ID.nl logo
Nieuwe cv-ketel kopen? Dit zijn de beste tips
© Reshift Digital
Energie

Nieuwe cv-ketel kopen? Dit zijn de beste tips

Je hebt een nieuwe cv-ketel nodig, maar je hebt geen idee waar te beginnen? Kieskeurig zet de verschillende soorten ketels, de voor- en nadelen van diverse modellen én de belangrijkste valkuilen op een rij. We vroegen daarnaast Eddy Buiting, hoofdredacteur van Installatie en Sanitair en installatie.nl om praktische tips.

Wat voor cv-ketel is de beste keuze?

“Even snel een cv-ketel vervangen en voor de goedkope korte klap gaan, kan leiden tot verkeerde keuzes.” Dat zegt Eddy Buiting, hoofdredacteur van Installatie en Sanitair en installatie.nl. We vroegen hem naar zijn tips voor het kiezen van een goede installateur, advies over verschillende soorten toestellen en de essentiële aandachtspunten bij aanschaf of vervanging van een cv-ketel.

©PXimport

Belangrijk Bedenk wel nog dat je een cv-ketel niet per se hoeft te kopen, je kunt ook huren of leasen. Handig is dat je er bij huren en leasen meestal een all-in onderhoudscontract bij krijgt, en dat je niet in één keer een enorme som geld op tafel hoeft te leggen. Dit kan bovendien een mooie tijdelijke oplossing zijn op weg naar duurzaam. Maar per saldo is kopen aanzienlijk goedkoper, en je behoudt de volledige vrijheid over de keuzes voor het installatie- en onderhoudsbedrijf, en het type ketel.

Hoe vind ik een goede installateur?

Het vinden van een goed installatiebedrijf heeft nogal wat voeten in de aarde. Er zijn tal van keurmerken, samenwerkingsverbanden en brancheverenigingen, elk met hun eigen kwaliteitsdoelstellingen. Het advies van Eddy Buiting: “Zoek eerst een installateur, dan pas een merk ketel. Bedenk dat een cv-installatie, waarin een vlamdoos zit waar het binnenin 1600 ˚C wordt, voor 15 jaar bepaalt of je huis comfort en veiligheid biedt. Ga je dan voor dat handige neefje dat het via-via-gekochte apparaat aan de muur kwakt en de rookgasafvoer niet vervangt, of voor een vakman die ervoor geleerd heeft en (fabrieks-)garanties en service biedt op het hele systeem? Ga dus altijd voor een erkende installateur, maar let wel: er zijn genoeg prima bedrijven die hun vak verstaan, maar ook bedrijven die op het randje manoeuvreren. Ga daarom vooral af op mond-tot-mond-reclame, zoek een installatiebedrijf waarmee anderen goede ervaringen hebben, check zijn vakmanschap, en laat je goed adviseren wat betreft het type/merk ketel. Veel installateurs hebben hun eigen voorkeuren. Een Volkswagen-dealer kent Volkswagen het best, maar er zijn ook autobedrijven die alle merken doen.”

Verder: “In beginsel worden er in Nederland geen slechte cv-ketels gemaakt. Ik waak er dus voor om een merkadvies te geven, sec op het cv-toestel. Mijn advies is altijd: zoek een vakinstallateur, die met zorg en vakmanschap staat voor het totale systeem. Een goed werkend, zuinig en veilig cv-installatie is namelijk een gezamenlijke prestatie van het toestel, de totale installatie en de (onderhouds)monteur.”

Heb ik een solo- of combiketel nodig?

De vraag of je een soloketel of een combiketel nodig hebt, is gemakkelijk te beantwoorden. Je kiest alleen voor een soloketel als je al een boiler of geiser in huis hebt staan die het warme water regelt: de soloketel zorgt dan voor de verwarming. Is dat niet het geval, kies dan altijd voor een combiketel, oftewel een cv-ketel en boiler in één apparaat. Die is compacter en de onderhoudskosten zijn lager. Buiting: “Heb je nog een open geiser? Dat is niet meer van deze tijd. Heel gauw een installateur bellen.”

Welk type ketel is voor mij het meest geschikt?

Er zijn verschillende typen cv-ketels op de markt, waarbij het belangrijkste onderscheid in de zuinigheid van het toestel zit. Hieronder vind je de drie belangrijkste types. De HRe-ketel, een cv-ketel die dankzij een gasturbine energie opwekt, laten we hier buiten beschouwing, omdat het slechts voor een zeer klein aantal huishoudens een reële optie is.

1: VR-ketel
De VR-ketel, wat staat voor Verbeterd Rendement, is de minst zuinige van de vier opties en heeft een rendement van rond de 90 procent. Dat betekent dat een deel van de warmte verloren gaat. Dit type ketel wordt niet meer gemaakt, maar in uitzonderlijke gevallen nog wel verkocht. Het is enkel aan te bevelen als er in de ruimte waar de ketel moet hangen geen afvoer naar het riool aanwezig is.

2: HR-ketel
Het tweede type is de HR-ketel, wat staat voor Hoog Rendement. Dit type is de populairste cv-ketel in Nederland en heeft een theoretisch rendement van boven de 100 procent. Een HR-ketel is zuiniger dan een VR-ketel doordat de waterdamp die vrijkomt hergebruikt wordt voor de verwarming.

3: Hybride-ketel
Dit is een combinatie tussen een cv-ketel en een duurzame warmtepomp. Dat kan een ventilatiewarmtepomp zijn, die energie haalt uit ventilatielucht, of bijvoorbeeld een lucht/water-variant die energie uit de buitenlucht haalt. Er zijn veel soorten. De warmtepomp zorgt voor basisverwarming; de pieken en tapwatervraag worden door de gasketel verzorgd. Grootste voordeel: aanzienlijke besparing op gas, en alvast een stapje richting helemaal duurzaam en gasloos. De oplossingen worden gesubsidieerd, maar zijn wel duurder dan enkel een HR-toestel.

Het advies van Eddy Buiting: “Er zijn nog woningen die met VR-toestellen verwarmd worden. Deze gaan eruit, het liefst zo snel mogelijk. VR mag enkel nog in hoge uitzondering worden toegepast, bijvoorbeeld wanneer het technisch niet anders kan. HR-toestellen, dus condenserende ketels ('HR 107'), zijn voor de meeste bestaande woningen nog de beste keus. Steek je centjes eerst in goede isolatie. Wil je stappen zetten richting duurzaam en heb je daar budget voor: kijk eens naar een hybride oplossing. In nieuwbouw is de warmtepomp een ‘no-brainer’; maar er zijn zo veel smaken dat je je goed moet laten adviseren. De enorme ‘Van Gas Los-hype’ trekt ook de nodige cowboys aan in de markt.”

©PXimport

Tot slot: Moet ik wel een ketel?

Gek genoeg is anno 2018 eigenlijk de belangrijkste vraag: moet ik nog wel een cv-ketel? De markt maakt een beweging naar niet-gasgestookte verwarmingsystemen. Nieuwbouw wordt nu al grotendeels gasloos gerealiseerd, maar ook in de bestaande bouw zal steeds meer via warmtenetten of warmtepompen worden verwarmd. Buiting: “Vooral nieuwe, goed-geïsoleerde woningen zouden op een alternatieve manier verwarmd kunnen worden. Dat is een prima keuze. Maar: hoewel gesubsidieerd hangt hier voorlopig nog wel een prijskaartje aan die vooral op langere termijn gunstig is. Blijf je in je huis wonen? Kun je een duurzaamheidslening aanvragen? Is huren een optie? Hoe ver gaat je milieu-ambitie? Laat je dus vooral niet gek maken. De keuze voor een nieuw HR-toestel is dus voor veel huishoudens een prima optie. En steek de extra euro’s in isolatie. Over 15 jaar ziet de wereld er weer anders uit.”

©PXimport

Waar moet ik verder nog aan denken?

- Vergeet de rookgasafvoer niet. Buiting: “Dit onderdeel gaat maar één ketelleven mee. Als je die niet vervangt tijdens in de installatie van een nieuwe ketel, dan blijf je als opdrachtgever en installateur in gebreke.”

- Een installateur kan per ruimte bepalen hoeveel energie er nodig is voor het optimale comfort. Dit noemen we ‘waterzijdig inregelen’ en het maakt de cv-ketel beter, zuiniger en voorkomt bijvoorbeeld het hinderlijke getik in het toestel. Buiting: “Waterzijdig inregelen kan op het oog duur lijken, het vergt bijvoorbeeld nieuwe radiatorventielen, maar is binnen enkele jaren in rendement, gasverbruik en comfort terug te verdienen. Een goed geïnstalleerde en ingeregelde installatie bespaart zo’n 15% op gas, en geeft een veel beter comfort in je huis.”

- Vanaf de tweede helft van 2019 moeten alle installatiebedrijven die werkzaamheden uitvoeren aan particuliere gastoestellen, gecertificeerd zijn. Dit is nu nog niet het geval. “Woningbezitters worden verantwoordelijk voor het inschakelen van de juiste vakman. Ongetwijfeld zullen verzekeraars hier ook hun uitkeringsbeleid op aan gaan passen”, verwacht Buiting.

Vraag een offerte aan voor cv-ketels:

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.