ID.nl logo
Welke Raspberry Pi kun je het beste kopen?
© PXimport
Zekerheid & gemak

Welke Raspberry Pi kun je het beste kopen?

Tussen het eerste model van de Raspberry Pi en de meest recente zit een heel verschil. Maar wil je zo'n knutselcomputer in huis halen, dan is de nieuwste Pi niet per se de beste. Het hangt er maar net vanaf wat je ermee wil doen. Vraag je je af welke Raspberry Pi je nodig hebt? We staan stil bij de verschillen en overeenkomsten.

In acht jaar tijd zijn er al heel wat modellen van de Raspberry Pi verschenen, en zelfs de originele Raspberry Pi Model B is voor sommige toepassingen nog bruikbaar. Maar in dit artikel geven we een overzicht van de meer recente modellen en waarvoor je deze kunt inzetten.

Voor we de verschillen bespreken, is het nuttig om nog even aan te stippen wat ze gemeenschappelijk hebben. Alle modellen van de Raspberry Pi hebben een 40pin-gpio-header (behalve het eerste model uit 2012, dat 26 pinnen telt), waarop je uitbreidingsbordjes (HAT’s) kunt aansluiten of zelf elektronische onderdelen kunt solderen of met jumperwires kunt aansluiten. Dat maakt elk model geschikt om met elektronica te experimenteren.

©PXimport

Elk model heeft ook een cameraconnector en een micro-sd-kaart (behalve weer het eerste model, dat gebruikt een grotere sd-kaart).

Aan de softwarekant is vooral Raspberry Pi OS interessant, het officiële besturingssysteem voor de Raspberry Pi. Vroeger heette het besturingssysteem Raspbian. Opvallend is dat de makers achterwaartse compatibiliteit garanderen: de nieuwste versie van Raspberry Pi OS ondersteunt nog altijd het eerste model van de Raspberry Pi.

Dat gezegd hebbende, laten we de individuele Pi's erbij pakken.

Raspberry Pi 4 Model B

©PXimport

De Raspberry Pi 4 Model B, het nieuwste model uit de familie van de minicomputer, is het vlaggenschip. Het processorbordje heeft een krachtige Cortex-A72-processor (ARMv8, quadcore en 64 bit) met een kloksnelheid van 1,5 GHz. Door die processorkracht en hoeveelheid geheugen is het bordje nu eindelijk zelfs comfortabel als desktopcomputer te gebruiken, ook dankzij de twee micro-hdmi-aansluitingen.

De twee usb3.0-poorten en de gigabit-ethernetinterface maken de Raspberry Pi 4B met een externe harde schijf geschikt als nas. Ook als mediacenter, bijvoorbeeld met Kodi op het besturingssysteem LibreELEC, staat dit model zijn mannetje.

Wel is de warmteafvoer een aandachtspunt: de Raspberry Pi 4B wordt aanmerkelijk warmer dan zijn voorgangers en heeft dan ook goede ventilatie of een koelblok nodig. Er zijn ook aluminiumbehuizingen die nauw aansluiten op de processor, zoals de Argon Neo, en daardoor de warmte goed afvoeren.

Raspberry Pi 4-versies

©PXimport

Er zijn versies met drie hoeveelheden intern geheugen in omloop: 2 GB, 4 GB en 8 GB. In het begin was er nog geen versie met 8 GB, maar wel een met 1 GB. Die laatste is inmiddels uit de handel genomen.

Welke versie heb je nodig? Het model met 2 GB volstaat voor de meeste gebruikers: dat is al twee keer zoveel als in zijn voorganger. Een hoeveelheid van 4 GB is handig als je de Raspberry Pi als desktopmachine wilt gebruiken of er veel servertoepassingen op wilt draaien.

Het topmodel met 8 GB is vooral bedoeld voor veeleisende toepassingen zoals kunstmatige intelligentie en videobewerking. Om de volledige 8 GB te kunnen gebruiken, heb je wel de 64bit-versie van Raspberry Pi OS nodig, die momenteel nog een bètaversie is.

Raspberry Pi 3 Model B+

©PXimport

De Raspberry Pi 3 Model B+ is nog steeds een prima bruikbare minicomputer. Hij is voorzien van een Cortex-A53-processor (ARMv8, quadcore en 64 bit) op 1,4 GHz, 1 GB intern geheugen, 4 usb2.0-poorten, een gigabit-netwerkaansluiting (wel via usb 2.0, dus de volle gigabit-snelheid is niet haalbaar), 2,4- en 5GHz-wifi en bluetooth.

Doordat het 2GB-model van de Pi 4 Model B vrijwel gelijk is geprijsd, heeft het weinig zin om nog een Pi 3 Model B+ nieuw te kopen. Tenzij je minder rekenkracht nodig hebt en juist iets energiezuinigers zoekt met minder warmteontwikkeling.

Raspberry Pi 3 Model A+

©PXimport

De Raspberry Pi 3 Model A+ is een wat vreemde eend in de bijt. Enerzijds zijn er de processorbordjes op de standaardgrootte en anderzijds de Zero-modellen die veel kleiner zijn. De A-modellen (waarvan de Raspberry Pi 3 Model A+ de tweede versie is) zitten daar qua grootte tussen.

Ook wat prestaties betreft zit dit model in de middenmoot. Er zit dezelfde processor op als in de Raspberry Pi 3 Model B+, maar dan met slechts 512 MB geheugen. Dat maakt het bordje minder krachtig dan de Raspberry Pi 3 en 4, maar wel stukken sneller dan de Raspberry Pi Zero.

Door de kleinere afmetingen zijn er connectoren weggevallen: er is geen ethernet en er is maar één usb2.0-poort. Dat maakt het model vooral geschikt voor (talloze) toepassingen die weinig interfaces, weinig geheugen maar wel wat rekenkracht vereisen. Denk aan een ip-camera of een computerbordje voor een multiroom-audiosysteem.

Ook als domoticacontroller zou de Raspberry Pi 3 Model A+ geschikt kunnen zijn, als je hoogstens één adapter via usb gaat aansluiten en tevreden bent met wifi. De processor is krachtig genoeg om een flinke hoeveelheid gegevens te verwerken en de 512 MB geheugen is voor veel domotica-opstellingen voldoende. Dat kan bijvoorbeeld met Home Assistant.

Raspberry Pi Zero W(H)

©PXimport

De Raspberry Pi Zero W is de kleinste telg van de familie, fysiek de helft van de Raspberry Pi 3 Model A+. De processor is identiek aan de eerste generatie van de Raspberry Pi, maar dan met een kloksnelheid van 1 GHz in plaats van 700 MHz. Ook de hoeveelheid geheugen is identiek: 512 MB. Dit is dan ook geen model om zware taken op uit te voeren.

Het kleine processorbordje heeft een mini-hdmi-connector. Als je hierop een scherm aansluit, zou je de Raspberry Pi Zero W als een informatiescherm kunnen inzetten. Verder is er één micro-usb-aansluiting die usb on-the-go ondersteunt. Uiteraard heb je ook de camera-interface en de gpio-header, al is die laatste in de standaarduitvoering niet op het bordje gesoldeerd.

Heb je de gpio-pinnen nodig, dan dien je de hele 40pin-header nog zelf te solderen of koop je een kant-en-klare Raspberry Pi Zero WH met vooraf gesoldeerde header. Het bordje heeft ook wifi en bluetooth, en in combinatie met zijn kleine afmetingen en lage stroomverbruik is het daardoor ideaal voor allerlei sensortoepassingen.

Je zou het als bluetoothbeacon kunnen inzetten om je aanwezigheid te detecteren aan de hand van het bluetoothsignaal van je telefoon. Of je sluit er met jumperwires of gesoldeerde draden sensoren op aan, die je door de Raspberry Pi Zero WH laat uitlezen en via wifi laat doorsturen.

Dat kan zelfs buiten, als je er een voedingsschakeling met zonnepaneel en batterij op aansluit. Je plaatst het kleine bordje dan in een waterdichte behuizing.

Raspberry Pi Zero

©PXimport

De goedkoopste Pi is de Raspberry Pi Zero. Die is nagenoeg identiek aan de Raspberry Pi Zero, maar dan zonder wifi en bluetooth. Dat lijkt het bordje nogal te beperken, maar toch zijn er veel toepassingen mogelijk, ook zonder netwerkconnectiviteit.

Je kunt er bijvoorbeeld een sensorbordje van maken dat gegevens via een ander draadloos protocol stuurt, met een transceiver die op 433,92 MHz uitzendt. Voor een paar euro koop je zo’n transceiver die je op de Raspberry Pi Zero soldeert. Of je kunt een infraroodontvanger op de Raspberry Pi Zero aansluiten, zodat je het bordje met de afstandsbediening van je tv aanstuurt.

Er bestaan allerlei uitbreidingsbordjes op het formaat van een Raspberry Pi Zero: pHAT’s. Deze prik je eenvoudigweg op de gpio-header van de Raspberry Pi Zero en breiden die dan uit met een schermpje, audio, leds, extra aansluitmogelijkheden enzovoort.

Met de usb-otg-aansluiting gebruik je de Raspberry Pi Zero in gadgetmodus. Als je dan via die usb-poort het bordje op je computer aansluit, kan het zich voordoen als een seriële poort, een netwerkkaart, een opslagapparaat, een midi-apparaat, een toetsenbord, een audioapparaat enzovoort.

Raspberry Pi Compute Module 3+

©PXimport

De Raspberry Pi wordt ook in industriële omgevingen ingezet. Maar daar is het vaak de Compute Module 3+, een versie die je als thuisgebruiker normaal nooit zult tegenkomen. Het processorbordje heeft de vorm van een geheugenmodule en past zelfs in een ddr2-sodimm-connector.

Het is dan ook de bedoeling dat je de Compute Module 3+ in een aangepast moederbord steekt, specifiek ontworpen voor een toepassing. Voor wie wil experimenteren, heeft de Raspberry Pi Foundation een ontwikkelbordje gemaakt, de Compute Module Development Kit.

De Compute Module 3+ is gebaseerd op de Raspberry Pi 3 Model B+, de vorige generatie van de Raspberry Pi. De specificaties komen dan ook overeen. Een belangrijk verschil is dat je geen micro-sd-kaartslot hebt voor je besturingssysteem, maar ingebouwde emmc-flash-opslag (8, 16 of 32 GB). De Compute Module 3+ Lite is een variant zonder emmc. Die gebruik je dan in combinatie met een opslagapparaat op het moederbord.

De Compute Module 3+ heeft toegang tot alle functionaliteit van de BCM2837-chip, en dat betekent dan ook dat er meer gpio-pennen en andere interfaces beschikbaar zijn dan in de standaard Raspberry Pi-modellen. Naast de officiële ontwikkelkit zijn er ook andere moederborden, zoals de balenaFin, die een mini-pcie-slot en simkaartslot toevoegt en twee camera’s ondersteunt.

Wat ga je ermee doen?

Uit deze vergelijking zou duidelijk moeten zijn in welke omstandigheden je het best welk model gebruikt. Maar de software en zelfs de meeste hardware-uitbreidingen zijn doorgaans volledig uitwisselbaar tussen de verschillende modellen. Dat is dan ook de grote kracht van het Raspberry Pi-ecosysteem.

Voor een project dat je met één model hebt uitgewerkt, kun je heel snel en met slechts minimale (vaak zelfs geen) aanpassingen overschakelen naar een ander model. Ook tijdens het experimenteren is dat handig. Als je bijvoorbeeld een robot bouwt die een Raspberry Pi Zero W als hart moet hebben, kun je de software beginnen te programmeren op een Raspberry Pi 4.

Je profiteert dan van de hogere snelheid (handig als je software dient te compileren) en van ethernet zodat je tijdens het ontwikkelen nog geen wifi hoeft op te zetten. Voor de uiteindelijke implementatie van je project steek je dan gewoon het micro-sd-kaartje in een Raspberry Pi Zero W, die je op de robotonderdelen aansluit.

Als je tenslotte nog op zoek bent naar inspiratie voor leuke knutselprojecten, raden we je de Cursus Hardware Programmeren aan.

▼ Volgende artikel
Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd
Huis

Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd

LG blijft verbetert de oled-techniek nog veel verder en dat werpt dit jaar eindelijk zijn vruchten af. De LG OLED EVO 65G56LS is uitgerust met een nieuw type oled-paneel dat aanzienlijk meer piekhelderheid en kleurbereik levert. Daarnaast heeft LG webOS 25 uitgerust met een aantal AI-functies die het gebruiksgemak moeten verbeteren.

Fantastisch
Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De LG OLED EVO 65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit. De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

Plus- en minpunten
  • Alpha11-processor met uitstekende beeldverwerking
  • Fantastische HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Goede kijkhoek en anti-reflectie
  • WebOS 25, met vijf jaar lang nieuwe versies
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Geen ondersteuning voor HDR10+ en DTS
  • Voorlopig weinig meerwaarde met AI

 

LG OLED EVO 65G56LS (2025)

  • Adviesprijs: 3,299 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 165 Hz W-OLED-tv
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 3x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, 1x IR-blaster, Wifi 6 (802.11ax), ethernet, Bluetooth 5.3, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, webOS 25, AirPlay 2, Google Cast, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 11 gen2 processor
  • Afmetingen: 1.441 x 910 x 263 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 26,6 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 85 kWh (E) / HDR 222 kWh (G) 

De nieuwe G-serie van LG is verkrijgbaar in twee versies. Een met een centrale voet in doos zoals ons testmodel, te herkennen aan de letters ‘LS’ achteraan en een model met een meegeleverde wandbeugel, die modellen hebben de letters ‘LW’ achteraan. De G-reeks mikt nog steeds in eerste instantie op wandmontage. Het toestel zelf is 24mm diep, dat lijkt misschien veel, maar die dikte heeft het wel over het hele oppervlak. Er is geen behuizing voor elektronica die verder uitsteekt. De rand is afgewerkt met een zilverkleurige strip, en dat geeft deze tv van opzij bekeken echt een premium look. De wandbeugel is verstelbaar, je kunt het toestel beperkt links en rechts draaien. De voet kun je monteren in twee posities, hoog en laag, in de hoge positie is er ruim plaats voor een soundbar. Het moet gezegd ook op een tv-meubel ziet hij er prima uit, wandmontage is zeker geen verplichting. 

Aansluitingen

De selectie aansluitingen die LG gebruikt is al enige tijd onveranderd gebleven, maar is dan ook erg goed. Met vier hdmi-poorten die allemaal de maximale hdmi 2.1-bandbreedte (48Gbps) leveren, zitten gamers in ieder geval gebeiteld. Verdere gamingfuncties zijn ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync). PC-gamers kunnen zelfs tot 4K165 gaan, dat is een duidelijke upgrade ten opzichte van vorig jaar. Input-lag is altijd een sterk punt geweest bij LG, dat is dit jaar niet anders, in 4K60 meten we 10,5ms, in 2K120 zelfs maar 5,5ms. Op poort 2 kan je ARC/eARC gebruiken, gamers die een soundbar willen aansluiten, houden nog steeds drie volwaardige HDMI-poorten over. 

Wil je de opstelling zo netjes mogelijk houden, altijd mooi bij een premium tv, dan kun je de bijgeleverde IR-blaster gebruiken om brontoestellen te besturen met de LG-afstandsbediening, ook als die apparaten bijvoorbeeld in een kast staan. De G5 ondersteunt het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association), maar is beperkt tot 2.1-configuraties. Daarmee is jammer genoeg geen draadloze surroundopstelling mogelijk. Alle kabels kun je via twee clips en twee verzonken kanalen wegleiden naar de voet. 

Nieuw oled-paneel, nieuw record

Nieuwe ontwikkeling op vlak van oled-technologie zijn niet uitzonderlijk. Twee jaar geleden introduceerde LG bijvoorbeeld oled-panelen met een laag microlenzen die voor een mooie verbetering in helderheid zorgden. Die microlenzen zijn op de G5 echter niet meer aanwezig. In ruil gebruikt dit model een gloednieuw paneel dat een andere opbouw van de oled-materialen gebruikt. Onder de naam OLED evo Met Brightness Booster Ultimate belooft de G5 hogere piekhelderheid en een breder kleurbereik. En dat blijken geen loze beloftes. Op het 10%-venster haalt de G5 2409 nits, en op een volledig wit beeld zelfs 356 nits. 

Lees ook: Zo testen we televisies

Dat alles gemeten in de uitstekend gekalibreerde HDR Filmmaker mode. Ter verduidelijking, dat is een 50 procent verbetering tegenover de G4 van vorig jaar, en voldoende om de kop van het oled-peloton aan te voeren. Vooral de verbetering op het volledig wit veld is impressionant. Daardoor moet de G5 nu de helderheid veel minder laten dalen als het beeld veel wit bevat, iets wat op vorige generaties nog merkbaar was. Ook het kleurbereik is weer groter geworden, en met 99,9% P3 is de G5 perfect uitgerust voor prachtige HDR-beelden. Het paneel had een uitstekende uniformiteit en weert zeer goed reflecties. De kijkhoek is prima.

De Filmmaker Mode is er voor wie minimale beeldverwerking wil, en de mooiste beelden getrouw aan de intentie. In SDR laat dat prachtige resultaten zien, maar de echte pracht van de G5 komt tevoorschijn bij HDR-beelden. Ook hier is de kalibratie nagenoeg perfect met enorm veel witdetail, intense kleuren, en dankzij de hoge piekhelderheid tintelende lichtaccenten. Kleuren worden goed bewaard als ze zeer helder zijn, dat dankt de tv aan het nieuwe paneel. Enkel in de donkerste beelden laat de G5 wat steken vallen. Er is veel schaduwdetail, maar in sommige beelden merken we veel ruis die het beeld ruw maakt en detail verbergt. In een ander geval was er wat blokvorming en bandvorming zichtbaar. We hopen dat LG nog wat aan de software kan sleutelen. 

Prima beeldverwerking

De Alpha11 beeldprocessor is aan zijn tweede generatie toe, maar nieuwe features lijken er niet te zijn. De upscaling en ruisonderdrukking zijn erg goed. In deinterlacing van 1080i-beeld merkten we op een testpatroon opnieuw een foutje waardoor kamvorming zichtbaar was, al bleek dat bij de meeste content niet tot problemen te leiden. Kleurstroken in zachte gradiënten elimineer je met de Vloeiende Gradatie-instelling, maar activeer die enkel als je het echt nodig acht, en dan alleen in de laagste stand. In een van onze testclips veegde die instelling ook wolken uit de lucht. Ook de dynamische tonemapping waar we gebruikelijk erg tevreden over zijn, laat je op dit model beter uit inactief.

Die maakte het beeld te helder, waardoor het aan contrast en impact verliest. Bovendien levert de G5 ook zonder dynamische tonemapping knap beeld. Goede punten waren er voor de bewegingsscherpte. Het oled-paneel laat nauwelijks of geen dubbele rand optekenen rond bewegende voorwerpen. Wie in 24Hz-filmmateriaal te veel last heeft van judder bij snelle camerabewegingen, activeert best TruMotion, bijvoorbeeld in ‘Cinematografische Beweging’ als je minimale invloed wenst. Maar ook hogere instellingen leverden goede resultaten, en de G5 toonde erg weinig beeldfouten zelfs met TruMotion in de Vloeiend-stand. 

Geen DTS-ondersteuning meer

Het is jammer, maar de G5 ondersteunt alleen nog maar Dolby Atmos, geen DTS meer. Vooral voor mensen met een uitgebreide bibliotheek Blu-ray schijven is dat een tegenvaller. Streaming gebruikt overwegend Dolby Atmos, dus daar weegt dat gebrek minder. De 60 Watt 4.2 kanaalsoplossing leek ons onveranderd. De klank is goed gebalanceerd, met een warm karakter en duidelijke baslijn. Zelfs surround is goed hoorbaar. Voor veel mensen zal dit volstaan, maar voor echte bioscoop audio zal een soundbar toch vereist zijn. Nieuw dit jaar is de Personal Sound Wizard. Die laat je een aantal keer in groepen van vier fragmenten horen met verschillende geluidsinstellingen, jij duidt aan wat je het best vindt klinken. Na de test bepaalt de processor op basis van je keuzes je geprefereerde klankinstellingen. Iets gelijkaardig bestond vorig jaar al voor beeld, maar we vinden dat je daar beter voor Filmmaker Mode of Cinema beeldmode kiest. Bij audio mogen persoonlijke voorkeuren wat meer doorwegen. 

WebOS 25, AI als persoonlijk hulpje

Kunstmatige intelligentie moet de nieuwe troef zijn van webOS 25, maar al deze nieuwe functies bleken niet te werken in het Nederlands. Voice ID, waarbij de tv je herkent op basis van je stem is nog niet beschikbaar in Nederlands. Maar ook andere functies, zoals de AI Chatbot die je moet helpen bij eenvoudige vragen zoals het aanpassen van beeldkwaliteit of aanbevelingen geven voor content, leek zelden te weten wat hij met onze vragen moest doen. LG kondigde ook generatieve kunst aan die je kan gebruiken in de screensaver, maar ook dit was nog niet beschikbaar. Nu missen we die AI-functies wel niet, de G5 is zo ook gebruiksvriendelijk, maar we hopen toch dat dit via software updates verbeterd wordt. 

In dit overzichtsartikel vind je alle informatie over webOS. WebOS 25 is van uitzicht niet echt veranderd op wat details na. Zo kan je live tv en HDMI-ingangen nu als tegels toevoegen in de rij met apps op het Home-scherm. Apps en Quick Cards die je niet gebruikt, kan je verbergen. Het app-aanbod is erg ruim en de G5 ondersteunt Airplay2 en Google Cast. LG toont helaas reclame op het Home-scherm en in de screensaver, lees in dit artikel hoe je reclame verwijdert.

De ‘Magic Remote’ heeft een nieuw ontwerp gekregen. Een rechthoekige vorm met afgeronde hoeken, en vooral minder toetsen. Weg zijn de cijfer- en kleurtoetsen, de volume- en kanaaltoetsen zijn nu kanteltoetsen. De mute-toets is verdwenen, muten doe je door de volume knop lang naar beneden te duwen. De ingangen-toets is vervangen door een Home Hub-toets, maar wanneer je die lang indrukt, toont de tv de ingangen. De aanwijsfunctie is gebleven, je kan de cursor op het scherm besturen door de afstandsbediening te bewegen. De afstandsbediening oogt moderner, en het gebruiksgemak is prima, maar we zouden hem niet beter noemen dan de oude versie. 

Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De OLED65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit.

De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

▼ Volgende artikel
Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android
Huis

Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android

Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar ook Android heeft – net als Windows – een klembord. Daarmee kun je gemakkelijk tekst kopiëren van de ene app naar de andere. Maar hoe open je dat klembord eigenlijk? En waar vind je wat erop staat? Je leest het in dit artikel!

Wat gaan we doen?

In dit artikel leggen we uit hoe kopiëren en plakken in Android precies werkt. Dat geldt voor zowel Android-smartphones en Android-tablets.

  • Zo werkt kopiëren, knippen en plakken
  • Knippen en plakken vanuit toetsenbord
  • Verbeteringen dankzij Android 13

Wil je meer weten over de veiligheid van Android? Lees dan het artikel Alles wat je moet weten over Android-beveiliging

Tekst of afbeeldingen kopiëren en plakken: het is een van de basisfuncties van elk besturingssysteem. Ook Android ondersteunt dit natuurlijk. Je kunt iets kopiëren in de ene app en het vervolgens plakken in een andere. Maar het Android-klembord kan meer dan alleen dat. Alles wat je kopieert, wordt daar namelijk tijdelijk opgeslagen. Handig als je per ongeluk iets hebt weggehaald, iets wilt terugvinden of gewoon even wilt kijken wat je allemaal hebt gekopieerd.

Let wel: hoe je precies bij het klembord komt, hangt af van je toestel en de Android-versie die je gebruikt. Zo hebben merken als Samsung en LG hun eigen klembordfunctie ingebouwd. Andere toestellen vereisen meestal een specifieke toetsenbord-app om het klembord te kunnen openen. In dit artikel leggen we je uit hoe je dat doet met zo’n toetsenbord-app.

Klembord binnen toetsenbord-apps

Om toegang te krijgen tot het klembord, heb je een toetsenbord-app nodig die die functie ondersteunt. Populaire keuzes zijn Gboard van Google en SwiftKey van Microsoft. Beide bieden vergelijkbare klembordfuncties, dus je kunt zelf kiezen welke je het prettigst vindt. Download en installeer de app, en stel deze daarna in als je standaard toetsenbord.

©PXimport

Met een ander toetsenbord in Android heb je meer mogelijkheden.

Dat instellen doe je via het instellingenmenu van je Android-telefoon. Gebruik het zoekveld bovenin het scherm en typ 'toetsenbord'. Je krijgt dan een lijst met resultaten. Kies de optie waarmee je het standaard toetsenbord kunt wijzigen en tik daarop.

Kies vervolgens de toetsenbord-app die je net hebt geïnstalleerd, zoals Gboard of SwiftKey. Let op: de vormgeving van de instellingen kan per toestel verschillen. Gebruik je liever een andere toetsenbord-app met klembordfunctie? Geen probleem – zolang je maar de juiste app selecteert bij het instellen.

Tekst kopiëren en plakken

Het klembord werkt meestal alleen met tekst. Wil je iets kopiëren naar een andere app? Selecteer dan een stuk tekst en kopieer het. Open bijvoorbeeld WhatsApp, ga naar een chat en houd het tekstveld even ingedrukt om de tekst direct te plakken. Soms zie je ook een klembordsymbooltje verschijnen, net boven het toetsenbord en onder het tekstveld. Tik daarop om het volledige klembord te openen.

Zie je dat symbooltje niet meteen? Dan krijg je waarschijnlijk eerst de suggestie om alleen de laatst gekopieerde tekst te plakken. Tik in dat geval op het witte rondje met het pijltje naar rechts – zo krijg je alle opties te zien.

Onder het kopje Recent zie je een lijstje met wat je als laatste hebt gekopieerd. Tik op een item om het direct in het tekstveld te plakken. Let wel: deze lijst wordt na een tijdje automatisch geleegd. Gebruik je vaak dezelfde tekst? Dan kun je die vastpinnen, zodat hij bewaard blijft. Zowel Gboard als SwiftKey ondersteunen deze functie: houd het item ingedrukt en kies voor Vastpinnen.

Klembord sinds Android 13

Sinds Android 13 is het klembord flink verbeterd. De basis is nog steeds hetzelfde: je kopieert tekst of een afbeelding in de ene app en plakt die in een andere. Maar de manier waarop je het klembord gebruikt, is een stuk handiger en overzichtelijker geworden. Dat maakt het werken met meerdere fragmenten tegelijk een stuk efficiënter.

Een van de grootste vernieuwingen is dat je nu meerdere items kunt bewaren – zowel tekst als afbeeldingen. Alles wat je kopieert, verschijnt in een nieuw klembordpaneel. Je opent dat paneel via het meldingscentrum of door een tekstveld lang ingedrukt te houden. Daar kun je door je gekopieerde items bladeren, kiezen wat je wilt plakken, en dingen die je niet meer nodig hebt, direct verwijderen. Je kunt zelfs een tekstfragment nog aanpassen voordat je het plakt.

Het klembordpaneel dat in Android 13 zijn intrede heeft gemaakt.

Met de komst van Android 13 werden er ook meteen een aantal nieuwe privacyfuncties voor het klembord geïntroduceerd. In eerdere versies konden apps op de achtergrond soms ongemerkt meelezen wat je had gekopieerd – met alle risico’s van dien. Nu heb je als gebruiker veel meer controle. Zo is er een nieuwe toestemmingsvraag voor klembordtoegang én krijg je een melding als een app probeert mee te kijken. Een stuk veiliger dus.