ID.nl logo
Glasvezel in Nederland: Zo staat het er voor
© Reshift Digital
Huis

Glasvezel in Nederland: Zo staat het er voor

Internetproviders staken jarenlang relatief weinig moeite in het aansluiten van huishoudens en bedrijven op het razendsnelle glasvezelnetwerk. De afgelopen tijd is dat veranderd en zijn er miljardeninvesteringen aangekondigd voor de komende jaren. Hoe zit het met glasvezel in Nederland? We leggen de grootse plannen uit en gaan in op de huidige aandachtspunten én onzekerheden.

Nederland heeft zo’n acht miljoen huishoudens, waarvan inmiddels de helft is aangesloten op het glasvezelnetwerk. De vier miljoenste aansluiting werd deze zomer gerealiseerd, ruim twee jaar na het vieren van de drie miljoenste aansluiting. Dat blijkt uit data van brancheorganisatie NLConnect. Het aansluittempo is de afgelopen twee jaar flink omhoog gegaan, schrijft ook toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM) in zijn Telecommonitor. In de eerste drie maanden van dit jaar zijn 202 duizend huishoudens op glasvezelaangesloten, meer dan in heel 2019 (180 duizend huishoudens). 

In 2020 kregen 500 duizend huishoudens toegang tot glasvezelinternet, dat veel hogere up- en downloadsnelheden biedt dan oudere kabelvormen als dsl (koper). Begin 2022 wordt duidelijk hoeveel huishoudens er dit jaar zijn aangesloten op glasvezel. In ieder geval veel meer dan in 2020. En bedrijven die glasvezelkabels leggen en providers voeren het tempo alleen maar op – waarover zo meer.

Open Dutch Fiber

Eén van de belangrijkste spelers bij de verdere verglazing van Nederland lijkt Open Dutch Fiber te worden, oftewel ODF. ODF is een nieuwe organisatie die in april dit jaar bekendmaakte de Nederlandse markt te betreden. Oprichters zijn Kohlberg Kravis Roberts & Co (KKR) en Deutsche Telekom Capital Partners (DTCP). KKR heeft het merendeel van de ODF-aandelen in handen. Michael Griffioen is de eerste CEO van ODF. Hij was voorheen senior FttH-manager bij T-Mobile Nederland. Jordi Nieuwenhuis en Uwe Nickl zijn de bestuurders van ODF.  Nieuwenhuis stond mede aan de wieg van glasvezelprovider Reggefiber en Nickl werkte bij een Duits glasvezelbedrijf. ODF wil de komende vijf jaar minimaal één miljoen Nederlandse huishoudens aansluiten op glasvezel en trekt hier zeker 700 miljoen euro voor uit. Het glasvezelbedrijf hanteert een open netwerk en heeft vooralsnog één (hoofd)huurder, namelijk T-Mobile.

©PXimport

Dubbele glasvezelnetwerken

Om huizen aan te sluiten op glasvezel, moet het verantwoordelijke bedrijf de straat openbreken om de glasvezelkabels in de grond te leggen. Een klus die toestemming vereist van de gemeente en korte tijd praktische hinder veroorzaakt voor omwonenden. De afgelopen jaren is gebleken dat sommige providers weinig geven om dat laatste. Zo gebeurt het regelmatig dat een pas opengebroken straat voor een tweede keer op de schop moet, omdat een andere provider ook glasvezel wil aanleggen. De provider die als eerste glasvezel heeft gelegd, is hier vaak niet blij mee. Een rechtszaak tussen T-Mobile en KPN eind vorig jaar maakt goed duidelijk waarom. 

T-Mobile had pas glasvezel aangelegd in een wijk in Den Haag, waarna KPN de straten weer openbrak om hetzelfde te doen. T-Mobile stapte naar de lokale voorzieningenrechter met het verzoek om KPN’s aanlegvergunning op te schorten. De aanleg van een tweede netwerk was volgens T-Mobile onnodig, omdat zijn netwerk open is en KPN dus capaciteit kon huren. T-Mobile stelde daarnaast dat het onderhoud aan zijn netwerk moeilijker zou worden, omdat KPN zijn kabels op die van T-Mobile zou leggen. De voorzieningenrechter ging hier niet in mee: KPN mocht doorgaan met de aanleg van het netwerk.

©PXimport

Concurrentie

Behalve T-Mobile zijn er meer providers die regelmatig botsen met KPN, dat met drie miljoen glasvezelaansluitingen veruit de grootste speler is. Zo maakte het kleinere E-Fiber begin 2020 bekend dat het toch geen glasvezel ging aanleggen in Amstelveen, nadat KPN aangaf dit ook te gaan doen. E-Fiber destijds in een verklaring: “Het is niet mogelijk om een rendabel netwerk aan te leggen met twee spelers. De aanleg van een tweede netwerk is bovendien onnodig, omdat E-Fiber een open netwerk aanlegt; alle aanbieders zijn welkom om hun diensten aan te bieden.” 

E-Fiber verwees naar een marktstudie van toezichthouder ACM, die via diverse praktijkvoorbeelden aantoonde hoe met name KPN concurrenten dwarsboomt bij het aanleggen van glasvezel. Ook de kleinere provider Freedom Internet kan hierover meepraten. Freedom heeft bij monde van directeur Anco Scholte ter Horst onlangs weer een brief naar de ACM gestuurd, vertelde hij laatst in gesprek met PCM. Freedom betaalt een inkoopprijs van 84 euro per maand aan KPN om een gigabitverbinding aan te kunnen bieden. Dat terwijl een KPN-klant 57,50 euro per maand betaalt voor diezelfde verbinding. Wie neemt er dan een abonnement via Freedom? Scholte ter Horst noemt de prijsstelling van KPN ‘van de zotte’ en stelt dat de provider ‘alle innovatie blokkeert’.

Samen glasvezel aanleggen

De ACM heeft onlangs een marktstudie gepubliceerd waarin de organisatie gemeenten aanraadt om bij interesse van meerdere glasvezelorganisaties te pleiten voor co-investering. Dat houdt in dat de concurrenten gezamenlijk één open glasvezelnetwerk financieren en (laten) aanleggen. Statistieken van de ACM maken duidelijk dat glasvezelaanbieders tot dusver welgeteld nul keer gekozen hebben voor co-investering. Wie daarom denkt dat de ACM voorstander is van regels om co-investering te verplichten, heeft het mis. 

In dezelfde marktstudie schrijft de toezichthouder namelijk dat gedwongen co-investering onwenselijk zou zijn. Meerdere glasvezelnetwerken in dezelfde straat kunnen op termijn namelijk leiden tot concurrentievoordelen voor de consument, die uit meer dan één provider kan kiezen. Dat klopt, al maakt de praktijk duidelijk dat één open netwerk ook genoeg concurrentievoordelen kan opleveren.

©PXimport

Miljardeninvesteringen

Voor de komende jaren hebben de providers – Ziggo uitgezonderd – grote plannen aangekondigd om honderdduizenden nieuwe huishoudens en bedrijfsadressen aan te sluiten op glasvezel. Plannen waar honderden miljoenen tot meer dan een miljard euro mee gemoeid zijn. Providers komen via verschillende constructies aan dat geld. Het is de moeite waard om deze constructies compact uit te leggen, omdat ze nieuw zijn, invloed hebben op de concurrentieverhoudingen en nog jaren blijven bestaan. KPN heeft begin dit jaar de handen ineengeslagen met pensioenfondsuitvoerder APG, dat belegt met het pensioengeld van zijn pensioenfonds ABP. 

KPN en APG hebben samen het bedrijf Glaspoort opgericht en hebben allebei vijftig procent van de aandelen in handen. Gezamenlijk financieren zij via Glaspoort ruim één miljard euro om KPN meer en sneller glasvezelaansluitingen te laten realiseren. De komende jaren wil KPN 225 duizend bedrijven en 750 duizend huishoudens aansluiten op het glasvezelnetwerk van Glaspoort. Dit netwerk is open voor alle providers en heeft KPN als hoofdhuurder. De oprichting van Glaspoort lag gevoelig. De ACM kreeg van meerdere providers bezorgde brieven, omdat zij bang waren dat Glaspoort hun concurrentiepositie zou verzwakken. De ACM vond die angst ongegrond. 

Ook nieuw is Open Dutch Fiber, een glasvezelbedrijf dat minimaal 700 euro miljoen euro investeert in een open netwerk waar T-Mobile de hoofdhuurder van wordt. In het kader ‘Open Dutch Fiber’ lees je meer over de organisatie. Delta op zijn beurt haalde 1,45 miljard euro op bij een consortium van banken, met optie om 600 miljoen euro meer te lenen. De provider gaat het geld gebruiken om te groeien van 900 duizend naar zo’n 2 miljoen glasvezelaansluitingen. Delta heeft een eigen netwerk dat open is voor andere providers. E-Fiber zegt regionaal de komende jaren 500 duizend nieuwe adressen te willen verglazen en hanteert ook een open netwerk.

©PXimport

Planning nog onduidelijk

De grootse plannen van de providers roepen allerlei vragen op. Want op welke dorpen en steden gaan zij zich richten, wanneer gaan ze welke wijken verglazen en gaat de straat één of meermaals open? Helaas zijn deze cruciale vragen nog niet te beantwoorden, simpelweg omdat providers de benodigde informatie nog niet gedeeld hebben. Er gaat veel aandacht uit naar hoeveel adressen zij willen aansluiten op glasvezel, maar pas later zal bekend worden om welke adressen het gaat en in welke volgorde die aan de beurt komen. De ene wijk zal ‘al’ in 2022 glasvezel krijgen, waar een andere wijk tot 2026 moet wachten.

De verglazing zal bij elke provider gefaseerd plaatsvinden, omdat het een enorme operatie is, te beginnen bij toestemming vragen aan gemeenten om straten tijdelijk open te breken. Ook moeten providers aan genoeg materialen (inclusief vele kilometers glasvezelkabels) komen, meer monteurs werven en vervolgens inplannen. Een rondgang op vacaturewebsites maakt duidelijk dat netwerkbeheerders en uitzendbureaus in heel Nederland naarstig op zoek zijn naar glasvezelmonteurs.

©PXimport

Ziggo doet minder met glasvezel

Ziggo doet als één van de grootste providers in Nederland opvallend weinig met glasvezel. Het bedrijf sluit dit jaar enkele honderden nieuwbouwhuizen aan op glasvezel, maar gebruikt coaxkabel voor de laatste aansluiting. Dit beperkt de maximale uploadsnelheid tot 1 Gbit/s en de uploadsnelheid tot 50 Mbit/s. Volgens Ziggo is deze zogeheten GigaNet-snelheid ‘genoeg’ voor consumenten, iets waar lang niet alle consumenten én concurrerende providers het mee eens zijn. Ziggo heeft het plan om in 2022 een paar duizend nieuwbouwwoningen te verglazen.  Andere nieuwbouwhuizen en bestaande huishoudens krijgen enkel een upgrade naar GigaNet, waar de straat niet voor opengebroken hoeft te worden, maar alleen een straatkast aangepast moet worden. Ziggo stelt dat al meer dan 3,4 miljoen klanten toegang hebben tot de GigaNet-snelheid. Volgend jaar moet dat voor alle klanten gelden. De provider is het afgelopen jaar zo’n 100 duizend vaste internetklanten verloren, vermoedelijk (deels) omdat zij zijn overgestapt naar een concurrent die wel glasvezel aanbiedt.

©PXimport

Steden en buitengebieden

Die nieuwe monteurs kunnen straks in het hele land aan de slag. KPN richt zich op steden en gaat met het miljard van APG ook aan de slag in buitengebieden – die voorheen niet interessant werden bevonden. T-Mobile wil via ODF vooral verglazen op grotere steden die nog zonder glasvezel zitten, om zo in een hoger tempo veel aansluitingen te realiseren. E-Fiber mikt op aansluitingen in buitengebieden en gemeentekernen. Delta Fiber heeft zijn pijlen juist weer gericht op kleinere steden zonder glasvezel. Interessant is dat partijen als Delta, ODF en E-Fiber kenbaar gemaakt hebben dat ze elkaar niet in de weg willen zitten door dubbele aansluitingen te realiseren. De directeur van T-Mobile noemde dat eerder kapitaalvernietiging, een term die E-Fiber ook aanhaalde toen het bekendmaakte dat het vanwege KPN’s plannen toch geen glasvezel ging aanleggen in Amstelveen.

Het lastige aan de voorgenomen plannen van de genoemde providers is dat ze graag vertellen hoeveel huishoudens (en bedrijfsadressen) ze willen verglazen, maar dat die plannen voor de komende vijf jaar gelden. Omdat er als gezegd veel geregeld moet worden voordat de straatstenen tijdelijk gelicht worden, gaat het nog wel even duren voordat duidelijk is wélke vele honderdduizenden adressen er wanneer en door wie verglaasd zullen worden.

Open netwerk verhuren

Vrijwel alle nieuwe glasvezelaansluitingen die gerealiseerd gaan worden, zijn open en dus toegankelijk voor concurrenten. KPN doet dat via Glaspoort, T-Mobile via ODF en Delta en E-Fiber via eigen netwerken. Een groot deel van de bestaande aansluitingen is ook open, al verschilt de mate waarin. Freedom Internet vindt dus dat KPN te veel geld vraagt om gebruik te mogen maken van zijn glasvezelnetwerk, waar een partij als E-Fiber schijnbaar gunstigere inkooptarieven vraagt voor zijn open netwerk. Andere providers kunnen ‘lijnen’, oftewel capaciteit, huren op dit open netwerk en betalen een vergoeding aan E-Fiber. Op die manier kunnen ze glasvezelabonnementen aanbieden zonder een eigen netwerk. 

Het kleinere Youfone gebruikt het E-Fiber-netwerk sinds februari om glasvezel aan te bieden. E-Fiber verhuurt zijn glasvezelnetwerk aan meer kleinere partijen, waaronder Freedom Internet, Tweak en Glasnet. Huishoudens die op het E-Fiber-glasvezelnetwerk zijn aangesloten, hebben keuze uit meerdere en tot tien aanbieders. Het voordeel voor consumenten laat zich raden: meer keuzevrijheid. De grotere keuze betekent in veel gevallen ook scherper geprijsde abonnementen of ‘gratis’ extra’s als meer tv-zenders.

©PXimport

Op naar de 10Gbit/s-glasvezel

Niet alleen het aantal glasvezelaansluitingen gaat omhoog, de techniek evolueert ook. De meeste bestaande glasvezelaansluitingen ondersteunen een internetsnelheid van 1 Gbit/s, omdat ze gebruikmaken van de GPON-techniek. De nieuwe XGS-PON-techniek gaat tot 10 Gbit/s. Delta heeft al een paar dorpen van glasvezel via XGS-PON voorzien en biedt daar sinds kort een 8Gbit/s-abonnement aan voor 67,50 euro per maand. Volgend jaar komt er ook een 10Gbit/s-abonnement. 

De provider gebruikt voor nieuwe glasvezelaansluitingen XGS-PON en gaat bestaande aansluitingen volgend jaar upgraden naar deze techniek. Zo moeten in relatief korte tijd alle Delta-glasvezelklanten toegang krijgen tot veel sneller vast internet. Met het aandachtspunt dat de provider pas eind 2022 een modem uitbrengt met een 8Gbit/s-netwerkpoort. Het ODF-netwerk, waar T-Mobile de hoofdhuurder van wordt, gaat ook 10Gbit/s-snelheden ondersteunen. De kleine provider Tweak test deze snelheid al sinds 2019, maar moet zo’n abonnement nog commercieel beschikbaar stellen.

KPN is in oktober gestart met de inzet van XGS-PON voor nieuwe glasvezelaansluitingen en wil op termijn ook bestaande aansluitingen upgraden naar deze techniek. Een voordeel van XGS-PON is dat het type aansluiting geschikt is om later nog hogere up- en downloadsnelheden door te geven, namelijk tot 25 Gbit/s. Deze standaard staat bekend als 25G-PON en wordt sinds kort in onder meer Engeland getest door Nokia en een glasvezelbedrijf. Internet met een up- en downloadsnelheid van meer dan 1 Gbit/s is vooral interessant voor veeleisende bedrijven en minder noodzakelijk voor consumenten.

Lagere prijzen?

De verdere verglazing van ons land zal de komende jaren bij honderdduizenden huishoudens zichtbaar worden omdat hun straat open- (en weer dicht-) gaat en ze daarna kunnen kiezen voor een sneller internetabonnement. Dat is een mooi gegeven, maar wat gaat dat betekenen voor de maandprijs van een internetabonnement? Providers steken honderden miljoenen euro’s in de aanleg van glasvezel. Geld dat terugverdiend moet worden. Meer geld vragen voor sneller internet ligt voor de hand, maar is geen uitgemaakte zaak. 

Uitdager Delta liet dat in augustus zien door zijn glasvezelabonnementen juist goedkoper te maken. Klanten met een 1Gbit/s-abonnement betalen sindsdien 19 euro per maand minder voor dit internetabonnement (in totaal 45 euro per maand). En klanten met een 400Mbit/s-abonnementen werden gratis geüpgraded naar het 1Gbit/s-abonnement én betalen maandelijks 2,50 euro minder. Voor zo’n 1Gbit/s-abonnement betaal je overigens bij T-Mobile maandelijks 40 euro, bij Freedom Internet 49 euro en bij KPN 57,50 euro. Met kortingen die sommige providers geven als je vaste en mobiele diensten combineert, kan die maandprijs nog een aantal euro’s lager uitvallen.

©PXimport

Meerjarenplannen

Als dit artikel één ding duidelijk maakt, is het dat providers grote plannen hebben om de komende vijf jaar meer Nederlandse adressen te verglazen. Honderdduizenden consumenten en bedrijven krijgen – eindelijk – toegang tot razendsnel vast internet. Veelal via één of meerdere open netwerken, zodat ze keuze uit meer dan één provider krijgen. Dit zal vermoedelijk leiden tot meer keuzevrijheid en dus meer concurrentie. Mogelijk resulteert dat weer in lagere abonnementsprijzen. Voor veel mensen die wachten op glasvezel, zal dat echter niet de belangrijkste vraag zijn. Zij zullen vooral benieuwd zijn wannéér ze eindelijk een glasvezelaansluiting krijgen. 

Dat is helaas nog lastig te zeggen, aangezien providers niet landelijk en voor de komende jaren communiceren wanneer ze een postcodegebied willen verglazen. Aankondigingen komen pas kort van tevoren en per wijk. Wel is er veel om naar uit te kijken en om te volgen. Zo gaan we onder meer merken of Ziggo volop blijft inzetten op zijn GigaNet met lagere snelheden of toch ook overstag gaat en voor toekomstbestendig glasvezel kiest. En zo ja, of de provider zijn achterstand op de concurrentie nog kan inhalen.

©PXimport

▼ Volgende artikel
WhatsApp voegt live foto's, AI-thema's en slimme zoekfunctie toe
© ER | ID.nl
Huis

WhatsApp voegt live foto's, AI-thema's en slimme zoekfunctie toe

WhatsApp rolt de komende tijd opnieuw een reeks functies uit die het chatten en videobellen persoonlijker en praktischer moeten maken. Van creatieve AI-hulpmiddelen tot betere zoekopties in groepsgesprekken: dit zijn de belangrijkste vernieuwingen.

In dit artikel lees je meer over de nieuwste WhatsApp-functies, waaronder:
  • Live foto's (iOS) en bewegende foto's (Android) delen

  • Eigen chatthema's en achtergronden maken met Meta AI

  • Nieuwe stickerpakketten downloaden

  • Groepschats makkelijker terugvinden via zoekfunctie

  • Documenten scannen en delen op Android

Rijkere momenten met live en bewegende foto’s

Gebruikers kunnen nu live foto's (iOS) en bewegende foto's (Android) delen. Die bevatten niet alleen beeld, maar ook geluid en beweging. Het idee is dat gesprekken zo meer diepte krijgen en dat je herinneringen realistischer kunt doorsturen, ongeacht of je gesprekspartner iOS of Android gebruikt. In de praktijk betekent dit dat je niet langer gebonden bent aan statische kiekjes: een lach, een begroeting of een spontaan moment komt beter tot zijn recht, compleet met de sfeer van dat moment. WhatsApp wil hiermee de beleving dichter bij die van een echte ontmoeting brengen, zodat een chat niet alleen informatief is, maar ook emotioneel rijker en levendiger aanvoelt.

Chatthema's en achtergronden met Meta AI

WhatsApp zet ook verder in op kunstmatige intelligentie. Met behulp van Meta AI kun je eigen chatthema's maken en zo je gesprekken een volledig unieke stijl geven. Denk aan kleurenpaletten die aansluiten bij je persoonlijke voorkeuren of achtergronden die zijn geïnspireerd op je favoriete muziek, seizoen of stemming. Daarnaast is het mogelijk om AI-gegenereerde achtergronden te gebruiken tijdens videogesprekken, waardoor je jezelf in een virtuele omgeving plaatst, zoals een tropisch strand of een futuristische skyline. Ook kun je deze achtergronden direct toevoegen bij het maken van foto's en video's in de chat, wat creatieve experimenten eenvoudig maakt. WhatsApp benadrukt dat de uitrol stap voor stap gebeurt: sommige gebruikers zien de opties al, terwijl anderen nog even moeten wachten tot de update beschikbaar is.

©WhatsApp

Nieuwe stickerpakketten

Wie zich liever uitdrukt zonder woorden, krijgt meer keuze uit stickers. WhatsApp voegde pakketten toe met veelzeggende namen als 'Onverschrokken vogel', 'Schooldagen' en 'Vakantie'. De stijl varieert van speels tot gezellig en schattig, zodat er ongetwijfeld voor elke stemming wel een passende illustratie is.

Groepen makkelijker terugvinden

Groepschats hebben vaak creatieve namen die je niet altijd paraat hebt. WhatsApp maakt het daarom eenvoudiger om groepen terug te vinden: zoek in je tabblad Chats gewoon op de naam van een contactpersoon, en de groepen waarin jullie samen zitten worden automatisch getoond.

Documenten scannen op Android

Tot slot is de mogelijkheid om documenten te scannen nu ook beschikbaar voor Android. Gebruikers kunnen rechtstreeks vanuit WhatsApp bestanden vastleggen, bijsnijden, opslaan en verzenden. Daarmee wordt het eenvoudiger om bijvoorbeeld contracten, bonnetjes of formulieren snel te delen zonder eerst een aparte scanner- of camera-app te openen. De functie herkent de randen van het document automatisch en zorgt dat het beeld wordt rechtgetrokken voor een nette weergave. iPhone-gebruikers hadden deze optie al langer, maar door de uitbreiding naar Android is het nu voor vrijwel alle WhatsApp-gebruikers mogelijk om documenten direct in de app te digitaliseren en door te sturen.

▼ Volgende artikel
Van stoofpot tot nagerecht: waarom de slowcooker zo handig is
© Dirk Weischenberg
Huis

Van stoofpot tot nagerecht: waarom de slowcooker zo handig is

Je kent het wel: je hebt een drukke dag, weinig zin om koken, maar wel trek in iets warms en voedzaams. Kom er maar in slowcooker! Je vult hem 's ochtends, zet hem aan en later op de dag staat er een complete maaltijd te wachten. Zeker in de herfst, dé tijd voor stevige soepen en stoofgerechten, is de slowcooker een uitkomst. En: je kunt er veel meer mee maken dan je denkt!

In dit artikel lees je:

– Hoe de slowcooker werkt – Wat je er allemaal mee kunt maken – Welke apparaten je deels kunt vervangen door een slowcooker – Het verschil tussen slowcooker, multicooker en snelkookpan – Tips en aandachtspunten bij gebruik – Twee recepten: apple crumble en pompoensoep uit de slowcooker

Lees ook: 5 veelgemaakte fouten met de slowcooker

Hoe werkt de slowcooker precies?

Een slowcooker werkt anders dan de pan op het fornuis of een braadslee in de oven. Hij gaart gerechten langzaam op lage temperatuur, vaak tussen de 70 en 95 graden. De warmte verspreidt zich gelijkmatig rondom een keramische of metalen binnenpan, terwijl het deksel de stoom en smaken vasthoudt. Omdat er nauwelijks vocht ontsnapt, blijven ingrediënten mals en vol van smaak. Vlees valt na uren sudderen uit elkaar en groente wordt zacht zonder zijn structuur helemaal te verliezen.

Van stoofpot tot nagerecht

Wie denkt dat de slowcooker alleen geschikt is voor stoofpotten, heeft het mis. Natuurlijk kun je er klassiekers als rundvleesstoof of chili con carne mee maken, maar net zo goed linzenstoof, curry of een rijke groentesoep. Voor het ontbijt kun je de avond ervoor havermout in de pan doen, zodat je 's ochtends wakker wordt met een warme kom pap. Zelfs nagerechten zoals rijstepap of een appelcrumble met kaneel (recept verderop) komen goed uit de slowcooker. Sommige modellen hebben bovendien een braadfunctie, zodat je vlees eerst kunt dichtschroeien voordat je het rustig laat garen.

©from_my_point_of_view

Welke apparaten vervangt de slowcooker?

De kracht van de slowcooker zit niet alleen in variatie, maar ook in vervanging. Veel bereidingen die je normaal in de oven of op het fornuis zou doen, kunnen ook prima met de slowcooker. Een stoofpot die je anders urenlang in de gaten moet houden, pruttelt hier vanzelf rustig door zonder dat je steeds hoeft te roeren. Zelfs een rijstkoker, stoommandje of au-bain-marie-apparaat kun je soms links laten liggen, want ook rijst, groente en custard kunnen prima langzaam garen. De slowcooker vervangt niet alle apparatuur in je keuken, maar wel deels.

Slowcooker, multicooker en snelkookpan: dit zijn de verschillen

De slowcooker is niet het enige apparaat dat koken makkelijker maakt. Hij wordt vaak vergeleken met de multicooker en de snelkookpan, maar de werking verschilt duidelijk. De slowcooker werkt op lage temperatuur en heeft vooral tijd nodig. Het voordeel is dat je gerechten kunt laten garen zonder dat je er de hele tijd bij hoeft te blijven en dat smaken zich rustig ontwikkelen. De multicooker is veelzijdiger: die combineert meerdere functies in één toestel, zoals stomen, bakken, rijst koken en vaak ook slowcooken. Daarmee vervangt hij meer losse apparaten, al vraagt het soms om meer instellingen en handelingen. De snelkookpan werkt juist tegengesteld aan de slowcooker. Met hoge druk en hoge temperatuur verkort hij kooktijden drastisch. Waar de slowcooker zes uur nodig heeft voor een stoofpot, staat het gerecht uit een snelkookpan binnen een uur op tafel. Het resultaat is minder diep van smaak, maar wel een snelle uitkomst voor drukke dagen. Kortom: de slowcooker draait om gemak en smaakontwikkeling, de multicooker om veelzijdigheid en de snelkookpan om snelheid.

De voordelen van langzaam garen

Het gebruik van de slowcooker brengt een aantal voordelen met zich mee. Doordat de temperatuur laag blijft, brandt er zelden iets aan en kun je gerust de deur uit terwijl het eten staat te pruttelen. De smaken trekken dieper in de ingrediënten en vlees wordt malser dan dan wanneer je het op hoog vuur bereidt. Bovendien heb je minder olie of boter nodig en kun je vaak goedkopere vleessoorten gebruiken die dankzij het lange garen bijzonder zacht worden. Het energieverbruik is doorgaans lager dan bij een oven of kookplaat, omdat het apparaat constant op een laag pitje werkt.

Waar je op moet letten

Er zijn ook dingen om rekening mee te houden. Omdat er nauwelijks vocht verdampt, is het beter om zuinig te zijn met bouillon of water. Te veel vocht maakt de maaltijd dunner dan de bedoeling is. Kruiden ontwikkelen zich anders bij lage temperaturen en hebben soms minder kracht, waardoor het slim is om vlak voor het serveren je gerecht nog even extra op smaak te brengen. En omdat gerechten vaak vier tot acht uur nodig hebben, vraagt het koken met een slowcooker om planning. Zet hem tijdig aan, zodat je eten op het juiste moment klaar is.

De slowcooker in de herfst

Juist in de herfst laat de slowcooker zich van zijn beste kant zien. Het seizoen van pompoensoep, erwtensoep, goulash en linzenstoof vraagt om comfort food dat langzaam kan trekken. Terwijl de regen tegen de ramen slaat en de dagen korter worden, vult je huis zich met de geur van een gerecht dat urenlang rustig staat te garen. Na een boswandeling of werkdag hoef je alleen nog maar de deksel te lichten en te genieten.

Recept: pompoensoep uit de slowcooker

Pompoensoep past perfect bij de herfst en is eenvoudig te maken in de slowcooker. Gebruik een middelgrote flespompoen, twee winterwortels, een grote ui, twee teentjes knoflook, een liter groentebouillon en een theelepel gemalen komijn. Snijd de pompoen in blokjes (schil mag blijven zitten als hij dun is) en doe samen met wortel, ui en knoflook in de slowcooker. Voeg de bouillon en komijn toe, zet de pan zes uur op de lage stand of drie uur op de hoge stand. Pureer de soep met een staafmixer glad en breng eventueel verder op smaak met peper en zout. Voor een romige variant kun je een scheutje kokosmelk toevoegen. Serveer met brood of een beetje geroosterde pompoenpitten als topping. 

©posinote - stock.adobe.com

Recept: apple crumble uit de slowcooker

Een klassieker die verrassend goed lukt in de slowcooker is apple crumble. Je hebt nodig: zes zoetzure appels, een eetlepel kaneel, twee eetlepels suiker, 100 gram bloem, 75 gram havermout, 100 gram koude boter in blokjes en een snuf zout. Schil de appels, snijd ze in stukjes en leg ze op de bodem van de ingevette slowcooker. Meng bloem, havermout, boter, suiker en zout tot een kruimelig deeg en verdeel dit over de appels. Zet de slowcooker drie uur op de hoge stand, of vijf uur op de lage stand, met een theedoek onder het deksel om condens op te vangen (zodat de crumble-topping knapperig blijft). Zorg er wel voor dat het deksel en de pan goed afgesloten blijven. Serveer de crumble warm, eventueel met een bolletje vanille-ijs of slagroom.

Slowcooker? Ja, graag!

De slowcooker laat zich goed inpassen in een druk dagelijks leven. Hij neemt je een deel van het werk uit handen en zorgt voor supersmaakvolle gerechten. Heb je wat plek over in je keuken, dan is een slowcooker dus zeker aan te raden!

Nog veel meer recepten?

Slowcookerboeken genoeg!