ID.nl logo
Extra router inbouwen: zo breid je je netwerk uit
© PXimport
Huis

Extra router inbouwen: zo breid je je netwerk uit

De router die je van je internetprovider krijgt is niet altijd de beste router voor jou. Je kunt de router zelf vervangen, maar je kunt ook voor een extra router kiezen. Een extra router is meestal uitgebreid en maakt veel mogelijk binnen je netwerk. In dit artikel bespreken we diverse router-achter-router-scenario's.

Wat gaan we doen?

In dit artikel leggen we je uit hoe je een tweede router installeert in je thuisnetwerk met als doel: beter bereik, hogere datasnelheden.

Tip 01: Waarom?

Het idee om meerdere routers in te zetten in een thuisnetwerk komt voor veel gebruikers in eerste instantie onzinnig of buitensporig over. Nochtans kunnen we enkele goede redenen bedenken waarom zo’n opstelling juist nuttig kan zijn – zeker wanneer je nog ergens een oude router in de kast hebt liggen.

Het gebeurt bijvoorbeeld vaak dat de draadloze router van de provider op een wat ongelukkige locatie hangt, bijvoorbeeld in de meterkast waardoor het draadloze signaal heel erg slecht wordt. Of dat de router van de provider een uitgekleed model is, zonder ondersteuning voor handige functies als een gastnetwerk, externe usb-poort, vpn, snelle ac-wifi, simultane dualband etc. In beide gevallen komt een extra router van pas.

Een extra router kan ook handig zijn wanneer je je netwerk in subnetten wilt opdelen, zodat gebruikers van het ene subnet niet bij de apparaten van het andere kunnen. Zo’n afgeschermd subnet is bijvoorbeeld geschikt voor je kinderen of je bezoekers, of wanneer je een server draait die je van de rest van je netwerk wilt afscheiden. Je merkt het: redenen genoeg dus.

Houd er wel rekening mee dat je voor de configuratie van zo’n extra router niet bij de helpdesk van je provider kunt aankloppen. Je zult het dus zelf moeten doen, met de hulp van dit artikel.

Heb jij geen oude router meer liggen en wil je een nieuwe aanschaffen? Dan zijn er enkele punten waarop je moet letten. Wat heb je nodig en welke snelheden zijn van belang? In onze koopgids praten we je bij.

Dit zijn de populairste routers op Kieskeurig.nl op dit moment:

Tip 02: Basisconfiguraties

Twee of meer routers inzetten betekent dat die in een ‘cascade’ terechtkomen, waarbij de ene router achter de andere wordt geplaatst. Goed om weten is dat er eigenlijk twee manieren zijn om dat te doen.

Enerzijds kun je een lan-poort van de eerste router (die soms via de wan-poort met het modem is verbonden, als het geen modemrouter-combinatie is) via een utp-netwerkkabel verbinden met een lan-poort van de tweede. Dat maakt dat beide routers zich in hetzelfde subnet (kunnen) bevinden en bereikbaar zijn voor alle toestellen van je netwerk. Deze configuratie is vooral zinvol wanneer je bestanden en andere bronnen, zoals printers, binnen je hele netwerk wilt kunnen delen.

Anderzijds is er ook een wat complexere opstelling waarbij je een lan-poort van de eerste router verbindt met de wan-poort van je tweede router. Hierdoor krijgen beide routers verschillende ip-segmenten, zodat apparaten uit het ene subnet niet zomaar toestellen uit het andere kunnen benaderen. De omgekeerde richting blijft wel mogelijk. Wil je er effectief voor zorgen dat geen van beide subnetten de andere kan benaderen, dan valt een opstelling met drie routers te overwegen (zie tip 9).

©PXimport

Tip 03: Adres router 1

Laten we met het eenvoudigste opzet beginnen: een verbinding tussen de lan-poorten van twee routers. Een opzet die bijvoorbeeld geschikt is wanneer je extra lan-poorten nodig hebt of als blijkt dat het wifi-bereik van router 1 ontoereikend is. Dit laatste kun je weliswaar oplossen met een bijkomend draadloos toegangspunt, een powerline-set of met een repeater, maar deze oplossingen kosten natuurlijk ook geld. Voor de repeaters geldt nog dat de snelheid van je draadloze verbinding wordt gehalveerd. Een tweede router is dus een prima oplossing, zeker als je die toch nog ergens liggen hebt.

We gaan ervan uit dat als router 1 geen geïntegreerd modem heeft, dat het op z’n minst met een modem verbonden is. Zorg er tevens voor dat er een computer is verbonden met een lan-poort van die router. Het is zaak eerst wat informatie over je router te vinden: ga naar de opdrachtprompt van je pc en voer je het commando ipconfig uit. Noteer het ip-adres dat je afleest onder het kopje Ethernet adapter Ethernet, bij Standaardgateway (Default Gateway). Dat is normaliter het interne (lan-)ip-adres van je router. Noteer tevens het ip-adres achter Subnetmasker: dit laatste is meestal 255.255.255.0.

©PXimport

Een extra router kan ook handig zijn om een betere draadloze verbinding te realiseren

-

Tip 04: Adres router 2

Ontkoppel je eerste router en verbind nu je pc met een lan-poort van router 2. De bedoeling is dat je je browser afstemt op het adres van deze laatste router. Je moet dan wel het ip-adres evenals de login-id van deze router kennen. Lees het kader ‘Standaard inloggegevens’ even door als je deze informatie niet (meer) weet.

Zodra je met je browser bij de webinterface van router 2 bent aangemeld, kun je aan de slag. Allereerst zorg je ervoor dat router 2 een ip-adres krijgt binnen hetzelfde segment of subnet van router 1 (zie tip 3). In ons voorbeeld heeft router 1 het adres 192.168.0.254. Zorg er nu voor dat router 2 een adres krijgt waarbij alleen het laatste getal verschillend is, bijvoorbeeld 192.168.0.253. Het subnetmasker moet hetzelfde zijn (meestal 255.255.255.0). Let er wel op dat het adres dat je aan router 2 geeft nog niet in gebruik is binnen je huidige netwerk én dat het niet binnen het dhcp-bereik van router 1 valt.

©PXimport

Standaard inloggegevens

Als je het standaard ip-adres of de inloggegevens van je router vergeten bent, kun je de router desnoods resetten, zodat die waarden terugvallen op de standaardinstelling. Zo’n reset kun je normaliter uitvoeren met de 30-30-30-regel: houd het resetknopje van de router met een puntig voorwerp gedurende dertig seconden ingedrukt, vervolgens schakel je de router uit, waarna je die na dertig seconden weer inschakelt. Houd hierbij het resetknopje nog altijd ingedrukt gedurende een laatste dertig seconden. Het standaard-adres en de bijhorende inloggegevens vind je ongetwijfeld terug in de bijhorende handleiding of door te googelen naar iets als ‘default ip’ en ‘default login’ gevolgd door de merknaam en het modelnummer van je router.

©PXimport

Tip 05: Configuratie router 2

Aangezien er op router 1 hoogstwaarschijnlijk al een dhcp-service actief is en er maar één dhcp-service binnen je netwerk (subnet) ingeschakeld mag zijn, moet je deze service op router 2 zo nodig eerst nog uitschakelen.

Werk je met draadloze routers, dan wil je ongetwijfeld vlot kunnen ‘roamen’ tussen beide. Het meest gangbare scenario hiervoor is dat je beide routers hetzelfde ssid meegeeft. Ondersteunt je router zowel 2,4 als 5 GHz, voorzie dan voor elk van beide ‘banden’ wel een verschillend ssid. Je stelt op beide routers het best ook dezelfde wifi- en encryptiestandaard in, met hetzelfde wachtwoord. Let wel, voor de 2,4GHz-band kies je op router 2 het best een kanaal dat minstens vijf getallen verschilt van dat van router 1: bijvoorbeeld respectievelijk kanalen 1 en 6 of kanalen 6 en 11. Positioneer beide routers zo optimaal mogelijk in je woning. Software als het gratis NetSpot kan je, dankzij de ingebouwde sitesurvey-functie, helpen bij deze positionering.

Je mag nu je pc weer verbinden met een lan-poort op router 1, waarna je ook een lan-poort van router 2 met een lan-poort op router 1 verbindt. Als het goed is, kun je met je browser nu zowel de webinterface van router 1 als router 2 bereiken, via de respectievelijke ip-adressen (zie tips 3 en 4).

©PXimport

Bridge-modus

Met wat geluk ondersteunt router 2 de bridge- of repeater-modus. In bridgemodus worden beide netwerken van de routers aan elkaar gekoppeld en fungeert het apparaat van je internetprovider enkel als modem. Met bridgemodus is het nodig om alle apparaten dan aan je tweede router te koppelen, omdat de eerste router in bridgemodus geen IP-adressen meer zal uitdelen.  Ga naar de webinterface van router 2 en activeer de Bridge Mode of de Repeater Mode: die vind je normaliter terug in een rubriek als Wireless Mode, Connection Type of Network Mode. Ook in dit geval geef je router 2 een ip-adres binnen hetzelfde subnet als router 1 mee, met hetzelfde subnetmasker (zie tip 4). Staat router 2 ingesteld op Bridge Mode, dan fungeert die als toegangspunt nadat je de wan-poort van deze router met (een lan-poort) van je netwerk hebt verbonden. In Repeater Mode zal de router als een draadloze repeater fungeren: je plaatst router 2 dan het best op een locatie waar je nog minstens vijftig procent van de signaalsterkte van router 1 ontvangt.

©PXimport

Tip 06: Wan

In tip 1 gaven we je een aantal redenen waarom het nuttig kan zijn een netwerk op te zetten met twee gescheiden subnetten. Je kunt je netwerk zo configureren dat de computers die met router 1 zijn verbonden de toestellen die aan router 2 hangen niet kunnen bereiken. Het subnet van router 1 kun je dan inzetten als (draadloze) netwerk voor je kinderen of bezoekers, of je kunt binnen dit subnet dan veilig(er) één of meer servers draaien. Zo’n opstelling vereist wel dat je de wan-poort van router 2 met een lan-poort van router 1 verbindt.

Noteer alvast het ip-adres en het subnetmasker van router 1 (zie ook tip 3) en zorg ervoor dat de dhcp-service van deze router actief is. Over naar router 2, die je via de lan-poort met je computer verbindt. Open in je browser de webinterface van deze router (zie ook tip 4) en stel de internetinstellingen van de router in op automatische configuratie via dhcp. Dat zal er straks voor zorgen dat het wan-ip-adres van router 2 wordt toegekend door de dhcp-service van router 1. Om er zeker van te zijn dat dit toegewezen ip-adres hetzelfde blijft, kun je dit adres opnemen in de lijst met dhcp-reserveringen oftewel ‘static leases’ van router 1.

©PXimport

Gescheiden subnetten zorgen voor een veiliger netwerk

-

Tip 07: Lan

Tijd om het lokale netwerkgedeelte (lan) van router 2 correct in te stellen. Het is belangrijk dat je deze router een adres meegeeft dat in een ander ip-segment (subnet) ligt dan dat van router 1. Heeft router 1 bijvoorbeeld als intern ip-adres 192.168.0.254, dan zou je router 2 als adres 192.168.1.254 kunnen meegeven: in de meeste gevallen komt het erop neer dat het voorlaatste getal anders moet zijn.

We kunnen ons voorstellen dat de toestellen die met router 2 worden verbonden automatisch een ip-adres van router 2 moeten krijgen, net zoals dat het geval is bij de toestellen die met router 1 zijn verbonden. Dat houdt in dat je ook op router 2 de dhcp-service moet activeren, weliswaar binnen een ander ip-segment.

Heb je alles correct ingesteld, verbind dan een lan-poort van router 1 via een netwerkkabel met de wan-poort van router 2. In dit scenario geef je router 1 en 2 een verschillende ssid mee en stel je beide tevens in op een zo uiteenlopend mogelijk wifi-kanaal. Beide routers geef je ook een verschillend wifi-wachtwoord mee.

©PXimport

Tip 08: Dns

Wanneer je vanaf een computer die verbonden is met router 1 pingt naar het ip-adres van een pc die die aan router 2 hangt dan zal dat niet lukken. Om dit te testen: open de opdrachtprompt en voer het commando ping IPADRES uit. Het omgekeerde daarentegen is wél mogelijk. Een logisch scenario lijkt ons dan ook dat jij met computers werkt die zijn verbonden met router 2, terwijl je bezoekers of kinderen met router 1 laat verbinden, via kabel of via wifi.

Het is nu bijvoorbeeld ook mogelijk om op elke router verschillende dns-servers in te stellen. Op router 2 stel je dan de gebruikelijke dns-servers in, wellicht die van je internetprovider of die van Google (8.8.8.8 en 8.8.4.4). Terwijl je op router 1 desgewenst dns-servers met een geïntegreerde webfiltering instelt, zoals die van OpenDNS (208.67.220.220 en 208.67.222.222). Deze webfiltering zorgt ervoor dat ongewenste inhoudscategorieën, zoals pornografische of phishing-sites niet langer toegankelijk (horen te) zijn. Meer feedback hierover vind je hier.

©PXimport

Je kunt voor elk subnet zelfs verschillende dns-servers instellen

-

Portforwarding

Heb je voor een opstelling met gescheiden subnetten (lan-wan-scenario) gekozen en draaien er interne servers binnen het subnet van router 2, zoals een nas of ip-camera, dan laten die zich niet zomaar vanaf het internet benaderen. Om dat op te lossen, kun je met portforwarding werken, zowel op router 1 als op router 2.  Portforwarding is een truc van de (serieuze) router waarmee je jouw externe ip-adres (die naar één apparaat verwijst, de router dus) kunt koppelen aan meerdere interne ip-adressen.  Stel, je hebt een service draaien op een toestel met ip-adres 192.168.1.100 op poort 8080. Stel dan op router 1 een portforwarding-regel in die aanvragen van buitenaf op poort 8080 naar het ip-adres van router 2 doorstuurt (in ons voorbeeld: 192.168.1.253). Op deze router stel je nogmaals een portforwarding-regel in en wel zo dat alle aanvragen op poort 8080 worden doorgestuurd naar ip-adres 192.168.1.100. Op deze manier kun je apparaten zoals ip-camera’s binnen je netwerk ook van buitenaf benaderen. Overigens vind je hier portforwarding-instructies voor vele routermodellen. En wil je meer weten over hoe portforwarding werkt, dan kun je ons artikel iver portforwarding er eens op naslaan. 

©PXimport

Tip 09: Drie routers

Wil je je netwerk opdelen in geïsoleerde subnetten die elkaar niet kunnen bereiken, dan heb je eigenlijk drie routers nodig. Routers 2 en 3 geef je als wan-ip-adres telkens een adres mee dat binnen hetzelfde subnet als router 1 ligt. Deze procedure wordt in tip 6 beschreven. Vervolgens geef je aan routers 2 en 3 telkens een intern lan-ip-adres binnen een ip-segment dat niet alleen verschilt van dat van router 1, maar ook van elkaar. Voor router 2 zou dat 192.168.2.254 kunnen zijn en voor router 3 bijvoorbeeld 192.168.3.254. Zorg ervoor dat de dhcp-service op de drie routers is geactiveerd. Verbind vervolgens de wan-poorten van router 2 en 3 telkens met een lan-poort van router 1. Deze opstelling zorgt ervoor dat alle verbonden computers het internet op kunnen. Elke computer kan de andere pc’s bereiken zolang die zich binnen hetzelfde subnet bevinden (lees: met dezelfde router zijn verbonden). Computers binnen een ander subnet zijn niet zomaar bereikbaar. Let wel, heb je servers draaien op je subnet(ten), dan moet je ook in dit geval wellicht de nodige portforwarding-regels instellen (zie kader ‘Portforwarding’).

Router als switch gebruiken

Heb je niet voldoende netwerkaansluitingen, dan kun je een extra router ook gebruiken als switch. Sluit de router aan op de manier zoals we in tip 7 uitleggen (lan). Als je deze stappen hebt doorlopen, zorg dan dat je hetwifi-accesspoint van de tweede router uitschakelt. Op deze manier wordt het mogelijk om deze router te gebruiken als een normale switch. Gebruik je een oude router? Let er dan op dat deze misschien niet is voorzien van gigabit-aansluitingen. Je kunt ook kiezen voor een managed switch, waarmee je je netwerk nog iets meer naar je hand kunt zetten. Je kunt bijvoorbeeld werken met VLAN’s, prioriteiten voor verkeer instellen zoals voip, of poorten bundelen voor extra bandbreedte – handig voor een nas. In dit artikel lees je er meer over.

▼ Volgende artikel
Huis

Waar voor je geld: 5 mini-LED-tv’s onder de 800 euro

Mini-LED-technologie staat bekend om zijn uitstekende contrast, diepe zwartwaarden en hoge helderheid. Het mooie nieuws? Je hoeft er tegenwoordig geen duizend euro meer voor neer te leggen. We zetten vijf aantrekkelijke modellen voor je op een rij, allemaal onder de 800 euro en elk met hun eigen pluspunten.

1. Philips 55PML9009/12 'The Xtra'

Met z’n driezijdige Ambilight, quantum dot mini-LED-scherm en een native verversingssnelheid tot 144 Hz biedt de Philips 55PML9009/12 'The Xtra' een bijzonder complete kijkervaring. De tv ondersteunt Dolby Vision, HDR10+ en HLG, en beschikt over het intuïtieve Titan OS. Een opvallende eigenschap is het 4-speakersysteem van 4x 10 watt, dat Dolby Atmos ondersteunt voor een krachtig en meeslepend geluid. De helderheid piekt tot 1000 nits, wat HDR-content prachtig tot zijn recht laat komen.

Toepassingen: Sfeervol filmkijken, gamen met vloeiend beeld, streaming via populaire apps Bijzonderheden: 4x HDMI 2.1, Ambilight, Dolby Atmos, P5 Perfect Picture Engine

2. Hisense 50U6NQ

De Hisense 50U6NQ is een uitstekende keuze voor wie mini-LED-techniek zoekt binnen een beperkt budget. Het 50-inch VA-paneel levert diepe zwarttinten en sterke contrasten, met een piekhelderheid van 600 nits. De tv ondersteunt Dolby Vision en HDR10+, en komt met Dolby Atmos-geluid via 2x 10 watt-speakers. De verversingssnelheid van 60 Hz is minder geschikt voor fanatieke gamers, maar voor dagelijks gebruik en filmavonden is dit een meer dan degelijke keuze.

Toepassingen: Reguliere tv-kijkers, HDR-filmliefhebbers, instapgebruikers Bijzonderheden: VIDAA-smartplatform, Filmmaker Mode, DTS Virtual:X, strak contrast

3. TCL 50C803

Deze 50-inch QD-mini-LED-tv van TCL combineert snelheid en beeldkwaliteit. Dankzij een native verversingssnelheid van 100 Hz (uitbreidbaar naar 144 Hz) en ondersteuning voor Dolby Vision IQ, HDR10+ en HLG komt content vloeiend en levendig over. De lage input lag van circa 6 ms maakt dit toestel bovendien zeer geschikt voor gamers. Dolby Atmos-audio en Google TV als platform zorgen voor gebruiksgemak en rijke content.

Toepassingen: Gamen, sport kijken, vlot schakelen tussen apps en streamingdiensten Bijzonderheden: Game Master Pro 2.0, HDMI 2.1, Motion Clarity Pro, 600 nits piekhelderheid

4. LG 65QNED866RE

Met zijn 65 inch schermformaat biedt deze LG een bioscoopervaring in huis. Het QNED-paneel is gebaseerd op mini-LED-technologie en werkt met de α7 AI Processor Gen6, die beelden slim analyseert en opschaalt. De verversingssnelheid van 120 Hz en ondersteuning voor Dolby Vision, HDR10 en HLG maken dit toestel veelzijdig. WebOS biedt intuïtieve toegang tot apps en instellingen, en Dolby Atmos ondersteunt ruimtelijke audio.

Toepassingen: Familie-tv, grootbeeld filmkijken, soepel gamen Bijzonderheden: HDMI 2.1, VRR en ALLM, 900 nits piekhelderheid, uitstekende kijkhoeken

5. Hisense 65U7NQ

De Hisense 65U7NQ biedt indrukwekkende prestaties in een betaalbare jas. Mini-LED PRO-techniek, meer dan 300 dimming zones en een piekhelderheid van 1500 nits zorgen voor levendige beelden. Het paneel ververst tot 144 Hz – ideaal voor snelle games en sport. Het audiosysteem bestaat uit 2x 10 watt-speakers plus een 20 watt-subwoofer voor een krachtig, vol geluid. Met Dolby Vision IQ, Google TV, VRR en HDMI 2.1 is dit een allround topkeuze.

Toepassingen: Gamers, HDR-fans, filmkijkers die alles willen behalve een hoog prijskaartje Bijzonderheden: 40W-audio (2.1), 144 Hz refresh, ATSC 3.0, wifi 6E, EISA-award Best Buy 2024-2025

▼ Volgende artikel
'O nee, een vlek!' Met deze apparaten reinig je de vloer tot diep in de poriën
© Andrey Popov
Huis

'O nee, een vlek!' Met deze apparaten reinig je de vloer tot diep in de poriën

In dit artikel leggen we je uit hoe je verschillende soorten vloeren het best kunt schoonmaken — van tapijt tot gietvloeren. We leggen uit hoe vlekkenreinigers en stoomreinigers werken, wat je wel (en vooral níet) moet doen bij houten vloeren en waar je op moet letten bij het kiezen van het juiste apparaat. Zo houd je elke vloer in huis hygiënisch schoon en in topconditie.

In dit artikel lees je:

✔ Wat vlekkenreinigers doen op tapijt en vloerbedekking ✔ Hoe stoomreinigers werken op harde vloeren zoals tegels en gietvloeren ✔ Welke apparaten je beter níet gebruikt op houten vloeren ✔ Tips voor veilig en effectief reinigen van parket

Een schone vloer doet meer dan je denkt: het oogt fris, voelt prettig aan en zorgt voor een gezonde basis in huis. Maar niet elke vloer laat zich op dezelfde manier schoonmaken. Waar een tegelvloer gerust een stoomreiniger aankan, moet je bij hout juist oppassen met vocht en hitte. In dit artikel lees je welke vloerreiniger past bij welk type ondergrond. We duiken in vlekkenreinigers voor tapijt, stoomreinigers voor harde vloeren en bekijken wat wel en niet werkt op gevoelige materialen zoals parket. Ook leggen we uit hoe de apparaten precies werken en waar je op moet letten bij gebruik.

Vlekkenreinigers: speciaal voor zachte vloeren

Zachte vloerbedekking zoals tapijt en karpetten zijn comfortabel, maar kwetsbaar voor vlekken en geurtjes. Alleen een beetje stofzuigen is meestal niet genoeg: vuil zakt diep in de vezels en blijft daar hardnekkig zitten. Vlekkenreinigers of tapijtreinigers zijn hiervoor de oplossing. Ze werken met een combinatie van water, reinigingsmiddel en zuigkracht.

©Andrey Popov

De meeste apparaten hebben een reservoir met schoon water en een aparte tank voor vuil water. Tijdens het reinigen sprayt de machine een mix van water en reinigingsmiddel op het tapijt, en sommige apparaten gebruiken daarbij roterende borstels om het vuil los te werken. Tegelijkertijd zuigt het apparaat het vuile water weer op. Het resultaat: een tapijt dat zichtbaar schoon is én merkbaar frisser aanvoelt (en ruikt!).

Vlek op het tapijt of de nieuwe bank?!

Verwijder 'm snel en vakkundig met een vlekkenreiniger!

Het gebruik vergt wel enige voorbereiding. Voor een goed resultaat moet het tapijt eerst goed worden gestofzuigd. Daarna kun je met de vlekkenreiniger aan de slag. Houd er rekening mee dat het tapijt na afloop wel een paar uur moet drogen – het is dus aan te raden dit klusje op warme dagen te doen. Er bestaan trouwens ook compacte handmodellen voor kleinere oppervlakken of plaatselijke vlekken, bijvoorbeeld na een omgevallen glas wijn of een ongelukje van een huisdier.

Ook voor meubels en autobekleding

Veel vlekkenreinigers hebben accessoires voor stoffen meubels of autostoelen. Dieptereiniging van je bank of eetkamerstoel is dus heel goed te doen. Gebruik bij voorkeur een speciaal opzetstuk en controleer altijd eerst of de bekleding kleurvast is. Laat de stof goed drogen om schimmelvorming te voorkomen.

Stoomreinigers: hygiëne zonder schoonmaakmiddel

Voor harde vloeren zoals tegels, vinyl of gietvloeren is een stoomreiniger een populaire keuze. Deze apparaten gebruiken uitsluitend water, dat wordt verhit tot stoom. Die hete stoom (meestal rond de 100 à 120 °C) wordt via een mondstuk op de vloer gespoten en maakt vuil, vet en bacteriën los zonder chemicaliën te hoeven gebruiken.

©marchsirawit

De meeste stoomreinigers zijn voorzien van een microvezeldoek onder het mondstuk, die het losgekomen vuil meteen opneemt. Dat maakt deze apparaten niet alleen milieuvriendelijk, maar ook geschikt voor mensen met allergieën: huisstofmijt en bacteriën op de vloer worden door de hitte grotendeels gedood.

Het gebruik is erg eenvoudig, al is enige voorzichtigheid wel geboden. Niet elke vloer is bestand tegen hoge temperaturen of vocht. Tegels, natuursteen, beton en gietvloeren zijn meestal geschikt, mits goed afgewerkt. Voor laminaat en vinyl is voorzichtigheid geboden: deze vloeren kunnen kromtrekken als er vocht tussen de naden komt. Controleer daarom altijd de aanbevelingen van de vloerenfabrikant.

Afhankelijk van het apparaat moet het waterreservoir regelmatig worden bijgevuld, zeker bij grotere ruimtes. En om kalkaanslag te voorkomen, is het aan te raden om gedemineraliseerd water of kortweg demiwater te gebruiken, vooral in regio's met hard water.

Houten vloeren: reinigen met beleid

Houten vloeren zoals parket of lamelparket geven een ruimte warmte en karakter, maar zijn wel een stuk gevoeliger dan andere vloerafwerkingen. Te veel vocht of hitte kan leiden tot opzwelling, barsten of verkleuring. Daarom zijn stoomreinigers in vrijwel alle gevallen ongeschikt voor hout, tenzij de vloerfabrikant expliciet vermeldt dat het veilig is (al is dat zeldzaam).

©Philips

Gelukkig zijn er diverse vloerreinigers en dweilapparaten die – in de juiste stand, met het juiste reinigingsmiddel en minimaal vochtgebruik – ook veilig te gebruiken zijn op goed afgewerkte houten vloeren (zoals gelakt of geolied parket).

Denk bijvoorbeeld aan:

  • Spraymoppen of vloerwissers met een ingebouwd reservoir voor een pH-neutraal schoonmaakmiddel. Ze brengen een fijne nevel aan en gebruiken zachte doeken, waardoor de vloer nauwelijks nat wordt. Lees bijvoorbeeld onze review van de Philips OneUp.

  • Multifunctionele vloerreinigers zoals de Kärcher FC 7 of Bissell CrossWave. Deze machines reinigen met draaiende borstels en een minimale hoeveelheid water, en worden vaak verkocht als geschikt voor afgewerkte houten vloeren.

  • Robotstofzuigers met dweilfunctie die ingesteld kunnen worden op een laag vochtgehalte.

Welke oplossing je ook kiest: gebruik altijd een reinigingsmiddel dat specifiek geschikt is voor houten vloeren, vermijd agressieve middelen of te veel water, en test het apparaat eerst op een onopvallende plek. Controleer daarnaast altijd de onderhoudsvoorschriften van de vloer zelf. Sommige houtsoorten of afwerkingen verdragen meer dan andere.