ID.nl logo
Philips Hue opnieuw instellen of verkopen? Zo reset je het systeem!
© Koen Barten | Philips
Zekerheid & gemak

Philips Hue opnieuw instellen of verkopen? Zo reset je het systeem!

Het gebeurt nog wel eens dat Philips Hue last heeft van bepaalde problemen, waardoor je er goed aan doen het systeem te resetten (of terug te zetten naar fabrieksinstellingen). Daarnaast kun je besluiten om de boel te verkopen, maar ook dan moet je weten wat je moet doen. We helpen je!

In dit artikel vertellen we je alles over het proces waarmee je zowel de lampen als de bridge van Philips Hue terugzet naar de fabrieksinstellingen. Daarna kun je de lampen verkopen of opnieuw instellen.

  • Hoe reset je Philips Hue-lampen (met en zonder bridge)?
  • Hoe brengt je de Hue-bridge terug naar de fabrieksinstellingen?
  • En tot slot: hoe stel je de Hue-lampen daarna weer in?

Lees ook: Aan de slag met Philips Hue: scènes maken en aanpassen 💡

Het Philips Hue-systeem terugbrengen naar fabrieksinstellingen heeft meestal twee redenen. Ten eerste kan het zijn dat het systeem kuren heeft. In dit geval kan een frisse start soelaas bieden. Maar het kan ook dat je er helemaal vanaf wilt en alle apparaten wilt verkopen. Ook dan doe je er goed aan het systeem terug te zetten naar een nieuw nulpunt. De nieuwe eigenaar van die producten wil immers niet eerst alles hoeven resetten op het moment dat hij of zij de lampen uit de doos haalt. Het complete resetproces hoeft niet meer dan een kwartiertje te duren.

"Het resetten van je Philips Hue-systeem hoeft niet langer dan 15 minuten te duren"

- Wesley, Hue-expert van ID.nl

Technisch gezien is het niet mogelijk een reset uit te voeren. Sommige producten bieden daarvoor een piepklein knopje aan dat je vaak met een paperclip kunt indrukken. Zo’n knop is hier niet aanwezig. Wanneer je een reset wilt bewerkstelligen, dan moet je de lamp(en) handmatig uit het Philips Hue-netwerk halen. Dat is een beetje vervelend voor de mensen die de lampen daarna zelf nog willen gebruiken. Want je moet ze vervolgens ook weer handmatig toevoegen. Geen nood, ook dat komt aan bod in dit uitgebreide artikel. Maar nu eerst: de fabrieksinstellingen.

🚨 Philips brengt naast het Hue-assortiment ook producten uit onder de Wiz-merknaam. De onderstaande instructies werken niet voor dat systeem en hebben dus alleen betrekking op Hue!

Philips Hue-lamp resetten doe je zo

Wanneer je een lamp wilt terugbrengen naar de fabrieksinstellingen, dan open je de Philips Hue-app op je smartphone of tablet. Rechts onderin de app zie je de Instellingen. Tik daar op en tik vervolgens op de optie Lampen. Nu zit je in het scherm waarin je een uitgebreid overzicht van de ingestelde lampen ziet staan. Tik op de lamp die je wilt resetten of verwijderen. Onder in beeld staat nu een knop met de tekst Verwijderen (rood omlijnd). Wanneer je daarop tikt, dan verwijder je dus de lamp. Bevestig je keuze. Vanaf dit moment is de lamp niet meer gekoppeld.

De bovenstaande methode werkt alleen wanneer je een Philips Hue-bridge hebt 👇. Dat is een extra kastje waarmee het mogelijk is de lampen via je wifi-netwerk (en op afstand) te bedienen. Sommige mensen hebben alleen bluetoothversies van de Hue-lampen of moeten dealen met een kapotte bridge. Ook dan is het nog steeds mogelijk een Hue-lamp te resetten. Je hoeft hiervoor alleen maar de lamp snel vijf keer aan en uit te zetten. Dan gaat die namelijk over in de paarmodus, en kun je hem opnieuw instellen. Je kunt hem daarna uit de houder halen en eventueel verkopen.

Mocht je Philips Hue voorheen alleen via bluetooth gebruiken en de lampen willen resetten, dan kun je ook naar Instellingen > Lampen > [lamp in kwestie] gaan en op Reset tikken. Vergeet bluetooth niet in te schakelen!

Klik op de afbeelding voor een grotere weergave.

Het kan overigens zijn dat je denkt een Philips Hue-lamp te moeten resetten wanneer je hem aan een andere kamer of verdieping wilt toevoegen. Niets is minder waar: daar hoef je niets voor terug te zetten naar de fabrieksinstellingen. Open de app en selecteer de kamer waar je een lamp uit wilt halen. Tik nu op de drie liggende streepjes en tik daarna op Kamer bewerken. Verwijder de lamp die je wilt verplaatsen door op het minteken te tikken. Ga nu naar een andere kamer, druk op de puntjes, Kamer bewerken en daarna op het plusteken. Hier selecteer je de lamp die je wilt toevoegen.

Draagbaar schemerlampje voor op tafel?

Zit óók in het Philips Hue-assortiment!

Philips Hue-bridge resetten

Soms wil je echt van alle Philips Hue-producten in huis af. En anders heb je misschien te maken met een hardnekkig probleem, waardoor een simpele lampreset niet voldoende is. In beide gevallen raden we aan de Philips Hue-bridge te resetten. Voordat je dit doet, geven we nog een waarschuwing mee: vanaf het moment dat je de bridge terugbrengt naar de fabrieksinstellingen, ontkoppel je alle lampen en accessoires die eerder aan het netwerk gekoppeld waren. Dat is natuurlijk de bedoeling, maar niet iedereen weet dat. Onthoud dit dus als je hieraan begint.

Een Philips Hue-bridge resetten moet je zien als een laatste redmiddel. Wanneer je de rest uitgevoerd hebt, dien je alles opnieuw te installeren (mits je niet van plan was alles in de verkoop te gooien).

Het resetten van de Philips Hue-bridge is zo gepiept. Het enige wat je hiervoor hoeft te doen, is de restknop indrukken. Je hebt hier een paperclip of een ander dun object voor nodig, want anders kun je de knop niet bereiken. Het kleine knopje zit op de achterkant. Je moet het een paar seconden indrukken. Na vijf seconden moet het wel gelukt zijn. De Hue-bridge bevestigt de bewerking door de led-lampjes aan de voorkant te laten knipperen (die zijn normaliter egaal blauw). Zodra de bridge stopt met knipperen, is het resetproces voltooid en kun je hem opnieuw instellen of verkopen.

©PXimport

Philips Hue installeren in enkele stappen

Wil je nu weer opnieuw beginnen met Philips Hue? Dan beginnen we met de installatie van de Philips Hue-bridge. Haal hem voor de zekerheid even van het stroom; de ethernetkabel tussen de brug en router of modem kun je laten zitten. Stop de stekker er na dertig seconden weer in en wacht totdat de drie led-lampjes voorop beginnen te branden. Dit kan een paar seconden duren, maar je kunt pas verder met de installatie wanneer alle drie de lampjes blauw kleuren. Is dat het geval? Pak dan je smartphone of tablet erbij en open de Philips Hue-app om het proces te voltooien.

Mocht dit de eerste keer zijn dat je de Hue-bridge installeert, zorg er dan voor dat zowel de bridge als de smartphone of tablet verbonden zijn met hetzelfde wifi-netwerk. Ook moet je dan nog even de ethernetkabel aansluiten op zowel de Hue-brug als de router of modem die je thuis hebt staan.

Wanneer je de app opent, kan het zijn dat het systeem automatisch op zoek gaat naar een Philips Hue-bridge. Dan volg je de aanwijzingen op het scherm gewoon op. Is dat niet het geval, ga dan naar Instellingen en druk op de knop Hue-bridge toevoegen. Ook in dit geval moet je de stappen opvolgen die je in beeld ziet staan; dit hoeft niet langer dan een paar seconden te duren. Onthoud dat je tijdens de installatie op de grote, ronde Hue-knop moet drukken op de bridge. Blijf dus voorlopig even in de buurt, totdat alles correct geïnstalleerd is. Daarna kun je weer weglopen.

Klik op de afbeelding voor een grotere weergave.

Zodra de bridge geïnstalleerd is, heeft die ook meteen verbinding met het internet. Daar hoef je geen extra stappen voor te ondernemen. Dan kunnen we nu een lamp toevoegen (dit proces moet je voor elke lamp herhalen). Draai de Philips Hue-lamp in een houder, hang hem aan het plafond of zet de vloerstaander neer waar je hem neer wil zetten. Voorzie de lamp van stroom en open de app. Ga naar Instellingen > Lampen en druk op het plusteken (rechts bovenin). Druk op de zoekknop onderin beeld en wacht totdat de app de lamp vindt. Vervolgens doorloop je de stappen die in beeld verschijnen.

Vanaf dat moment verschijnen de geïnstalleerde lampen in de Home-tab, helemaal links op de navigatiebalk onderin. Nu kun je lampen aan zones of kamers toevoegen.

▼ Volgende artikel
Instellingen voor WhatsApp-groepschats: van chaos naar rust
© Tashatuvango
Huis

Instellingen voor WhatsApp-groepschats: van chaos naar rust

Groepschats in WhatsApp kunnen erg nuttig zijn om meerdere mensen tegelijk op de hoogte te stellen van een afspraak of boodschap, maar soms word je werkelijk knettergek van het constante gerinkel en getril. Met de tips in dit artikel ben je daar gelukkig snel vanaf!

Met de instellingen in dit artikel bepaal je helemaal zelf wanneer je wel of niet van op de hoogte wordt gebracht. Zo word je niet onnodig gestoord, maar mis je ook niks belangrijks.

  • Meldingen en trillingen dempen
  • Permissies om berichten te versturen beperken
  • Voorkomen dat je ongewenst aan groepschats wordt toegevoegd

Via deze stappen installeer je WhatsApp op je pc, laptop of tablet.

Meldingen tijdelijk of permanent dempen

Er zijn van die momenten dat je telefoon maar blijft blèren, oplichten en trillen, omdat een aantal mensen in een groep fanatiek berichten met elkaar uitwisselt. Daar zit je helemaal niet op te wachten als jij net geconcentreerd aan het werk bent of ontspannen op een terras zit. Alle notificaties uitschakelen is niet handig, want dan krijg je helemáál niets meer mee... Met de volgende stappen zet je meldingen van specifieke groepschats tijdelijk of permanent uit.

Ga naar de groepschat en klik bovenaan op de naam. Ga naar Meldingen en selecteer de optie Meldingen dempen. Je krijgt vervolgens drie opties te zien: 8 uur, 1 week en Altijd. Kies een instelling zodat je tijdelijk of voor altijd verlost bent van onnodig veel meldingen.

Heb je specifiek last van bellende groepsleden? Ook daar vind je een instelling voor in hetzelfde menu. Onderaan staat onder Bellen een losse setting Meldingen dempen. Je krijgt dezelfde opties te zien als hierboven.

WhatsApp geeft je een nog iets snellere methode om meldingen voor berichten uit te zetten. Ga daarvoor naar de lijst met je contacten in WhatsApp. Houd vervolgens je vinger een paar seconden op de groep die je wilt aanpassen. Bovenin verschijnt er een icoontje van een bel. Klik daarop en bepaal hoelang de groepschat stil moet zijn.

Rechten van leden beperken

WhatsApp-groepen met veel leden lopen de kans om chaotisch te worden. Vooral wanneer deelnemers allerlei berichten sturen die lang niet voor iedereen relevant zijn. Belangrijke mededelingen kunnen hierdoor ondergesneeuwd raken. Daarom kan het handig zijn om alleen bepaalde leden het recht te geven om berichten te sturen. Voor deze instellingen moet je wel zelf een groepsbeheerder zijn.

Ga wederom naar de groepschat en klik bovenin op de naam. Onder Groepsbestemmingen vind je een aantal instellingen. Stel bijvoorbeeld in dat alleen groepsbeheerders berichten kunnen sturen of voorkom dat ieder lid de naam, de omschrijving en de afbeelding van de groepschat kan veranderen.

Voorkomen dat je aan groepen wordt toegevoegd

In WhatsApp is het vrij makkelijk om groepen te maken en daar leden aan toe te voegen. Maar daar zit je lang niet altijd op te wachten. Soms word je namelijk toegevoegd aan spamgroepen of vreemde chats die mogelijk gevaarlijk zijn.

Klik in het hoofdmenu van WhatsApp op de drie bekende verticale stippen bovenin en selecteer Instellingen. Ga naar Privacy en vervolgens naar Groepen. Je komt in een menu waarin je bepaalt wie jou aan groepen kan toevoegen. De standaardinstelling is Iedereen. Kies in plaats daarvan voor Mijn contacten of Mijn contacten, behalve…

Een poll voor minder berichten

Deze laatste tip is in bepaalde situaties erg handig. Want met grote groepen iets afspreken kan een hele klus zijn. Zomaar vragen op welke dag iedereen beschikbaar is, leidt vaak tot een hele bult berichten en doorgaans tot veel meer vragen. In WhatsApp kun je inmiddels gewoon een poll starten om dat te voorkomen. Daarvoor klik je onderaan op de paperclip of het plusje en selecteer je Peiling.

Vul in het volgende scherm je vraag in en de opties waaruit gekozen kan worden. Leden kunnen nu eenvoudig hun keuze maken en de groep wordt niet overspoeld met berichten.

▼ Volgende artikel
Netwerken zonder gedoe: de ultieme gids voor (gevorderde) thuisgebruikers
© xiaoliangge - stock.adobe.com
Huis

Netwerken zonder gedoe: de ultieme gids voor (gevorderde) thuisgebruikers

Een thuisnetwerk bevat vaak allerlei verschillende apparaten en je wilt uiteraard dat alles optimaal verbonden is. Met deze tips en tools beheer je je netwerk en netwerkverbindingen net iets handiger en veiliger.

In dit artikel laten we zien hoe je je thuisnetwerk optimaliseert en beveiligt, zowel vanuit Windows zelf als met externe tools:

  • Maak van je Windows-pc een mobiele hotspot om internet te delen
  • Schakel versleutelde DNS in om je internetverkeer te beveiligen
  • Meet netwerkprestaties en analyseer het dataverbruik
  • Maak diepgaande netwerk- en poortanalyses
  • Beheer je netwerk op afstand
  • Test je wifi-signaal en optimaliseer je verbinding

Ook handig om te weten: Bescherm je thuisnetwerk: DNS-filters voor zorgeloos surfen

Mobiele hotspot

Als je Windows-pc een bekabelde verbinding en wifi heeft, kun je een mobiele hotspot instellen. Ga in Windows naar Instellingen / Netwerk en internet. Open Mobiele hotspot en schakel deze in. Kies bij de optie Mijn internetverbinding delen vanaf de actieve ethernetverbinding. Stel Delen via in op Wi-Fi (of kies eventueel Bluetooth). Druk bij Eigenschappen op Bewerken, voer een Netwerknaam en Netwerkwachtwoord in. Stel Netwerkband in op Beschikbaar (of kies 5 GHz of 2,4 GHz). De optie Energiebesparing laat je het best uitgeschakeld.

Maak van je Windows-pc in enkele muisklikken een mobiele hotspot.

Wakker blijven

Om te vermijden dat je netwerkadapter zomaar uitvalt wanneer je systeem in slaapstand gaat, ga je naar het Apparaatbeheer. Bijvoorbeeld door op Windows-toets+R te drukken en devmgmt.msc uit te voeren. Open Netwerkadapters, klik met rechts op de betreffende netwerkadapter en kies Eigenschappen. Ga naar het tabblad Energiebeheer en verwijder het vinkje bij De computer mag dit apparaat uitschakelen om energie te besparen. Plaats geen vinkje bij Alleen een magic-pakket […].

Je netwerkadapter blijft actief als je systeem slaapt.

Adaptereigenschappen

We blijven even in het Apparaatbeheer. In het contextmenu Eigenschappen van je netwerkadapter vind je het tabblad Geavanceerd. Hier vind je diverse instellingen voor je netwerkadapter. Met Speed & Duplex pas je de verbindingssnelheid aan, bijvoorbeeld bij het oplossen van connectieproblemen. Bij intensieve dataoverdracht binnen je lokale netwerk, zoals naar je NAS, kun je de waarde van de optie Jumbo Packet tijdelijk verhogen, naar bijvoorbeeld 9000 bytes.

Receive Buffers en Transmit Buffers bepalen hoeveel datapakketten de netwerkadapter kan opslaan voordat ze door de cpu worden verwerkt of verzonden. Voor grote datastromen kun je deze eventueel tijdelijk verhogen. Bij Network Address kun je het MAC-adres van je adapter spoofen. Noteer telkens goed de originele waarden.

Geavanceerde eigenschappen voor gevorderde gebruikers.

Versleutelde DNS

Wil je niet dat je provider via je DNS-aanvragen ziet waar je naartoe gaat met je browser, dan kun je deze in Windows versleutelen. Ga naar Instellingen / Netwerk en internet. Kies Ethernet of Wi-Fi en Hardware-eigenschappen. Klik bij DNS-server toewijzing op Bewerken. Stel in op Handmatig (voor IPv4) en zet DNS via HTTPS (DoH) op Aan (automatische sjabloon). Vul bij Voorkeurs-DNS en Alternatieve DNS het ip-adres van een publieke DoH-server in, zoals Google (8.8.8.8 en 8.8.4.4) of Cloudflare (1.1.1.1 en 1.0.0.1). Windows vult zelf de bijbehorende url in bij DNS via HTTPS-sjabloon. Bevestig met Opslaan. De beheerder van de DNS-server ziet uiteraard wel waar je heengaat.

Het bewerken van de DNS-instellingen in Windows.

Prestaties meten

Windows biedt een functie om netwerkverkeer te monitoren. Druk op Windows-toets+R en voer perfmon uit. Open in het linkerpaneel Prestaties / Controlehulpprogramma’s / Prestatiemeter. Klik op de plusknop en kies bij Items van deze computer het onderdeel Netwerkadapter of Netwerkinterface.

Je kunt nu specifieke items selecteren, zoals Ontvangen bytes per seconde en Uitgaande pakketten met fouten. Kies in het onderste deelvenster het gewenste item, zoals je ethernet- of wifi-adapter. Voeg de geselecteerde items toe via de knop Toevoegen en bevestig met OK voor een live grafiekweergave.

Je kunt (de prestatie van) talrijke netwerkparameters in realtime monitoren. 

Netwerktype

In een thuisnetwerk biedt Windows standaard twee netwerktypes: particulier en openbaar. Bij Particulier is je apparaat zichtbaar voor andere netwerkapparaten, wat delen mogelijk maakt. Ben je verbonden met een openbaar of onbekend netwerk, dan kies je beter voor Openbaar. Dit stel je in via Instellingen / Netwerk en internet. Selecteer je verbindingstype (Wi-Fi of Ethernet) en bij de actieve netwerkverbinding onder het kopje Netwerkprofieltype het juiste type. Dit kan ook via PowerShell, uitgevoerd als administrator:

Set-NetConnectionProfile -Name "<netwerknaam>" -NetworkCategory Public

Pas Public aan naar Private voor een particulier netwerk.

Je kunt ook via PowerShell schakelen van netwerkprofiel.

Portforwarding

Bij portforwarding wordt binnenkomend verkeer op een specifieke poort doorgestuurd naar een andere. Dit gebeurt meestal op routerniveau, maar het kan ook op Windows-niveau, bijvoorbeeld om verkeer tijdelijk naar een andere server te leiden. Open de Opdrachtprompt als administrator en voer deze opdracht uit:

netsh interface portproxy add v4tov4 listenport=<poortnummer-x> listenaddress=<ip-adres-computer> connectport=<poortnummer-y> connectaddress=<ip-adres-andere-computer>

Het tweede ip-adres hoeft niet noodzakelijk van een andere computer te zijn als je alleen inkomend verkeer naar een alternatieve poort op dezelfde computer wilt omleiden.

Om deze port-proxy uit te schakelen, gebruik je:

netsh interface portproxy delete v4tov4 listenport=<poortnummer-x> listenaddress=<ip-adres-computer>

Je kunt in Windows een ‘port proxy’ instellen, om (tijdelijk) netwerkverkeer om te leiden.

Statische route

Stel, je hebt een thuisnetwerk met twee routers: de hoofdrouter heeft een ip-bereik van 192.168.0.0/24 (dus met subnetmasker 255.255.255.0). De tweede router, voor een gastnetwerk of je IoT-apparaten, heeft een ip-bereik van 192.168.1.0/24 en heeft het ip-adres 192.168.0.2, binnen het netwerk van de hoofdrouter. Bevind je je in het bereik van de hoofdrouter en wil je direct toegang tot apparaten in het andere subnet, dan moet je systeem de gateway kennen. Dit regel je met een statische route, zonder wijzigingen aan de router, vanaf de Opdrachtprompt (als administrator):

route add 192.168.1.0 mask 255.255.255.0 192.168.0.2

Met route print vraag je de actuele routes op en met route delete 192.168.1.0 verwijder je deze route weer.

Met een eenvoudig commando voeg je een statische route toe.

Reset

Het kan voorkomen dat je plots geen (betrouwbare) netwerkverbinding meer hebt. Als eenvoudige oplossingen niets opleveren, probeer dan de volgende commando’s als administrator op de opdrachtprompt:

ipconfig /release 
ipconfig /renew 
ipconfig /flushdns

Als dit niet helpt, voer dan de volgende opdrachten uit:

netsh int ip reset 
netsh winsock reset 

Voor een ingrijpender troubleshooten ga je in Windows naar Instellingen / Netwerk en internet, open je Geavanceerde netwerkinstellingen en selecteer je Netwerk opnieuw instellen. Bevestig met Nu opnieuw instellen, maar gebruik dit alleen als andere opties niets opleveren!

Het opnieuw instellen van je netwerk is een laatste redmiddel.

Verbruik

Wil je weten hoeveel netwerkdata een applicatie gebruikt? Open dan Instellingen / Netwerk en internet, ga naar Geavanceerde netwerkinstellingen en kies Dataverbruik. Hier zie je per app het dataverbruik voor het uitgaande en binnenkomende verkeer. Met de optie Limiet invoeren stel je een waarschuwing in bij het overschrijden van een ingestelde limiet.

Voor meer details installeer je de gratis tool NetworkUsageView. Hiermee zie je per applicatie, netwerkadapter en gebruiker het dataverbruik, gebaseerd op door Windows opgeslagen data.

Een snel overzicht van de programma’s die het meeste internetverkeer veroorzaken. 

Connecties

Voor de actuele netwerkverbindingen en poortstatus op je computer, voer je deze opdracht uit op de Opdrachtprompt:

netstat -ano

Dit geeft alle actieve verbindingen en luisterpoorten weer (-a), in numeriek formaat (-n), met bijbehorende processen (-o). Via Taakbeheer (Ctrl+Shift+Esc) in de kolom Processen kun je zien welk proces een specifieke verbinding gebruikt. Voor nog meer details is er de gratis tool CurrPorts.

Het Taakbeheer vertelt je welke proces achter een bepaalde netwerkverbinding schuilt.

Netwerkinstellingen

Naast de ingebouwde Windows-opdrachtregelcommando’s en de functies bij Netwerk en internet in de Instellingen van Windows, zijn er ook externe tools die helpen bij het oplossen van netwerkproblemen. Eén ervan is NetAdapter Repair All In One. Hoewel wat ouder, werkt deze nog prima onder Windows 11. De tool focust op het herstellen van foutieve of inefficiënte netwerkinstellingen, of een netwerkadapter die niet goed functioneert. Voer de tool bij voorkeur als administrator uit. Hij biedt zo’n vijftien knoppen voor specifieke herstelacties, zoals het legen van het hosts-bestand, opschonen van de DNS- of ARP-cache, vernieuwen van de DHCP-lease, wisselen van DNS, en resetten van fysieke netwerkadapters of wifi-adapters.

Een vergelijkbare tool is Complete Internet Repair. Voor beide tools is het wel zo slim om eerst een systeemherstelpunt te maken voordat je aanpassingen doorvoert.

Handige netwerkklussen, snel uitgevoerd.

Netwerkprofielen

Werk je met je laptop geregeld op verschillende locaties thuis of op je werk, dan kan NetSetMan handig zijn. Je kunt namelijk allerlei netwerkinstellingen in netwerkprofielen opslaan, zoals gateway, DNS-server, printer en wifi-profiel. De wifi-profielen kun je bekijken, aanpassen en zelf maken via de knop WIFI beheer, waar je Profielen selecteert. Klik je hier op Scan, dan krijg je bovendien een overzicht van de gedetecteerde draadloze netwerken, inclusief signaalsterkte, SSID, MAC-adres, kanaal, snelheid, protocol en gebruikte encryptie.

Stop alle belangrijke instellingen (inclusief wifi) in een netwerkprofiel voor een supersnelle omschakeling.

Snelle scan

Met MiTeC Network Scanner (gratis voor niet-commercieel gebruik) scan je snel je thuisnetwerk. Het detecteert aangesloten apparaten, geeft ip- en MAC-adressen weer, en toont onder meer aangemelde gebruikers, netwerkshares en geïnstalleerde services. De scanner biedt gedetailleerde informatie over netwerkapparaten zoals hostnamen, werkgroepen en actieve systeemtijd. Het volstaat het netwerkbereik in te vullen (bijvoorbeeld 192.168.0.1 – 192.168.0.254) en op de knop IP Range Scan te drukken.

Een netwerkscanner is handig als je snel een overzicht van de aangesloten apparaten wilt (met adressen en services).

Poortscan

De veiligheid van je thuisnetwerk hangt sterk af van het gesloten houden van onnodige netwerkpoorten. Om dit snel van buitenaf te testen, net als een hacker zou doen, is er de gratis webdienst GRC ShieldsUP!. Klik op Proceed en daarna op All Service Ports. De scan onderzoekt de eerste 1056 TCP-poorten van je netwerk. Idealiter kleuren alle poorten groen, wat betekent dat ze onbereikbaar zijn. Zie je rode of blauwe poortvakjes, controleer dan in je router of je deze kunt sluiten, bijvoorbeeld door onnodige services uit te schakelen, zodat de vakjes groen worden.

Gevorderde gebruikers doen er goed aan om hun netwerk ook intern te scannen, aangezien bedreigingen niet altijd van buitenaf komen. Een van je systemen kan bijvoorbeeld al geïnfecteerd zijn, of er kunnen kwetsbaarheden bestaan tussen apparaten in het netwerk. Een gratis en krachtige tool hiervoor is de opensource-opdrachtregeltool Nmap, eventueel in combinatie met de meegeleverde grafische frontend Zenmap.

Nmap gebruikt slimme technieken met datapakketten om te bepalen welke hosts beschikbaar zijn, welke besturingssystemen en services actief zijn, welke firewalls er gebruikt worden enzovoort. De mogelijkheden zijn uitgebreid, maar je kunt eenvoudig beginnen. Vul bij Target het ip-adres in en kies bij Profile de gewenste scanoptie, zoals Quick scan. Het bijbehorende Nmap-commando wordt automatisch ingevuld, zodat je snel leert hoe de parameters werken:

nmap -T4 -F 127.0.0.1

Deze scan is binnen de seconde afgerond. Voor een grondigere controle kies je Intense scan, wat dit commando oplevert:

nmap -T4 -A -v 127.0.0.1

Wil je weten welke apparaten in je subnet actief zijn, voer dan dit commando uit:

nmap -sn 192.168.0.0/24

Dit controleert via ping welke apparaten online zijn en geeft ook het MAC-adres, de producent en vertraging (latency) weer.

Op internet zijn veel voorbeelden en gidsen te vinden voor meer geavanceerde mogelijkheden, dus experimenteer gerust verder.

Zenmap en Nmap: een krachtig duo voor interne poortanalyse.

Netwerkverkeer scannen met GlassWire

Wil je informatie over je netwerkverkeer, dan is GlassWire een uitstekend programma. Installeer de applicatie en start hem daarna. Vooral de sectie Traffic Monitor is interessant. Standaard is hier de weergave Usage actief (blauwe knop in het midden). In de kolom Apps zie je in realtime welke programma’s netwerkverkeer genereren. In de kolommen Hosts en Traffic Type zie je met welke internetservers er verbinding is en om welk type verkeer het gaat.

Linksboven vind je een filterknop waarmee je de data kunt filteren op bijvoorbeeld Apps, Publishers (de bedrijven achter de apps) en Traffic (specifieke netwerkprotocollen). Met de knop All kun je de data beperken tot het interne netwerkverkeer (LAN) of verkeer van en naar internet (WAN). Het pijltje ernaast laat je inzoomen op binnenkomende, uitgaande of beide verkeersstromen.

Rechtsboven kies je de periode waarover je data wilt bekijken. In de gratis versie kun je kiezen uit 5 Minutes, 3 Hours en 24 Hours. De betaalde versie (jaarlijks circa 36 euro) biedt uitgebreidere opties en meer functionaliteit.

Je krijgt in één oogopslag een goed overzicht van welke applicaties hoeveel data verstoken en via welke servers.

Grafieken in GlassWire

Bij de drie centrale knoppen vind je ook Graph. Hiermee zie je een live-grafiek van het actuele netwerkverkeer: geel voor binnenkomend, roze voor uitgaand, en oranje voor de overlap. Beweeg met de muis over de grafiek of selecteer een deel ervan om onderaan de hoeveelheid data in die periode te zien. Klik op de vermelde apps (links) of hosts (rechts) voor meer details, zoals hoeveel data programma’s met bepaalde servers hebben uitgewisseld.

Als je op een programma in zo’n pop-upvenster klikt, dan zie je rechtsboven de optie Alerts. Hiermee krijg je een historisch overzicht van meldingen die deze applicatie heeft gegenereerd. Deze notificaties heb je waarschijnlijk al eerder gezien in het Windows-berichtencentrum.

Voor een volledig overzicht klik je bovenaan het GlassWire-venster op de optie Log Analysis. Links kun je filteren op verschillende criteria, zoals Important of First Network Activity (in de gratis versie is dit helaas beperkt tot Today).

GlassWire toont het actuele netwerkverkeer live in een grafiek.

Verkeer op afstand

Met GlassWire kun je ook het netwerkverkeer van andere netwerk-pc’s monitoren. Installeer GlassWire op de doel-pc en klik linksboven op GlassWire. Kies vervolgens Settings en ga naar Remote Access. Open het tabblad Remote Access, klik op Unlock en bevestig met Ja. Vink Allow Remote Access by password aan en stel via Change Password een wachtwoord in. Als extra beveiliging kun je ook Allow Access only from IP activeren en het ip-adres van je eigen pc invullen (het commando ipconfig via de Opdrachtprompt vertelt je dit).

Op je eigen pc ga je ook naar Settings en selecteer je Server List. Klik op Add New Server, voeg het ip-adres en eventuele wachtwoord van de andere pc toe. Geef deze een naam en vink Enable connection aan. Bevestig met OK. De remote-pc verschijnt nu links in het hoofdvenster van GlassWire. Vergeet niet om de betreffende poort (standaard 7010) in je firewall of router open te zetten als dat nodig blijkt.

In de gratis versie van GlassWire kun je één systeem op afstand monitoren.

Meer inzicht met SmartSniff

GlassWire is handig om snel te zien welk verkeer je netwerkadapters verwerken, maar het biedt geen inzicht op pakketniveau. Met andere woorden, je ziet niet welke specifieke bytes er in de verzonden datapakketten zitten. Voor wie meer gedetailleerde informatie wil, is een pakketsniffer zoals het gratis SmartSniff geschikt.

Zo’n tool is vooral nuttig voor de wat gevorderde gebruiker. Download de portable tool en pak het Nederlandse taalbestand (smsnff_dutch.zip) uit in dezelfde map.

Voordat je SmartSniff opstart, installeer je ook Npcap. Dit zorgt er namelijk voor dat SmartSniff directe toegang heeft tot netwerkpakketten van zowel bekabelde als draadloze netwerken, en deze in realtime kan vastleggen en weergeven. Ook lokale verkeer, het zogeheten ‘loopback-verkeer’, kun je hiermee monitoren.

Leg de gewenste opvangmethode en netwerkadapter vast in een configuratiebestand.

SmartSniff-analyse

Wanneer je op de groene startpijl klikt, verschijnt er een dialoogvenster waarin je de gewenste methode selecteert. Kies hier bij voorkeur WinPcap Packet Capture Driver (omdat je het compatibele Npcap hebt geïnstalleerd) en selecteer de netwerkadapter waarvan je verkeer wilt opvangen en analyseren. Bevestig met OK en de eerste datapakketten verschijnen in het SmartSniff-venster. Klik op de rode knop om het proces te stoppen.

Elk pakket toont onder andere het gebruikte netwerkprotocol (vaak beperkt tot TCP en UDP) dat verantwoordelijk is voor datatransport tussen hosts, zoals bij webverkeer (HTTP of HTTPS), e-mail (SMTP en IMAP) en bestandsuitwisseling (FTP).

Bij de selectie van een TCP-pakket zie je in het onderste venster de inhoud in zowel ASCII- als HEX-weergave. Je krijgt ook inzicht in lokale en externe ip-adressen, bijbehorende poorten en de hostnaam (als in het menu Opties het item IP-adressen omzetten ingeschakeld is). Een dubbelklik toont alle pakketgegevens in een apart venster. Via het contextmenu kun je met TCP/IP-streams exporteren de data-inhoud van alle pakketten van een specifieke TCP- of UDP-verbinding tussen twee ip-adressen en poorten opslaan in één tekstbestand, wat handig kan zijn voor verdere netwerkanalyse.

Word je overdonderd door de hoeveelheid informatie, dan kun je de weergavelijst filteren (via Opties / Filter instellen) of je doet dit reeds tijdens het opvangproces zelf (via Opties / Capturefilter).

Als je de mogelijkheden van SmartSniff te beperkt vindt, kun je overstappen naar de uitgebreide pakket- en protocol-analysetool Wireshark.

De opgevangen datapakketjes worden onder elkaar getoond, inclusief het gebruikte protocol en de betrokken hosts.

Pakket- en protocol-analyse met Wireshark

Voldoet SmartSniff niet en wil je nóg dieper in je netwerkverkeer duiken, dan is het gratis Wireshark de uitgelezen tool. Installeer de tool, inclusief Npcap, en start Wireshark. Bij het opstarten dubbelklik je op de gewenste netwerkinterface waarna alle datapakketjes op die interface worden vastgelegd en chronologisch weergegeven. Je kunt dit stopzetten met Capture / Stop en ook weer hervatten.

Het analyseren van netwerkverkeer vergt gevorderde kennis, maar er zijn wel handige opvang- en weergavefilters beschikbaar om de data beheersbaar te houden. Zo kun je in het veld boven de pakketlijst filteren op protocollen als http of dns, of op ip.addr == 192.168.0.0/24 voor verkeer van dit specifieke subnet.

Wil je meer weten over Wireshark? Lees dan dit artikel: Netwerkproblemen? Analyseer ze met Wireshark

Wireshark is een erg krachtige pakketsniffer en protocol analyzer.

Snelheidstest

Je wilt waarschijnlijk ook weten hoe goed je netwerk presteert en met de juiste tools kun je dit gemakkelijk meten. Een simpele snelheidstest voor je internetverbinding kun je online uitvoeren, bijvoorbeeld via www.speedtest.net. Klik op Start of Ga, en wacht op de resultaten.

Je krijgt drie waarden: de ping-waarde (voor up- en downloads, in milliseconden) en de download- en uploadsnelheid (in Mbit/s). Een lagere ping-waarde is beter, omdat dit betekent dat er minder vertraging is tussen het versturen van een verzoek en het ontvangen van een reactie. Dit kan vooral ook belangrijk zijn bij online games.

Houd er rekening mee dat bij een snelle internetverbinding de bottleneck vaak in het draadloze netwerk kan zitten. Dit kan bijvoorbeeld te maken hebben met het gebruikte wifi-protocol (zoals wifi 4 versus wifi 6), de afstand tot de router of storing met andere draadloze apparaten.

Dezelfde internetverbinding (gemeten op een smartphone), links via wifi 4, rechts via wifi 6.

Snelheid lokale netwerk

Om de prestaties binnen je eigen netwerk te meten, zijn er verschillende tools beschikbaar. Je kunt bijvoorbeeld het opdrachtregelcommando ping gebruiken om de vertraging ofwel latency te meten.

Voor het meten van de doorvoersnelheid zijn er gratis tools als iPerf of de grafische tool TamoSoft Throughput Test, beide beschikbaar voor diverse platformen.

Maar in dit artikel tonen we je hoe je aan de slag gaat met Microsoft NTTTCP. Klik in de rechterkolom onder Releases op Latest en download ntttcp.exe. Kopieer de tool daarna naar beide computers. Open op de ontvangende pc (de server) de Opdrachtprompt als administrator, en voer de volgende opdracht uit (voor de Windows Firewall):

netsh advfirewall firewall add rule program=<"pad_naar_ntttcp.exe"> name=NTTTCP protocol=any dir=in action=allow enable=yes profile=ANY 

Uiteraard vul je hier het juiste pad naar je ntttcp.exe-bestand in.

Vervolgens voer je vanuit de map met het exe-bestand het volgende uit:

ntttcp.exe -r -m <x>,*,<interne-ip-adres-van-servermachine> -t 10 -P 1 

Vervang <x> bijvoorbeeld door het aantal logische processoren van je cpu en <interne-ip-adres-van-servermachine> door het serveradres. De test duurt 10 seconden (-t 10) op één poort (-P 1).

Ga naar de client-pc en voer hier de volgende opdracht uit:

ntttcp.exe -s -m <x>,*,<interne-ip-adres-van-servermachine> -t 10 -P 1 

Op de client-pc lees je na afloop de testresultaten af, waaronder Throughput (MB/s). Herhaal deze test eventueel met een langer tijdsverloop, bijvoorbeeld -t 300.

NTTTCP levert nauwkeurige testresultaten af met betrekking tot de werkelijke doorvoersnelheid.

Wifi-analyse

De meeste tools zijn eveneens geschikt voor draadloze netwerken. Maar er zijn ook programma’s die specifiek op wifi gericht zijn, zoals het opensource Vistumbler, Acrylic Wi-Fi Home en NetSpot. Vistumbler is volledig gratis, terwijl de andere twee freemium-tools zijn.

We richten ons hier op Acrylic. Installeer de Wi-Fi Analyzer, als onderdeel van de Acrylic Suite, en je kunt alle functies vijf dagen gratis uitproberen.

Op het tabblad Access Points krijg je een overzicht van de gedetecteerde draadloze netwerken, met onder meer het SSID, MAC-adres van het toegangspunt of router, het gebruikte kanaal, bandbreedte, wifi-profiel en de RSSI (Received Signal Strength Indicator). Deze RSSI-waarde wordt uitgedrukt in een negatieve dBM-waarde (decibel-milliwatts), waarbij bijvoorbeeld -40 beter is dan -60 (vanaf ongeveer -70 wordt de verbinding vaak minder betrouwbaar).

Onderaan kun je een live signaalgrafiek bekijken, apparaatgegevens opvragen en diverse aspecten van de netwerkkwaliteit analyseren. In het linkermenu vind je onder meer een Packet analyzer (activeer eerst de knop Packet Viewer), waarmee je inzicht krijgt in de datapakketten van je draadloze netwerk.

Je kunt deze tool gebruiken om eventuele storende kanaaloverlapping te detecteren of om na te gaan wat het effect is van bepaalde ingrepen, zoals het verplaatsen van een toegangspunt of het richten van antennes.

Je krijgt een goed beeld van je eigen draadloos netwerk en andere netwerken in de buurt.

Mobiele netwerkapps

Voor het detecteren en monitoren van netwerkapparaten hebben we ons tot nu toe gericht op desktopapplicaties, maar er zijn ook handige tools beschikbaar voor smartphones.

Een populaire app is FING, beschikbaar voor zowel Android als iOS. Bij een scan toont Fing alle gedetecteerde apparaten, inclusief hostnaam, ip-adres, producent en MAC-adres. Door op een apparaat te tikken, krijg je toegang tot functies zoals ping of traceroute. Je kunt het apparaat ook laten scannen op netwerkdiensten zoals HTTP, FTP of Telnet. Tegen betaling biedt Fing extra functionaliteit, zoals het monitoren van netwerken en het waarschuwen voor wijzigingen of open poorten.

Een andere nuttige app is HE.NET, ook beschikbaar voor Android en iOS. Deze app bevat tools zoals iPerf, een poortscanner, ping, traceroute en DNS-lookup.

Voor Android is ook PingTools Network Utilities nog een goede keuze. Zo kun je de app instellen om een melding te ontvangen wanneer een specifiek netwerkapparaat niet meer bereikbaar is.

HE.NET Network Tools heeft een hele reeks handige netwerkhulpjes aan boord.