent zich aan de rechterkant een balk zodat je bij Copyleaks kunt inloggen. Enkele seconden later krijg je daar een minirapport te zien. Via de knop Launch Report opent een webpagina met een gedetailleerd verslag. Mocht je de add-on beu zijn, klik er dan met de rechtermuisknop op en kies voor Invoegtoepassing verwijderen.

www.copyleaks.com

©PXimport

07 Speciaal voor studenten

Scribbr noemt zich de marktleider voor studenten die hun werk willen laten nakijken voordat ze dit inleveren. De dienst ondersteunt alle Europese talen. De plagiaatchecker vindt zinnen en paragrafen die exact hetzelfde zijn en achterhaalt ook passages waar de zinsstructuur maar marginaal is gewijzigd, of waar synoniemen of extra woorden zijn toegevoegd. Scribbr vergelijkt de tekst met 60 miljard internetpagina’s en 30 miljoen wetenschappelijke werken. De online tool probeert de literatuurlijst te negeren, omdat deze natuurlijk valse meldingen geeft. Helaas is deze dienst niet gratis, je betaalt tussen de 14,95 euro en 34,95 euro, afhankelijk van de grootte van je document.

www.scribbr.nl/plagiaat-checker

©PXimport

08 Streng

We testen Scribbr met een paper van een filosofiestudent. Ben je ingelogd bij Scribbr, dan kun je het document of laten nakijken door een redacteur van vlees en bloed op stijl, taal en structuur of je kiest voor de online plagiaatcheck. Nadat je het pdf-, doc- of docx-document hebt geüpload, zie je hoeveel de check je zal kosten. Het rapport geeft aan dat onze tekst een vergelijkbaarheid van 20% haalt. Aan de rechterkant kun je aflezen met welke bron de gemarkeerde tekst wordt vergeleken. We merken dat Scribbr erg streng is. Van de vier meldingen is geen enkele melding echt plagiaat. Je kunt iedere melding apart uitschakelen met de knop Bron uitsluiten.

www.scribbr.nl/plagiaat-checker

©PXimport

09 Systematisch

Veel universiteiten en hogescholen gebruiken TurnItIn om alle proeven, werkstukken en papers systematisch te screenen. Als er plagiaat is vastgesteld, oordeelt een commissie over de aard en de omvang van het plagiaat. TurnItIn heeft zelfs een manier om papers in bulk te uploaden. Het rapport toont ook fragmenten die het gevonden heeft op internetpagina’s, in Google Books en in andere papers die opgeslagen zijn in de database. TurnItIn doet beroep op iThenticate, een professionele plagiaatdetectietechnologie voor wetenschappelijke uitgevers en onderzoeksinstellingen.

www.turnitin.com/nl

©PXimport

10 Omgekeerd afbeeldingen zoeken

Enkele jaren geleden werd de Belgische kunstschilder Luc Tuymans veroordeeld omdat hij een schilderij had gemaakt die te veel leek op een persfoto. De rechtszaak draaide om de vraag in hoeverre de ene kunstvorm plagiaat kan zijn van de andere. De uitspraak was dat alleen de fotograaf het recht heeft om te publiceren en zijn foto te verveelvoudigen. Met behulp van TinEye kun je zelf op zoek gaan of iemand jouw foto of afbeelding heeft gejat. Upload je foto en kijk of hij nog ergens anders op internet wordt gebruikt. Deze Canadese zoekmachine herkent zelfs overeenkomsten in foto’s die anders zijn uitgesneden.

www.tineye.com

©PXimport

11 Google Afbeeldingen

Ook Google heeft het gemakkelijker gemaakt om misbruik van beeldmateriaal op te sporen. Het onderdeel in de zoekmachine dat je gebruikt om afbeeldingen te vinden, kun je namelijk ook inzetten om naar illegale kopieën van jouw foto te zoeken. Ga naar Google Afbeeldingen en klik op het camera-icoontje. Daarna gebruik je het tabblad Afbeeldings-URL-plakken of Een afbeelding uploaden. Je kunt ook gewoon de foto naar het zoekvak slepen. Het resultaat is een lijst met websites waarop die foto of een daarop lijkende foto staat.

www.google.nl

©PXimport

12 Onzichtbaar watermerk

Voor amateur- en professionele fotografen bestaan er diensten die hun foto’s beschermen tegen misbruik. Signili voegt zowel een onzichtbaar watermerk aan je foto’s toe als dat het een zoekmachine is die volgt waar je gemarkeerde foto’s worden gepubliceerd. In de gratis versie mag je twintig watermerken per drie maanden aanbrengen. Is dat onvoldoende, dan stijgt de prijs naar 9,99 euro voor het toevoegen van vijftig watermerken aan je foto’s. De foto’s met watermerk worden op je harde schijf en op de Signili-servers opgeslagen zodat je werk getraceerd kan worden. Je kunt Signili gebruiken als webapplicatie, desktop-app en als plug-in voor Lightroom.

www.signili.de

©PXimport

13 Content ID

Om te vermijden dat iemand oneigenlijk gebruikmaakt van bepaalde content, maakt YouTube gebruik van Content ID. Hiermee vergelijkt YouTube voortdurend nieuw geüploade video’s met een database aan bestanden die al online staan. Wanneer dit systeem een overeenkomst detecteert tussen geluids- en/of videobestanden, ontvangt de mogelijke plagiaatpleger een zogenaamde Content ID-claim. De overtreder kan vervolgens het filmpje weghalen, de muziek dempen, het nummer vervangen of de content wegknippen met de YouTube Editor.

www.youtube.com

©PXimport

14 Aanvechten

Het Content ID-systeem is echter niet waterdicht. De afgelopen twee jaar zijn er veel gevallen bekend van claims waarvoor het auteursrecht al lang verlopen was en maakte een oplichter zelfs misbruik van Content ID door valse claims te versturen. Stel dat je een melding ontvangt dat je auteursrechten schendt omdat je audio in een filmpje hebt gebruikt wat niet van jou is. Je kunt zo’n claim dan betwisten. Klik op het auteursrechtbericht en klik vervolgens op de knop Een geschil indienen. Daarna kun je aanvoeren waarom je de claim betwist, bijvoorbeeld: “Ik heb een licentie of toestemming van de juiste houder van de rechten om dit materiaal te gebruiken.”

www.youtube.com

©PXimport

15 Korte muziekfragmenten

Bepaalde platenlabels en artiesten dienen om het minste of geringste een copyrightclaim in. Daarom heeft YouTube laatst een aanpassing in de regels aangebracht om ‘agressief handmatig claimen’ tegen te gaan. YouTube merkte namelijk dat er de laatste maanden veel copyrightclaims binnenkwamen voor korte muziekfragmenten die op de achtergrond afspeelden. Denk bijvoorbeeld aan een filmpje waarbij een auto voorbijrijdt waaruit muziek klinkt. Voortaan kunnen platenlabels geen inkomsten meer verdienen aan dergelijke korte muziekfragmenten. Trouwens, in Creator Studio van YouTube vind je in de sectie Maken een uitgebreide selectie aan audio die je vrij mag gebruiken.

www.youtube.com

©PXimport

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek
© LIGHTFIELD STUDIOS - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 in hoogte verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek

Bij ID.nl zijn we gek op producten met een mooie prijs of die iets bijzonders te bieden hebben. Daarom gaan we een paar keer per week op zoek naar zulke deals. Dit keer een bijzondere categorie die nog niet eerder aan bod is geweest: verstelbare bureau's voor een ergonomische werkplek.

Veel mensen die thuiswerken heb niet altijd de mogelijkheid om een apart bureau te gebruiken en ziten bijvoorbeeld vaak aan de eet- of keukentafel. Toch kan het lonen om te investeren in een goed bureau, omdat daarmee - in combinatie met een goede stoel - je werkhouding een stuk beter wordt. Wij bekijken vijf handige bureaus 's die in hoogte verstelbaar zijn.

Casaria 160x75

Het tafelblad van dit bureau uit de Casaria‑lijn is in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm en beweegt met een snelheid van 2,25 cm per seconde. Je bedient de motor via een lcd‑scherm en kan twee voorkeursstanden opslaan, zodat je met één druk op de knop naar je favoriete werkhoogtes gaat. Er zit ook een herinneringsfunctie in die je eraan herinnert om weer te gaan staan of juist te zitten. Met het robuuste stalen frame en een draagvermogen van 80 kg is het bureau geschikt voor zware monitoren. Handige details zijn de kabelgeleider, beker‑ en koptelefoonhouder en in hoogte verstelbare poten. Het blad van 160 × 75 cm bestaat uit twee delen en is afgewerkt met melamine zodat het tegen een stootje kan. Dit bureau komt inclusief montagebenodigdheden en is verkrijgbaar in verschillende kleurvarianten.

Specificaties

Bladformaat: 160x75cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 80kg

Avalo 140x60

Avalo levert dit elektrisch verstelbaar bureau (de P58) met een compact blad van 140 × 60 cm. De hoogte is traploos verstelbaar van 73 tot 117 cm en kun je drie verschillende hoogtestanden opslaan. Dat is handig als je het bureau deelt met collega's of medethuiswerkers, of wanneer je snel wilt wisselen tussen zit‑ en stahouding. De bediening gebeurt via een bedieningspaneeltje aan de voorkant; met één druk op de knop gaat het blad naar de gewenste stand. Het frame is gemaakt van staal, het blad van P2‑melamine en de rand is afgewerkt met hittebestendig ABS. Verder wordt benadrukt dat het bureau plug‑and‑play is: je hoeft alleen de stekker in het stopcontact te steken en kunt meteen aan de slag. Door het smalle ontwerp past het bureau goed in kleinere kamers, maar biedt het toch voldoende ruimte voor een monitor, toetsenbord en documenthouder. Voor wie een elektrische zit‑sta‑oplossing zoekt met geheugenfunctie en solide materialen is dit model een optie.

Specificaties

Bladformaat: 140x60cm
Hoogte:73 t/m 117cm
Belastbaar tot: onbekend

Avalo 120x60

Dit is een kleinere variant van de hierboven besproken Avalo AP58. Dit model heeft een 20 cm minder breed blad, maar uiteraard ook elektrisch verstelbaar. Net als de grotere uitvoering varieert de hoogte van 73 tot 117 cm en kan het bureau drie standen onthouden. Voor het instellen gebruik je een eenvoudige bediening waarbij je een favoriete zit‑ en stahoogte opslaat en later oproept. Het frame bestaat uit staal en het blad uit melamine met een rand van warmtebestendig ABS. D tafel weegt 27 kg en is het daardoor stabiel zonder moeilijk te verplaatsen. Ook deze uitvoering is plug‑and‑play; je hoeft geen ingewikkelde montage uit te voeren. Door de compactere afmetingen is dit model ideaal voor kleinere werkplekken of voor wie extra apparatuur (zoals een printer) op een tweede tafel wil plaatsen. De strakke vormgeving past in verschillende interieurs en de elektrische motor zorgt ervoor dat je eenvoudig van houding wisselt.

Specificaties

Bladformaat: 120x60cm
Hoogte: 73 t/m 110 cm
Belastbaar tot: onbekend

VDD Gaming 118x58cm

Het frame van deze VDD is elektrisch in hoogte verstelbaar van 73 tot 118 cm. Hiermee wissel je gemakkelijk tussen zitten en staan en kun je de juiste houding aannemen voor langdurige sessies. Het witte werkblad van 118 × 58 cm biedt voldoende ruimte voor een monitor en toetsenbord en dankzij de krachtige motor is het maximaal belastbaar tot 60 kg. De tafel wordt geleverd met instructies en alle benodigde onderdelen, waardoor je de montage zelf kunt uitvoeren. Er worden geen extra functies zoals geheugenstanden vermeld, waardoor je elke gewenste hoogte handmatig instelt. Voor wie een elektrisch verstelbaar bureau zoekt dat weinig ruimte inneemt, is dit een praktische optie; vooral gamers zullen baat hebben bij het kunnen aanpassen van de werkhoogte tijdens een sessie.

Specificaties

Formaat: 118x58cm
Hoogte: 73 tot 118cm
Belastbaar tot: 60kg

Schaffenburg Linesto Plus 140x80

Het Schaffenburg Linesto Plus‑bureau is een rechthoekige tafel met een T‑poot. Het frame is zonder gereedschap te monterenen in hoogte verstelbaar met een drukknop tussen 65,5 en 85,5 cm. De maximale belasting bedraagt 70 kg. De hoogtebediening gebeurt via een knop aan het onderstel; er zijn geen geheugenstanden. De tafel is voorzien van een 25mm dik melamine blad, een metalen onderstel en stelvoeten om de tafel waterpas te zetten. Kabelbeheer is mogelijk via accessoires, en er zijn diverse blad‑ en framekleuren beschikbaar. Het Schaffenburg-bureau heeft verder een stalen frame met twee telescoperende buisdelen en een krasvaste coating. Als enige in dit overzicht is deze Linestor geen zit/sta-bureau, maar kan hij in zithoogte tot maximaal 85,5 cm worden gebracht.

Specificaties

Formaat: 140x80cm
Hoogte: 65 tot 85,5 cm
Belastbaar tot: 70kg

▼ Volgende artikel
Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets
Huis

Zo werkt het energielabel voor smartphones en tablets

Sinds juni 2025 is het voor fabrikanten van smartphones verplicht om een energiebabel voor hun apparaten te voeren. De consument kan aan de hand van het energielabel zien hoe energiezuinig een telefoon is, maar ook hoe makkelijk het is om de telefoon te (laten) repareren en wat het updatebeleid voor de software is. Door middel van het nieuwe energielabel kun je dus veel bewuster kiezen voor een bepaalde telefoon.

Het energielabel werd ooit bedacht om apparaten op een uniforme manier te vergelijken, los van marketingclaims. Door elk product in te delen op een schaal van A tot en met G ontstaat ruimte om echte koplopers te herkennen en achterblijvers aan te sporen. Smartphones waren nog niet eerder voorzien van een energielabel, maar hebben dat vanaf juni 2025 wel gekregen. Dat is logisch, want bij smartphones draait energie-efficiëntie niet alleen om het stopcontact, maar vooral om hoe slim hardware en software met de energie van een accu omgaan en hoeveel jaren je uit dezelfde telefoon haalt. Door die informatie eenduidig te tonen, verschuiven de argumenten over de oplaadtijd en de schermgrootte naar hoelang een telefoon meegaat en hoe makkelijk hij te repareren is.

Ter illustratie: het nieuwe energielabel voor smartphones en tablets toont de batterijduur bij gemiddeld gebruik, maar ook of hij valbestendig is en hoe makkelijk hij gerepareerd kan worden.

Energie en duurzaamheid

Een smartphone gaat gemiddeld gezien wel een dagje mee op een enkele acculading, afhankelijk natuurlijk van het gebruik door de eigenaar. Erg veel energie wordt er dus niet verspild, maar de grootste winst wat betreft het klimaat is vooral te behalen uit de levensduur van de smartphone en of deze makkelijk te repareren is. De EU koppelt het nieuwe energielabel aan het eco-design van de telefoon. Het label dat de telefoon krijgt, is afhankelijk van een aantal factoren en is een gemiddelde van de prestaties van al deze factoren. Welk factoren dat zijn, lichten we je hieronder verder toe.

Waar vind je het nieuwe energielabel?

Wanneer je online een nieuwe telefoon koopt, vind je het algemene energielabel doorgaans bij het product zelf. Je ziet echter niet direct de andere onderdelen waarop de telefoon is beoordeeld. In een fysieke winkel is het de bedoeling dat er bij de telefoon een kaartje of bordje is geplaatst, met daarop een QR-code waarmee je direct op de juiste informatiepagina van EPREL komt.

In een webwinkel zul je meestal geen QR-code tegenkomen, maar alleen het energielabel zelf. Vaak kun je – zoals bij Mediamarkt – een productspecificatie-pdf downloaden met de extra informatie, waarin ook weer een QR-code is opgenomen, waarmee je naar de EPREL-site wordt doorgestuurd.

Levensduur accu

Het nieuwe energielabel laat zien wat de gemiddelde levensduur van de accu van de telefoon is. Dat wordt bekeken aan de hand van het aantal laadcycli: hoe vaak kan een telefoon opnieuw worden opgeladen voordat de kwaliteit van de accu achteruit gaat? Daarbij wordt een capaciteitsvermindering van 80 procent aangehouden: na hoeveel keer laden is de capaciteit tot 80 procent gedaald? Hoe hoger dit getal, des te betrouwbaarder is de accu.

Op het uitgebreide energielabel zie je hoe vaak een accu opnieuw kan worden opgeladen totdat de totale capaciteit tot 80 procent daalt.

Uithoudingsvermogen

Uiteraard wordt er ook gekeken naar de gebruiksduur van een telefoon of tablet als deze volledig is opgeladen. Door het uitvoeren van een zogeheten reallife-situatie wordt het gemiddelde gebruik van een smartphone geëmuleerd. Hoeveel uur en minuten je met de smartphone kunt werken op die enkele lading, wordt op het label getoond.

Hoelang houdt de batterij van de telefoon of accu het vol bij gemiddeld gebruik? Ook dat zie je op het energielabel terug.

Vrije val

Een van de andere eigenschappen waarop wordt getest, is de vrije val-test. Hoe snel gaat een telefoon kapot als je deze vanaf een bepaalde hoogte op een harde ondergrond laat vallen? Misschien vraag je je af wat dit met duurzaamheid te maken heeft? Nou, heel veel: als je telefoon snel kapot gaat als je hem laat vallen, moet je al snel een nieuwe. Niet heel duurzaam dus. Op het energielabel vind je de valbestendigheid tussen de A en E. Hoe lager de letter (A), des te beter kan zo'n telefoon een val overleven. De test is gebaseerd op een val van 1 meter boven een verharde ondergrond en wordt met vijf modellen van hetzelfde toestel tot wel 270 keer uitgevoerd.

Valtest vanaf 1 meter, hoe minder snel een telefoon stuk gaat, des te hoger is het label dat hij toegekend krijgt.

Elke keer dat een telefoon is gevallen, wordt gecontroleerd of het scherm nog functioneert en reageert op aanrakingen, of de camera het nog doet, of de mobiele functies als wifi en mobiel nog werken, of de telefoon kan worden opgeladen en of de audio nog goed functioneert. Barsten in het frame of het glas worden wel geaccepteerd, mits de telefoon nog veilig kan worden gebruikt. Bijvoorbeeld als het glas wel gebarsten is, maar geen splinters heeft.

Hoe goed een telefoon beschermd is tegen valschade is ook onderdeel van het energielabel. Het scherm mag daarbij overigens wel gebarsten zijn, het is geen glastest.

Bescherming tegen stof of water

Ook de zogeheten IP-tests (IP = Ingression Protection, of indringbescherming) worden uitgevoerd bij de telefoons en zijn een belangrijk onderdeel van de algehele score die een telefoon krijgt. De apparaten worden getest op het binnendringen van stof en water. De waterbestendigheidstest controleert bijvoorbeeld of een smartphone bestand is tegen spatwater vanuit verschillende richtingen, zonder dat de werking of veiligheid van het toestel wordt aangetast. Hiermee wordt gegarandeerd dat een telefoon in elk geval bestand is tegen vocht, bijvoorbeeld bij het gebruik tijdens een regenbui, het morsen van vloeistof of het gebruik van natte handen.

Of een telefoon waterdicht is, wordt ook getest.

Repareerbaarheid

Een ander duurzaamheidsonderdeel waar de EU goed naar kijkt, is de repareerbaarheid van een smartphone. Dat omvat een groot aantal parameters, zoals welke onderdelen makkelijk te vervangen zijn, in hoeverre een consument bepaalde onderdelen zelf kan vervangen, en hoelang en hoe goed bepaalde onderdelen van de telefoon op voorraad zijn.

Zelf zoeken op de EPREL-site is lastig

Het zelf zoeken van gegevens van smartphones en tablets op de EPREL-site is niet heel eenvoudig. Dat komt omdat de algemene productwebsite gemaakt is om te zoeken op merk of op typenummer. Dat is prima voor wasmachines of koelkasten, die je vaak aantreft als merk+typenummer, maar bij smartphones werkt dat anders. Een model als de Samsung Galaxy S25 bijvoorbeeld zul je niet vinden met een zoekopdracht op 'S25 'of 'Galaxy S25', maar alleen op het typenummer SM-S931B. Dat typenummer wordt echter bijna nergens gecommuniceerd en is ook niet wat Samsung communiceert in bijvoorbeeld marketing-uitingen.

Ook kun je niet zoeken op EAN-code, terwijl die code juist kan worden gebruikt om een exact model van een bepaald product te kunnen vinden. Kortom: wat het zoeken van de gegevens van een smartphone betreft kan de EU nog wel wat verbeteren.

De EU wil dat smartphones langer meegaan en eenvoudiger te herstellen zijn – zowel door professionele reparateurs als (in bepaalde gevallen) door consumenten zelf. De eisen met betrekking tot repareerbaarheid blijven minimaal zeven jaar gelden na het einde van de verkoop van een model.

©WICHAN SHOP

Als het aan de EU ligt, moeten consumenten ook zelf telefoons kunnen repareren.

Een fabrikant van een smartphone moet garanties kunnen geven met betrekking tot de ondersteuning van een telefoon. Als een toestel op de Europese markt wordt uitgebracht, mag de consument verwachten dat een telefoon zeven jaar na het verschijnen van de telefoon op de markt nog steeds gerepareerd kan worden.

Onderdelen

De reparatie- of 'vervangarantie' geldt voor alle essentiële onderdelen van een smartphone of tablet, zoals de accu, camera's, externe poorten voor audio en opladen, de microfoons en luidsprekers, de knoppen en de scharnieren als het een opklapbare telefoon betreft. De fabrikant moet zelfs de schroefjes op voorraad hebben als de originele niet meer kunnen worden gebruikt.

De bovenste onderdelen kunnen door een fabrikant of een telefoonreparateur worden gerepareerd, maar de EU vindt dat ook consumenten zelf onderdelen moeten kunnen bestellen en vervangen, zoals de accu, de achterzijde, de hele beeldschermunit en de oplader. Voor die zelfrepareerbaarheid krijgt een telefoon ook een waardering van A t/m E. De fabrikant is daarnaast verplicht om aan te geven waar reserveonderdelen te verkrijgen zijn, welk gereedschap er nodig is om de reparatie te kunnen uitvoeren en waar je de benodigde handleidingen kunt vinden.

Hoelang de telefoon wordt ondersteund qua software-updates en interne onderdelen wordt ook vermeld en de telefoon krijgt hiervoor een eigen classificatie.

Reparatie-index

Telefoonfabrikanten moeten dus uitgebreide informatie geven over hoe je je smartphone kunt repareren, maar ook over de complexiteit van de reparatie. Zijn de onderdelen die je wilt vervangen bijvoorbeeld makkelijk te bereiken, of moet je eerst andere onderdelen verwijderen om erbij te kunnen? Ook dat wordt allemaal opgenomen in de uiteindelijke classificering van de telefoon: hoe minder stappen er nodig zijn, des te hoger is de score die wordt toegekend.

Hoe makkelijk is een telefoon te repareren en hoelang zijn reserve-onderdelen beschikbaar? Dat geeft dit onderdeel van het energielabel aan.

Tot slot

De Europese Unie heeft met het nieuwe energielabel voor smartphones een goede stap gezet in de richting van duurzaamheid. Het uiteindelijke doel is om ervoor te zorgen dat fabrikanten meer hun best gaan doen om een zo makkelijk mogelijk te repareren telefoon uit te brengen. Deze strengere regels in de EU betekenen ook dat deze toestellen in andere landen buiten de EU makkelijker te repareren zullen zijn, omdat een telefoonfabrikant waarschijnlijk niet compleet verschillende uitvoeringen van een model smartphone gaat maken. Maar of consumenten in landen buiten de EU ook zo makkelijk zelf aan onderdelen kunnen komen, is dan nog maar de vraag; deze mate van tegemoetkoming aan of bescherming van de consument gelden vaak niet in andere landen. Fabrikanten hoeven deze informatie dus niet beschikbaar te stellen in landen buiten de EU.