ID.nl logo
In 18 stappen een Raspberry Pi 2 als weerstation
© PXimport
Zekerheid & gemak

In 18 stappen een Raspberry Pi 2 als weerstation

Door een Raspberry Pi 2 uit te rusten met sensoren en hem in een weerbestendige behuizing te plaatsen, kun je al voor enkele tientjes een weerstation bouwen. In dit artikel laten we je zien hoe je je eigen weerstation maakt, programmeert en de gegevens verwerkt.

01 Benodigdheden

Voor ons weerstation hebben we een AM2302-temperatuur- en vochtsensor nodig, evenals een BMP180-luchtdruksensor. Daarnaast enkele m/f jumperwires en een breadboard. De sensoren sluiten we via het breadboard aan op de GPIO-pinnen van de Raspberry Pi 2, die de waardes uitleest en ze naar de weerdienst Weather Underground uploadt. Voor die internetverbinding gebruiken we een TP-LINK TL-WN823N WiFi-adapter. Het geheel steken we in een weerbestendige behuizing, zodat ons persoonlijke weerstation buiten kan staan. Alle benodigdheden zijn bij Kiwi Electronics te koop.

©PXimport

02 Raspbian installeren

We gaan ervan uit dat je in de basiscursus over de Raspberry Pi 2 het besturingssysteem Raspbian met de hulp van NOOBS hebt geïnstalleerd. Heb je een ander besturingssysteem met NOOBS geïnstalleerd, zoals OpenELEC, dan is dat eenvoudig terug te draaien. Steek de voeding van je Raspberry Pi in een stopcontact en houd onmiddellijk de Shift-toets ingedrukt om het installatieprogramma opnieuw te openen. Staat er nog helemaal geen besturingssysteem op de microSD-kaart van je Pi, installeer dan NOOBS en start je Pi ervan op.

©PXimport

03 I2C kernelondersteuning

De BMP180-sensor maakt gebruik van het I2C-protocol (Inter-Integrated Circuit) voor communicatie met de Pi. Ondersteuning daarvoor moeten we eerst in de kernel inschakelen. Log in Raspbian in met gebruikersnaam pi en wachtwoord raspberry en voer dan de opdracht sudo raspi-config uit. Navigeer naar Advanced options en druk op Enter, en doe daarna hetzelfde met I2C. Op de vraag of je de I2C-interface wilt inschakelen, ga je met de pijltjestoets naar Ja en druk je op Enter. Bevestig dat je de kernelmodule automatisch wilt laden. Druk daarna in het hoofdmenu van raspi-config op Finish en zeg dat je de Pi nog niet wilt rebooten.

©PXimport

04 I2C testen

We moeten nog één kernelmodule automatisch laten inladen. Voer sudo nano /etc/modules uit en voer een regel met i2c-dev toe. Sluit het bestand en sla het op via Ctrl+X, toets J en druk op Enter. Herstart je Pi met sudo reboot. Daarna testen we of de I2C-ondersteuning werkt. Installeer daarvoor eerst enkele tools met sudo apt-get install i2c-tools. Voer daarna de opdracht sudo i2cdetect -y 1 uit om te controleren welke aangesloten apparaten je Raspberry Pi op de I2C-bus herkent. Voorlopig zijn er dat nog geen, maar het is een handige manier om te testen of de I2C-ondersteuning werkt. De opdracht mag geen foutmelding tonen.

©PXimport

05 Breadboard aansluiten

Omdat we in deze workshop meerdere sensoren gaan aansluiten op dezelfde GPIO-pinnen, gebruiken we een breadboard. We gaan nu met m/f jumperwires de drie eerste GPIO-pinnen van links van de Pi op de onderste rij, met gaatjes in het breadboard verbinden, en hetzelfde voor de derde pin van links op de bovenste rij. Noem de pinnen achtereenvolgens 3V3, SDA, SCL en GND. Bekijk de Raspberry Pinout online. Steek 3V3 in het bovenste gaatje in de linkerkolom +, GND in het bovenste gaatje in de linkerkolom -, SDA in 1a en SCL in 3a.

©PXimport

06 BMP180 aansluiten

De BMP180-sensor komt met een pinheader met zes pinnetjes. Snijd één pinnetje eraf en plaats de pinheader met vijf pinnetjes in de gaatjes van het sensorbordje (je moet ze vastsolderen, maar je kunt de pinnetjes voorlopig op de juiste plaats houden met isolatietape), met de grootste kant van de pinnetjes bovenaan. Sluit nu vier van de pinnetjes met m/f jumperwires op de juiste gaatjes in het breadboard aan. VIN op het sensorbordje steek je in de linkerkolom +, GND in de linkerkolom -, SDA in 1c en SCL in 3c. De gaatjes a tot en met e in dezelfde rij zijn immers verbonden, evenals alle gaatjes in de kolommen + en -.

©PXimport

07 Python-library installeren

Als je alles correct hebt aangesloten en je nu weer sudo i2cdetect -y 1 uitvoert, krijg je in de uitvoer van het programma het getal 77 te zien. Nu moeten we nog de software installeren om de sensor uit te lezen. Installeer eerst enkele benodigdheden met sudo apt-get install git build-essential python-dev python-smbus. Daarna downloaden we de Python-library van Adafruit, de maker van het sensorbordje, met git clone https://github.com/adafruit/Adafruit_Python_BMP.git. Installeren doen we met cd Adafruit_Python_BMP en sudo python setup.py install.

©PXimport

08 BMP180 testen

De Python-library komt met twee voorbeeldprogramma's in de directory examples. We proberen er eentje van uit om te testen of de sensor werkt. Ga naar de juiste directory met cd examples en voer het testprogramma uit met sudo python simpletest.py. Je krijgt nu de temperatuur, luchtdruk, hoogte en luchtdruk op zeeniveau te zien. Het andere voorbeeldprogramma logt de waardes van je sensor periodiek in Google Docs. Wil je dit proberen, bekijk de code dan met nano google_spreadsheet.py en vul je accountgegevens in. Dit laten we als oefening voor de lezer.

©PXimport

09 AM2302 aansluiten

De volgende sensor die we aansluiten is de AM2302 die de temperatuur en luchtvochtigheid meet. Eerst sluiten we het vierde pinnetje op de onderste rij GPIO-pinnen van links (op de Raspberry Pinout website GPCLK0 genoemd) op 5a op het breadboard aan met een m/f jumperwire. Steek de gele draad van de AM2302 nu in 5c, de rode draad in de linkerkolom + en de zwarte draad in de linkerkolom -.

©PXimport

10 Python-library installeren

Nu moeten we nog de juiste software installeren om de AM2302 uit te lezen. Ga terug naar je home-directory met cd en download daarna de Python-library met git clone https://github.com/adafruit/Adafruit_Python_DHT.git. Installeer de library met cd Adafruit_Python_DHT en sudo python setup.py install. De sensor testen gaat eenvoudig met cd examples en dan sudo ./AdafruitDHT.py 2302 4. Als alles goed gaat, krijg je nu de temperatuur en luchtvochtigheid te zien. Soms krijg je overigens geen waardes te zien. Probeer het dan opnieuw, want Raspbian kan de sensor niet altijd betrouwbaar uitlezen.

©PXimport

11 Wifi

Verzeker je ervan dat je een usb-wifi-adapter hebt die compatibel is met Raspbian. Koop je de adapter in een gespecialiseerde Pi-shop, dan zit je meestal goed. Wij hebben de TP-LINK TL-WN823N 300 Mbps draadloze mini-adapter gekozen omdat hij zo klein is. Sluit de adapter via usb aan en geef dan de opdracht iwconfig in. Zie je in de uitvoer informatie over je adapter staan, bijvoorbeeld achter de naam wlan0, dan wordt je adapter door Raspbian herkend.

©PXimport

12 Netwerkconfiguratie

Open met sudo nano /etc/network/interfaces het configuratiebestand voor je netwerkinterfaces. Vervang de regel iface wlan0 inet manual door iface wlan0 inet dhcp en wpa-roam /etc/wpa_supplicant/wpa_supplicant.conf door wpa-conf /etc/wpa_supplicant/wpa_supplicant.conf. Sla het bestand op en sluit het af door weer de toetscombinatie Ctrl+X te gebruiken, kies J en een druk op Enter. Start daarna sudo wpa_cli op om opdrachten te geven aan het programma wpa_supplicant voor de configuratie van je wifi-netwerk.

©PXimport

13 Wifi instellen

Scan de beschikbare wifi-netwerken met scan en toon de resultaten met scan_results. Creëer een netwerk met add_network. Je krijgt als uitvoer 0, het volgnummer van het nieuwe netwerk. Stel dan het SSID in van het netwerk waarmee je wil verbinden: set_network 0 ssid "mijnssid". Geef ook je wachtwoord in met set_network 0 psk "mijnwachtwoord". Schakel het netwerk in met enable_network 0 en sla de configuratie op met save_config. Verlaat het programma met exit en herstart je Pi met reboot. Hierna heeft je Pi draadloos toegang tot internet en kun je de ethernetkabel verwijderen.

©PXimport

14 Registreren op Weather Underground

Als je sensoren werken, gaan we ons eigen weerstation als Personal Weather Station opnemen in het netwerk van Weather Underground, zodat anderen onze metingen via internet kunnen opvragen. Creëer een account door je e-mailadres in te geven en een gebruikersnaam en wachtwoord te kiezen. Klik op de link in de bevestigingsmail. Registreer daarna een nieuw Personal Weather Station. Geef je locatie in, vul in hoeveel meter je Pi zich boven de grond bevindt (in feet) en klik op Verify Location. Vul in het volgende venster nog enkele gegevens in en klik op Submit, waarna je je Station ID krijgt.

©PXimport

15 Waardes uitlezen

Nu moeten we een scriptje schrijven om de juiste waardes uit te lezen. Voor de temperatuur gebruiken we de waardes van de BMP180 omdat die accurater zijn. Open een nieuw bestand met cd en nano lees_waardes.py en geef de code in die je op http://ct.link.ctw.nl/piweer2 vindt. Gebruik bij regels die inspringen een tab en geen spaties en voer je eigen id en wachtwoord in. Sla het bestand op met Ctrl+O en sluit het met Ctrl+X. Daarna zorgen we dat deze code elke vijf minuten uitgevoerd wordt. Typ daarvoor sudo crontab -e in en voeg onderaan de regel */5 * * * * python /home/pi/lees_waardes.py toe. Sla weer op en sluit af.

©PXimport

16 Python-scriptje

In ons script importeren we eerst enkele library's die we nodig hebben, waaronder de twee van Adafruit voor onze sensoren. Daarna lezen we de temperatuur en luchtdruk van de BMP180 in. De temperatuur rekenen we om naar Fahrenheit en de luchtdruk naar inches kwik omdat Weather Underground die eenheden verwacht. Tot slot lezen we ook de luchtvochtigheid van de AM2302 in. Daarna creëren we de url om de gegevens te uploaden. Vul hier je ID en wachtwoord in. Daarna bezoeken we die url met het programma curl en kijken of het uploaden gelukt is.

©PXimport

17 Kaartje

Als je nu op de kaart van Weather Underground naar je persoonlijke weerstation zoekt, krijg je de temperatuur, luchtvochtigheid en luchtdruk te zien. Je draagt nu bij aan het netwerk van Weather Underground door de weerparameters te uploaden zodat iedereen het weer bij je in de buurt kan opzoeken. Weather Underground houdt grafiekjes, minima, maxima en gemiddeldes bij, dus die kan iedereen ook opvragen.

©PXimport

18 Afwerken

Tot slot is het tijd om je weerstation af te werken. Soldeer de pinheader aan de BMP180 als je dat nog niet gedaan had, want anders kan de sensor weleens ophouden met werken. Plaats je Pi en het breadboard met de sensoren in een weerbestendige behuizing en zet die op een plaats in de schaduw, zodat de gemeten waardes correct zijn. Laat een stroomkabel door een van de gaatjes van de behuizing gaan om de Pi van stroom te voorzien.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Jouw foto's op jouw pc of NAS: veilig, privé en slim
© Andrey Sinenkiy
Huis

Jouw foto's op jouw pc of NAS: veilig, privé en slim

Diensten als iCloud-foto’s en Google Foto’s zijn handig om je foto’s te back-uppen, beheren en delen. Alleen is de online opslagruimte beperkt. Ook je kijkt naar je privacy, zijn deze oplossingen niet altijd ideaal. Er zijn gelukkig gratis tools waarmee je bijna dezelfde ervaring hebt als bij deze online diensten. Je zet je foto’s niet in de cloud, maar gewoon op je eigen pc of NAS.

In dit artikel laten we zien hoe je je eigen foto's beheert, zonder afhankelijk te zijn van clouddiensten zoals Google Foto’s of iCloud:

  • Installeer Immich via Docker op je pc
    • Stel automatische ordening op basis van metadata in
    • Upload en beheer foto’s via de webinterface of mobiele app
    • Deel foto's of albums met vrienden of familie
    • Maak automatische back-ups van je smartphone
  • Gebruik Synology Photos als je een Synology-NAS bezit
    • Deel albums met andere NAS-gebruikers of via een openbare link
    • Gebruik slimme functies zoals de tijdlijn,en mensen- en objectherkenning
    • Synchroniseer je foto's automatisch via de Synology Photos-app

Vind je foto's in de cloud niet erg? Lees dan: Ode aan orde: je immense fotocollectie beheer je zo

Er is weinig mis met de gespecialiseerde cloudopslagdiensten van Apple, Google, Microsoft (OneDrive) en Dropbox. Je kunt hiermee prima foto’s bewaren en delen. De tools zijn voor dit gebruik zelfs uitstekend, maar de opslagruimte is vaak beperkt en het blijven cloudoplossingen. Je bestanden staan dus ergens anders opgeslagen.

Overweeg je een alternatief om foto’s te synchroniseren zonder cloudopslag, dan zijn er meerdere opties, zoals Nextcloud (met de Photos-app), PhotoPrism, digiKam en Piwigo. Wij zijn gecharmeerd van de opensource-dienst Immich en Synology Photos, die je specifiek voor de Synology-NAS kunt gebruiken. Beide tools bieden functies als automatische fotoback-ups, album- en gebruikersbeheer, gezichtsherkenning, tijdlijnweergave, tagging, locatiegebaseerd zoeken, delen, raw-bestanden en toegang via een webinterface. Kortom, er is weinig in de cloudoplossingen dat je bij deze gratis tools niet vindt. We maken eerst kennis met Immich (uitgesproken als het Engelse ‘image’) en daarna met Synology Photos. We focussen ons hierbij op de installatie, de initiële configuratie en het basisgebruik.

Immich

Docker-installatie

Immich wordt frequent geüpdatet en is beschikbaar voor meerdere platformen. Wij gaan aan de slag met de installatie onder Windows. Dit doen we via het gratis Docker Desktop. Docker Desktop beheert containers, een soort lichte, afgescheiden virtuele omgevingen met alle benodigde apps, services en instellingen. Installeer de app met enkele muisklikken en start deze op (de eerste keer kun je op Accept en tweemaal op Skip klikken). Minimaliseer vervolgens het venster, maar laat de app actief.

Goed om te weten: je kunt Immich via Docker ook op je NAS installeren, wat hier ook wel Container Manager (Synology) of Container Station (QNAP) genoemd. In dit artikel gaan we hier alleen niet verder op in.

Docker Desktop heb je met een paar muisklikken geïnstalleerd en opgestart.

Voorbereiding

Immich installeren we dus als Docker-container. Eerst voer je enkele voorbereidingen uit. Open de verkenner en ga naar de map Linux (onderaan). Open vervolgens de submap docker-desktop en dan Home. Maak hier een map met jouw naam en daarbinnen de submap Docker. Binnen deze docker-map maak je de map Immich-app aan. Het pad wordt dus: \\wsl.localhost\docker-desktop\home\<je_naam>\docker\immich-app.

Creëer nu twee submappen in een andere map op een schijf met genoeg opslagruimte: Library en Postgres (bijvoorbeeld C:\Users\<je_accountnaam>\Docker\Immich\library).

Navigeer nu in de verkenner naar de map Immich-app. Houd de Shift-toets ingedrukt, klik met rechts op een lege plek en kies PowerShell-venster hier openen. Houd de verkenner geopend en ga via deze pagina naar de downloadsite. Klik bij Get docker-compose.yml file op het documenten-pictogram (Copy), plak dit in PowerShell met Ctrl+V en druk op Enter om het yml-bestand te downloaden. Herhaal dit voor het commando bij Get .env file, zodat zowel het yml-bestand als het env-bestand in de map Immich-app staan.

Open het env-bestand in een teksteditor, bijvoorbeeld Notepad++ of Kladblok, en pas de volgende variabelen aan:

UPLOAD_LOCATION=C:\Users\<je_accountnaam>\Docker\Immich\library
DB_DATA_LOCATION=C:\Users\<je_accountnaam>\Docker\Immich\postgres
TZ=Europe/Amsterdam
DB_PASSWORD=<eigen wachtwoord>

Zorg ervoor dat de paden kloppen met jouw situatie en sla het aangepaste bestand op.

Voordat je de container installeert, moet je eerst enkele variabelen aanpassen in het env-bestand.

Installatie

Alles is nu klaar om de Docker-container met Immich te draaien. Ga terug naar de map Immich-app en voer het commando docker-compose up -d uit. Dit zorgt ervoor dat alle benodigde onderdelen worden gedownload en uitgevoerd. Na enkele minuten zie je in het Docker Desktop-venster, bij Containers, dat de vier Immich-onderdelen actief zijn. Test dit direct door Localhost:2283 op de adresbalk van je browser in te vullen. Dit is de standaardpoort waarop Immich draait; dit zie je bij Immich_server in het Docker-containeroverzicht. Als het nodig is, kun je het poortnummer aanpassen in het yml-bestand. Klik in de webinterface op Aan de slag om daadwerkelijk met Immich te starten.

Je kunt de containers op elk moment stoppen en starten vanuit Docker Desktop. Dit doe je in de rubriek Containers: selecteer Immich en druk op Stop of Start.

De vier containers zijn gestart en Immich is nu bereikbaar vanuit de webinterface.

Configuratie

Je begint met het aanmaken van een beheerdersaccount. Vul de gevraagde gegevens in en bevestig met Registreren. Log daarna in met het opgegeven e-mailadres en wachtwoord.

Klik in het welkomstvenster op Thema, kies Licht of Donker, en ga naar Privacy. Hier kun je de kaartfunctie inschakelen (om foto’s via coördinaten op een kaart te tonen) en de versiecontrole activeren (voor het ontvangen van updates).

Ga vervolgens naar Opslagtemplate en bepaal of je fotobestanden automatisch wilt ordenen op basis van metadata. Als dit ingeschakeld is, kun je bij Voorinstelling een structuur kiezen met een sjabloon. Kies bijvoorbeeld voor {{y}}-{{MMMM}}-{{dd}}/{{filename}}. Bevestig met Klaar.

Je kunt via een sjabloon je foto’s bewaren op basis van bepaalde metadata.

Basisgebruik

Links in de webinterface zie je een venster met onderdelen als Foto’s, Verkennen, Kaart, Delen, Favorieten, Albums en Gereedschap. Open Foto’s, klik op de plusknop en selecteer de gewenste fotobestanden. De geüploade foto’s verschijnen als miniaturen in een tijdlijn. Bovenaan zie je een zoekbalk met rechts een filterknop om media te selecteren op onder meer naam, plaats, camera, datum en type. Gebruik Uploaden (rechtsboven) om extra foto’s toe te voegen.

Selecteer een of meer foto’s. Rechtsboven verschijnen meerdere knoppen, zoals Toevoegen aan favorieten (voor de rubriek Favorieten) en een menu om de selectie te downloaden, archiveren, verwijderen, de datum of locatie te wijzigen, of miniaturen en metadata te vernieuwen.

Via Toevoegen aan kun je foto’s aan een album toevoegen. Klik op +Nieuw album om een album te maken dat je terugvindt in de rubriek Albums. Gebruik Verkennen in het linkervenster om foto’s gegroepeerd te zien op tijd, locatie of – via AI – op herkenbare objecten, gezichten of thema’s, zoals berglandschappen.

De webinterface van Immich heeft wel wat weg van Google Foto’s.

Back-ups en delen

Je vindt in de webinterface ook de optie Delen. Klik hierop, voeg een beschrijving toe en eventueel een wachtwoord. Geef aan of de ontvanger foto’s mag downloaden en/of uploaden. Stel hiervoor een verloopdatum in, bijvoorbeeld over 1 dag. Klik op Link maken om een link te genereren. Deze link is mogelijk http://localhost<…>, maar je kunt dit aanpassen naar het interne ip-adres van je Immich-server, of een extern adres dat vanaf internet bereikbaar is (zie tekstkader ‘Vanaf het internet’).

Wil je media delen met specifieke personen? Klik hiervoor rechtsboven op je accountpictogram en kies Beheer. Ga naar Gebruikers, klik op Gebruiker aanmaken, vul de gegevens in en bevestig. Bij het openen van een fotoselectie of album kun je dan via de deelknop direct de gewenste gebruiker(s) selecteren, zodat de media in hun webomgeving beschikbaar zijn.

Voor Android en iOS kun je de mobiele Immich-app installeren. Vul het ip-adres van je Immich-server in en meld je aan. Tik op de upload-knop, geef Immich de nodige machtigingen en kies Selecteer om aan te geven welke fotoalbums de app moet back-uppen naar je server. Zet Albums synchroniseren aan om dit te automatiseren en bevestig met Back-up uitvoeren.

Immich is ook beschikbaar als mobiele app, wat handig is voor (automatische) mediaback-ups.

Synology Photos

Voorbereiding

We gaan uit van een Synology-NAS (Network Attached Storage) die via een webinterface toegankelijk is. Verbind via je browser met de webinterface van DSM, het Synology-besturingssysteem.

Open nu eerst het Configuratiescherm, kies Gebruiker en groep, ga naar Geavanceerd en zorg dat Gebruiker basismap inschakelen is ingeschakeld (op het gewenste volume). Bevestig met Toepassen. Open daarna de app File Station, waar je ziet dat de mappen Home en Homes (met persoonlijke submappen voor elke NAS-gebruiker) zijn aangemaakt.

Ga vervolgens naar Package Center in het hoofdmenu. Als de app Synology Photos nog niet is geïnstalleerd, zoek dan naar de naam van deze app. Klik vervolgens op Installeren en daarna op Openen. Klik rechtsboven op je profielicoon, kies Instellingen en open het tabblad Gedeelde ruimte. Schakel eventueel Gedeelde ruimte in en bevestig met Opslaan. Gedeelde media worden nu standaard opgeslagen in de map \photo.

Het is even wennen, maar je persoonlijke media en je gedeelde media belanden voortaan in de daarvoor bestemde mappen.

Gedeelde media

Als je nu foto’s met bijvoorbeeld familieleden wilt delen die toegang hebben tot je NAS, volg dan deze stappen. Ga naar Configuratiescherm / Gebruiker en groep, open het tabblad Groep en klik op Maken. Geef een groepsnaam op (bijvoorbeeld Familie) en druk op Volgende. Selecteer de gewenste leden, druk drie keer op Volgende en vink Synology Photos in de kolom Toestaan aan. Bevestig met Volgende (tweemaal) en met Voltooid.

Open vervolgens de app Synology Photos. Bij Instellingen / Gedeelde ruimte klik je op Toegangsmachtigingen instellen. Selecteer de groep (Familie) en kies Volledige toegang in de uitklapmenu’s. Bevestig met de plusknop en klik op Opslaan. Zet daarna op het tabblad Gedeelde ruimte een vinkje bij zowel Gezichtsherkenning inschakelen in Gedeelde ruimte als Onderwerpherkenning inschakelen in Gedeelde ruimte. Bevestig met Opslaan.

Test de instellingen door een gebruiker uit de groep aan te melden op je NAS, bijvoorbeeld via een incognito-tabblad in je browser. Zodra deze gebruiker Synology Photos opent, kan ook hij media uploaden in zowel de persoonlijke ruimte als de gedeelde ruimte. Links bovenaan in het applicatievenster kun je tussen deze ruimtes schakelen. De inhoud van deze ruimtes kun je overigens ook op bestandsniveau beheren via de overeenkomstige mappen in File Station (althans als administrator).

Als lid van de groep Familie krijgt deze gebruiker meteen ook toegang tot de gedeelde ruimte.

Basisgebruik

We laten nu zien hoe je met fotoalbums werkt. Gebruik eerst de knop Filter tonen (rechtsboven) om filters te activeren en snel de gewenste foto’s te vinden. Selecteer vervolgens een reeks foto’s; er verschijnt een rode balk. Klik hier op de plus-knop Toevoegen aan album, kies +Nieuw album, vul een naam in en druk op OK. Ga naar Albums (tweede knop) in het applicatievenster. Hier kun je foto’s opvragen volgens Recent toegevoegd, Labels en Locaties en, indien eerder ingeschakeld, volgens Mensen (gezichtsherkenning) en Onderwerpen (objectherkenning). Je albums vind je hier ook. Met de plus-knop rechtsboven kun je hier nieuwe albums maken.

Ga met de muisaanwijzer boven een album staan; er verschijnt een knop met drie puntjes. Klik op Delen. Schakel Koppeling delen in en stel bij Privacy-instellingen in of het album Privé of Openbaar is (eventueel met downloadmachtiging). Bij Privé selecteer je bij Lijst van genodigden de gewenste gebruiker(s) of groep(en) en geef je de machtigingen aan: Weergave, Downloaden of Provider (beheerder). Je kunt ook een wachtwoord en vervaldatum instellen. Kopieer de link en bevestig met Opslaan.

Klik op Delen (derde knop) in het applicatievenster en kies Fotoverzoek. Klik op Fotoverzoek maken, vul een onderwerpsregel in, selecteer een bestemmingsmap en bevestig met Verzoek maken. Je hoeft nu alleen maar de link te sturen naar de mensen van wie je graag foto’s wilt ontvangen voor je collectie.

Goed om te weten: er is ook een mobiele app voor Android en iOS van Synology Photos met de functie Photo Backup. Daarmee synchroniseer je opgeslagen foto’s en video’s.

Je kiest zelf met wie je albums deelt en met welke machtigingen je dat doet.

Vanaf het internet

Je fotocollectie, beheerd met een tool als Immich of via je Synology-NAS, is standaard niet toegankelijk voor ongeautoriseerde personen buiten je netwerk. Wil je dat dit wel kan? Dan kun je bij een Synology-NAS de ingebouwde functie QuickConnect inschakelen via het Configuratiescherm in DSM, bij Externe toegang. In de praktijk moet je alleen vaak aan de slag met technieken als poortdoorverwijzing op je router. Of je moet een VPN-server installeren zoals WireGuard, eventueel gecombineerd met een eigen hostnaam via dynamisch DNS om het probleem van een wisselend extern ip-adres te omzeilen.

We hebben helaas niet de ruimte om hier dieper op in te gaan. Binnen je eigen netwerk kun je in elk geval probleemloos je fotoalbums beheren en delen.

Ook onderweg kun je je via de mobiele app en je QuickConnect-ID aanmelden bij Synology Photos op je NAS.

▼ Volgende artikel
Review Denon AH-C500W – Oordopjes schieten helaas tekort
© Wesley Akkerman
Huis

Review Denon AH-C500W – Oordopjes schieten helaas tekort

De Denon AH-C500W-oortjes beloven vanwege de open pasvorm comfort en omgevingsbewustzijn. In de praktijk pakt dit concept echter minder goed uit. Het ontbreken van rubber oortips resulteert in een pasvorm die niet echt aansluit op de gehoorgang.

Oké
Conclusie

De Denon AH-C500W probeert met een open ontwerp een omgevingsbewuste luisterervaring te bieden, maar schiet op meerdere vlakken tekort. De pasvorm is onstabiel, de aanraakbediening irritant en het geluid – met name de bas – valt tegen. Daardoor voelt dit model vooral aan als een ongelukkig compromis.

Plus- en minpunten
  • Heel licht ontwerp
  • Heldere sound
  • Equalizer binnen de app
  • Blijven niet goed zitten
  • Audio mist duidelijke baslaag
  • Karige app

Het ontwerp van de Denon AH-C500W is volgens de fabrikant gericht op comfort; daarvoor heeft de fabrikant een zogenaamde 'open pasvorm' in het leven geroepen die niet diep in je gehoorgang zit. Hierdoor voelen de oordopjes licht aan en kun je ze lang zonder enige irritatie dragen. Bovendien blijf je goed in verbinding met je omgeving, omdat er geen ruisonderdrukking is en de dopjes zelf niets tegenhouden. Dat zijn allemaal mooie manieren van omdenken. De AH-C500W-dopjes hebben dan ook geen rubber tips die in je oren gaan en de boel afsluiten, maar vallen bij bewegingen daardoor ook makkelijk uit je oren.

De oordopjes beschikken over moderne technologie zoals bluetooth 5.3 met multipoint-connectiviteit, waardoor je met twee apparaten tegelijk kunt verbinden. De totale batterijduur bedraagt 24 uur, inclusief de oplaadcase. Dankzij de IPX4-classificatie zijn ze bestand tegen zweet en spatwater, maar gezien de vorm zijn ze niet echt geschikt voor sporters. De bediening verloopt via gevoelige aanraakoppervlakken op de oordopjes of via de gratis app. Verder hebben ze microfoons met beamforming voor heldere telefoongesprekken.

©Wesley Akkerman

Gladde oortjes

Aan de functionaliteit ligt het dus zeker niet. Denon zet daarmee in op een breed publiek. We vinden het alleen jammer dat de oortjes geen rubber tips hebben, want die helpen vaak bij het blijven zitten in de gehoorgang. We realiseren ons dat dit een persoonlijke voorkeur is; er zijn immers nog steeds mensen die liever gladde oordopjes hebben dan rubber of siliconen oortips die je dieper in je oor moet duwen. Maar als je lang haar hebt, je veel met je hoofd beweegt of de oordopjes met de hand (en niet via de app) bedient, is de kans groot dat je ze verplaatst of dat ze uit je oren vallen.

We vinden de bediening op de oortjes sowieso behoorlijk gevoelig, maar gelukkig kun je die uitschakelen via de gratis Denon Headphones-app. Dat hebben wij dan ook gedaan. We hebben ze regelmatig beter in onze oren moeten draaien, omdat ze niet bleven zitten, en hebben daardoor regelmatig onbedoeld functies geactiveerd. Bovendien beschikt de app over een vijfpunts equalizer. Heel handig, want daarmee verbeter je het geluid daadwerkelijk. Helaas kun je je eigen instellingen niet opslaan; als je terug wilt naar oude settings, dan moet je die handmatig invoeren.

©Wesley Akkerman

Het open karakter

Omdat de Denon AH-C500W een open karakter heeft, zijn ze lastig te vergelijken met oordopjes die wel beschikken over enige afsluiting. Maar dat is dan ook precies de bedoeling. Het is maar net wat je van een setje oortjes verlangt. En eerlijk is eerlijk: ze zijn zo licht dat je ze bijna niet voelt zitten. Door dit karakter klinkt de muziek heel helder, terwijl je ondertussen alles nog meekrijgt vanuit je omgeving. In het openbaar vervoer is dat een nachtmerrie, maar we denken niet dat Denon verwacht dat je ze overal gebruikt.

Verder is ons duidelijk dat de Denon AH-C500W flink wat kracht mist. Zonder equalizerinstellingen vallen de lagere tonen helemaal weg, waardoor je voornamelijk naar de vocalen en hogere segmenten luistert. Met de traditionele glimlachinstellingen van de equalizer (zie de screenshots verderop) trek je het middensegment verder weg van de audioweergave, maar geef je wel een flinke boost aan het onderste deel. Daardoor klinkt de muziek al wat aangenamer. Maar oordopjes met een betere afsluiting zullen in dit geval altijd beter klinken dan de AH-C500W.

©Wesley Akkerman

Open of gesloten?

Je zou de Denon AH-C500W daardoor beter kunnen vergelijken met oordopjes die je meer boven je gehoorgang plaatst – denk aan de Openfit 2+ van Shokz. Daar klinkt de soundstage daadwerkelijk warm, vol en gedetailleerd, en daar kunnen we de Denon-oortjes niet altijd op betrappen. Helemaal eerlijk is de vergelijking trouwens niet, omdat het producten uit twee technisch verschillende groepen zijn. Maar in onze beleving legt dit setje het af tegen oortjes met afsluiting en écht open oordoppen. Het is het net niet, zogezegd.

Daar speelt het ontwerp ook een grote rol in. De Denon AH-C500W's blijven minder goed zitten dan open modellen die je met een haakje om je oren bevestigt. Je bent ze bovendien voortdurend aan het bijdraaien om maar een goede pasvorm te vinden. Wellicht ligt dat deels aan de oren van ondergetekende, maar dat is nu eenmaal wel de ervaring. Ze doen bovendien sterk denken aan de AIrPods. En daardoor hebben we ook het idee dat Denon meer het Apple-publiek wil aanspreken. Een onbegonnen zaak, aangezien die mensen meestal al voorzien zijn.

©Wesley Akkerman

Denon AH-C500W kopen?

De Denon AH-C500W wil zichzelf met zijn open ontwerp neerzetten als een alternatieve keuze voor wie omgevingsbewust wil blijven. In de praktijk pakt dit concept echter minder goed uit. Het ontbreken van rubber oortips resulteert in een onrustige pasvorm, waardoor de oordopjes bij de minste beweging al dreigen uit te vallen. Deze constante noodzaak tot bijstellen leidt tot frustratie, mede door de overgevoelige aanraakbediening. Gelukkig kun je die via de app uitschakelen, maar dat verandert verder niets aan het idee dat ze niet echt lekker zitten.

Ook op audiogebied overtuigen de oortjes niet helemaal. Het open karakter levert een helder geluid op, maar de basweergave is ondermaats en vereist flinke aanpassingen via de equalizer, waarvan je de instellingen frustrerend genoeg niet kunt opslaan. De AH-C500W's vallen hierdoor in een lastig niemandsland: ze missen de geluidsisolatie en krachtige bas van afgesloten oordopjes en de stabiele pasvorm van échte open-ear modellen met oorhaken. Uiteindelijk voelen de oordopjes aan als een compromis dat op de belangrijkste vlakken helaas tekortschiet.