ID.nl logo
Huis

5G: wat is het, wat heb je eraan en wanneer komt het?

Je hebt het misschien al een beetje rond horen zingen, maar we staan aan de vooravond van de uitrol van het 5G netwerk. Na 3G en 4G snappen we dat het over een beter en sneller netwerk gaat, maar wat houdt het nu precies in? Belangrijker nog: wat heb jij aan de uitrol van 5G en moet je je daarop voorbereiden? Wij leggen het je uit.

Wat is 5G?

Kort door de bocht staat 5G voor de vijfde generatie mobiele netwerken; logischerwijs is dit de opvolger van 4G. Wanneer we kijken naar de sprong van 3G naar 4G, dan had de vooruitgang vooral te maken met snelheid. Bij de overgang van 4G naar 5G zal dat ook zo zijn, maar de snelheid neemt zo exponentieel toe, dat er totaal andere mogelijkheden ontstaan, waarover verderop in dit artikel meer. 5G maakt gebruik van drie verschillende spectrumbanden (laag, midden, en hoog) en biedt naast hoge download- en uploadsnelheden ook een lagere latency. Dat wil zeggen: apparaten kunnen sneller met elkaar communiceren. Dit alles verklaart ook waarom de uitrol van 5G zo lang op zich laat wachten: er zijn veel aanpassingen voor nodig en in sommige landen, waaronder Nederland, zijn of waren bepaalde frequenties die bestemd zijn voor 5G al in gebruik door andere protocollen. Langzaam maar zeker worden deze problemen wereldwijd opgelost, en zal 5G z’n langverwachte debuut maken.

©PXimport

Hoe snel is 5G?

We hadden het al even over een aanzienlijk hogere snelheid dan bij 4G. Toen we met z’n allen nog actief waren op het 3G-netwerk, konden we surfen en e-mailen met een snelheid van maximaal 2 Mbps. De maximale snelheid van 4G zou 1 Gbps moeten zijn, al liggen de werkelijke snelheden (in Nederland) ergens tussen de 50 en 100 Mbps. De maximale downloadsnelheid via 5G zou moeten liggen op 10 Gbps. Nu ligt het niet in de lijn der verwachting dat we deze snelheden ook echt zullen halen, maar het is duidelijk dat 5G een enorme sprong vooruit is. Dat maakt dingen mogelijk die we op dit moment niet eens voor mogelijk kunnen houden, waarover je zo meteen meer zult lezen. Maar eerst nog een stukje uitleg over een ander voordeel van 5G.

©PXimport

De lagere latency van 5G is nog belangrijker dan de snelheid

-

Latency

De letterlijke vertaling van latency is wachttijd en dat slaat in dit geval op de tijd die twee apparaten nodig hebben om contact met elkaar te leggen voordat ze kunnen communiceren. Vergelijk het met een gewoon modem van een jaar of twintig geleden. Wanneer je verbinding had, kon je downloaden met een bepaalde snelheid. Maar voordat het downloaden kon beginnen, moest het modem eerst verbinding maken met internet. Zelfs als het bestand dat je moest downloaden binnen twee seconden gedownload kon worden (wat in die tijd overigens meestal niet realistisch was), kon het maken van de verbinding ervoor zorgen dat je in totaal meer dan een minuut bezig was. De latency van een technologie als 5G is niet helemaal hetzelfde, maar het principe wel: er kunnen pas gegevens uitgewisseld worden als apparaten met elkaar praten. De latency bij 2G was 0,5 seconde, bij 3G was dat met 0,1 seconde al een stuk beter. 4G bracht 0,05 seconde, en 5G doet dat nog eens vijf keer sneller en legt om precies te zijn verbinding in 0,01 seconde. Een wachttijd van 0,05 seconde is natuurlijk al niet heel lang. Waarom maakt de sprong naar 0,01 dan zo’n verschil?.

©PXimport

Voertuigen

Eén van de redenen dat er zo vol verwachting wordt uitgekeken naar 5G is omdat we aan de vooravond staan van zelfrijdende auto’s. Om deze technologie veilig te maken, is het belangrijk dat zelfrijdende voertuigen goed met elkaar kunnen communiceren. Daarvoor hoeft het netwerk niet eens extreem snel te zijn: er worden immers geen loodzware bestanden uitgewisseld. De latency of wachttijd is echter wel van cruciaal belang in dit geval. Stel je voor dat een zelfrijdende auto over de snelweg raast met een snelheid van 110 kilometer per uur. De zelfrijdende auto die daarvoor rijdt moet plotseling vol op de rem, omdat hij een gevaar detecteert. Als auto’s met elkaar communiceren, kan dit signaal worden doorgegeven aan de auto daarachter, die dan automatisch ook remt. Zou deze communicatie plaatsvinden via het 4G-netwerk, dan heeft de auto twee meter afgelegd in de tijd die de twee auto’s nodig hebben om met elkaar te communiceren. In het geval van 5G zou dit slechts 40 centimeter zijn. Je begrijpt, de latency kan het verschil maken tussen leven en dood.

Gezondheidszorg

In de gezondheidszorg zal 5G ook gaan zorgen voor een revolutie. Het doorsturen van een patiëntendossier klinkt misschien niet als iets dat veel bandbreedte vereist, maar bestanden die worden gegenereerd door medische apparatuur, zoals bijvoorbeeld een MRI-scanner, nemen met gemak enkele gigabytes in beslag. Stel je voor dat er dagelijks honderden dan die bestanden moeten worden verstuurd, vaak ook nog eens tegelijkertijd. Dan is een razendsnelle verbinding absoluut geen overbodige luxe. Ook hier speelt latency weer een grote rol. 5G zal het uitvoeren van operaties op afstand namelijk een stuk veiliger maken, want je kunt je voorstellen dat wanneer een operatie op afstand wordt uitgevoerd, het verschil tussen 0,05 en 0,01 seconde wederom het verschil tussen leven en dood kan betekenen. 5G is ook essentieel voor Massive Machine-Type Communications, afgekort MMTC. Dit is een ontwikkeling waarbij apparaten onderling grote hoeveelheden gegevens uitwisselen, met zo weinig mogelijk menselijke tussenkomst, om zo zaken in de gaten te houden en problemen op te lossen. In een ziekenhuis zou MMTC bijvoorbeeld kunnen bijdragen aan een gigantisch sensornetwerk dat alle patiënten in de gaten houdt, maar ook medische gegevens met elkaar vergelijkt om tot diagnoses te komen of ziekteverloop bij te stellen.

De huidige generatie smartphones kan niet omgaan met 5G

-

Smartphones

Het is mooi om te zien wat voor revolutionaire mogelijkheden 5G heeft, maar laten we niet vergeten dat het er ook gewoon voor zorgt dat jij straks op je smartphone een stuk sneller kunt internetten. Helaas betekent dat wel dat je een nieuwe smartphone zult moeten aanschaffen. De huidige generatie smartphones is nog niet geschikt voor 5G. Dat betekent niet dat je het toestel straks helemaal niet meer kunt gebruiken, maar wel dat je niet zult profiteren van de hoge snelheden. Het goede nieuws is dat je niet een speciale 5G-smartphone zult hoeven kopen. De verwachting is dat vanaf 2020 vrijwel alle grote merken hun belangrijkste modellen uitgerust zullen hebben met ondersteuning voor 5G. Bepaalde grote merken, zoals Samsung en Sony, hebben al aangekondigd nog dit jaar met 5G-ondersteuning te komen. Van Apple verwachten we die ondersteuning eigenlijk ook, maar dat bedrijf houdt zoals altijd de kaken stijf op elkaar. De hogere snelheid van 5G zal op smartphones vooral ook zorgen voor ondersteuning van intensere augmented reality-toepassingen (AR), simpelweg omdat er veel meer data over de lijn kan worden gepompt.

©PXimport

IoT

Als je dacht dat de wereld van Internet of Things, oftewel slimme apparaten, nu al ontploft was, wacht dan nog maar een jaartje of twee, drie. Zodra 5G is uitgerold, zullen we een gigantische verandering zien in de manier waarop deze apparaten werken. Ten eerste, en dat spijt ons, is de kans aanwezig dat je de helft van je apparaten kunt vervangen. Van slimme deurbellen tot slimme verlichting, als ze direct verbinding maken met internet via het mobiele netwerk, zullen ze moeten worden vervangen voor 5G-modellen. Gelukkig is dat voor de meeste apparaten niet aan de orde, omdat ze lopen via het draadloze netwerk. Voor Philips Hue-lampen zul je dan bijvoorbeeld alleen de bridge hoeven te vervangen. Dankzij 5G zal het aantal slimme apparaten in huis aanzienlijk toenemen, omdat communicatie geen probleem meer hoeft te vormen. Ook nu kun je weer denken aan een heel sensornetwerk in je huis, zodat je je gezondheid, je fitheid, je slaapritme en noem maar op, altijd in de gaten kunt houden. Dat vinden we zowel superspannend als doodeng.

Tip 08: Wanneer?

Er komen dus volgend jaar al smartphones die 5G ondersteunen. Betekent dit dan ook dat we volgend jaar 5G kunnen verwachten? In Nederland in ieder geval nog niet. In een aantal Aziatische landen en de Verenigde Staten wordt dit jaar al begonnen met de uitrol van 5G-netwerken, maar in ons land zijn op het moment van schrijven de frequentieveilingen nog niet eens ingepland. Dat kan pas gebeuren nadat de politiek een besluit neemt over de beschikbare frequenties voor 5G. Pas wanneer de frequenties zijn geveild, kan er vaart worden gemaakt met de implementatie van 5G. De Europese Commissie wil graag dat er in 2020 een werkend 5G-netwerk in Europa is. Het is de grote vraag of dit wat Nederland betreft gaat lukken. Maar of dit nu zo is of niet, binnen drie tot vier jaar is 5G (hopelijk eindelijk) een feit en kunnen we profiteren van alles dat je in dit artikel gelezen hebt.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.