ID.nl logo
Zo kies je het beste mobiele abonnement
© Reshift Digital
Huis

Zo kies je het beste mobiele abonnement

Bij mobiele abonnementen is er geen ‘one size fits all’. De wensen lopen sterk uiteen, maar één ding is voor iedereen belangrijk: goed en snel mobiel internet. Hoe kies je een abonnement dat bij je past? En waar moet je op letten bij de keuze van een provider? Mobiel internet kan, mede dankzij 4G, een volwaardig alternatief zijn voor de vaste internetverbinding. Daarmee kun je dan weer geld besparen. Maar wanneer is dat interessant en wat zijn de beperkingen? In dit artikel gaan we op zoek naar het beste mobiele abonnement.

Hoeveel belminuten heb je nodig? Die vraag wordt nauwelijks nog gesteld. De databundel is tegenwoordig het uitgangspunt bij een mobiel abonnement, ook als je het aanbod van providers gaat vergelijken. Toepassingen als WhatsApp, Facebook, Snapchat, Spotify, YouTube en browsen zijn voor veel mensen minstens zo belangrijk als bellen. Meestal zelfs nog belangrijker. Het aantal belminuten of sms’jes is bij de duurdere abonnementen vaak onbeperkt.

De honger naar data is groot: het gemiddelde gebruik stijgt snel en ligt inmiddels rond 1 GB per maand. Providers haken erop in met steeds grotere databundels. Zo verhoogde T-Mobile zijn XL-bundel in 2016 van 12 GB naar 20 GB en introduceerde het ook nog de nieuwe bundel Oneindig Online met onbeperkt internet. Die bundel is nog altijd vrij prijzig met 70 euro per maand. In vergelijking met buitenlandse providers zijn de tarieven vrij hoog. Zo heb je bij Three in het Verenigd Koninkrijk al onbeperkte data voor 23 pond (ongeveer 25 euro). Helemaal onbeperkt is het aanbod van T-Mobile trouwens niet: gebruik je meer dan 5 GB op een dag, dan kun je ongelimiteerd 1 GB per keer toevoegen via de app My T-Mobile. Dat kost niets maar is wel even een handeling natuurlijk. De voorwaarden van dit onbeperkte abonnement zijn wel goed: je mag de dienst op alle apparaten gebruiken, dus ook op bijvoorbeeld mifi-routers (zie 4G via wifi).

©PXimport

Hoeveel data heb je nodig?

Hoeveel data je nodig hebt, hangt sterk af van je gebruik. Vooral streaming muziek (150 tot 200 MB per uur) en video (500 tot 1200 MB per uur) vragen erg veel data. Bij een snelle internetverbinding, bijvoorbeeld via 4G of zelfs 4G+ (zie kader), kiezen streaming-apps als YouTube en Netflix meestal ook nog eens automatisch de hoogste kwaliteit, waardoor het verbruik nog verder toeneemt.

Van 4G naar 4G+ met het juiste toestel

Net als de bundelgrootte, neemt ook de snelheid van mobiel internet toe, met dank aan de ontwikkelingen rond 4G. Inmiddels hebben alle providers het netwerk opgewaardeerd naar 4G+. KPN, Vodafone en Tele2 bieden een maximale snelheid van 225 Mbit/s, bij T-Mobile is dat 120 Mbit/s. De gemiddelde internetsnelheid voor 4G ligt rond 40 Mbit/s, maar zal dankzij 4G+ zo’n 50 procent hoger komen te liggen. Kenmerkend voor de technologie is dat meerdere frequenties worden gecombineerd voor een betere snelheid en stabielere verbinding. De apparatuur moet de standaard wel ondersteunen om te profiteren. Als smartphone zijn bijvoorbeeld de Samsung Galaxy S7, iPhone 6s en Sony Xperia Z5 geschikt. In de specificaties van je toestel, te vinden op bijvoorbeeld GSMArena, kun je dit nagaan. Met LTE Cat4 is een download/uploadsnelheid van 150/50 Mbit/s haalbaar. Om van 4G+ te profiteren heb je Cat6 nodig, dat in theorie tot 300/50 Mbit/s gaat. Overigens experimenteren enkele providers in het buitenland al met Cat9 met een topsnelheid van 450/55 Mbit/s. In Nederland lijkt dat voorlopig toekomstmuziek.

©PXimport

Dekking

Snel en stabiel internet, dat willen we allemaal, maar bij welke provider moet je zijn? Vier providers (KPN, T-Mobile, Vodafone en Tele2) hebben in Nederland een eigen netwerk. Ze vermelden graag hoeveel procent van de bevolking ze bereiken, maar als je op het platteland woont heb je weinig aan zo’n percentage. Het bestuderen van de dekkingskaartjes is in alle gevallen raadzaam. Alle providers hebben zo’n dekkingskaart op hun website. Let op het onderscheid tussen dekking binnenshuis en buitenshuis, maar ook op de beschikbaarheid van 2G en 3G. Zo heeft Tele2 niet alleen de minste 4G-dekking maar ook alleen een 4G-netwerk. Hierdoor kun je buiten het dekkingsgebied niet terugvallen op 2G of 3G, zoals bij de andere providers. Op termijn zullen providers hun 2G- en 3G-netwerken afbreken, zodat ze de frequenties weer kunnen gebruiken voor een betere 4G-dekking. Dat moment is waarschijnlijk nog ver weg: er zijn nog te veel toepassingen die op het langzame maar betrouwbare 2G vertrouwen en nog lang niet iedereen heeft een 4G-toestel. Een andere bron die je kunt raadplegen is het Antenneregister. Deze instantie geeft een overzicht van antenne-installaties in Nederland, waaronder de mobiele zendmasten van providers. Zo kun je wat specifieker opzoeken waar de zendmasten staan.

©PXimport

Meten is weten!

Zelfs als een dekkingskaart uitwijst dat je goed bereik hebt binnenshuis, kan de praktijk anders zijn. Het is daarom altijd verstandig het netwerk uit te proberen voordat je een (duur) abonnement afsluit. Gebruik daarvoor bijvoorbeeld een prepaid simkaart met mobiel internet van diezelfde provider of leen de smartphone van een kennis. De bekende website www.speedtest.net van Ookla is geschikt voor je meting. Hiervoor is bovendien een app beschikbaar, zodat je comfortabel met een smartphone kunt meten (zet dan wel wifi uit!). Er zijn natuurlijk wat factoren die de test beïnvloeden. Zo zal een wat oudere smartphone niet de laatste standaarden ondersteunen waardoor de snelheid lager uit kan vallen.

Netflix heeft ook een eigen speedtest genaamd Fast. De app meet alleen de downloadsnelheid, al is dat bij het bekijken van video of downloaden van bestanden natuurlijk wel de meest relevante waarde. Voor de berekening worden enkele downloads uitgevoerd vanaf Netflix-servers. Na het starten van de app zie je, na een korte wachttijd, direct het resultaat. Uit de Tech Blog van Netflix blijkt dat er, ondanks de simpele werking, behoorlijk wat techniek achter schuilgaat.

Snelheid en latency

Dat 4G razendsnel kan zijn, blijkt wel uit een eenvoudige test op het netwerk van KPN met de app van Speedtest. We hebben dit binnenshuis getest op ongeveer 500 meter afstand van een zendmast met een Galaxy Note 4. We halen gemakkelijk een downloadsnelheid van 115 Mbit/s en uploadsnelheid van 50 Mbit/s. Veel sneller dan de meeste dsl-aansluitingen en ook veel sneller dan normaliter nodig zal zijn op een smartphone. De ping, ook wel latency genoemd, is met 26 ms via 4G ook prima. De ping kun je zien als de tijd die pakketjes tussen gebruiker en server moeten afleggen. Die heb je het liefst zo laag mogelijk, voor een optimale surfervaring en zeker bij het spelen van online games. Tot 100 ms is acceptabel.

Via het wifi-netwerk thuis halen we een hogere snelheid (ruim 200 Mbit/s) en betere ping (6 ms), met dank aan een 500 Mbit/s glasvezelverbinding. Hierbij is wifi natuurlijk een vertragende factor ten opzichte van een bekabelde verbinding.

Simonly

Om een idee te geven welke abonnementen de vier providers momenteel aanbieden zetten we de eenjarige simonly-abonnementen op een rijtje. Daarbij krijg je zoals de naam al aangeeft alleen een simkaart. Een abonnement met toestel levert tegenwoordig niet zo veel voordeel op: toestelsubsidies zijn de afgelopen jaren flink teruggebracht. Koop je wel een toestel bij je abonnement, dan zijn aanbieders verplicht om te specificeren welk deel je voor het toestel betaalt.

Deze tabel is vooral een indicatie: er zitten nog de nodige haken en ogen aan. Zo zijn er vaak forse kortingen, bijvoorbeeld bij T-Mobile, en lopen tarieven buiten de bundel ook aardig uiteen. Wat er gebeurt als je datategoed op is, verschilt ook per provider: bij KPN en T-Mobile gaat de snelheid omlaag zodat je gewoon kunt blijven internetten zonder extra kosten. Bij Vodafone moet je extra betalen: 2 euro per 200 MB. Met de optie BloX Extra Data (maandelijks opzegbaar) kun je je databundel vergroten, bijvoorbeeld 1 GB extra voor 5 euro. Verder kun je bij alle providers op de kosten besparen door een tweejarig in plaats van eenjarig abonnement te kiezen. Zo wordt de aanschaf hoe dan ook nog een flinke puzzel.

©PXimport

Gebruik binnen de EU

De kosten voor roaming zijn de afgelopen jaren fors teruggebracht. Op dit moment mogen providers nog maar 5 cent per minuut en 5 cent per MB voor gebruik binnen de EU afrekenen. Vanaf 15 juni 2017 verdwijnen deze kosten na jaren gesteggel helemaal en mogen providers geen extra kosten meer in rekening brengen. Voorwaarde is wel dat je tijdelijk en niet permanent in het buitenland verblijft. Bij de meeste providers kun je een abonnement al zonder meerprijs gebruiken binnen de EU. KPN gaat daarin het verst: bij de Zorgeloos-abonnementen is de hele bel- en databundel geldig binnen de EU, met een maximum van zestig dagen. Bij T-Mobile is (beperkt) datagebruik inbegrepen bij een databundel en mag je de twee belbundels (120 min. en onbeperkt) ook tot 120 minuten binnen de EU gebruiken. Vodafone biedt bellen en internet in de EU hoofdzakelijk als betaalde optie aan, met BloX. Vanwege de nieuwe wet zullen alle providers op termijn aanpassingen (moeten) maken.

Kleinere providers

Naast de vier providers met een eigen netwerk, bestaan er diverse kleinere providers die – met een eigen aanbod – gebruikmaken van de netwerken van de grote providers. Het loont de moeite om te kijken of je bij die providers goedkoper uit bent. We zetten hier enkele interessante opties voor je op een rijtje. We gaan uit van 4G, een bundel vanaf 2 GB en ongeveer 300 minuten bellen. Bij Telfort is 4G inbegrepen, bij de andere providers betaal je tussen 2 en 5 euro per maand extra. Robin Mobile biedt 4G alleen bij de duurdere abonnementen, maar weet zich wel te onderscheiden met onbeperkt gebruik, al is de snelheid gelimiteerd. Bij het pakket Super Snel 4G is de snelheid maximaal 15 Mbit/s voor de eerste 15 GB, daarna gaat de snelheid omlaag naar 0,4 Mbit/s.

©PXimport

4G via wifi

Met een flinke bundel is het natuurlijk interessant om met meerdere apparaten te profiteren van mobiel internet. Je kunt om te beginnen natuurlijk de hotspot-functie van je smartphone gebruiken. Andere apparaten kunnen dan via wifi een verbinding met de smartphone maken en de mobiele internetverbinding delen. Er zijn ook losse kastjes voor beschikbaar, zogenaamde mifi-routers. Een populair voorbeeld is de Huawei E5377 (ongeveer 120 euro). Het is een handzaam apparaatje dat zowel thuis als onderweg van pas kan komen. Een aardige feature is de wifi-offload: de router kan bijvoorbeeld thuis of op het werk verbinding met een bestaand wifi-netwerk maken. Zo heb je altijd de beste verbinding. Een ander voorbeeld is de AVM Fritz!Box! 6820 LTE-router die sinds kort verkrijgbaar is in Nederland. De router ondersteunt 4G maar kan ook terugvallen op 3G en 2G. Ideaal voor wifi in je vakantiehuisje, maar het is functioneel wel wat beperkter dan de routers van hetzelfde bedrijf voor vast internet. Verder kun je bij diverse providers twee simkaarten voor één abonnement gebruiken (zie kader meerdere simkaarten).

©PXimport

Meerdere simkaarten

Om op meerdere apparaten mobiel te internetten, kun je bij diverse providers een extra simkaart aanschaffen. Er zijn over het algemeen twee mogelijkheden: duo-sim en multi-sim. Bij een duo-sim krijg je feitelijk twee identieke simkaarten met hetzelfde simkaartnummer. Je kunt de twee simkaarten niet tegelijkertijd gebruiken. Multi-sim werkt anders: de twee simkaarten hebben een verschillend simkaartnummer. Eén simkaart is bedoeld voor je telefoon en je kunt er mee bellen en internetten. De andere is data-only en gebruik je voor mobiel internet in bijvoorbeeld een tablet of laptop. Vodafone biedt momenteel als enige een multi-sim aan. Die is gratis bij de abonnementen Red Super en Black, bij andere abonnementen betaal je 5 euro per maand extra (met 1 GB extra data). T-Mobile biedt sinds ongeveer een jaar een MB-verdeler die ongeveer hetzelfde werkt: je krijgt voor eenmalig 14,99 euro extra simkaarten voor bijvoorbeeld een tablet of laptop.

4G voor thuis

Er zijn nog veel huishoudens die last hebben van traag of instabiel internet via de vaste lijn. Woon je binnen het dekkingsgebied van een mobiele provider, dan kan mobiel internet een interessant alternatief zijn, zeker als je niet te veel data verstookt. KPN en T-Mobile springen er handig in op: KPN heeft een speciaal aanbod exclusief voor gebruikers in buitengebieden waar geen of traag vast internet beschikbaar is, genaamd Internet Buitengebied via 4G. Het 4G-modem, die het signaal omzet naar wifi, kost je eenmalig ongeveer 100 euro. Dat geldt ook voor aanbod van T-Mobile, 4G voor Thuis, dat in oktober werd geïntroduceerd. Hier mag wél iedereen gebruik van maken. T-Mobile geeft je de keuze uit drie bundels: 25, 50 en 100 GB. Als je door de bundel heen bent stopt de verbinding. Je kunt het dan aanvullen met 5 GB (€ 10), 25 GB (€ 20) of 100 GB (€ 40). T-Mobile heeft gekozen voor de aantrekkelijke Huawei E5186-22a, een router die als een van de eerste ook al Cat6 voor snelheden tot 300 Mbit/s ondersteunt. De router biedt bovendien snel wifi (802.11ac) en vier gigabit-ethernetpoorten. Valt het mobiele bereik nog wat tegen, dan is dat met een buitenantenne te verbeteren.

©PXimport

Besparen?

Kun je nou besparen op je mobiele abonnement? Dat hangt natuurlijk helemaal af van het abonnement dat jij nu hebt. Heb je een duur abonnement waarbij je veel data mag verbruiken, maar verbruik je bijvoorbeeld maar 200 MB? Dan kun je wellicht overstappen naar een veel goedkoper abonnement. De prijzen van de verschillende aanbieders ontlopen elkaar over het algemeen niet zo gek veel. Ben je toe aan een nieuw abonnement, bepaal dan met behulp van dit artikel jouw eisen, en zoek (online) naar een mooie aanbieding.

▼ Volgende artikel
Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?
© ER | ID.nl
Huis

Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?

Als je de specificatielijst van een moderne televisie of monitor bekijkt, zie je achter het kopje 'verversingssnelheid' vaak een getal staan gevolgd door 'Hz'. Jarenlang was 50 of 60 Hz de standaard, maar tegenwoordig pronken fabrikanten met 100, 120 of zelfs 144 Hz. Klinkt sneller, en sneller is meestal beter, maar wat betekent het nou eigenlijk voor jouw kijkervaring? Is het een noodzaak voor iedereen, of vooral leuk voor fanatieke gamers?

Om te begrijpen wat die Hertz (Hz) doet, moet je een televisie of monitor niet zien als een statisch schilderij, maar als een soort digitale flipbook. Het beeld dat je ziet, wordt immers continu opnieuw opgebouwd. Een standaard 60Hz-scherm ververst het beeld 60 keer per seconde. Dat is voor het menselijk oog snel genoeg om een vloeiende beweging waar te nemen bij normaal tv-kijken, zoals het nieuws of een dramaserie. Een 120Hz-scherm doet dat dus dubbel zo vaak: 120 keer per seconde.

©DC Studio

Waarom zou je meer beelden per seconde willen?

Het grootste voordeel van een hogere verversingssnelheid is soepelheid. Hoe meer beelden er per seconde worden getoond, hoe vloeiender bewegingen eruitzien. Bij 60 Hz kunnen snelle acties soms wat schokkerig ogen of last hebben van bewegingsonscherpte, ook wel 'motion blur' genoemd. Bij 120 Hz blijven details scherp, zelfs als de camera snel draait of als er bijvoorbeeld een raceauto voorbij raast. Daarnaast voelt de besturing van games directer aan. Tussen het moment dat je een knop indrukt en het moment dat je actie op het scherm ziet, zit minder tijd. Dat verschil in milliseconden lijkt verwaarloosbaar, maar je brein pikt het direct op als een responsievere ervaring.

Het verschil tussen 120 en 144 Hz (en hoger)

Terwijl 120 Hz de nieuwe gouden standaard is voor televisies, zie je bij computermonitors vaak getallen als 144 Hz, 165 Hz of zelfs 240 Hz en hoger. Het principe blijft hetzelfde, maar de toepassing verschilt. 120 Hz is de limiet voor de huidige generatie spelcomputers, zoals de PlayStation 5 en Xbox Series X. Televisies richten zich daarom specifiek op dat getal. Pc-gamers hebben echter vaak krachtiger videokaarten die nóg meer beelden per seconde kunnen produceren. Daarom zie je monitors met 144 Hz of meer.

Is het verschil tussen 120 en 144 Hz zichtbaar? Voor de gemiddelde gebruiker nauwelijks. Waar de stap van 60 naar 120 Hz een wereld van verschil is die bijna iedereen direct ziet, is de stap naar 144 Hz of hoger vooral voer voor professionele e-sporters die elke mogelijke fractie van een seconde winst nodig hebben. Voor de consument die een monitor zoekt voor thuisgebruik en gaming, is alles boven de 120 Hz doorgaans een uitstekende keuze.

©ER | ID.nl

Heb jij het nodig?

Het antwoord op die vraag hangt volledig af van wat je met je scherm doet; of dat nu een tv of een gamemonitor is. Kijk je voornamelijk lineaire televisie, films en series via streamingdiensten? Dan is een 120Hz-scherm geen harde noodzaak, aangezien films doorgaans in 24 beelden per seconde worden geschoten. Toch hebben 100/120Hz-panelen in televisies vaak wel een betere beeldkwaliteit en kunnen ze die films rustiger weergeven dan goedkopere 60Hz-panelen.

Ben je echter een gamer? Dan is het antwoord volmondig ja. De nieuwste spelcomputers en moderne videokaarten zijn gemaakt om die hoge snelheden te benutten. Games spelen soepeler, zien er scherper uit tijdens actiescènes en je reageert sneller op wat er gebeurt. Als je nu een nieuwe tv of monitor koopt met het oog op de toekomst en gaming, is 120 Hz of hoger eigenlijk een vereiste op je wensenlijstje. Let er bij televisies wel op dat je beschikt over een HDMI 2.1-aansluiting, want alleen die kabel kan de enorme hoeveelheid data van 4K-beeld met 120 Hz verwerken.

Drie tv's met 120 Hz of meer

De meeste high-end tv's van dit moment ondersteunen 120 Hz voor spelcomputers (PS5/Xbox Series X) en gaan zelfs tot 144 Hz als je ze aan een krachtige gaming-pc hangt.

Als we kijken naar de huidige generatie televisies, kunnen we niet om de LG OLED evo C5 heen. Dit is de gloednieuwe opvolger van de populaire C4 en wordt gezien als de standaard voor gamers en filmliefhebbers. Hij beschikt over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 144 Hz ondersteunen, wat hem toekomstbestendig maakt voor pc-gamers, terwijl hij naadloos samenwerkt met de PlayStation 5 en Xbox Series X op 120 Hz. Het nieuwe paneel heeft een nog hogere helderheid dan zijn voorganger, waardoor HDR-beelden nog meer impact hebben.

Daarnaast is de Samsung OLED S95F een absolute blikvanger in de winkels. Waar Samsung vorig jaar hoge ogen gooide met de S95D, doet de F-serie er nog een schepje bovenop met een vernieuwde antireflectielaag die nog beter werkt in lichte kamers. Dit model combineert de diepe zwartwaarden van OLED met de intense kleuren van Quantum Dots. Ook dit scherm ondersteunt verversingssnelheden tot 144 Hz en beschikt over de uitgebreide Gaming Hub van Samsung, waarmee je zelfs zonder console games kunt streamen.

Voor wie liever geen OLED wil, is de Samsung Neo QLED QN90F de meest courante keuze in het high-end lcd-segment. Dit 2025-model maakt gebruik van geavanceerde Mini-LED-technologie, waardoor de helderheid veel hoger ligt dan bij OLED-schermen. Dat maakt hem ideaal voor een zonovergoten woonkamer. Met een verversingssnelheid die oploopt tot 144 Hz en een extreem lage invoervertraging, is dit voor veel competitieve gamers de favoriete keuze.

Drie monitors met 120 Hz of meer

Bij monitors ligt de standaard tegenwoordig al hoger dan 120 Hz, omdat snelheid de uitkomst van een potje schieten of racen bepaalt. Deze modellen zijn populair op Kieskeurig.

Op het gebied van monitoren zien we dat 240 Hz langzaam de nieuwe standaard wordt voor de serieuze gamer. Een model dat momenteel erg goed scoort op Kieskeurig is de LG UltraGear 27GR83Q. Dit is een 27-inch IPS-scherm met een razendsnelle verversingssnelheid van 240 Hz. In tegenstelling tot oudere modellen biedt dit scherm een extreem snelle responstijd van 1 milliseconde, waardoor je in snelle shooters geen last hebt van wazige beelden. Het is een van de meest complete monitoren van dit moment die zowel voor pc als console geschikt is.

Zoek je de absolute top in beeldkwaliteit, dan is de Samsung Odyssey G6 (G60SD) een model dat je veel ziet. Dit is een moderne OLED-monitor met een verversingssnelheid van maar liefst 360 Hz. Hoewel dat misschien overkill klinkt, zorgt de combinatie van de OLED-techniek en deze snelheid voor een ongekend vloeiende en scherpe ervaring. Het scherm heeft bovendien een nieuw koelsysteem waardoor de kans op inbranden – een angst bij oudere OLED-monitoren – aanzienlijk is verkleind.

Voor wie een beperkter budget heeft maar wel snelheid wil, is de MSI MAG 27CQ6F een actuele hardloper. Dit is een gebogen scherm (Curved) met een snelheid van 180 Hz, wat net dat beetje extra soepelheid geeft ten opzichte van de standaard 144 Hz-schermen. Het paneel biedt een hoog contrast en is daarmee een uitstekende instapper voor wie zijn game-ervaring wil upgraden zonder direct de hoofdprijs te betalen.

▼ Volgende artikel
Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is
© ID.nl
Huis

Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is

QD-OLED is steeds vaker terug te vinden in gamingmonitoren. Waar deze techniek eerst vooral was voorbehouden aan het hogere segment, zie je steeds vaker in modellen die voor een veel bredere groep gamers betaalbaar zijn. De vraag is natuurlijk of je dat verschil in beeldkwaliteit ook echt merkt tijdens het spelen. In dit artikel lees je hoe QD-OLED werkt en wanneer je het verschil in de praktijk merkt.

In dit artikel

In dit artikel lees je wat QD-OLED precies is en waarom deze schermtechniek vooral bij gamen zichtbaar voordeel biedt. We leggen uit hoe QD-OLED verschilt van traditionele lcd-panelen, wat je merkt bij snelle actie en donkere scènes, en hoe het zit met helderheid, HDR en reflecties. Ook besteden we aandacht aan burn-in en de beschermingsmechanismen die moderne QD-OLED-monitoren gebruiken. Tot slot lees je voor welk type gamer QD-OLED het meest geschikt is en wanneer een Mini-LED-monitor een logisch alternatief kan zijn.

Lees ook: Lcd versus oled: wat is het verschil en welke televisie moet je kiezen?

Wat QD-OLED anders maakt

Een traditioneel LCD-paneel werkt met achtergrondlicht dat door meerdere lagen heen moet voordat je een beeld ziet. Dat kost tijd en maakt dat zwart nooit volledig zwart wordt. QD-OLED laat die tussenlagen achterwege. Elke pixel geeft zelf licht en schakelt onafhankelijk van de rest. Daardoor reageert het beeld direct. De quantum-dot-laag zet het blauwe OLED-licht om in diepe en zuivere kleuren. Het voelt alsof je condens van een raam veegt: zodra de waas verdwijnt, zie je het beeld helder en zonder vertraging.

©ID.nl

Vloeiende beelden bij snelle actie

Die directe pixelreactie merk je vooral wanneer je snelle spellen speelt. Omdat pixels vrijwel meteen overschakelen naar een nieuwe kleurstand, blijven objecten die over het scherm vliegen scherp in beeld. In shooters, racespellen en andere games waarbij snelheid telt, bijvoorbeeld voetbalgames, ontstaat daardoor een rustiger beeld met minder bewegingsonscherpte. Je ogen hoeven zich minder vaak aan te passen. Daardoor raken ze minder snel vermoeid en houd je makkelijker overzicht, ook wanneer je langere tijd achter elkaar speelt.

©ID.nl

Zicht in donkere scènes

QD-OLED blinkt uit in donkere scènes. Pixels die geen licht hoeven te geven, staan volledig uit en leveren een diep zwart dat je bij LCD-panelen zelden ziet. Doordat heldere elementen hier direct naast kunnen staan zonder dat ze licht lekken, ontstaat een sterk contrast dat schaduwen en lichte accenten duidelijker scheidt. Daardoor verdwijnen grijze waasjes in schaduwhoeken en blijven contouren van objecten helder zichtbaar. Vooral in stealth-games, horrorspellen en shooters waarin je tegenstanders soms alleen als silhouet ziet, levert dat een tastbaar voordeel op.

©ID.nl

Kleurrijk zonder overdrijven

De quantum-dot-laag zorgt voor een breed kleurbereik waardoor lichteffecten, huidtinten en subtiele schaduwen goed zichtbaar blijven. Veel QD-OLED-monitoren tonen kleuren standaard wat verzadigd, vooral in de felste modi. In een sRGB- of filmmodus wordt het beeld zachter en natuurgetrouwer, wat beter aansluit bij fotobewerking en dagelijks gebruik. Zodra je de juiste modus gebruikt, lopen kleuren vloeiend in elkaar over en blijven ze gelijkmatig, terwijl uitgesproken elementen zoals neon en magie juist duidelijk opvallen. Dat merk je niet alleen in games, maar ook wanneer je foto's bewerkt of films kijkt.

Helderheid en HDR in perspectief

QD-OLED heeft op het gebied van helderheid flinke stappen gezet ten opzichte van eerdere OLED-generaties. In HDR-games kunnen lichte delen krachtig oplichten zonder dat fel zacht of dof oogt; explosies, glinsteringen op water en fel tegenlicht komen daardoor beter tot hun recht. Toch is het goed om te weten dat deze techniek niet alle beperkingen wegneemt. De helderheid van QD-OLED hangt sterk af van de schermvulling. Bij SDR (standaard dynamisch bereik, het normale helderheidsniveau voor dagelijkse pc-taken) op een volledig wit scherm ligt de helderheid meestal rond de 200 tot 250 nits. Bij kleinere, heldere onderdelen kan dit oplopen richting 400 tot 500 nits. In HDR kunnen pieken van 1000 tot 1300 nits worden bereikt, maar die waarden gelden vooral voor kleine accenten en niet voor het hele scherm. Mini-LED-monitoren houden hogere helderheidsniveaus langer vast, wat in fel verlichte kamers zichtbaar voordeel geeft in extreme highlights. QD-OLED compenseert veel daarvan met perfect zwart, waardoor het contrast wel krachtig blijft (zie ook kader QD-OLED versus Mini-LED) .

Reflecties in daglicht

De meeste QD-OLED-monitoren hebben een glanzende afwerking. Dat helpt bij de kleurweergave en het contrast, maar maakt het paneel gevoeliger voor reflecties bij daglicht. Daarnaast ontbreekt een polarisatiefilter. Daardoor kunnen zwartwaarden in fel licht een paarse of grijze waas krijgen: het diepe zwart wordt zichtbaar opgelicht, meer dan bij een gewone spiegeling. Dat drukt het contrast in een goed verlichte kamer en kan afleiden bij gamen. Gebruik je de monitor vooral in een donkere of gelijkmatig verlichte ruimte, dan speelt dit nauwelijks. In kamers met veel direct zonlicht of grote ramen komt een matte Mini-LED-monitor daarom vaak rustiger over.

©ID.nl

Minimale inputvertraging

Naast de snelle pixelreacties is ook de invoervertraging laag. Moderne QD-OLED-modellen reageren direct op elke muisbeweging en elke controlleractie. Vooral in competitieve shooters is dat een voordeel, omdat elke handeling zonder merkbare vertraging op het scherm verschijnt. 

QD-OLED versus Mini-LED

QD-OLED en Mini-LED worden vaak naast elkaar genoemd, maar het zijn fundamenteel verschillende technieken. QD-OLED is zelflichtend: elke pixel geeft zijn eigen licht en kan volledig uit. Dat levert perfect zwart, zeer snelle pixelreacties en sterk contrast op, wat vooral bij games met veel beweging en donkere scènes zichtbaar voordeel geeft.

Mini-LED is een verfijnde vorm van LCD. Het paneel gebruikt duizenden kleine leds als achtergrondverlichting die in zones worden gedimd. Daardoor kan een Mini-LED-scherm hoge helderheid over grote delen van het scherm vasthouden, wat prettig is in fel verlichte kamers en bij HDR met veel lichtaccenten. Zwart is hierbij wel afhankelijk van lokale dimming en nooit volledig uitgeschakeld zoals bij OLED.

Kort gezegd blinkt QD-OLED uit in contrast, snelheid en beeldrust in donkere omgevingen, terwijl Mini-LED praktischer is bij veel omgevingslicht, wanneer dezelfde elementen of onderdelen langdurig in beeld staat en als hoge helderheid belangrijk is.

Burn-in en levensduur

Burn-in blijft bij elke OLED-variant een punt van aandacht, al zijn moderne QD-OLED-schermen duidelijk verder dan eerdere generaties. Ze gebruiken meerdere beschermingsmechanismen die de belasting door statische beelden beperken. Voor normaal gamegebruik werkt dat in de praktijk goed en blijft het risico klein.

Dat neemt niet weg dat enige nuance op zijn plaats is. Gebruik je een monitor dagelijks vele uren voor taken met veel vaste elementen, zoals spreadsheets, fotobewerkingspanelen of het steeds terugkerende HUD van één game, dan is de kans op inbranden groter dan bij LCD- of Mini-LED-panelen. Afwisseling in wat je op het scherm toont en af en toe even pauze nemen helpt om het paneel langer in goede staat te houden. Even pauze nemen is ook voor jezelf goed trouwens!

Wat voor beschermingstechnieken kun je tegenkomen?

Wat is het?Wat doet het?
Screensaver (schermbeveiliging)Dimt het scherm bij langdurig stilstaand beeld en herstelt de helderheid automatisch zodra er weer beweging is, om inbranden te voorkomen.
Pixel orbiting (pixelverschuiving)Verschuift het beeld continu minimaal op pixelniveau zodat vaste elementen nooit exact op dezelfde plek blijven staan.
Pixel refresh (pixelverversing)Start een onderhoudscyclus waarbij het paneel zichzelf corrigeert om slijtage en beginnende inbranding te verminderen.
Auto Warning (automatische waarschuwing)Geeft na een bepaalde gebruiksduur automatisch een melding om een pixel refresh uit te voeren.
Logos protection (logobescherming)Herkent vaste logo's in beeld en verlaagt daar lokaal de helderheid om inbranden te beperken.
Boundary dimmer (randdimming)Dimt automatisch delen van het scherm met zwarte balken of sterke helderheidsverschillen, bijvoorbeeld bij afwijkende beeldverhoudingen.
Taskbar dimmer (taakbalkdimming)Verlaagt specifiek de helderheid van de taakbalk om langdurige statische weergave op die plek te beperken.
Thermal protection (thermische beveiliging)Past de helderheid automatisch aan wanneer de monitor te warm wordt, om oververhitting en paneelslijtage te voorkomen.

©AGON by AOC

AGON by AOC PRO OLED AG276QKD2

Voorbeeld: bescherming in de praktijk

Veel QD-OLED-monitoren combineren verschillende beschermingsmechanismen om het risico op burn-in te beperken. In onderstaande tabel zie je bijvoorbeeld wat je kunt vinden in een aantal recente modellen uit de AGON PRO line-up van AOC. Je kunt al deze functies zelf in- en uitschakelen en je kunt de intensiteit ervan aanpassen. Dat betekent dat je zelf kunt bepalen hoe sterk de bescherming is.

Techniek ⬇ / Model ➡AG276QKD2AG276UZDAG346UCDAG276QZD2
Screen saverJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / Fast
Pixel orbitingJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / Strong
Pixel refreshJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Auto WarningJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Logos ProtectionJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2
Boundary dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Taskbar dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Thermal protectionJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / On

Voor wie QD-OLED vooral interessant is

Gamers die veel snelle actie spelen, halen het meeste uit QD-OLED. De voordelen van de techniek zijn in elk genre zichtbaar, maar vallen vooral op in shooters en racespellen, waar tempo en directe reacties tellen. Ook filmische games die sterk leunen op licht-donkercontrasten winnen zichtbaar aan sfeer en detail.

Conclusie

QD-OLED combineert diepe zwartwaarden met snelle pixelreacties en een breed kleurbereik. Dat zorgt voor een vloeiend beeld in snelle games en meer overzicht in donkere scènes. HDR komt overtuigend tot zijn recht, al blijven Mini-LED-schermen beter overeind bij zeer hoge helderheid en fel daglicht. Inbranden blijft een punt van aandacht wanneer hetzelfde element lange tijd in beeld staat, maar moderne modellen beschikken over uitgebreide beschermingsmaatregelen. Voor veel gamers is QD-OLED daarmee een goede keuze: snel, sfeervol en klaar voor de komende jaren.

QD, OLED en QD-OLED

OLED
Elke pixel geeft zelf licht. Daardoor zijn zwartwaarden diep en schakelt het beeld snel. Geschikt voor gaming en films, met aandacht voor burn-in bij langdurig statisch beeld.

QD (Quantum Dots)
Quantum dots zetten licht om in pure, heldere kleuren. Ze worden ingezet om kleurvolume en helderheid te verbeteren.

QD-OLED
Combineert de zelflichtende OLED-pixelstructuur met een quantum-dot-laag. Je krijgt diepe zwarttinten, snelle reactie en een breed kleurbereik. Het is een balans tussen snelheid, helderheid en kleurprecisie die goed aansluit bij moderne games.