ID.nl logo
Maak je eigen Google Home met een Raspberry Pi
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Maak je eigen Google Home met een Raspberry Pi

De Google Home is een draadloze slimme luidspreker die als je slimme assistent functioneert. Het apparaatje maakt gebruik van spraakherkenning om je opdrachten aan te nemen. Voorlopig is Google Home nog niet in Nederland verkrijgbaar, maar dan bouw je er toch zelf een? In dit artikel creëren we je eigen Google Home met een Raspberry Pi 3.

01 Benodigdheden

Het hart van je eigen slimme luidspreker is de Raspberry Pi 3. Daarop sluit je een luidspreker en een microfoon aan. De luidspreker prikken we in de analoge uitgang van de Pi. De geluidskwaliteit daarvan is niet geweldig, maar voor spraaksynthese is het voldoende. Een analoge ingang heeft de Pi niet, dus we sluiten een usb-microfoon aan. Nu hoef je alleen nog een voedingsadapter aan te sluiten, en je hebt een micro-sd-kaartje nodig om het besturingssysteem op te zetten. We maken gebruik van wifi, dus een ethernetkabel is niet nodig.

02 Raspbian installeren

Download Raspbian Jessie van de website van de Raspberry Pi. Pak het zip-bestand uit. Het img-bestand dat erin zit, moeten we nu naar een micro-sd-kaartje schrijven. Formatteer eerst het kaartje met het programma SD Card Formatter. Start daarna het programma Win32 Disk Imager. Kies de schijfletter van je micro-sd-kaart, selecteer het img-bestand van Raspbian en klik op Write om het besturingssysteem naar je kaart te schrijven. Let bij beide programma’s op dat je de juiste schijfletter kiest, want de inhoud van het kaartje wordt volledig overschreven!

©PXimport

03 Netwerk instellen

Steek het micro-sd-kaartje in je pc, waarna Windows de boot-partitie in de Verkenner opent. Klik op het menu Beeld en vink bij Huidige weergave de optie Bestandsnaamextensies aan. Rechtsklik daarna op een lege plaats in de partitie en klik op Nieuw / Tekstbestand en geef het bestand de naam ssh. Verwijder de extensie .txt. Maak op dezelfde manier een bestand wpa_supplicant.conf aan in de boot-partitie. Verzeker je ervan dat je bestand de extensie .conf heeft, en niet .txt. Open het bestand in Kladblok en voeg de configuratie voor je wifi-netwerk toe met regels network={, ssid="JouwESSID", psk="JouwWifiWachtwoord" en }. Sla het bestand op en haal de micro-sd-kaart uit de pc.

04 Basisconfiguratie

Zoek het ip-adres van je Pi op in de dhcp-leases van je router en log daarop in met het programma PuTTY. Voer als gebruikersnaam pi in en als wachtwoord raspberry. Update allereerst de pakketlijsten met de opdracht sudo apt update en upgrade daarna alle geïnstalleerde programma’s met sudo apt upgrade. Voer daarna het configuratieprogramma uit met sudo raspi-config. Wijzig je wachtwoord, zodat je Pi niet ongewild onderdeel gaat uitmaken van een botnet. En zet je tijdzone correct (in Localisation Options). Sluit het configuratieprogramma daarna af (Finish).

©PXimport

05 Google Cloud Platform

We willen onze Pi met de Google Assistant API laten werken. Open daarvoor eerst de Resource Manager van het Google Cloud Platform (log in met je Google-account) en klik op Project maken. Geef het project een naam (bijvoorbeeld Google Home Pi), bevestig dat je de servicevoorwaarden hebt gelezen en klik op Maken. Wanneer het project is aangemaakt, krijg je rechtsboven een melding. Klik op het icoontje en dan op de projectnaam, waarna je het dashboard van je project te zien krijgt.

Je eigen Amazon Echo

Ook de ontwikkelaars van Alexa, de voice-service in de Amazon Echo, hebben code online gezet waarmee je je eigen Echo bouwt. De code komt met stap-voor-stap-instructies om Alexa op je Raspberry Pi te installeren. Je installeert eerst Raspbian en daarna de samples voor de Alexa Voice Service, die gebruikmaken van Node.js, de Java Development Kit 8 en Maven. Ook voor dit project heb je een luidspreker en microfoon nodig.

06 Google Assistant API inschakelen

Klik nu links in het projectdashboard op API-beheer en daarna bovenaan op API inschakelen. Typ in het zoekveld assistant in en klik daarna op Google Assistant API, dat in de zoekresultaten verschijnt. Klik bovenaan op Inschakelen. Je hebt nog inloggegevens nodig om deze API te gebruiken. Klik daarom links op Inloggegevens en dan op het tabblad OAuth-toestemmingsscherm. Vul daar bij productnaam een naam in zoals Google Home Pi, laat de rest van de velden open en klik op Opslaan.

©PXimport

07 OAuth Client ID aanmaken

Klik nu in het tabblad Inloggegevens van het API-beheer op Inloggegevens maken en kies Client-ID OAuth. Kies als applicatietype Overige, geef het een naam en klik op Maken. Je krijgt nu een client-ID en clientgeheim te zien. Klik op OK en daarna op het downloadicoontje rechts van je client-ID. Download het programma pscp van dezelfde website als PuTTY (zie stap 4) en open daarna een opdrachtprompt. Voer de opdracht pscp padnaarjsonbestand pi@IPADRES: in met het juiste pad en ip-adres van je Pi om het bestand naar je Pi te kopiëren. Vergeet de : na het ip-adres niet. Voer het wachtwoord van je Pi in.

08 Audio testen

Nu de clouddiensten van Google die we in ons project gebruiken zijn geconfigureerd, is het tijd om aan de Pi te gaan knutselen. Ga terug naar het PuTTY-venster met de opdrachtprompt van je Pi of log opnieuw op je Pi in. Voer de opdracht speaker-test -t wav uit om een testgeluid af te spelen en druk op Ctrl+C om het afspelen te stoppen. Als je niets hoort, controleer dan of je luidspreker goed is aangesloten. Voer daarna de opdracht arecord --format=S16_LE --duration=5 --rate=16k --file-type=raw out.raw uit en spreek iets in de microfoon in. Controleer of het is opgenomen met aplay --format=S16_LE --rate=16k out.raw.

©PXimport

09 Audio configureren

Als er in de vorige stap iets is misgelopen, dan herkent Raspbian waarschijnlijk standaard (een van) je audioapparaten niet. Bekijk met arecord -l het kaart- en apparaatnummer van je microfoon. Doe hetzelfde voor je luidspreker met aplay -l. Maak daarna een nieuw configuratiebestand voor je audio aan met nano ~/.asoundrc met als inhoud de tekst in de afbeelding bij deze stap en vul de juiste kaart- en apparaatnummers in. Als je luidspreker bijvoorbeeld kaartnummer 1 en apparaatnummer 0 heeft, vul je in de sectie pcm.mic de regel pcm "hw:1,0" in. Sla het bestand op met Ctrl+O en sluit nano af met Ctrl+X. Test je audio daarna opnieuw.

10 Python-omgeving installeren

De code van Google is in de programmeertaal Python geschreven. Daarom installeren we Python 3 en een virtuele Python-omgeving om de code te isoleren van de rest van Raspbian met sudo apt install python3-dev python3-venv. Maak een virtuele omgeving aan met python3 -m venv env en voer env/bin/python -m pip install --upgrade pip setuptools uit en tot slot source env/bin/activate om de virtuele omgeving te activeren.

11 Google Assistant SDK installeren

Installeer de Google Assistant SDK en autorisatietool in de Python-omgeving met python -m pip install --upgrade google-assistant-library google-auth-oauthlib[tool]. Open nu de pagina Activiteitsopties en controleer of Web- en app-activiteit, Apparaatgegevens en Spraak- en audioactiviteit zijn ingeschakeld. Sta daarna de Google Assistant SDK toe om voor je Google-account Assistant-aanvragen te doen. Dat gebeurt met de opdracht google-oauthlib-tool --client-secrets padnaarjsonbestand --scope https://www.googleapis.com/auth/assistant-sdk-prototype --save --headless, waarbij je de naam van het json-bestand invult dat je eerder naar je Pi hebt gekopieerd. Bezoek de url die je te zien krijgt, sta daar de toegang toe en voer de autorisatiecode die je te zien krijgt in de opdrachtregel in.

©PXimport

12 Demo uittesten

Start de demo van de Google Assistant SDK met google-assistant-demo en stel een vraag. Dat doe je in het Engels, door “Ok Google” of “Hey Google” te zeggen en daarna je vraag te stellen. Stel bijvoorbeeld de vraag “What time is it?”, “How’s the weather?” of “Show me a Thai restaurant”. Google kent je locatie en geeft dan ook heel accuraat antwoord op die vragen. Ondertussen krijg je in het terminalvenster van je Pi een transcriptie te zien van wat het programma van je stem verstaat. Je sluit de demo af met Ctrl+C.

13 IFTTT integreren

Standaard kan Google Assistant op je Pi al heel wat, maar het is ook mogelijk om zelf opdrachten toe te voegen. Bekijk daarvoor de pagina Next Steps in de documentatie van de API. Een eenvoudige manier om je Google-assistent uit te breiden is met IFTTT. Zorg dat je op IFTTT inlogt met hetzelfde Google-account als je voor Google Assistant API gebruikt. Bezoek dan het Google Assistant-kanaal op IFTTT en klik op Connect. Sta IFTTT toegang tot Google Assistant toe.

14 IFTTT-applets inschakelen

Bekijk eens de applets (vroeger ‘recepten’ genoemd) in het Google Assistant-kanaal van IFTTT en probeer er een paar uit. Zo is er een applet om het volgende uur in je Google Agenda te blokkeren, om je Nest-thermostaat in te stellen, om de kleur van je Philips Hue-verlichting te veranderen, om taken aan een lijst toe te voegen die je assistent op het einde van de dag naar je e-mailt en nog vele andere. Op deze manier verbind je je eigen Google-assistent met alle mogelijke internetdiensten en slimme apparatuur.

©PXimport

15 Google Assistant automatisch starten

Open het opstartbestand van Raspbian voor loginsessies met sudo nano /etc/profile. Ga naar het einde van het bestand. Voeg daar de regel /home/pi/google-assistant.sh toe. Sla het bestand op met Ctrl+O en sluit nano af met Ctrl+X. Creëer daarna een nieuw bestand met nano /home/pi/google-assistant.sh met daarin de regels #!/bin/bash, source /home/pi/env/bin/activate en sudo -u pi /home/pi/env/bin/google-assistant-demo &. Sla weer op met Ctrl+O en sluit af met Ctrl+X. Maak het uitvoerbaar met chmod +x /home/pi/google-assistant.sh/. Herstart je Pi met sudo reboot en controleer na een tijdje of de Google Assistant draait door een vraag te stellen.

16 Actions on Google

Wil je nog ingewikkeldere zaken doen met je Google-assistent, bekijk dan Actions on Google. Met deze API breid je Google Assistant uit met je eigen apps. Met deze apps bied je een ‘conversationele interface’, waarbij je kunt laten reageren op je vragen met antwoorden of willekeurige acties. Een soort ‘IFTTT on steroids’ dus, voor pro’s.

Een spraakassistent zonder pottenkijkers

Google en Amazon proberen van hun spraakgestuurde apparaten Home en Echo een centraal punt te maken waarmee je alle apparaten in je huis aanstuurt en al je online zaken regelt. Maar deze bedrijven hebben het niet zo op privacy … Voel je je er goed bij dat zij hun oren altijd open hebben midden in je huis? Niet? Gelukkig is er een opensource alternatief, waarmee je een onafhankelijke spraakassistent opzet: Jasper. Hier vind je hoe je met Jasper een spraakassistent maakt die je privacy respecteert.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten
© RHJ - stock.adobe.com
Huis

Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten

Het is herfst, en dat betekent spinnen. Niet alleen buiten, maar ook binnen. Daar kun je flink van schrikken. Toch is er geen reden tot paniek. Spinnen zijn juist nuttig: ze vangen muggen, vliegen en andere hinderlijke insecten. Nederlandse spinnen zijn bovendien niet gevaarlijk voor mensen. Wil je ze toch liever niet in huis? Dit kun je doen!

🕷️ Dit artikel in het kort

Spinnen zijn nuttige insecteneters en doen in Nederland mensen geen kwaad. Toch zien we ze vooral in de herfst liever buiten dan binnen. In dit artikel lees je hoe je spinnen vangt, wat je kunt doen om ze te buiten te houden en hoe je de meest voorkomende soorten herkent. Daarnaast kijken we per ruimte in huis naar plekken waar spinnen zich graag verstoppen en wat je daartegen kunt doen. Lees ook: Slim ventileren in de herfst: zo voorkom je vocht en schimmel

Dat je in het najaar meer spinnen ziet, is trouwens logisch. De mannetjesspinnen zijn dan op zoek naar een vrouwtje. Of het nu mannetjes of vrouwtjes zijn, voor allemaal geldt: ze zijn snel, maar niet gevaarlijk. Je kunt ze makkelijk vangen, zolang je maar rustig blijft.

Geen paniek! Vangen en vrijlaten doe je zo

De eenvoudigste methode daarvoor is nog steeds het bekende glas met een stukje stevig papier, bijvoorbeeld een bierviltje. Zet een stevig glas over de spin en schuif er een kartonnetje of papiertje onder. Til het geheel voorzichtig op, houd het goed gesloten en zet de spin buiten op enkele meters van je huis neer. Hoe verder, hoe kleiner de kans dat hij terug naar binnen kruipt.

Er bestaan ook speciale spinnenvangers: lange stelen met zachte borsteltjes of buisjes met een opvangreservoir. Handig als je liever wat afstand bewaart. Oefen eerst even, zodat je zeker weet hoe het werkt. Een spin doorspoelen of bespuiten met insectenspray kun je beter niet doen: er zijn betere, diervriendelijkere manieren om van ze af te komen.

©LeoniekvanderVlietPhotography

Waar komen spinnen binnen?

Spinnen kiezen niet bewust voor jouw woonkamer, maar volgen vaak insecten die aangetrokken worden door licht of warmte. Via kieren langs kozijnen, onder deuren of door ventilatieopeningen vinden ze hun weg naar binnen. Ook via spullen uit de schuur of garage kunnen ze mee naar binnen komen. Door deze routes af te sluiten of te controleren, verklein je de kans dat ze binnen belanden.

Voorkomen is ….

Hieronder lees je wat je in het algemeen kunt doen om insecten en spinnen buiten te houden. Ook kijken we specifiek naar bepaalde ruimtes in je huis.

Algemeen

Inspecteer je hele woning systematisch door langs plintnaden, kozijnen en doorvoeren te lopen. Dicht kieren af en vervang versleten tochtstrips. Plaats fijnmazig rvs-gaas voor ventilatieopeningen en maak ventilatieroosters jaarlijks schoon. Horren monteren voor ramen en deuren scheelt ook al een hoop.

Woonkamer

In de woonkamer trekken lampen vaak insecten aan, en daarmee ook spinnen. Plaats lampen niet direct bij de buitendeur en gebruik eventueel warmere lichtkleuren die minder insecten lokken – wit licht bevat namelijk veel UV- en blauwe componenten, echte insect-magneten. Ruim regelmatig achter kasten en banken op: rommelige hoeken bieden ideale plekken voor webben.

Slaapkamer

Zet bij warm weer het raam open met een hor ervoor. Zo ventileer je goed zonder dat spinnen en insecten naar binnen glippen. Trek ook gordijnen geregeld open en dicht; spinnen houden van rustige, donkere hoekjes.

Badkamer

Door de hoge luchtvochtigheid is de badkamer aantrekkelijk voor insecten en dus voor spinnen. Laat de ruimte goed drogen na het douchen (zet daar bijvoorbeeld de mechanische ventilatie voor aan of zet een raam een stukje open) en haal spinrag direct weg.

Kelder en berging

Dit zijn favoriete plekken voor grote huisspinnen. Ze houden van koelere, vochtige plekken waar ze met rust gelaten worden. Controleer leidingen en kieren, dicht openingen en zorg dat er niet te veel losse spullen op de grond staan.

Ventileren en opruimen helpt

Een goed geventileerd huis is minder aantrekkelijk voor insecten en dus ook voor spinnen. Laat roosters open, zet dagelijks kort ramen tegenover elkaar open voor frisse lucht en maak ventilatieopeningen schoon. Zo zorg je ervoor dat het in huis minder vochtig wordt – en daarmee geef je vliegjes, muggen en andere insecten minder kans.

Oude spinnenwebben kun je eenvoudig weghalen met een plumeau of stofzuiger. Leeg de stofzuigerzak daarna buiten, want een spin kan anders alsnog ontsnappen. Ook lege eizakjes haal je zo weg. Daarmee voorkom je dat er nieuwe generaties in je huis uitkomen.

Van huisspin tot kruisspin: zo herken je ze

Gevaarlijke spinnen? Die komen in Nederland eigenlijk niet voor. Maar dat maakt de angst er niet minder om. Herkennen wat voor spin je ziet, kan dan echt helpen. In september en oktober zie je binnenshuis vooral mannetjes van huisspinnen rondstruinen, terwijl vrouwtjes in hun web blijven. Met een app zoals ObsIdentify (voor Android en iOS) kun je eenvoudig een foto maken en direct zien om welke soort het gaat. Ook de webvorm geeft aanwijzingen: een strak wielweb, een trechter of een slordig matje is vaak soortspecifiek. Door je in de soorten te verdiepen, leer je dat de grote, donkere spinnen in huis simpelweg rondzwervende mannetjes zijn die een partner zoeken. Niets om bang voor te zijn dus!

Top 5 huisspinnen in Nederland

De kruisspin, Araneus diadematus, is jaar in jaar uit de publieksfavoriet én meest geteld; je herkent hem aan het lichte kruis op het achterlijf en het grote wielweb langs schuttingen en raamkozijnen. De grote trilspin, Pholcus phalangioides, hangt met lange poten onder het plafond en trilt heftig bij onraad; je vindt hem vaak in rustige hoekjes binnen. De gewone en grote huisspinnen, Eratigena-soorten, bouwen trechterwebben achter kasten en in kelders. De venstersectorspin, Zygiella x-notata, spant bij ramen een wielweb met een 'hapje' eruit; vaak zie je die in gevelhoeken. De herfsthangmatspin, Metellina segmentata, maakt kleine hangmatwebjes in struiken en rond tuinen en wordt regelmatig bij huizen gezien. De exacte volgorde varieert per jaar en telling, maar deze soorten staan steevast hoog in Nederlandse spinnentellingen.

©Anton Derkach | Iuliia - stock.adobe.com

Veelgestelde vragen over spinnen in huis

Zijn spinnen in Nederland giftig?

De spinnen die je binnenshuis tegenkomt, zoals huisspinnen of trilspinnen, zijn niet gevaarlijk. Ze kunnen hooguit bijten als ze in het nauw komen, maar dat gebeurt zelden en is vergelijkbaar met een muggenprik: een klein rood plekje dat snel verdwijnt. Ook buitenshuis leven er in Nederland geen gevaarlijk giftige spinnen voor mensen.

Kruipen spinnen in je slaap in je mond of oren?

Dit is een hardnekkige mythe. Spinnen zijn schuwe dieren die juist contact met mensen vermijden. Het idee dat ze in je slaap in je mond of oor kruipen is een broodjeaapverhaal. Ze lopen hooguit langs je bed op zoek naar een rustig hoekje, maar hebben geen enkele reden om een mens als schuilplek te gebruiken.

Waarom zie je vooral in de herfst zoveel spinnen?

In nazomer en herfst gaan mannetjes-huisspinnen op zoek naar een vrouwtje. Omdat ze rondzwerven, zie je ze vaker in kamers en gangen lopen. Vrouwtjes blijven meestal in hun web en vallen daardoor minder op. De seizoenspiek heeft dus alles te maken met hun voortplantingscyclus.

Kunnen spinnen eitjes in huis leggen?

Ja, spinnen kunnen in huis eizakjes maken. Meestal gebeurt dat in rustige hoekjes of achter meubels. De jongen verspreiden zich na het uitkomen en veel halen de volwassen leeftijd niet. Door webben en eizakjes regelmatig weg te halen met de stofzuiger, houd je de aantallen eenvoudig onder controle.

Helpt het om spinnen weg te houden met pepermuntolie of azijn?

Er circuleren veel huismiddeltjes die zouden helpen, maar er is weinig bewijs dat spinnen echt wegblijven van bepaalde geuren. Belangrijker is het dichten van kieren, plaatsen van horren en regelmatig opruimen. Dat heeft aantoonbaar meer effect dan een schaaltje azijn of een oliebrandertje.

Kunnen huisspinnen springen of vliegen?

Nee, de huisspinnen die je binnenshuis tegenkomt kunnen niet springen of vliegen. Ze lopen of klimmen via draden. Soms zie je kleine jonge spinnen wel zweven aan een draadje; dat heet 'ballooning'. Dan gebruiken ze een draad als zweeflijn in de wind. Bij volwassen huisspinnen gebeurt dat niet binnenshuis. 

Wat moet ik doen als ik een spin echt niet durf te vangen?

Vraag iemand anders om te helpen of gebruik een lange spinnenvanger waarmee je voldoende afstand houdt. Als dat niet lukt, kun je de deur naar de buitenruimte openen en wachten tot het dier zelf naar buiten trekt. Het belangrijkste is kalm blijven: spinnen zijn sneller bang voor jou dan andersom.

Spinnenvanger nodig?

Kijk, koop en vang
▼ Volgende artikel
Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter
© Roland Abel
Huis

Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter

In oktober staat de tuin in het teken van de overgang naar de koude maanden. Planten hebben nog steeds zorg nodig en ook het onderhoud vraagt aandacht. Dit is het moment om alles klaar te maken, zodat je tuin de winter goed doorkomt.

In oktober maak je de tuin winterklaar. Sluit de buitenkraan af en berg de tuinslang leeg op. Koop vliesdoek en noppenfolie om kwetsbare planten te beschermen. Plant groenblijvende struiken, winterviolen en bloembollen voor kleur in de donkere maanden. Oogst appels, peren en pompoenen, en zaai veldsla of spinazie. Geef struiken en rozen nog voeding, verwijder zomerbollen uit de grond en snoei rozen, fruitbomen en loofbomen. Werk het gazon af met een laatste maaibeurt en hark het blad weg.

Lees ook: Van januari tot en met december tuinieren: tips voor het hele jaar buiten bezig

Bescherm de tuin tegen vorst

Met dalende temperaturen is het belangrijk om alles te beschermen tegen vorstschade. Laat de tuinslang volledig leeglopen en berg hem op, zodat er geen water in achterblijft. Draai vervolgens de buitenkraan dicht. Schaf vliesdoek of noppenfolie aan om gevoelige planten te beschermen zodra het gaat vriezen.

Planten en bollen voor een wintertuin

Wie in de winter ook kleur wil behouden, kan nu groenblijvende varens, lage heesters en kerstrozen planten. Voorjaarsbollen zoals sneeuwklokjes, kievitsbloemen en bosanemonen moeten direct de grond in, omdat ze snel uitdrogen. Ook winterjasmijn of knoflook zijn nu aan de beurt. Bedek de grond daarna met een laag bladeren.

In hangmanden kun je winterviolen, bollen en klimop zetten voor wat extra kleur. Rozen plant je alvast voor het nieuwe seizoen. Tulpen die niet in de grond kunnen overwinteren, zet je in bollenbakken. Andere bloembollen plaats je bij vaste planten die qua kleur en bloeitijd goed bij elkaar passen. Geprepareerde hyacinten zet je in glazen binnen om vroeg van hun bloemen te genieten.

Oogsten in de herfst – én zaaien in de moestuin

Oktober is de maand van de oogst. Peren en appels haal je nu van de boom; maak er moes of taart van. Pompoenen en sierkalebassen zijn ook rijp. Laat altijd een stuk steel zitten, dan blijven ze langer goed. Bewaar ze koel en vorstvrij. In de moestuin zaai je nog veldsla, pluksla of spinazie. Kies wel voor winterharde soorten. Groenten die niet tegen kou kunnen, zoals paksoi, koolrabi, bloemkool en broccoli, oogst je voor de winter.

©encierro - stock.adobe.com

Onderhoud in oktober

Struiken, rozen en hagen hebben nog baat bij wat mest. In de border en moestuin kan eventueel kalk gestrooid worden. Blijf onkruid weghalen zodat het in het voorjaar niet uit de hand loopt. Plantensteunen kunnen de schuur in; maak ze schoon voordat je ze opbergt.

Zomerbollen zoals dahlia's, bloemriet en Abessijnse gladiolen moeten gerooid worden na de eerste nachtvorst. Controleer ook potten en bakken: zorg dat de afwateringsgaten open zijn zodat regenwater goed kan weglopen.

Snoeien in oktober

Ramblerrozen knip je bij door lange scheuten wat in te korten. Oktober is ook geschikt voor het snoeien van berk, esdoorn en kastanje, maar doe dit niet later dan eind november, want de sapstromen van deze bomen komen al vroeg op gang. Appel- en perenbomen kunnen eveneens gesnoeid worden.

©maxbelchenko

Het gazon winterklaar maken

Geef het gras dit najaar nog een laatste beurt. Verticuteer om mos en dood gras te verwijderen en lucht in de bodem te brengen. Maai het gras nog een keer, maar laat het niet te kort worden. Steek de randen bij en hark het gevallen blad weg, zodat het gras niet verstikt onder een bladerdeken en in het voorjaar weer gezond kan uitlopen.