ID.nl logo
Extra router inbouwen: zo breid je je netwerk uit
© Reshift Digital
Huis

Extra router inbouwen: zo breid je je netwerk uit

De router die je van je internetprovider krijgt is niet altijd de beste router voor jou. Je kunt de router zelf vervangen, maar je kunt ook voor een extra router kiezen. Een extra router is meestal uitgebreid en maakt veel mogelijk binnen je netwerk. In dit artikel bespreken we diverse router-achter-router-scenario's.

Wat gaan we doen?

In dit artikel leggen we je uit hoe je een tweede router installeert in je thuisnetwerk met als doel: beter bereik, hogere datasnelheden.

Tip 01: Waarom?

Het idee om meerdere routers in te zetten in een thuisnetwerk komt voor veel gebruikers in eerste instantie onzinnig of buitensporig over. Nochtans kunnen we enkele goede redenen bedenken waarom zo’n opstelling juist nuttig kan zijn – zeker wanneer je nog ergens een oude router in de kast hebt liggen.

Het gebeurt bijvoorbeeld vaak dat de draadloze router van de provider op een wat ongelukkige locatie hangt, bijvoorbeeld in de meterkast waardoor het draadloze signaal heel erg slecht wordt. Of dat de router van de provider een uitgekleed model is, zonder ondersteuning voor handige functies als een gastnetwerk, externe usb-poort, vpn, snelle ac-wifi, simultane dualband etc. In beide gevallen komt een extra router van pas.

Een extra router kan ook handig zijn wanneer je je netwerk in subnetten wilt opdelen, zodat gebruikers van het ene subnet niet bij de apparaten van het andere kunnen. Zo’n afgeschermd subnet is bijvoorbeeld geschikt voor je kinderen of je bezoekers, of wanneer je een server draait die je van de rest van je netwerk wilt afscheiden. Je merkt het: redenen genoeg dus.

Houd er wel rekening mee dat je voor de configuratie van zo’n extra router niet bij de helpdesk van je provider kunt aankloppen. Je zult het dus zelf moeten doen, met de hulp van dit artikel.

Heb jij geen oude router meer liggen en wil je een nieuwe aanschaffen? Dan zijn er enkele punten waarop je moet letten. Wat heb je nodig en welke snelheden zijn van belang? In onze koopgids praten we je bij.

Dit zijn de populairste routers op Kieskeurig.nl op dit moment:

Tip 02: Basisconfiguraties

Twee of meer routers inzetten betekent dat die in een ‘cascade’ terechtkomen, waarbij de ene router achter de andere wordt geplaatst. Goed om weten is dat er eigenlijk twee manieren zijn om dat te doen.

Enerzijds kun je een lan-poort van de eerste router (die soms via de wan-poort met het modem is verbonden, als het geen modemrouter-combinatie is) via een utp-netwerkkabel verbinden met een lan-poort van de tweede. Dat maakt dat beide routers zich in hetzelfde subnet (kunnen) bevinden en bereikbaar zijn voor alle toestellen van je netwerk. Deze configuratie is vooral zinvol wanneer je bestanden en andere bronnen, zoals printers, binnen je hele netwerk wilt kunnen delen.

Anderzijds is er ook een wat complexere opstelling waarbij je een lan-poort van de eerste router verbindt met de wan-poort van je tweede router. Hierdoor krijgen beide routers verschillende ip-segmenten, zodat apparaten uit het ene subnet niet zomaar toestellen uit het andere kunnen benaderen. De omgekeerde richting blijft wel mogelijk. Wil je er effectief voor zorgen dat geen van beide subnetten de andere kan benaderen, dan valt een opstelling met drie routers te overwegen (zie tip 9).

©PXimport

Tip 03: Adres router 1

Laten we met het eenvoudigste opzet beginnen: een verbinding tussen de lan-poorten van twee routers. Een opzet die bijvoorbeeld geschikt is wanneer je extra lan-poorten nodig hebt of als blijkt dat het wifi-bereik van router 1 ontoereikend is. Dit laatste kun je weliswaar oplossen met een bijkomend draadloos toegangspunt, een powerline-set of met een repeater, maar deze oplossingen kosten natuurlijk ook geld. Voor de repeaters geldt nog dat de snelheid van je draadloze verbinding wordt gehalveerd. Een tweede router is dus een prima oplossing, zeker als je die toch nog ergens liggen hebt.

We gaan ervan uit dat als router 1 geen geïntegreerd modem heeft, dat het op z’n minst met een modem verbonden is. Zorg er tevens voor dat er een computer is verbonden met een lan-poort van die router. Het is zaak eerst wat informatie over je router te vinden: ga naar de opdrachtprompt van je pc en voer je het commando ipconfig uit. Noteer het ip-adres dat je afleest onder het kopje Ethernet adapter Ethernet, bij Standaardgateway (Default Gateway). Dat is normaliter het interne (lan-)ip-adres van je router. Noteer tevens het ip-adres achter Subnetmasker: dit laatste is meestal 255.255.255.0.

©PXimport

Een extra router kan ook handig zijn om een betere draadloze verbinding te realiseren

-

Tip 04: Adres router 2

Ontkoppel je eerste router en verbind nu je pc met een lan-poort van router 2. De bedoeling is dat je je browser afstemt op het adres van deze laatste router. Je moet dan wel het ip-adres evenals de login-id van deze router kennen. Lees het kader ‘Standaard inloggegevens’ even door als je deze informatie niet (meer) weet.

Zodra je met je browser bij de webinterface van router 2 bent aangemeld, kun je aan de slag. Allereerst zorg je ervoor dat router 2 een ip-adres krijgt binnen hetzelfde segment of subnet van router 1 (zie tip 3). In ons voorbeeld heeft router 1 het adres 192.168.0.254. Zorg er nu voor dat router 2 een adres krijgt waarbij alleen het laatste getal verschillend is, bijvoorbeeld 192.168.0.253. Het subnetmasker moet hetzelfde zijn (meestal 255.255.255.0). Let er wel op dat het adres dat je aan router 2 geeft nog niet in gebruik is binnen je huidige netwerk én dat het niet binnen het dhcp-bereik van router 1 valt.

©PXimport

Standaard inloggegevens

Als je het standaard ip-adres of de inloggegevens van je router vergeten bent, kun je de router desnoods resetten, zodat die waarden terugvallen op de standaardinstelling. Zo’n reset kun je normaliter uitvoeren met de 30-30-30-regel: houd het resetknopje van de router met een puntig voorwerp gedurende dertig seconden ingedrukt, vervolgens schakel je de router uit, waarna je die na dertig seconden weer inschakelt. Houd hierbij het resetknopje nog altijd ingedrukt gedurende een laatste dertig seconden. Het standaard-adres en de bijhorende inloggegevens vind je ongetwijfeld terug in de bijhorende handleiding of door te googelen naar iets als ‘default ip’ en ‘default login’ gevolgd door de merknaam en het modelnummer van je router.

©PXimport

Tip 05: Configuratie router 2

Aangezien er op router 1 hoogstwaarschijnlijk al een dhcp-service actief is en er maar één dhcp-service binnen je netwerk (subnet) ingeschakeld mag zijn, moet je deze service op router 2 zo nodig eerst nog uitschakelen.

Werk je met draadloze routers, dan wil je ongetwijfeld vlot kunnen ‘roamen’ tussen beide. Het meest gangbare scenario hiervoor is dat je beide routers hetzelfde ssid meegeeft. Ondersteunt je router zowel 2,4 als 5 GHz, voorzie dan voor elk van beide ‘banden’ wel een verschillend ssid. Je stelt op beide routers het best ook dezelfde wifi- en encryptiestandaard in, met hetzelfde wachtwoord. Let wel, voor de 2,4GHz-band kies je op router 2 het best een kanaal dat minstens vijf getallen verschilt van dat van router 1: bijvoorbeeld respectievelijk kanalen 1 en 6 of kanalen 6 en 11. Positioneer beide routers zo optimaal mogelijk in je woning. Software als het gratis NetSpot kan je, dankzij de ingebouwde sitesurvey-functie, helpen bij deze positionering.

Je mag nu je pc weer verbinden met een lan-poort op router 1, waarna je ook een lan-poort van router 2 met een lan-poort op router 1 verbindt. Als het goed is, kun je met je browser nu zowel de webinterface van router 1 als router 2 bereiken, via de respectievelijke ip-adressen (zie tips 3 en 4).

©PXimport

Bridge-modus

Met wat geluk ondersteunt router 2 de bridge- of repeater-modus. In bridgemodus worden beide netwerken van de routers aan elkaar gekoppeld en fungeert het apparaat van je internetprovider enkel als modem. Met bridgemodus is het nodig om alle apparaten dan aan je tweede router te koppelen, omdat de eerste router in bridgemodus geen IP-adressen meer zal uitdelen.  Ga naar de webinterface van router 2 en activeer de Bridge Mode of de Repeater Mode: die vind je normaliter terug in een rubriek als Wireless Mode, Connection Type of Network Mode. Ook in dit geval geef je router 2 een ip-adres binnen hetzelfde subnet als router 1 mee, met hetzelfde subnetmasker (zie tip 4). Staat router 2 ingesteld op Bridge Mode, dan fungeert die als toegangspunt nadat je de wan-poort van deze router met (een lan-poort) van je netwerk hebt verbonden. In Repeater Mode zal de router als een draadloze repeater fungeren: je plaatst router 2 dan het best op een locatie waar je nog minstens vijftig procent van de signaalsterkte van router 1 ontvangt.

©PXimport

Tip 06: Wan

In tip 1 gaven we je een aantal redenen waarom het nuttig kan zijn een netwerk op te zetten met twee gescheiden subnetten. Je kunt je netwerk zo configureren dat de computers die met router 1 zijn verbonden de toestellen die aan router 2 hangen niet kunnen bereiken. Het subnet van router 1 kun je dan inzetten als (draadloze) netwerk voor je kinderen of bezoekers, of je kunt binnen dit subnet dan veilig(er) één of meer servers draaien. Zo’n opstelling vereist wel dat je de wan-poort van router 2 met een lan-poort van router 1 verbindt.

Noteer alvast het ip-adres en het subnetmasker van router 1 (zie ook tip 3) en zorg ervoor dat de dhcp-service van deze router actief is. Over naar router 2, die je via de lan-poort met je computer verbindt. Open in je browser de webinterface van deze router (zie ook tip 4) en stel de internetinstellingen van de router in op automatische configuratie via dhcp. Dat zal er straks voor zorgen dat het wan-ip-adres van router 2 wordt toegekend door de dhcp-service van router 1. Om er zeker van te zijn dat dit toegewezen ip-adres hetzelfde blijft, kun je dit adres opnemen in de lijst met dhcp-reserveringen oftewel ‘static leases’ van router 1.

©PXimport

Gescheiden subnetten zorgen voor een veiliger netwerk

-

Tip 07: Lan

Tijd om het lokale netwerkgedeelte (lan) van router 2 correct in te stellen. Het is belangrijk dat je deze router een adres meegeeft dat in een ander ip-segment (subnet) ligt dan dat van router 1. Heeft router 1 bijvoorbeeld als intern ip-adres 192.168.0.254, dan zou je router 2 als adres 192.168.1.254 kunnen meegeven: in de meeste gevallen komt het erop neer dat het voorlaatste getal anders moet zijn.

We kunnen ons voorstellen dat de toestellen die met router 2 worden verbonden automatisch een ip-adres van router 2 moeten krijgen, net zoals dat het geval is bij de toestellen die met router 1 zijn verbonden. Dat houdt in dat je ook op router 2 de dhcp-service moet activeren, weliswaar binnen een ander ip-segment.

Heb je alles correct ingesteld, verbind dan een lan-poort van router 1 via een netwerkkabel met de wan-poort van router 2. In dit scenario geef je router 1 en 2 een verschillende ssid mee en stel je beide tevens in op een zo uiteenlopend mogelijk wifi-kanaal. Beide routers geef je ook een verschillend wifi-wachtwoord mee.

©PXimport

Tip 08: Dns

Wanneer je vanaf een computer die verbonden is met router 1 pingt naar het ip-adres van een pc die die aan router 2 hangt dan zal dat niet lukken. Om dit te testen: open de opdrachtprompt en voer het commando ping IPADRES uit. Het omgekeerde daarentegen is wél mogelijk. Een logisch scenario lijkt ons dan ook dat jij met computers werkt die zijn verbonden met router 2, terwijl je bezoekers of kinderen met router 1 laat verbinden, via kabel of via wifi.

Het is nu bijvoorbeeld ook mogelijk om op elke router verschillende dns-servers in te stellen. Op router 2 stel je dan de gebruikelijke dns-servers in, wellicht die van je internetprovider of die van Google (8.8.8.8 en 8.8.4.4). Terwijl je op router 1 desgewenst dns-servers met een geïntegreerde webfiltering instelt, zoals die van OpenDNS (208.67.220.220 en 208.67.222.222). Deze webfiltering zorgt ervoor dat ongewenste inhoudscategorieën, zoals pornografische of phishing-sites niet langer toegankelijk (horen te) zijn. Meer feedback hierover vind je hier.

©PXimport

Je kunt voor elk subnet zelfs verschillende dns-servers instellen

-

Portforwarding

Heb je voor een opstelling met gescheiden subnetten (lan-wan-scenario) gekozen en draaien er interne servers binnen het subnet van router 2, zoals een nas of ip-camera, dan laten die zich niet zomaar vanaf het internet benaderen. Om dat op te lossen, kun je met portforwarding werken, zowel op router 1 als op router 2.  Portforwarding is een truc van de (serieuze) router waarmee je jouw externe ip-adres (die naar één apparaat verwijst, de router dus) kunt koppelen aan meerdere interne ip-adressen.  Stel, je hebt een service draaien op een toestel met ip-adres 192.168.1.100 op poort 8080. Stel dan op router 1 een portforwarding-regel in die aanvragen van buitenaf op poort 8080 naar het ip-adres van router 2 doorstuurt (in ons voorbeeld: 192.168.1.253). Op deze router stel je nogmaals een portforwarding-regel in en wel zo dat alle aanvragen op poort 8080 worden doorgestuurd naar ip-adres 192.168.1.100. Op deze manier kun je apparaten zoals ip-camera’s binnen je netwerk ook van buitenaf benaderen. Overigens vind je hier portforwarding-instructies voor vele routermodellen. En wil je meer weten over hoe portforwarding werkt, dan kun je ons artikel iver portforwarding er eens op naslaan. 

©PXimport

Tip 09: Drie routers

Wil je je netwerk opdelen in geïsoleerde subnetten die elkaar niet kunnen bereiken, dan heb je eigenlijk drie routers nodig. Routers 2 en 3 geef je als wan-ip-adres telkens een adres mee dat binnen hetzelfde subnet als router 1 ligt. Deze procedure wordt in tip 6 beschreven. Vervolgens geef je aan routers 2 en 3 telkens een intern lan-ip-adres binnen een ip-segment dat niet alleen verschilt van dat van router 1, maar ook van elkaar. Voor router 2 zou dat 192.168.2.254 kunnen zijn en voor router 3 bijvoorbeeld 192.168.3.254. Zorg ervoor dat de dhcp-service op de drie routers is geactiveerd. Verbind vervolgens de wan-poorten van router 2 en 3 telkens met een lan-poort van router 1. Deze opstelling zorgt ervoor dat alle verbonden computers het internet op kunnen. Elke computer kan de andere pc’s bereiken zolang die zich binnen hetzelfde subnet bevinden (lees: met dezelfde router zijn verbonden). Computers binnen een ander subnet zijn niet zomaar bereikbaar. Let wel, heb je servers draaien op je subnet(ten), dan moet je ook in dit geval wellicht de nodige portforwarding-regels instellen (zie kader ‘Portforwarding’).

Router als switch gebruiken

Heb je niet voldoende netwerkaansluitingen, dan kun je een extra router ook gebruiken als switch. Sluit de router aan op de manier zoals we in tip 7 uitleggen (lan). Als je deze stappen hebt doorlopen, zorg dan dat je hetwifi-accesspoint van de tweede router uitschakelt. Op deze manier wordt het mogelijk om deze router te gebruiken als een normale switch. Gebruik je een oude router? Let er dan op dat deze misschien niet is voorzien van gigabit-aansluitingen. Je kunt ook kiezen voor een managed switch, waarmee je je netwerk nog iets meer naar je hand kunt zetten. Je kunt bijvoorbeeld werken met VLAN’s, prioriteiten voor verkeer instellen zoals voip, of poorten bundelen voor extra bandbreedte – handig voor een nas. In dit artikel lees je er meer over.

▼ Volgende artikel
WhatsApp voegt live foto's, AI-thema's en slimme zoekfunctie toe
© ER | ID.nl
Huis

WhatsApp voegt live foto's, AI-thema's en slimme zoekfunctie toe

WhatsApp rolt de komende tijd opnieuw een reeks functies uit die het chatten en videobellen persoonlijker en praktischer moeten maken. Van creatieve AI-hulpmiddelen tot betere zoekopties in groepsgesprekken: dit zijn de belangrijkste vernieuwingen.

In dit artikel lees je meer over de nieuwste WhatsApp-functies, waaronder:
  • Live foto's (iOS) en bewegende foto's (Android) delen

  • Eigen chatthema's en achtergronden maken met Meta AI

  • Nieuwe stickerpakketten downloaden

  • Groepschats makkelijker terugvinden via zoekfunctie

  • Documenten scannen en delen op Android

Rijkere momenten met live en bewegende foto’s

Gebruikers kunnen nu live foto's (iOS) en bewegende foto's (Android) delen. Die bevatten niet alleen beeld, maar ook geluid en beweging. Het idee is dat gesprekken zo meer diepte krijgen en dat je herinneringen realistischer kunt doorsturen, ongeacht of je gesprekspartner iOS of Android gebruikt. In de praktijk betekent dit dat je niet langer gebonden bent aan statische kiekjes: een lach, een begroeting of een spontaan moment komt beter tot zijn recht, compleet met de sfeer van dat moment. WhatsApp wil hiermee de beleving dichter bij die van een echte ontmoeting brengen, zodat een chat niet alleen informatief is, maar ook emotioneel rijker en levendiger aanvoelt.

Chatthema's en achtergronden met Meta AI

WhatsApp zet ook verder in op kunstmatige intelligentie. Met behulp van Meta AI kun je eigen chatthema's maken en zo je gesprekken een volledig unieke stijl geven. Denk aan kleurenpaletten die aansluiten bij je persoonlijke voorkeuren of achtergronden die zijn geïnspireerd op je favoriete muziek, seizoen of stemming. Daarnaast is het mogelijk om AI-gegenereerde achtergronden te gebruiken tijdens videogesprekken, waardoor je jezelf in een virtuele omgeving plaatst, zoals een tropisch strand of een futuristische skyline. Ook kun je deze achtergronden direct toevoegen bij het maken van foto's en video's in de chat, wat creatieve experimenten eenvoudig maakt. WhatsApp benadrukt dat de uitrol stap voor stap gebeurt: sommige gebruikers zien de opties al, terwijl anderen nog even moeten wachten tot de update beschikbaar is.

©WhatsApp

Nieuwe stickerpakketten

Wie zich liever uitdrukt zonder woorden, krijgt meer keuze uit stickers. WhatsApp voegde pakketten toe met veelzeggende namen als 'Onverschrokken vogel', 'Schooldagen' en 'Vakantie'. De stijl varieert van speels tot gezellig en schattig, zodat er ongetwijfeld voor elke stemming wel een passende illustratie is.

Groepen makkelijker terugvinden

Groepschats hebben vaak creatieve namen die je niet altijd paraat hebt. WhatsApp maakt het daarom eenvoudiger om groepen terug te vinden: zoek in je tabblad Chats gewoon op de naam van een contactpersoon, en de groepen waarin jullie samen zitten worden automatisch getoond.

Documenten scannen op Android

Tot slot is de mogelijkheid om documenten te scannen nu ook beschikbaar voor Android. Gebruikers kunnen rechtstreeks vanuit WhatsApp bestanden vastleggen, bijsnijden, opslaan en verzenden. Daarmee wordt het eenvoudiger om bijvoorbeeld contracten, bonnetjes of formulieren snel te delen zonder eerst een aparte scanner- of camera-app te openen. De functie herkent de randen van het document automatisch en zorgt dat het beeld wordt rechtgetrokken voor een nette weergave. iPhone-gebruikers hadden deze optie al langer, maar door de uitbreiding naar Android is het nu voor vrijwel alle WhatsApp-gebruikers mogelijk om documenten direct in de app te digitaliseren en door te sturen.

▼ Volgende artikel
Van stoofpot tot nagerecht: waarom de slowcooker zo handig is
© Dirk Weischenberg
Huis

Van stoofpot tot nagerecht: waarom de slowcooker zo handig is

Je kent het wel: je hebt een drukke dag, weinig zin om koken, maar wel trek in iets warms en voedzaams. Kom er maar in slowcooker! Je vult hem 's ochtends, zet hem aan en later op de dag staat er een complete maaltijd te wachten. Zeker in de herfst, dé tijd voor stevige soepen en stoofgerechten, is de slowcooker een uitkomst. En: je kunt er veel meer mee maken dan je denkt!

In dit artikel lees je:

– Hoe de slowcooker werkt – Wat je er allemaal mee kunt maken – Welke apparaten je deels kunt vervangen door een slowcooker – Het verschil tussen slowcooker, multicooker en snelkookpan – Tips en aandachtspunten bij gebruik – Twee recepten: apple crumble en pompoensoep uit de slowcooker

Lees ook: 5 veelgemaakte fouten met de slowcooker

Hoe werkt de slowcooker precies?

Een slowcooker werkt anders dan de pan op het fornuis of een braadslee in de oven. Hij gaart gerechten langzaam op lage temperatuur, vaak tussen de 70 en 95 graden. De warmte verspreidt zich gelijkmatig rondom een keramische of metalen binnenpan, terwijl het deksel de stoom en smaken vasthoudt. Omdat er nauwelijks vocht ontsnapt, blijven ingrediënten mals en vol van smaak. Vlees valt na uren sudderen uit elkaar en groente wordt zacht zonder zijn structuur helemaal te verliezen.

Van stoofpot tot nagerecht

Wie denkt dat de slowcooker alleen geschikt is voor stoofpotten, heeft het mis. Natuurlijk kun je er klassiekers als rundvleesstoof of chili con carne mee maken, maar net zo goed linzenstoof, curry of een rijke groentesoep. Voor het ontbijt kun je de avond ervoor havermout in de pan doen, zodat je 's ochtends wakker wordt met een warme kom pap. Zelfs nagerechten zoals rijstepap of een appelcrumble met kaneel (recept verderop) komen goed uit de slowcooker. Sommige modellen hebben bovendien een braadfunctie, zodat je vlees eerst kunt dichtschroeien voordat je het rustig laat garen.

©from_my_point_of_view

Welke apparaten vervangt de slowcooker?

De kracht van de slowcooker zit niet alleen in variatie, maar ook in vervanging. Veel bereidingen die je normaal in de oven of op het fornuis zou doen, kunnen ook prima met de slowcooker. Een stoofpot die je anders urenlang in de gaten moet houden, pruttelt hier vanzelf rustig door zonder dat je steeds hoeft te roeren. Zelfs een rijstkoker, stoommandje of au-bain-marie-apparaat kun je soms links laten liggen, want ook rijst, groente en custard kunnen prima langzaam garen. De slowcooker vervangt niet alle apparatuur in je keuken, maar wel deels.

Slowcooker, multicooker en snelkookpan: dit zijn de verschillen

De slowcooker is niet het enige apparaat dat koken makkelijker maakt. Hij wordt vaak vergeleken met de multicooker en de snelkookpan, maar de werking verschilt duidelijk. De slowcooker werkt op lage temperatuur en heeft vooral tijd nodig. Het voordeel is dat je gerechten kunt laten garen zonder dat je er de hele tijd bij hoeft te blijven en dat smaken zich rustig ontwikkelen. De multicooker is veelzijdiger: die combineert meerdere functies in één toestel, zoals stomen, bakken, rijst koken en vaak ook slowcooken. Daarmee vervangt hij meer losse apparaten, al vraagt het soms om meer instellingen en handelingen. De snelkookpan werkt juist tegengesteld aan de slowcooker. Met hoge druk en hoge temperatuur verkort hij kooktijden drastisch. Waar de slowcooker zes uur nodig heeft voor een stoofpot, staat het gerecht uit een snelkookpan binnen een uur op tafel. Het resultaat is minder diep van smaak, maar wel een snelle uitkomst voor drukke dagen. Kortom: de slowcooker draait om gemak en smaakontwikkeling, de multicooker om veelzijdigheid en de snelkookpan om snelheid.

De voordelen van langzaam garen

Het gebruik van de slowcooker brengt een aantal voordelen met zich mee. Doordat de temperatuur laag blijft, brandt er zelden iets aan en kun je gerust de deur uit terwijl het eten staat te pruttelen. De smaken trekken dieper in de ingrediënten en vlees wordt malser dan dan wanneer je het op hoog vuur bereidt. Bovendien heb je minder olie of boter nodig en kun je vaak goedkopere vleessoorten gebruiken die dankzij het lange garen bijzonder zacht worden. Het energieverbruik is doorgaans lager dan bij een oven of kookplaat, omdat het apparaat constant op een laag pitje werkt.

Waar je op moet letten

Er zijn ook dingen om rekening mee te houden. Omdat er nauwelijks vocht verdampt, is het beter om zuinig te zijn met bouillon of water. Te veel vocht maakt de maaltijd dunner dan de bedoeling is. Kruiden ontwikkelen zich anders bij lage temperaturen en hebben soms minder kracht, waardoor het slim is om vlak voor het serveren je gerecht nog even extra op smaak te brengen. En omdat gerechten vaak vier tot acht uur nodig hebben, vraagt het koken met een slowcooker om planning. Zet hem tijdig aan, zodat je eten op het juiste moment klaar is.

De slowcooker in de herfst

Juist in de herfst laat de slowcooker zich van zijn beste kant zien. Het seizoen van pompoensoep, erwtensoep, goulash en linzenstoof vraagt om comfort food dat langzaam kan trekken. Terwijl de regen tegen de ramen slaat en de dagen korter worden, vult je huis zich met de geur van een gerecht dat urenlang rustig staat te garen. Na een boswandeling of werkdag hoef je alleen nog maar de deksel te lichten en te genieten.

Recept: pompoensoep uit de slowcooker

Pompoensoep past perfect bij de herfst en is eenvoudig te maken in de slowcooker. Gebruik een middelgrote flespompoen, twee winterwortels, een grote ui, twee teentjes knoflook, een liter groentebouillon en een theelepel gemalen komijn. Snijd de pompoen in blokjes (schil mag blijven zitten als hij dun is) en doe samen met wortel, ui en knoflook in de slowcooker. Voeg de bouillon en komijn toe, zet de pan zes uur op de lage stand of drie uur op de hoge stand. Pureer de soep met een staafmixer glad en breng eventueel verder op smaak met peper en zout. Voor een romige variant kun je een scheutje kokosmelk toevoegen. Serveer met brood of een beetje geroosterde pompoenpitten als topping. 

©posinote - stock.adobe.com

Recept: apple crumble uit de slowcooker

Een klassieker die verrassend goed lukt in de slowcooker is apple crumble. Je hebt nodig: zes zoetzure appels, een eetlepel kaneel, twee eetlepels suiker, 100 gram bloem, 75 gram havermout, 100 gram koude boter in blokjes en een snuf zout. Schil de appels, snijd ze in stukjes en leg ze op de bodem van de ingevette slowcooker. Meng bloem, havermout, boter, suiker en zout tot een kruimelig deeg en verdeel dit over de appels. Zet de slowcooker drie uur op de hoge stand, of vijf uur op de lage stand, met een theedoek onder het deksel om condens op te vangen (zodat de crumble-topping knapperig blijft). Zorg er wel voor dat het deksel en de pan goed afgesloten blijven. Serveer de crumble warm, eventueel met een bolletje vanille-ijs of slagroom.

Slowcooker? Ja, graag!

De slowcooker laat zich goed inpassen in een druk dagelijks leven. Hij neemt je een deel van het werk uit handen en zorgt voor supersmaakvolle gerechten. Heb je wat plek over in je keuken, dan is een slowcooker dus zeker aan te raden!

Nog veel meer recepten?

Slowcookerboeken genoeg!