ID.nl logo
Zelf aan elektronica sleutelen: Zo begin je er aan
© PXimport
Huis

Zelf aan elektronica sleutelen: Zo begin je er aan

Er is weinig dat meer voldoening geeft dan zelf dingen maken of aanpassen. De oplossingen die iemand anders voor je heeft bedacht, lossen nu eenmaal niet altijd jouw technische problemen op. Heb je hier nog niet zoveel ervaring mee? Lees dan verder om op weg geholpen te worden!

Begin deze eeuw ontwikkelde het Italiaanse Interaction Design Institute Ivrea een opensource-ontwikkelomgeving Wiring, waarmee eenvoudig prototypes zijn te maken. Het platform bestaat uit een programmeertaal, een ontwikkelomgeving (IDE) en een printplaatje met elektronica. Een ander Italiaans team bouwde voort op dat concept en ontwikkelde de Arduino, die voor het eerst uitkwam in 2005. Dit bordje werd razend populair onder een brede groep gebruikers. Het wordt geprogrammeerd in de taal C en heeft programmeerbare digitale en analoge in- en uitgangen.

Het enorme succes van de Arduino kreeg al snel navolging. Aan de Universiteit van Cambridge werd in 2012 de Raspberry Pi ontwikkeld. Deze minicomputer was bedoeld voor educatieve doeleinden, maar door zijn lage prijs, grote rekenkracht en veelzijdigheid werd de Pi vooral zeer populair. 

Een belangrijk verschil met de Arduino is dat de Raspberry Pi werkt met een besturingssysteem waarop de programma’s draaien. Er zijn inmiddels tientallen besturingssystemen waaruit je kunt kiezen, voor toepassingen variërend van mediastreamer tot domoticacontroller. 

Draadloze communicatie

Voor projecten die online werken en waarop bijvoorbeeld een webclient of -server draait, is de Raspberry Pi een voor de hand liggende keuze. Die module heeft immers al een ingebouwde netwerkinterface en is voor allerhande taken inzetbaar. 

Lees ook: Welke Raspberry Pi kun je het beste kopen?

Het relatief hoge stroomverbruik en zijn gevoeligheid voor spanningsuitval maakt dat de keuze soms valt op alternatieven, zoals de Arduino. Die is uit te breiden met een Netshield, dat boven op de Uno is te prikken. Sinds een jaar of vijf is er een compact alternatief in de vorm van de NodeMCU, een ontwikkelbordje dat werkt met de microcontroller ESP8266 van het Chinese Espressif Systems. 

Deze module is onder andere te programmeren met de Arduino-ontwikkelmodule, waardoor bestaande projecten eenvoudig zijn over te zetten. Van dezelfde producent komt de ESP32, die naast wifi ook bluetooth ondersteunt. Deze modules zijn vanwege de lage kosten en compacte afmetingen geliefd bij doe-het-zelvers.

©PXimport

Programmeren met python

De veelzijdigste module voor veel projecten is en blijft vooralsnog de Raspberry Pi, waarop doorgaans in Python wordt geprogrammeerd. Deze programmeertaal is relatief snel te leren en er zijn tal van cursussen en naslagwerken die je online kunt raadplegen. Dankzij de grote groep gebruikers is de taal uitstekend gedocumenteerd en kun je met problemen terecht op vele fora. 

De taal is populair bij zowel hobbyisten als professionals. Wie eenmaal eraan gewend is om problemen op te delen in deeltaken, die te vertalen naar code en die te structureren, stapt vaak moeiteloos over naar andere talen. Python is voor makers dan ook een prima startpunt. Lijkt het je wel wat, dan raden we je deze Basiscursus Programmeren aan.

Onderdelen kopen

Voor producten uit Azië geldt meestal: goedkoop, maar een lange levertijd. Bedenk overigens dat er (anders dan van de Arduino) van de Raspberry Pi géén opensource-hardware bestaat. Een exemplaar dat je voor vijf euro in China koopt, is dus geen Raspberry Pi. 

Losse componenten, zoals leds en weerstanden, kun je daarentegen prima in China bestellen, als je geen haast hebt. Wil je goede spullen sneller in huis hebben, dan is Conrad een betrouwbare leverancier. En wil je er dezelfde dag nog mee aan de slag, dan moet je het geluk hebben dat er in jouw stad of dorp nog een fysieke elektronica- of modelbouwwinkel zit.

Lees ook: De risico's van onderdelen kopen uit China

De best gesorteerde leverancier van hoogwaardige hardware is echter het Amerikaanse Adafruit. Behalve controllermodules en talloze zelf ontwikkelde uitbreidingen, heeft Adafruit uitgebreide bouwbeschrijvingen van projecten, instructies voor beginnende bouwers en een levendige community van makers.

©PXimport

Makerspaces en fablabs

Het kan zijn dat je nog steeds niet alles in huis kunt halen om jouw droomproject werkelijkheid te maken. Iets als een 3D-printer is bijvoorbeeld een investering van een hele andere orde.

Uitvinders, ontwikkelaars, hobbyisten, kunstenaars en andere makers kunnen voor het creëren van hun bedenksels dan ook terecht bij talloze werkplaatsen onder de noemer FabLabs, Makerspaces of Hackerspaces. Daar hebben zij de beschikking over apparatuur die te duur of te groot is om zelf te bezitten, zoals freesmachines en lasersnijders, 3D-printers en professionele boor- en zaagmachines. Maar het zijn niet alleen maar werkruimtes. Het samenkomen biedt aan creatieve geesten ook een platform voor het uitwisselen van kennis en ideeën.

Sommige werkplaatsen bieden simpelweg ruimte en apparatuur om – al dan niet onder begeleiding van deskundigen – zelf aan de slag te gaan, andere horen bij een opleidingstraject dat je er kunt volgen. Het gezamenlijke doel is altijd om mensen te laten experimenteren en te leren dingen zelf te maken.

Bronnen voor ideeën

Behalve bij het al genoemde Adafruit, kun je op tenslotte diverse andere plekken terecht voor inspiratie. De volgende websites zijn een bruikbaar startpunt:

Instructables Een plek waar makers hun creaties delen in de vorm van handleidingen, foto’s en video’s.  Makezine Werkt met een team vaste medewerkers die tekst en uitleg geven.  Thingiverse Minder gericht op elektronica, maar een uitstekende bron voor downloadbare bestanden om zelf mee aan de slag te gaan met een 3D-printer, lasersnijder of cnc-frees.  Fablabs.io Uitgebreide beschrijvingen en fraai geïllustreerde projecten uit de internationale FabLab-community.  GitHub Voor code die je wilt gebruiken voor je projecten, is GitHub een onmisbare bron. Miljoenen ontwikkelaars en programmeurs van over de hele wereld wisselen hier kennis en code uit. En programma’s die je zelf hebt gemaakt of aangepast, kun je op dit platform weer met anderen delen. 

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.