ID.nl logo
Slecht bereik in huis? Met een wifi-mesh-systeem ben je zo weer online
© Дмитрий Майер - stock.adobe.com
Huis

Slecht bereik in huis? Met een wifi-mesh-systeem ben je zo weer online

Je router is waarschijnlijk voorzien van een prima wifi-accesspoint, maar helaas kun je in de meeste woningen geen volledig dekkend draadloos netwerk uit slechts één router halen. Kabels trekken voor accesspoints is in 2023 gelukkig niet nodig. Een wifi-mesh-systeem werkt met satellieten die je overal in huis neer kunt zetten om je draadloze dekking eenvoudig uit te breiden.

Na het lezen van dit artikel weet je waar je bij de aanschaf van een wifi-mesh-set op moet letten, zoals:

  • Dual- of triband
  • Wifi 5 of 6
  • Aantal netwerkaansluitingen

Nu je weet waar je op moet letten, kun je tot aanschaf overgaan. Wij hebben er in dit artikel een paar voor je op een rij gezet: Koopgids mesh-systemen: zo krijg je overal in huis supersnelle wifi

Meerdere nodes

Het grote voordeel van wifi-mesh-systemen is dus dat je zonder draden meerdere accesspoints kunt gebruiken. Daarom worden de systemen verkocht in sets van twee of drie stuks. Naast de router krijg je dan één of meerdere satellieten. Die losse onderdelen worden vaak nodes genoemd. Hoeveel je er nodig hebt, hangt uiteraard van je huis af. Een vuistregel in een doorsneehuis met betonnen vloeren is dat je voor de beste snelheid en dekking een node per verdieping nodig hebt. Hoewel de nodes onderling verbinding kunnen maken (de node op de eerste verdieping maakt bijvoorbeeld contact met de node op de begane grond en een node op zolder maakt contact met de node op de eerste verdieping), zorgt elke tussenstap wel voor een lagere snelheid.

In een huis met meerdere verdiepingen zul je een mesh-set vaak wel in een keten gebruiken omdat de internetverbinding op de begane grond binnenkomt en je vermoedelijk meer dekking nodig hebt op de hoger gelegen verdiepingen. Maar je hoeft drie satellieten natuurlijk niet als een keten op te stellen, je kunt bijvoorbeeld ook met de ene satelliet het netwerk boven versterken en met de andere satelliet een netwerk in je tuin verzorgen. Je kunt altijd kijken of twee stuks voor jou thuis voldoet, wellicht is het acceptabel als de snelheid op zolder wat lager is. Voor veel systemen geldt dat je ook losse satellieten kunt kopen als blijkt dat je er toch eentje extra nodig hebt. Wel is één extra losse node later aanschaffen meestal duurder dan de prijs van een node als je direct een set van drie stuks aangeschaft.

Je kunt op iedere verdieping van je huis een node neerzetten.

Wifi in je tuin?

Zeker voor thuiswerken handig!

Dual- of triband

De nodes van wifi-mesh-systemen maken onderling draadloos contact; die verbinding wordt ook wel draadloze backhaul genoemd. Een belangrijk onderscheid tussen wifi-mesh-systemen is te maken in de configuratie van die backhaul. Systemen zijn onder te verdelen in dualband- en triband-systemen. Triband-systemen hebben een extra radio die gebruikt wordt voor de onderlinge communicatie tussen de nodes. Hierdoor gaat deze communicatie niet af van de bandbreedte die beschikbaar is voor de clients, waardoor het systeem zowel stabieler als sneller presteert. Overigens is de derde radio niet altijd helemaal gereserveerd voor de backhaul, de benodigde bandbreedte kan afhankelijk van hoe de fabrikant ze inzet ook dynamisch over de radio’s verdeeld worden. Maar er is altijd meer bandbreedte dan op een dualband-systeem. Een dualband-systeem heeft geen extra radio: de onderlinge communicatie verloopt via dezelfde radio’s als de communicatie met de clients. Ook binnen triband-systemen zijn er weer verschillen: de extra radio kan van twee of vier spatial streams gebruikmaken, waardoor er ook binnen deze categorie prestatieverschillen zijn. Al die radio’s met hun spatial streams hebben niet alleen een prijskaartje, ze zorgen ook voor extra antennes die op een optimale manier gepositioneerd moeten worden. De topmodellen hebben daarom een relatief forse behuizing.

De nodes in een wifi-mesh-systeem maken draadloos contact met elkaar.

Wifi-standaard

Wifi-mesh-systemen zijn al een aantal jaar te koop en zijn daarom verkrijgbaar van verschillende wifi-generaties. Omdat veel apparaten zoals laptops en smartphones tegenwoordig voorzien zijn van wifi 6, raden we je aan om een systeem te kopen op basis van wifi 6. Er zijn ook nog systemen op basis van wifi 5 te koop. Die bieden minder goede prestaties, maar zijn wel de goedkoopste optie als je simpelweg op zoek bent naar een volledige dekking, zodat je in heel je huis kunt internetten. Een dualband-systeem op basis van wifi 5 met drie nodes heb je al voor 150 euro in huis. Voor een vergelijkbaar setje op basis van wifi 6 betaal je al snel 100 euro meer. De duurste tri-band-systemen zijn voorzien van wifi 6e, dat is een uitbreiding op wifi in de vorm van extra 6GHz-frequentieband. Daar heb je alleen voordeel van als je clients ook wifi 6e ondersteunen. Ook wifi 7 zal deze 6GHz-band gebruiken.

Er zijn verschillende generaties wifi-mesh-systemen te koop.

Aansluitingen

Een van de nodes van een wifi-mesh-systeem doet dienst als router. Bij sommige systemen heeft deze router meer netwerkaansluitingen dan de nodes. Let er op hoeveel netwerkaansluitingen de router heeft, want hier sluit je andere netwerkapparaten op aan. Net als bij een normale router kun je natuurlijk wel een switch aansluiten als je poorten tekort komt. Ook de nodes van vrijwel ieder wifi-mesh-systeem zijn voorzien van netwerkaansluitingen. Dat klinkt wellicht vreemd voor een draadloos systeem, maar ze zijn toch handig. Op die netwerkaansluitingen kun je gewoon bedrade apparatuur aansluiten. Een node doet hierdoor dus ook direct dienst als een draadloze switch en dat kan handig zijn in bijvoorbeeld een thuiskantoortje. Wil je dergelijke functionaliteit gebruiken, let er dan op hoeveel aansluitingen de nodes hebben. Veelvoorkomende aantallen zijn twee of vier poorten. Hoewel zeldzaam, zijn er ook wifi-systemen waarvan de nodes geen netwerkaansluitingen hebben.

Let erop hoeveel netwerkaansluitingen de nodes hebben.

Lekker (en ergonomisch) thuiswerken? Dit zijn de fijnste spullen voor je werkplek!

Multigigabit

Alle wifi-mesh-systemen (op de TP-Link Deco E4 na) hebben gigabit-netwerkaansluitingen. De duurste systemen zijn daarnaast voorzien van multigigabit-aansluitingen. Vaak gaat het dan om de WAN-aansluiting die je verbindt met het internet, soms zijn ook de LAN-aansluitingen (deels) uitgevoerd in multigigabit met een snelheid van 2,5 of zelfs 10 Gbit/s. Het gaat daarbij om de absolute topmodellen en daar betaal je een forse meerprijs voor. Je hebt er vermoedelijk weinig aan, want een internetabonnement sneller dan 1 Gbit/s zul je niet hebben. Op veel glasvezelaansluitingen kan dat technisch in de toekomst overigens wel zonder al te veel aanpassingen. Maar ook als het wel mogelijk is, heb je zo’n hoge snelheid draadloos wellicht niet nodig. Een beetje rekening houden met de toekomst bij je aanschaf is voor een langere levensduur altijd een goed idee, maar in dit geval betaal je wat ons betreft echt te veel geld voor functionaliteit die je misschien nodig hebt.

Sommige wifi-mesh-systemen zijn voorzien van multigigabit-aansluitingen.

Bedrade backhaul

De netwerkaansluitingen kun je niet alleen gebruiken voor het aansluiten van andere apparaten, maar ook om de nodes zelf bedraad aan te sluiten. Want hoe snel een draadloze verbinding ook is, een bekabelde verbinding is in de praktijk nog altijd stabieler. Heb je dus toevallig een netwerkkabel naar een plek in je huis lopen, dan kun je die gebruiken voor het aansluiten van een node. Je kunt beide methoden (draadloze en bedrade backhaul) bovendien door elkaar gebruiken. Bedraad aangesloten nodes kunnen dan afhankelijk van hun positionering het signaal van een draadloze node sneller maken. Ben je van plan om een wifi-mesh-systeem volledig bedraad aan te sluiten, koop dan geen triband-systeem. Je betaalt dan namelijk voor functionaliteit die je niet nodig hebt.

Let erop dat wanneer je een bedrade backhaul wilt gebruiken, je er meestal voor moet zorgen dat de satellieten achter de router van het systeem hangt. Je kunt meestal dus niet een centrale switch gebruiken en daar alle nodes van het systeem op aansluiten. Je kunt natuurlijk wel ergens een switch achter de router van het wifi-mesh-systeem hangen. Overigens geldt deze beperking bij sommige systemen niet als je het systeem in accesspoint-modus hebt staan.

Een bedraad aangesloten node zal beter presteren dan een draadloos verbonden node.

Accesspoint-modus

Vanuit de doos werkt ieder wifi-mesh-systeem als router en verzorgt het systeem routertaken zoals het uitdelen van ip-adressen, ouderlijk toezicht en een firewall. Mocht je al een andere router hebben waar je geen afscheid van wilt nemen, dan kun een wifi-mesh-systeem ook instellen in een accesspoint-modus. Alle routerfuncties worden dan uitgeschakeld en alleen het wifi-gedeelte blijft werken. Ook in de accesspoint-modus kun je een bedrade backhaul gebruiken. Een wifi-mesh-systeem laat zich dus ook inzetten als een centraal beheerd bedraad accesspoint-systeem. Voor zover wij weten kan ieder wifi-mesh-systeem – op de systemen van Google na – in accespointmodus gezet worden. Ook Googles nieuwste Nest Wifi Pro ondersteunt geen accesspoint-modus zodra je satellieten koppelt; de accesspoint-modus werkt alleen als je de routernode los gebruikt. En daar koop je vermoedelijk geen wifi-mesh-systeem voor.

Vrijwel ieder wifi-mesh-systeem kun je instellen in een router- of accesspoint-modus.

Centraal beheer

Een misschien niet zo direct duidelijk voordeel van wifi-mesh-systemen is dat je meerdere accesspoints vanaf één interface instelt. Voor de introductie van wifi-mesh-systemen was centraal beheer voorbehouden aan relatief dure en lastig in te stellen zakelijke accesspoint-systemen. Dat is het grote voordeel ten opzichte van andere oplossingen die voor de introductie van dergelijke systemen thuis veel gebruikt werden om het draadloze netwerk uit te breiden. Denk aan wifi-repeaters of het hergebruiken van ouder routers als een accesspoints. Hierbij moest je op ieder apparaat afzonderlijk inloggen als je iets aan je draadloze netwerk wilde aanpassen. Bovendien moest je zelf goed opletten of je alle eigenschappen als kanaalbreedte, versleuteling en wachtwoord op alle apparaten exact hetzelfde instelde. Deed je dat niet, dan had je al snel last van een netwerk waarbij je mobiele apparaten niet alle accesspoints gebruikten.

Bij een wifi-mesh-systeem heb je daar geen last van. Alle accesspoints zijn automatisch onderdeel van hetzelfde netwerk en maken gebruik van exact dezelfde instellingen. Alle fabrikanten bieden voor het beheer van een wifi-mesh-systeem een overzichtelijke app voor zowel iOS als Android. Daarnaast hebben veel systemen ook een webinterface waarin je soms meer instellingen dan in de app vindt.

Je beheert een wifi-mesh-systeem centraal vanuit een app of webinterface.

Uitbreiding router

In beginsel vervang je met een wifi-mesh-systeem ook je router. Dat is misschien niet nodig, want afhankelijk van welke router je nu hebt, zijn er mogelijk mesh-uitbreidingen verkrijgbaar. Voor bijvoorbeeld de Fritz!Box-routers, die ook door sommige internetproviders als modem-router geleverd worden, zijn mesh-uitbreidingen te koop. Een Fritz!Box wordt met een uitbreiding als de Fritz!Repeater 3000 AX een volwaardig wifi-mesh-systeem dat je vanuit een interface kunt configureren. Ook voor sommige ASUS- en Netgear-routers kun je mesh-uitbreidingen kopen.

Routerfabrikant AVM verkoopt Fritz!Repeaters als mesh-uitbreidingen voor hun routers.

Nadelen wifi-mesh

Hoe goed wifi-mesh-systemen ook zijn, ze zijn vooral een oplossing voor situaties waarin kabels niet mogelijk zijn. Wanneer je thuis wel in staat bent om naar iedere verdieping een netwerkkabel te leggen, dan is een bedraad accesspoint-systeem vermoedelijk een betere oplossing. Een kabel is altijd betrouwbaarder dan een draadloze verbinding. Overigens ondersteunen alle wifi-mesh-systemen – zoals je eerder las – ook een bedrade backhaul. Handig voor als je naar één verdieping wel een kabel kunt trekken of voor als je ooit gaat verhuizen naar een huis waar kabels trekken wel mogelijk is.

Draadjes trekken?

Doen als het kan!

Een nadeel dat lang niet voor iedereen geldt, is dat wifi-mesh-systemen vooral op consumenten gericht zijn. De installatie en het beheer zijn eenvoudig en er kan weinig misgaan. Daar staat tegenover dat geavanceerde mogelijkheden, zoals je draadloze netwerk voor beveiligingsredenen onderverdelen in verschillende VLAN’s ontbreken. Voor geavanceerde mogelijkheden moet je nog echt bij bedraad aangesloten kleinzakelijke accesspoint-systemen zijn. Heb je daar geen behoefte aan, dan doen wifi-mesh-systemen precies wat ze beloven: jouw hele huis voorzien van een prima draadloos netwerk.

Kun je thuis netwerkkabels trekken, dan is dat al snel een stabielere oplossing dan een volledig draadloos wifi-mesh-systeem.

Positionering

Bij wifi geldt dat als je het accesspoint kunt zien, je doorgaans de beste verbinding hebt. Dat geldt ook voor de nodes van een wifi-mesh-systeem. Om die reden besteden fabrikanten van dergelijke systemen veel aandacht aan het ontwerp van hun systemen. Anders dan veel draadloze routers gaat het niet om futuristisch zwarte behuizingen met uitstekende antennes, maar om strak ontworpen witte behuizingen met ronde vormen. Je kunt het doorsnee mesh-systeem dan ook best op een kastje in je woonkamer zetten. Verstop de nodes dus niet in datzelfde kastje, dat zorgt echt voor slechtere prestaties.

Wanneer je een mesh-systeem over meerdere verdiepingen van je huis gebruikt, probeer dan de nodes op iedere verdieping zo dicht mogelijk bij het trapgat te zetten. Op die manier is er een beter contact en daarmee hogere snelheid mogelijk. Bij de duurdere tri-band-systemen is een zo goed mogelijke positionering minder belangrijk. Dat kan handig zijn als je geen goed plekje voor een node kan vinden.

©Netgear

Fabrikanten besteden aandacht aan het ontwerp van hun mesh-systemen, zodat je ze niet hoeft te verstoppen.

▼ Volgende artikel
Nieuw van Hisense: AI-tv's voor sportzomer 2025
Huis

Nieuw van Hisense: AI-tv's voor sportzomer 2025

Met de FIFA Club World Cup 2025, Wimbledon, de Tour de France, het EK Hockey en de Dutch GP in aantocht, lanceert Hisense een nieuwe generatie televisies die zijn afgestemd op sport en snelle actie. De U7Q- en E7Q(PRO)-series maken gebruik van Mini-LED-technologie in combinatie met slimme AI-functies. De modellen zijn leverbaar in schermformaten tot 100 inch.

Voor sport ontworpen beeldweergave

De nieuwe modellen zijn voorzien van 'AI Sports Mode', die automatisch het beeld en geluid aanpast bij live sportwedstrijden. Denk aan verbeterde bewegingsweergave, verhoogde kleurintensiteit en geluidsdynamiek. Zo blijven snelle acties – zoals een sprint of counter – scherp in beeld, zonder hapering of vervaging. De hoge helderheid van Mini-LED maakt deze televisies bovendien geschikt voor gebruik in lichte kamers.

Slimme beeldbewerking met Hi-View AI Engine

De Hi-View AI Engine is het hart van de U7Q- en U7Q PRO-modellen. Deze techniek analyseert elk frame op kleur, contrast en detail. Daarbij wordt ook gekeken naar diepte, huidtinten en grafische elementen, zodat het beeld er haarscherp en levensecht uitziet. Standaardcontent wordt automatisch opgeschaald naar 4K-resolutie, voor een consistent hoge beeldkwaliteit.

Ook voor gaming en films

De topmodellen in de nieuwe line-up – zoals de U8Q en U7Q PRO – combineren Mini-LED PRO met 165Hz Game Mode Ultra. Die zorgt voor extreem vloeiend beeld en korte responstijden, ook bij snelle games. De U8Q beschikt over een 4.1.2 surround-geluidssysteem; de U7Q PRO over 2.1.2 geluid met ingebouwde subwoofer.

Wie een model zoekt met vergelijkbare techniek, maar tegen een scherper prijsniveau, komt uit bij de standaard U7Q (55 tot 85 inch). Die is voorzien van Mini-LED, 144Hz Game Mode Pro en diepe bassen via een geïntegreerde subwoofer. De E7Q PRO combineert QLED-paneeltechniek met AI Picture-technologie, 144Hz en Dolby Vision Atmos. De E7Q heeft vergelijkbare beeldoptimalisatie en is geschikt voor zowel sportkijkers als filmliefhebbers.

Wat is Mini-LED?

Mini-LED is een vorm van led-achtergrondverlichting waarbij veel kleinere leds worden gebruikt dan bij standaard led-tv's. Daardoor kunnen zones preciezer worden aan- of uitgeschakeld. Het resultaat: hoger contrast, diepere zwartwaarden en meer controle over de helderheid. Dit is vooral zichtbaar bij scènes met veel licht/donker-overgangen – en dus ideaal voor sport en film.


📺 Bekijk en vergelijk Hisense-televisies op Kieskeurig.nl:


▼ Volgende artikel
Lekker bezig in de tuin: dit doe je in juni
© DoraZett
Huis

Lekker bezig in de tuin: dit doe je in juni

Juni is een maand waarin alles in je tuin op volle toeren draait. De planten groeien snel, het gras schiet omhoog en bloemen staan volop in bloei. Tegelijk vraagt die uitbundige groei ook om aandacht. Door nu slim in te grijpen, houd je je tuin sterk, gezond en in vorm – klaar voor een lange, mooie zomer. Of je nu de schaar pakt voor je haag, je gieter vult of de grasmaaier uit de schuur haalt: dit zijn de klussen waar je in juni het verschil mee maakt.

In juni mag je: • De laatste kale plekken opvullen met plantenDe rozen bemestenBij droog weer de planten en het gazon veel water gevenHet gras 1 tot 2 keer per week maaienHagen en heesters voor 21 juni snoeien

Lees ook: Groener gras? Maaien en onderhouden doe je zo

Het kan nog: meer planten in je tuin

Dit is hét moment om één- en tweejarige planten te zaaien voor volgend jaar. En zie je nog een kaal plekje in de tuin? Zet daar dan nu nog wat eenjarige zomerbloeiers neer. Zo heb je er deze zomer nog plezier van.

Knip ook de uitgebloeide bloemen uit je planten. Dat lijkt een kleine moeite, maar het zorgt ervoor dat ze hun energie in nieuwe bloemen steken in plaats van in zaadvorming. En vergeet niet de peulen van de blauwe regen te verwijderen – die zijn giftig.

Heb je afgelopen najaar geen rozen of heesters geplant? Dan kun je dat nu alsnog doen. Rozen bloeien snel, dus je ziet er deze zomer al resultaat van. Heb je hoge planten in je borders? Geef ze wat steun met een paar bamboestokken en bind ze voorzichtig vast. Zo blijven ze mooi overeind, ook als het ineens flink waait.

©lev dolgachov

Mest voor de rozen

De rozen staan er deze maand schitterend bij. Om ervoor te zorgen dat ze het goed blijven doen, bemest je ze met speciaal rozenmest. Hierin zit magnesium, wat de roos veel goeds doet. Daarin zit onder andere magnesium, en daar worden ze zichtbaar blij van. Kijk meteen ook of je witte of zwarte vlekken op het blad ziet – dat kan duiden op meeldauw of sterroetdauw.

Heb je fuchsia's in de tuin? Controleer die dan op bladluis en witte vlieg. Door de warmte is de kans op plagen nu groter. Meng 1 liter water met 20 gram groene zeep en 10 gram spiritus, en spray dit mengsel regelmatig over de planten. Zo houd je ze gezond en sterk.

Voldoende water

Haal de tuinslang maar uit de schuur, want bij droog weer hebben planten echt dorst. Geef niet telkens een beetje water, maar maak de grond in één keer goed nat – tot diep bij de wortels. Het is beter om eens per week langdurig te sproeien dan elke dag een kwartiertje. Kies wel het juiste moment: 's ochtends vroeg of aan het eind van de dag. Dan verdampt het water minder snel en kunnen planten het beter opnemen. Vergeet ook je kamerplanten niet. Bij warm weer hebben zij óók meer nodig. Zet ze op een regenachtige dag gerust even buiten. Dan spoelt het stof van het blad en krijgen ze meteen een opfrisser.

©Елена Бурова

Snoeien = groeien

Wist je dat veel planten na de langste dag van het jaar een groeispurt krijgen? Juist daarom is het slim om vóór 21 juni hagen en snelgroeiende heesters nog even bij te knippen. Zo lopen ze in de zomer mooi en vol uit.

Ook jasmijn, seringen, liguster, botanische rozen, sierkers en bodembedekkers kun je nu nog prima snoeien. Sommige vaste planten mag je na de bloei zelfs flink terugknippen – dan maken ze vaak een tweede ronde. Denk aan vrouwenmantel, margriet, zonnehoed, kattenkruid, kokardebloem en kogelboterbloem. En ook de bosrank (clematis) snoei je terug zodra hij is uitgebloeid.

Kies wel een bewolkte dag voor het snoeiwerk. Dan is de kans kleiner dat het verse blad of de stengels verbranden in de zon.

©africa-studio.com (Olga Yastremska and Leonid Yastremskiy)

Extra zorg voor je gras

Het gras groeit in juni razendsnel. Maai het gazon daarom één tot twee keer per week en neem meteen de randen mee met een trimmer. Is het langere tijd droog? Maai dan minder vaak en laat het gras iets langer staan, zodat het beter bestand is tegen de hitte. Op warme dagen kun je het maaien het best uitstellen tot de avond, dan droogt het gras minder snel uit.

Heb je nog dorre of kale plekken in het gazon? Pak die dan nu aan. Zaai nieuw gras in, of leg graszoden als je snel resultaat wilt. Let ook op het onkruid: dat groeit net zo hard mee en vraagt dus om wat vaker wieden.