ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Draadloos inloggen op Raspberry Pi met smartphone

In een vorig artikel zetten we een seriële verbinding op met de Raspberry Pi. Maar wat als je geen kabel wilt aansluiten en ook zonder wifi-netwerk op je Pi wilt kunnen inloggen? Dan starten we een seriële verbinding via bluetooth.

Een seriële verbinding via een usb-naar-ttl-kabel is handig om met je Pi te verbinden als er geen netwerk is, maar je moet een kabel aansluiten en vlakbij je Pi blijven met je computer. Gelukkig is bij de nieuwste Pi’s ook een seriële verbinding via bluetooth mogelijk. De Raspberry Pi 3 en Raspberry Pi Zero W hebben immers bluetooth ingebouwd. Op deze manier log je ook eenvoudig vanaf je smartphone of tablet draadloos op je Raspberry Pi in, zelfs zonder wifi.

Bootpartitie en rootpartitie

Bluetooth op voorhand configureren (zonder dat we daarbij tijdelijk een scherm of toetsenbord nodig hebben of zonder dat we gebruikmaken van een andere headless manier) vereist wat meer voorbereidingswerk dan in de vorige workshops. We moeten namelijk bestanden in de rootpartitie van de micro-sd-kaart gaan aanpassen.

Dat vereist wat uitleg. Het image van Raspbian bevat twee partities. Enerzijds de bootpartitie, waarmee we in de vorige workshops al kennismaakten. Die bevat onder andere de bootconfiguratie en de Linux-kernel van het besturingssysteem. De bootpartitie gebruikt als bestandssysteem fat32, waardoor Windows ze herkent en je de bestanden eenvoudig in Windows kunt aanpassen.

Het image bevat ook een rootpartitie. Dit bevat de rest van de bestanden van Raspbian, waaronder de programma’s, opstartbestanden en configuratiebestanden. De rootpartitie heeft als bestandssysteem ext4, wat Windows niet herkent. Omdat we bestanden op de rootpartitie dienen aan te passen, werkt de aanpak uit de vorige workshops niet.

Om de ext4-partitie te kunnen lezen, installeren we het Linux File Systems for Windows van Paragon Software. Dit programma heeft een gratis trial. Na de proefperiode neemt de snelheid af, maar blijft de ext4-partitie benaderbaar.

Na de installatie van de software steek je de micro-sd-kaart van Raspbian in je computer, waarna Windows beide partities herkent en ze aankoppelt. De rootpartitie vind je onder Deze pc / rootfs.

©PXimport

Script voor seriële communicatie

Navigeer nu naar de directory home in de rootpartitie, klik met rechts op een lege plaats in de directory en maak een nieuw tekstdocument aan met de naam btserial.sh. Verwijder de extensie .txt en wanneer je de vraag krijgt of je dat echt wilt, bevestig je je keuze. Open dit bestand nu in WordPad (niet in Kladblok). Plak in dit bestand de inhoud van het script setup.sh van het project RPi-bluetooth-Console op GitHub. Maar verwijder de code

-a pi

uit de regel die begint met

ExecStart=/usr/bin/rfcomm

Sla het bestand op. Met dit script schakelen we bluetooth in, maar nu willen we nog dat Raspbian dit script bij het opstarten aanroept. Open daarvoor met WordPad (niet Kladblok) het bestand etc.local in de rootpartitie. Plaats daarin vlak voor de regel

exit 0

de volgende regel:

sudo bash /home/pi/btserial.sh

Let op: Linux gebruikt de ‘forward slash’ (/) in bestandspaden in plaats van de ‘backward slash’ (\) van Windows, dus voer dit hier correct in. Sla het bestand op, ontkoppel het rootbestandssysteem in de software van Paragon, werp de bootpartitie uit in Verkenner en steek de micro-sd-kaart in je Pi.

Inloggen op Raspberry Pi via smartphone en pc

Start je Pi op en wacht een halve minuut. Het script om de bluetooth-verbinding op te zetten, wordt normaal uitgevoerd. Nu kun je vanaf je smartphone een seriële bluetooth-verbinding met je Pi openen. Onder Android gaat dat bijvoorbeeld met de app Serial Bluetooth Terminal van Kai Morich, die expliciet de Raspberry Pi 3 ondersteunt.

Je koppelt (‘pairt’) eerst je smartphone met de Pi. Daarna verbind je met je Pi in de app. Nadat je je gebruikersnaam en wachtwoord hebt ingevuld, kun je opdrachten uitvoeren. Raak je niet verbonden, reboot dan je Pi door de stekker even uit te trekken en terug in te steken, en probeer opnieuw te verbinden met Serial Bluetooth Terminal.

In Windows log je via PuTTY in op de seriële bluetooth-verbinding. In macOS en Linux hoef je geen extra software zoals PuTTY te installeren om via een seriële verbinding op je Pi in te loggen. Je werkt dan met het programma screen, dat in macOS en de meeste Linux-distributies standaard is geïnstalleerd. Vraag eerst de lijst van beschikbare seriële verbindingen op met

ls /dev/cu.*

Kies daaruit de seriële verbinding naar je Pi en start de verbinding met de opdrach

screen /dev/cu.raspberrypi-SerialPort 115200

waarbij je uiteraard de juiste seriële verbinding invult. Dit werkt zowel voor de seriële verbinding via bluetooth als via een usb-naar-ttl-kabel.

Verbinding verder beveiligen

De bluetooth-verbinding is standaard niet zo veilig: iedereen in de buurt kan je Pi via bluetooth vinden en erop proberen in te loggen. Dat is zeker een risico als je het standaardwachtwoord van de gebruiker pi nog niet hebt aangepast. Zodra je bent ingelogd, schroef je daarom beter de beveiliging op.

Voer het configuratieprogramma van Raspbian uit met

sudo raspi-config

Ga daar naar Change User Password, voer een nieuw wachtwoord in en bevestig het. Ga daarna met de tabtoets naar Finish en druk op Enter om het configuratieprogramma af te sluiten.

Start daarna de bluetooth-commandoregel op met:

sudo bluetoothctl

Schakel uit dat je Pi via bluetooth te vinden is:

discoverable no

En schakel ook pairing uit:

pairing no

Sluit daarna bluetoothctl af:

quit

Je Pi is nu niet meer door andere apparaten te detecteren en kan ook niet meer met andere apparaten pairen. Zodra je Pi herstart, is het toestel echter terug detecteerbaar en kun je terug pairen. Je zet dan best weer een seriële verbinding via bluetooth op om dan opnieuw de verbinding te beveiligen en zo te voorkomen dat iemand anders in de buurt ziet dat je Pi via bluetooth te benaderen is.

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.