ID.nl logo
Zo sluit je je televisie correct aan
© PXimport
Huis

Zo sluit je je televisie correct aan

Een televisie aansluiten lijkt niet ingewikkeld, maar als je het goed wilt doen dien je toch met enkele belangrijke punten rekening te houden. Welke dat zijn, leggen we in dit artikel voor je uit.

Hoewel er soms nog andere connectoren op een televisie zitten, is hdmi dé standaardaansluiting geworden als het over consumentenelektronica gaat. Deze digitale aansluiting levert beeld en geluid in de beste kwaliteit, en kan er in sommige gevallen zelfs voor zorgen dat je alle apparaten met één afstandsbediening bedient. Toch zijn er nog wel wat zaken waar je op moet letten.

HDMI-versies

Hdmi gaat al heel lang mee (sinds 2003). Intussen zijn er al aardig wat verschillende versies. De verschillen uitgebreid toelichten gaat te ver, maar dit zijn de grote lijnen. Sinds versie 1.4 is er ondersteuning voor arc en 3D en kan er 4K gebruikt worden, maar enkel in beperkte mate (24 Hz met een kleurdiepte van 8 bit). Sinds versie 2.0 ondersteunt hdmi ook hdr en meer varianten van 4K. De nieuwste versie 2.1 biedt een hele reeks nieuwe functies, maar is voorlopig nog niet heel breed beschikbaar.

Ook is 8K inmiddels beschikbaar, maar nog niet veel tv's ondersteunen dit. Kort door de bocht kunnen 8K-toestellen nog eens vier keer meer pixels op het scherm toveren dan 4K-toestellen en zelfs zestien keer meer dan de ‘gewone’ High Definition-beelden. De tv’s hebben een resolutie van 7680x4320 pixels, wat een beeld oplevert dat enorm scherp is. Ter vergelijking, Full HD heeft een resolutie van 1920 bij 1080 pixels.

Er zijn echter nog weinig films of series in 8K te zien, met uitzondering van enkele YouTube-video’s. Het beste argument om een 8K-televisie te kopen lijkt dan ook vooralsnog de upscaling-technologie om beelden van mindere kwaliteit te stroomlijnen, maar echt noodzakelijk is dit niet gezien 4K-televisies al zonder moeite beelden kunnen ‘upscalen.

HDMI-aansluitingen zijn altijd achterwaarts compatibel, dus je kunt oudere versies aansluiten op nieuwere, maar dan ben je uiteraard beperkt tot de functies van de oudste versie.

De juiste kabel

HDMI-kabels komen in twee belangrijke versies: Standard en High Speed. De Standard-kabels ondersteunen maximaal 720p- en 1080i-resoluties, die kabels laat je best liggen. Koop High Speed-kabels, die zijn geschikt voor alles tot 4K. Beide versies bestaan in twee varianten: met en zonder ethernet. Koop de variant met ethernet, want die is nodig als je (e)arc wenst te gebruiken.

Hdmi-kabels met de aanduiding Premium High Speed zijn identiek aan High Speed-kabels, maar zijn onderworpen aan extra testen om te garanderen dat ze de maximale bandbreedte leveren (18 Gbit/s, bijvoorbeeld voor 4K met 60 fps, kleurdiepte 8 bit en 4:4:4 chroma). Ze zijn voorzien van een speciaal logo. In de praktijk kunnen ook bijna alle High Speed-kabels dat, maar ze zijn er niet op getest.

Ultra High Speed-kabels zijn ontwikkeld voor extreem hoge resoluties (zoals 8K). Ze zijn voorgesteld samen met hdmi 2.1, maar zijn voorlopig nog niet officieel te krijgen. Ze zullen in elk geval compatibel zijn met je bestaande apparatuur.

Kabels mogen in theorie niet aangeduid worden met hdmi-versienummers (een hdmi 2.0-kabel bestaat niet), al gebeurt dat in de praktijk helaas vaak. Let bij je aankoop op het logo (wij adviseren dus High Speed with Ethernet), en kijk eventueel in de features (4K60p, 2160p, hdr enzovoort). Voor lange kabels (10 meter of meer) kun je overwegen om een actieve kabel te gebruiken, die maakt gebruik van glasvezel om langere afstanden te overbruggen.

©PXimport

Goedkope kabel of dure kabel?

Een hdmi-kabel hoort helemaal niet duur te zijn, en dure kabels maken je beeldkwaliteit absoluut niet beter. Dus geen dieper zwart, beter detail of intensere kleuren met een dure kabel, dat is volstrekt onmogelijk. Als een hdmi-kabel faalt, dan zie je een van de volgende drie zaken: ‘sterretjes’ in het beeld, af en toe uitvallend beeld of helemaal geen beeld. ‘Sterretjes’ zijn willekeurige pixels die aan en uit flitsen, ook dat is meestal onmiddellijk zichtbaar. Heb je een van deze problemen, schakel je bron dan even naar een lagere resolutie of beeldfrequentie. Is daarmee het probleem opgelost, dan ligt het vrijwel zeker aan de kabel. Bij langere kabels is de kans op problemen iets hoger, daarom vereisen ze iets betere kwaliteit en zijn ze vaak wat duurder.

Hdmi-functies activeren

Hdmi doet meer dan alleen beeld en geluid doorsturen. Zo kun je sommige apparaten bedienen met de afstandsbediening van je tv dankzij CEC (Consumer Electronics Control). Die functie moet je vaak activeren en fabrikanten gebruiken er helaas allemaal een eigen naam voor. Ga in de menu’s op zoek naar: Philips EasyLink, Sony Bravia Link, Samsung Anynet+, LG Simplink, of Panasonic Viera Link.

Sommige functies zijn niet op alle hdmi-aansluitingen van je televisie beschikbaar. Arc (Audio Return Channel), waarmee het geluid vanaf je televisie wordt doorgegeven aan je externe geluidssysteem of soundbar, is bijvoorbeeld in veel gevallen maar op één hdmi-aansluiting te gebruiken. Die is dan gelabeld met ‘ARC’.

Game-specifieke functies

Gamers schakelen hun tv naar de game-modus om de laagste input-lag te garanderen. Maar op de nieuwste tv-modellen kun je ook een aantal hdmi 2.1-functies vinden die voor hen interessant zijn. ALLM (Auto Low Latency Mode) en VRR (Variable Refresh Rate) moeten in sommige gevallen ook apart geactiveerd worden via de menu’s. HFR (High Frame Rate, concreet framerates hoger dan 60 fps) wordt op sommige topmodellen ondersteund. Voorlopig is ook dat enkel van belang voor consolegamers, aangezien dat de enige bronnen zijn van HFR-content.

©PXimport

Bandbreedte en beeldkwaliteit

Hdmi 2.0-aansluitingen komen in twee varianten voor: met 18 Gbit/s bandbreedte en met 9 Gbit/s bandbreedte. Waarom is dat belangrijk? Omdat enkel 18Gbit/s-aansluitingen 4K met hdr ondersteunen. Aansluitingen met 9 Gbit/s zijn beperkt tot 4K met 24 fps, zonder hdr. Helaas staat dit niet altijd duidelijk in de specificaties van een tv, maar je kunt het wel ontdekken. Zo kan het zijn dat er van de vier hdmi-aansluitingen maar een of twee de volledige bandbreedte leveren. Als de handleiding of specificaties vermelden dat je op een bepaalde hdmi-aansluiting tot 4K aan 60 fps kunt aanleveren, dan mag je veilig veronderstellen dat het een 18Gbit/s-versie is.

Op sommige modellen moet je de hdmi-instelling omschakelen naar de ‘verbeterde modus’, zodat de tv aan een aangesloten speler kan ‘vertellen’ dat hij de best mogelijke hdr-kwaliteit ondersteunt. Op heel wat tv’s gebeurt dat automatisch, maar ook hiervoor moet je soms in de menu’s duiken. Uiteraard kun je die instelling enkel aanpassen op een 18Gbit/s-aansluiting. En ook hier gebruiken fabrikanten vaak verschillende benamingen.

Opgelet, sommige oudere apparaten (met name sommige settopboxen voor digitale tv) leveren geen geluid meer als je de hdmi-aansluiting in ‘verbeterde’ modus zet. Zet dus alleen de aansluitingen waarop je een hdr-capabel toestel aansluit in ‘verbeterde’ modus.

Externe spelers of interne bron?

Kun je voor de beste kwaliteit het beste de ingebouwde streaming-apps op je tv of een externe speler gebruiken? In de meeste gevallen maakt dit weinig uit. Vaak zijn de ingebouwde apps van een tv de gemakkelijkste keuze. Levert de ingebouwde Netflix 4K hdr (eventueel met Dolby Vision en Dolby Atmos), dan krijg je van een externe speler zeker geen beter resultaat. YouTube moet 4K HDR10 en 4K HLG kunnen leveren.

Als je toch een externe speler aansluit, houd dan rekening met de aanbevelingen uit de vorige paragraaf. Gebruik je een extern audiosysteem, lees dan zeker de volgende paragraaf. Zet de speler in 4K-resolutie (of Auto).

Indien je de optie hebt om een bepaald Chroma-subsampling-schema te kiezen, kies dan voor 4:2:0, omdat zo goed als alle video zo opgeslagen wordt. Met 4:2:0 wordt kleurinformatie gecomprimeerd, waardoor er minder data over de kabel gaat. Kies enkel 4:4:4 als subsampling als je zeker weet dat de chroma-upscaler van je speler beter is dan die van de televisie.

Arc en earc

Arc (Audio Return Channel) en earc (extended arc, nieuw sinds hdmi 2.1) verdienen wat extra aandacht. Het concept achter arc is eenvoudig: wie voor beter geluid kiest en een soundbar of av-receiver gebruikt, sluit zijn bronnen aan op de soundbar of av-receiver.

Maar wat moet je dan met het geluid van bronnen op je tv (ingebouwde tuners, Netflix, usb enzovoort)? Normaal gesproken heb je daar een aparte kabel voor nodig, vaak een digitaal optische kabel van je tv naar de soundbar/reciever. Met hdmi arc is dat niet nodig: de tv gebruikt de hdmi-kabel die van je audiosysteem naar je tv loopt (en die enkel beeld naar je tv brengt) om de audio van interne tv-bronnen naar je audiosysteem door te zetten. Hiervoor moeten zowel je tv als je audiosysteem een hdmi-poort met de arc-functie te hebben. Je verbindt ze met een hdmi-kabel mét ethernet (High Speed with Ethernet) … en klaar!

Ook hier moet je soms in de instellingen kijken om de correcte en beste configuratie te garanderen. Selecteer in het geluidsmenu van de tv dat je een extern audiosysteem gebruikt, en selecteer indien mogelijk de optie om ‘bitstream’ audio uit te sturen. Zo garandeer je dat eventuele processing door je audio-installatie gebeurt. Kies geen ‘PCM’, want in dat geval gebeurt alle processing in de tv, en verlies je mogelijk surround-informatie.

Dolby Atmos

Dolby Atmos is een nieuw surroundformaat waarbij geluid zelfs van boven je lijkt te komen. Alhoewel sommige tv-modellen zelf Atmos-tracks kunnen afspelen, is het resultaat meestal mager. Voor maximaal effect gebruik je een Atmos-soundbar of -av-receiver. Zorg er steeds voor dat je audiobron (tv of externe speler) ‘bitstream’ audio uitstuurt, geen ‘PCM’. Zo kan je audiosysteem het decoderen van de Atmos-informatie voor zijn rekening nemen. Sluit spelers het liefst rechtstreeks aan op het audiosysteem. Moet je je blu-ray-speler toch op de tv aansluiten omdat er niet genoeg aansluitingen op de soundbar zitten, dan kun je Atmos-tracks die in een Dolby True HD-stream zitten enkel via earc doorsturen. Heb je enkel arc, dan kun je alleen Atmos in Dolby Digital Plus-streams beluisteren.

Oudere aansluitingen

Op heel wat televisies vind je nog oudere analoge aansluitingen. Het gaat dan om composiet video (gele tulpstekker), en component video (rode, groene en blauwe tulpstekker). Die aansluitingen gebruik je enkel als het echt niet anders kan. De kwaliteit van composiet video is erg slecht (maximaal SD 576p, met heel wat beeldfouten), component video levert nog redelijke resultaten (kan tot full hd gaan). Een VGA-aansluiting kun je gebruiken als je een oudere computer of laptop wilt aansluiten, ook tot maximaal full hd met degelijke kwaliteit.

In al deze gevallen ben je voor audio aangewezen op analoge stereo (rode en witte tulpstekker, of stereo minijack). Nogmaals, gebruik deze aansluitingen alleen als het niet anders kan.

De enige oudere aansluiting die wel nog van belang kan zijn is de digitaal optische audio-uitgang. Sommige soundbars beschikken niet over hdmi en kunnen dus enkel via dit type aansluiting met de tv verbonden worden. In dit artikel besteden we hier wat aandacht aan. Veel soundbars hebben tegenwoordig een hdmi-arc-aansluiting, hetgeen onze voorkeur heeft. Sommige tv’s sturen via de optische kabel immers enkel stereo naar buiten, terwijl je via hdmi (bepaald) surround-geluid naar je soundbar kunt sturen.

Televisie kopen

Heb je nog geen nieuwe televisie gekocht en ben je je aan het oriënteren? Als je weet welke specificaties, prijs en merk je belangrijk vindt, kun je bepalen welke je het best kunt aanschaffen. Welke televisie is geschikt voor je woonkamer, de camping of voor de sportzomer? In een ander artikel hebben we 10 verschillende tv's op een rijtje gezet die volgens ons tot de beste televisies van het moment behoren.

▼ Volgende artikel
Dit is waarom No Frost eigenlijk onmisbaar is bij inbouw-vriezers
© Kirill Sirotiouk
Huis

Dit is waarom No Frost eigenlijk onmisbaar is bij inbouw-vriezers

Als je je vriezer wilt ontdooien, trek je eerst de stekker eruit. Laat je 'm aanstaan, dan blijft het apparaat koelen en smelt het ijs nauwelijks. Bij een vrijstaand model is dat zo gebeurd, maar bij een inbouw-vriezer ligt dat anders. De plint moet los, het apparaat moet naar voren, en pas dan kun je bij het stopcontact. Gedoe dus. Wil je een inbouw-vriezer, dan kun je dus het beste kiezen voor een model met No Frost. Maar wat is dat eigenlijk, en hoe werkt het?

In dit artikel lees je:
  • Wat No Frost precies doet
  • Waarom No Frost een must is, zeker bij inbouw-vriezers
  • Of er nadelen zitten aan No Frost
  • Wat het verschil is met Low Frost

Wat doet No Frost precies?

In een vriezer zonder No Frost ontstaat na verloop van tijd een ijslaag op de binnenwanden. Dat komt door vochtige lucht die binnenkomt elke keer dat je de deur opent. Daardoor gaan de lades minder soepel open en dicht, vriezen verpakkingen vast en stijgt het energieverbruik zonder dat je het meteen doorhebt.

No Frost voorkomt dat. In plaats van het vocht te laten condenseren en bevriezen, circuleert er droge, koude lucht door de vriezer dankzij een ingebouwde ventilator. Die onttrekt actief vocht aan de lucht in het vriesdeel, waardoor ijsvorming helemaal uitblijft. Alles in de vriezer blijft los van elkaar, zonder dat er zich een laag ijs vormt op lades of verpakkingen.

©Tolstoy | Prozorov Andrey

Waarom No Frost juist bij inbouw zo handig is

Dat je nooit meer hoeft te ontdooien is prettig, maar No Frost heeft nog een paar duidelijke voordelen. Een vriezer zonder ijslaag werkt efficiënter: zodra er ijs aan de binnenwanden ontstaat, moet de compressor meer moeite doen om alles op temperatuur te houden. Dat zie je terug op je energierekening.

Bij inbouw-vriezers speelt dat nog sterker. Omdat die vriezers in een kast zijn weggewerkt, is de luchtcirculatie rond het apparaat beperkter. Warmte die normaal via de zijkanten en achterkant wordt afgevoerd, blijft langer hangen. Daardoor neemt de kans op condensvorming en dus ijsopbouw toe bij modellen zonder No Frost. Als de vriezer daardoor harder moet werken, loopt het verbruik op en verslechtert de energieprestatie – zelfs als het label op papier zuinig lijkt. Met No Frost voorkom je dat, en blijft de vriezer goed werken, ook als hij is ingebouwd.

Beter voor je eten

Ook blijft door No Frost de kwaliteit van ingevroren eten beter behouden. IJskristallen op verpakkingen en producten ontstaan bij temperatuurwisselingen en vochtophoping. Met een No Frost-systeem blijft de lucht in het vriesvak stabiel en droog. Daardoor droogt je eten minder snel uit en blijft de kwaliteit beter behouden. 

Zijn er ook nadelen?

No Frost heeft geen echte nadelen, al zijn er wel een paar dingen om rekening mee te houden. Een No Frost-vriezer gebruikt in theorie iets meer stroom door het ventilatiesysteem. In de praktijk weegt dat ruimschoots op tegen het lagere verbruik dankzij het ontbreken van ijsvorming. Ook maakt de luchtcirculatie soms een zacht zoemend geluid. Bij inbouw hoor je daar meestal weinig van, omdat het apparaat in een kast is weggewerkt. Ook ligt de prijs vaak iets hoger dan bij standaard vriezers.

Hoe zit het met Low Frost bij inbouw-vriezers?

Niet alle vriezers zonder ijsvorming zijn automatisch No Frost. Er bestaan ook modellen met Low Frost. Die werken met verdampers in de wand, waardoor er veel minder snel ijs ontstaat. Helemaal ijsvrij blijft het vriesgedeelte niet, maar ontdooien hoeft nog maar één of twee keer per jaar. Bij een vrijstaand model kan dat prima, maar bij inbouw eigenlijk niet. Want één keer per jaar ontdooien is bij een ingebouwd apparaat nog steeds onhandig. Daarom is No Frost bij inbouw eigenlijk de enige keuze waarmee je het jezelf écht makkelijk maakt.

©qwartm - stock.adobe.com

No Frost is bij inbouw geen luxe, maar logica

Het allergrootste voordeel van No Frost bij een inbouw-vriezer is natuurlijk dat de rompslomp van ontdooien je bespaard blijft. Daarnaast zorgt No Frost ervoor dat de vriezer constant blijft presteren, ook in een krappe, slecht geventileerde nis. Het voorkomt ijsvorming, houdt het energieverbruik stabiel en zorgt dat je ingevroren etenswaren zo lang mogelijk hun kwaliteit behouden. Zeker bij een inbouwmodel is No Frost dus geen luxe, maar gewoon een slimme keuze.

Nog even dit

Vriezers hebben ruimte nodig om hun warmte kwijt te kunnen. Bij No Frost-modellen is dat extra belangrijk, omdat die werken met actieve luchtstroom. Bij een vrijstaande vriezer is voldoende ruimte meestal geen probleem, maar bij inbouw-modellen is het belangrijk dat ze niet te krap worden ingebouwd. Kijk dus niet alleen naar de afmetingen van het apparaat zelf, maar controleer ook altijd hoeveel extra ruimte de fabrikant adviseert voor ventilatie. Soms is er aan de achterkant, bovenkant of onder de vriezer nog luchtcirculatie nodig. Houd daar in je keukenontwerp rekening mee, zodat de vriezer goed blijft functioneren en het energieverbruik niet oploopt. Je kunt ook altijd advies vragen bij je keukenspecialist.

▼ Volgende artikel
Scareware blokkeren: zo activeer je het in Edge
Huis

Scareware blokkeren: zo activeer je het in Edge

Microsoft maakt zijn browser veiliger door Edge-gebruikers te beschermen tegen de bekende scareware-aanvallen. De nieuwe functie scareware-blokkering beschermt je tegen voorheen onbekende scamtools.

In dit artikel laten we zien hoe Edge jou beschermt tegen scareware:

  • Werk Edge bij of installeer de preview-versie
  • Schakel de scareware-blokker en Microsoft Defender SmartScreen in
  • Edge toont een waarschuwing bij risico’s

Lees ook: Scamtrucs? Zo trap je er nooit meer in!

Stap 1: Update of preview

Scareware is de verzamelnaam voor online tools die ons de stuipen op het lijf jagen met alarmerende pop-upberichten of nepsysteemwaarschuwingen. Op die manier probeert men de gebruiker te manipuleren om schadelijke software te downloaden die vermomd zit in een zogenaamd antivirusprogramma.

De nieuwe veiligheidsfunctie van Edge wordt stapsgewijs uitgerold. Als je de functie nog niet kunt terugvinden, probeer dan eerst Edge te updaten. Open de browser en klik op de drie puntjes in de rechterbovenhoek van het scherm. Selecteer Instellingen en klik op Over Microsoft Edge. Als er een update beschikbaar is, zal de browser die automatisch downloaden en installeren. Je kunt de functie ook proberen door in het nieuwe Microsoft Edge Insider Channel de preview-versie te downloaden. Het is trouwens mogelijk om je huidige Edge-versie naast de preview-versie te gebruiken.

Je kunt de nieuwe scareware-blokkering ook proberen in de preview van Edge.

Stap 2: Activeren

Om Scareware-blokker in te schakelen, open je Microsoft Edge en klik je rechtsboven op de drie puntjes. Dan kies je de optie Instellingen zodat je in het linkerdeelvenster Privacy, zoeken en services kunt selecteren. In het gedeelte Beveiliging zet je de schakelaar Scareware-blokkering aan. Maak ook de optie Microsoft Defender SmartScreen actief. Wanneer een site als kwaadaardig wordt gedetecteerd, wordt de cloudgebaseerde database voor SmartScreen bijgewerkt en wordt de informatie verspreid over apparaten over de hele wereld. Zodra je deze stappen hebt voltooid, is de beveiligingsfunctie actief en kun je gewoon doorgaan met browsen op internet.

Schakel Scareware-blokker en Microsoft Defender SmartScreen in.

Stap 3: Alarm!

Hoe werkt de Scareware-blokker? Aan de hand van een lokaal machine-learning-model vergelijkt Edge de pagina’s met duizenden gerapporteerde scams die bij de community van Microsoft zijn binnengekomen. Wanneer een verdachte pagina wordt geselecteerd, verlaat Edge de modus van het volledige scherm en ontvang je een waarschuwing. Op die manier moet je dus zelf beslissen of je wilt doorgaan. Je kunt trouwens ook malafide pagina’s melden om anderen te beschermen. Microsoft moedigt aan om zowel echte scam-pagina’s als vals positieven te melden en op die manier de nauwkeurigheid van het model te verbeteren.

Scareware-blokker geeft een voorvertoning van de verdachte website, maar waarschuwt om die niet te openen.

Watch on YouTube