ID.nl logo
Zekerheid & gemak

5 alternatieve besturingssystemen voor de Raspberry Pi

De Raspberry Pi is een prachtig knutselapparaatje, maar vaak blijf je toch hangen bij Raspbian om het aan te sturen. Er zijn echter nog veel meer besturingssystemen voor de mini-pc. We zetten 5 alternatieve besturingssystemen voor de Raspberry Pi onder elkaar.

Snappy Ubuntu Core

Voor degene die wel met Ubuntu aan de slag wil, maar het simpel wil houden.

Als je wel graag Linux wilt gebruiken maar het wel makkelijk wil houden, dan kun je altijd terecht bij Ubuntu. Deze bekende Linux-variant is al jaren een populair alternatief voor Windows, met name door de gebruiksvriendelijke interface. Sinds kort kun je Ubuntu ook installeren op een Raspberry Pi - althans, soort van.

Snappy is een Ubuntu-release die is gebaseerd op Ubuntu Core, de IoT-variant van het besturingssysteem. Snappy is daar een visuele variant van, die Ubuntu ook op de Raspberry tot een volwaardig besturingssysteem maakt.

Grote kanttekening is dat Snappy Ubuntu niet officieel wordt ondersteund. Het OS is gemaakt door een stel hobbyisten die de software hebben overgezet, en kan daarom niet niet helemaal soepel draaien. Ook werkt het besturingssysteem alleen op de nieuwste Raspberry Pi 2 met ARMv7-core, dus oude mini-pc'tjes worden niet ondersteund.

Wil je Snappy Ubuntu Core toch proberen, dan vind je hier de instructies om het te downloaden en te installeren.

©PXimport

Windows 10

Voor de echte Microsoft-fan die graag het nieuwste probeert.

Toen Microsoft bekend maakte Windows 10 ook naar de Raspberry Pi te brengen, gingen de harten van veel knutselaars sneller kloppen. Het zou toch handig zijn als je het meest universele besturingssysteem ook naar de mini-computer kunt brengen.

Helaas werkt Windows 10 voor de Raspberry Pi net even iets anders. Het gaat namelijk niet om het besturingssysteem zoals dat er voor desktops uit ziet, maar om een speciale IoT-port. Windows 10 wordt op de domotica-apparatuur vooral gebruikt om slimme apparaten in je huis aan te drijven, zodat je bijvoorbeeld slimme lampen of thermostaten kunt samenbrengen en aansturen vanaf één systeem.

Windows 10 heeft op de Pi zelf dan ook (nog) geen bruikbare interface. Je moet het OS aansturen vanuit een command-prompt of vanuit Windows Powershell vanaf een bijbehorende pc. Je kunt daar op dit moment nog niet heel veel mee, omdat Windows 10 nog niet officieel is uitgebracht. Toch heeft Microsoft een experimentele build van Windows 10 voor de Raspberry Pi 2 al online gezet - je kunt die hier downloaden.

©PXimport

RISC OS

Voor wie een beetje nostalgie wil, of wie écht hardcore nieuwe besturingssystemen wil leren.

RISC is een aparte titel. Het is namelijk een volledig uniek besturingssysteem, dat niets met Linux te maken heeft. Het is zelfs niet gebaseerd op UNIX, maar heeft een heel eigen infrastructuur die speciaal geschreven is voor ARM-processoren. RISC bestaat dan ook al sinds de jaren 80, toen het speciaal werd gemaakt voor apparaten met bijzonder weinig werkgeheugen en processorkracht. Dat betekent dat RISC moeiteloos draait op de Raspberry Pi (zelfs de oudere), en daarbij zelfs ruimte overhoudt.

RISC heeft daardoor wel wat nadelen. Het is namelijk moeilijk te beveiligen, en applicaties zijn feitelijk mappen die je op een bepaalde manier moet oproepen.

Er zijn diverse programma's die gewoon op RISC draaien, en de RISC-repo's hebben zelf genoeg vervangers voor apps als afbeeldingen- of tekstverwerkers. Je kunt RISC het beste gebruiken om lekker mee te knutselen en om meer te leren over besturingssystemen en hoe je je Pi optimaal kunt gebruiken. Je kunt het ook gebruiken als lichtgewicht systeem als je je Pi wil gebruiken voor heel basale toepassingen - af en toe een stukje schrijven bijvoorbeeld.

Als je met RISC OS aan de slag wil (en durft!) kun je hier terecht.

Minibian

Voor als je een heel specifiek doel in gedachten hebt.

Als je een heel specifiek doel voor ogen hebt met je Raspberry Pi, maar je niet alle poespas wil die bij de meeste besturingssystemen komt, dan kun je Minibian gebruiken. Dat OS is gebaseerd op Raspbian, maar heeft de hele UI gestript zodat je een minimaal besturingssysteem overhoudt. Minibian heeft als voordeel dat het waanzinnig klein is: Je kunt het al draaien vanaf een 512 MB sd-kaart. Daardoor boot het in slechts een paar seconden en verbruikt het amper werkgeheugen. Als je handig bent met Linux en je je prima kunt redden met een terminal, dan is Minibian het perfecte besturingssysteem om een specifieke taak toe te wijzen aan je Pi - bijvoorbeeld om er een thuisserver of een NAS van te maken.

De laatste versie van Minibian is hier te downloaden.

©PXimport

OpenELEC

Als je van je RaspPi een mediacentrum wil maken.

Als je je Raspberry Pi alleen als mediacenter wil gebruiken, hoef je niet persé Kodi (het vroegere XBMC) te installeren. Je kunt namelijk ook OpenELEC (Open Embedded Linux Entertainment System) gebruiken als besturingssysteem. OpenELEC is bedoeld als besturingssysteem dat volledig draait om je eigen mediacenter. Je kunt er video's mee afspelen of apps als Popcorn Time op installeren, allemaal vanuit een simpele interface. OpenELEC wordt actief ondersteund door ontwikkelaars, die daarom bijvoorbeeld Dolby Surround-geluid in de meest recente versie hebben toegevoegd.

OpenELEC is hier te downloaden.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.