ID.nl logo
Pc-aansluitgids - Voor ieder apparaat de juiste kabel
© PXimport
Huis

Pc-aansluitgids - Voor ieder apparaat de juiste kabel

Als je een blik werpt achter de pc, merk je dat de machine een heleboel aansluitingen telt. Ook gameconsoles en smart-tv's hebben tegenwoordig de nodige in- en uitgangen. Op het gebied van bekabeling zijn er meestal meerdere opties, maar wat is nou de beste keuze voor jouw systeem?

Tip 01: Pc aansluiten

Een pc aansluiten is zo gepiept. Deze machine is namelijk het beginpunt om allerlei randapparatuur te verbinden. Een pc heeft zelf alleen voeding nodig om te kunnen functioneren. Voor desktops gebruik je in de meeste gevallen een C13-voedingskabel. Lees ook: Bouw je eigen pc.

Let op dat de kabel lang genoeg is om het stopcontact of de stekkerdoos te bereiken. Wanneer je een stekkerdoos gebruikt, is het trouwens verstandig om een exemplaar met overspanningsbeveiliging te nemen. Bij blikseminslag of kortsluiting is je pc dan beschermd tegen stroompieken. Verder gebruik je voor de aansluiting van de pc (en alle overige apparatuur) het beste een geaard stopcontact, zodat overbodige spanning veilig wordt afgevoerd.

©PXimport

Tip 01 Voor het aansluiten van de pc gebruik je in veruit de meeste gevallen een C13-voedingskabel.

Tip 02: Monitor

Op welke wijze je een monitor (of beamer) kunt aansluiten op de pc, is afhankelijk van welke poorten er beschikbaar zijn op beide apparaten. Je kunt de aansluitingen VGA, DVI, HDMI en/of DisplayPort aantreffen. Als het even kan, laat je VGA het beste links liggen. Dit is een analoge aansluiting met een beperkte resolutie, terwijl moderne monitoren de beelden digitaal verwerken. Mits je de juiste DVI-kabel kiest, lukt het hiermee wel om digitaal beeld in een hoge resolutie op het scherm weer te geven.

Het nadeel is dat er verschillende ondersoorten zijn, waardoor niet iedere DVI-kabel past. Tegenwoordig is het type DVI-D duallink het meest gangbaar. Je herkent deze poort aan drie rijen van acht connectoren plus een smalle connector aan de zijkant. Een nadeel van DVI is dat het niet mogelijk is om geluid door te voeren. Bij een monitor met ingebouwde speakers is dat lastig, al gebruik je hiervoor eventueel de 3,5mm-geluidsingang die doorgaans wel aanwezig is.

DisplayPort en HDMI kunnen wel geluid transporteren, waarbij laatstgenoemde poort momenteel de meest gebruikte methode is om een monitor aan te sluiten. Let op dat er verschillende standaarden van HDMI in omloop zijn. Bekijk de specificaties van je monitor en de videokaart om te bepalen aan welke voorwaarden je kabel moet voldoen. HDMI 1.4(a) is tegenwoordig een veelgebruikte standaard. Kies bij voorkeur een kabel die daarmee overweg kan. Sommige systemen bevatten ook een DisplayPort-aansluiting. Net als HDMI geeft ook deze aansluiting beeld in een hoge resolutie en eventueel geluid door.

©PXimport

Tip 02 Een HDMI-kabel is in staat om beelden in een hoge resolutie aan je monitor door te geven.

Tip 03: Speakers

Net als bij de monitor het geval is, zijn er verschillende mogelijkheden om speakers aan een pc te koppelen. In de meeste gevallen gebruik je hiervoor een analoge audiokabel die bij de pc-speakers is meegeleverd. Aan het ene uiteinde is er een 3,5mm-connector, terwijl het andere uiteinde twee tulppluggen of eveneens een 3,5mm-connector bevat. Bij een meerkanaals-surroundset wordt het geluid eerst doorgestuurd naar de versterker van de subwoofer, die het geluid vervolgens verdeelt over de aangesloten luidsprekers.

Sommige speakers ondersteunen daarnaast ook geluidsoverdracht via een usb-kabel. Welke methode de beste audiokwaliteit levert, is moeilijk te zeggen. Wanneer je audio analoog doorstuurt via een 3,5mm-audiokabel, zet de geluidskaart van de computer het digitale audiospoor van bijvoorbeeld een liedje of film om naar een analoog signaal. Het uiteindelijke geluid dat de speakers weergeven is namelijk altijd analoog.

Gebruik je een digitale usb-poort voor de overdracht van geluid, dan is de digitaal/analoog-converter van de versterker binnen de speaker of subwoofer verantwoordelijk voor de omzetting. Het ligt er maar net aan welke digitaal/analoog-converter deze taak het beste en met de meeste precisie uitvoert. De audioconversie van digitaal naar analoog is namelijk een belangrijke factor in de uiteindelijke geluidskwaliteit. Soms is er wel een usb-poort aanwezig, maar is daarmee geen geluidsoverdracht mogelijk. De speakers gebruiken deze poort in dat geval als stroomvoorziening.

©PXimport

Tip 03 Duurdere speakers hebben vaak een eigen digitaal/analoog-converter, zoals de Bowers & Wilkins MM-1.

Kabellengte

Over de kabellengte voor analoge en digitale kabels bestaan veel misverstanden. In het algemeen geldt altijd: hoe korter, hoe beter. Wel is het zo dat analoge kabels sneller last hebben van merkbaar signaalverlies waarbij de kwaliteit van de kabel een doorslaggevende rol speelt. Zaak is dus om VGA-videokabels, 3,5mm-audiokabels en luidsprekersnoeren zo kort mogelijk te houden.

Veel mensen denken dat de maximale lengte van digitale kabels niet uitmaakt, omdat digitale informatie niet gevoelig zou zijn voor verlies. Ten onrechte, want ook lange digitale kabels hebben meer kans op storing. Dan is het doorgaans wel een kwestie van het werkt wel of het werkt niet. Functioneert een HDMI-kabel bijvoorbeeld niet goed, dan krijg je duidelijk zichtbare verstoringen zoals grote blokken in één kleur. Mogelijk wordt de maximaal haalbare resolutie bij een lange kabel lager.

Bij een passieve DisplayPort-kabel is 4K bijvoorbeeld dan niet meer mogelijk, terwijl een lagere resolutie nog wel werkt. Wie toch een langere HDMI-, DVI-, DisplayPort-, coax- of Toslink-kabel aanschaft, doet er goed aan om een wat duurder exemplaar te kiezen van een goed merk. De kans op fouten is wegens het betere materiaal dan kleiner. Bij kortere kabels tot circa twee meter is dit minder van belang, ook een goedkope HDMI-kabel werkt dan prima.

©PXimport

Duurdere kabels beperken de aanwezigheid van jitter wegens het gebruik van betere materialen.

Tip 04: Externe versterker

Pc-speakers zijn actief, wat wil zeggen dat er altijd een versterker in de luidspreker of subwoofer aanwezig is. Wellicht wil je liever passieve speakers gebruiken, omdat die een betere geluidskwaliteit bieden. In dat geval is het nodig om de pc te verbinden met een externe versterker. Dat is bijvoorbeeld van toepassing wanneer je de computer als HTPC (home-theater-pc) gebruikt, waarbij je geluid van films, series en muziek graag via de speakers in je woonkamer afspeelt.

Voor de overdracht van geluid naar je stereoversterker of receiver zijn er verschillende mogelijkheden. Als de versterker een HDMI-ingang heeft, sluit je de computer via deze kabel aan. Het hifi-apparaat stuurt geluid door naar de aangesloten speakers en het beeld naar de televisie. Controleer vooraf wel of de videokaart van je pc geluid over HDMI ondersteunt, want dat is namelijk niet altijd het geval. Je kunt geluid ook apart doorgeven via een digitale Toslink- of coax-kabel. Op het gebied van muzikaliteit maakt het niet zo veel uit welke aansluiting je kiest, al heeft je keuze wel gevolgen voor de beschikbare surroundformaten (zie kader). Verder is het ook mogelijk om een analoge kabel te gebruiken met aan de ene zijde een 3,5mm-connector en aan de andere zijde twee tulppluggen. Deze kabel gebruik je bijvoorbeeld op een oude versterker zonder digitale inputs.

©PXimport

Tip 04 Controleer welke audio-uitgangen je pc bevat om een externe versterker met speakers aan te sluiten.

Surroundformaten

Als je graag surroundformaten naar een externe receiver wilt doorsturen, is het handig om te weten welke kabel je daarvoor het beste kunt gebruiken. Een Toslink- of coax-kabel heeft voldoende bandbreedte om een meerkanaals DTS- en Dolby Digital-audiospoor naar de versterker door te sturen. Wil je liever met recentere surroundformaten aan de slag, zoals DTS-HD Master Audio of Dolby TrueHD? In dat geval is het noodzakelijk dat je videokaart minimaal een HDMI 1.3-poort bevat. Moderne videokaarten voldoen eigenlijk allemaal aan deze norm. Met een HDMI-kabel bereiken de HD-audio-formaten ongeschonden de receiver.

©PXimport

Iedere moderne videokaart met een HDMI-poort kan tegenwoordig DTS-HD Master Audio en Dolby TrueHD doorsturen, zoals deze MSI N740-2GD5.

Usb-dac

Audiopuristen die het beste geluid uit hun pc willen halen, gebruiken hiervoor een usb-dac. Dit is een klein kastje met een asynchrone usb-ingang. Deze ingang koppel je aan een usb-poort van de computer. De digitaal/analoog-omzetter van de usb-dac zet het digitale geluid afkomstig van de computer om naar een hoogwaardig analoog audiospoor. Via twee analoge uitgangen stuurt het apparaatje dit audiospoor vervolgens door naar het analoge domein van de versterker. Een goede usb-dac heeft als voordeel dat het muziek in studiokwaliteit doorstuurt naar je versterker. Ideaal wanneer je weleens muziek in hoge resolutie downloadt, bijvoorbeeld via een website als www.hdtracks.com.

©PXimport

De meeste usb-dacs bestaan uit een compact hifi-component met een asynchrone usb-poort.

Tip 05: Internet

Uiteraard wil je de pc met internet verbinden. Je regelt dat door een UTP-kabel tussen de computer en router of switch te trekken. Wanneer de pc ver van je router of switch af staat, laat je de verbinding eventueel deels via het lichtnet lopen. Hiervoor heb je een zogeheten powerline-adapter nodig. Via wifi aansluiten kan ook, maar dit is langzamer en je hebt meer kans op storingen.

Indien je regelmatig zware videobestanden streamt over het netwerk, is een gigabit-netwerk geen overbodige luxe. Door de hogere bandbreedte heb je dan minder kans op haperingen. In dat geval is het wel noodzakelijk dat de computers en alle netwerkapparatuur met gigabit overweg kunnen. Controleer in de specificaties of je de waarde 10/100/1000 Mbit/s ziet staan. Voor netwerkkabels zijn er verschillende standaarden in omloop. Voor een gigabit-netwerk heb je UTP-kabels van het type Cat 5e of hoger nodig. Heb je geen idee of de netwerkkaart in jouw pc gigabit ondersteunt? Open met de zoekfunctie van Windows het hulpprogramma Apparaatbeheer. Klik met de rechtermuisknop op de naam van de netwerkadapter en kies voor Eigenschappen. Onder tabblad Geavanceerd selecteer je de optie Speed & Duplex. In het uitrolmenu onder Waarde zie je welke snelheden jouw pc accepteert.

©PXimport

Tip 05 Voor een gigabit-netwerk heb je aan een Cat 5e-kabel voldoende.

Tip 06: Randapparatuur

Moderne pc's en laptops hebben vaak een heleboel usb-poorten aan boord. Dat is niet zonder reden, want via deze aansluiting kun je nogal wat randapparatuur koppelen. Denk aan een printer, usb-stick, externe schijf, digitale (video)camera, smartphone, tablet, navigatieapparaat, webcam, toetsenbord en muis. Meestal is er bij het betreffende product al een usb-kabel meegeleverd, zodat je daarvoor zelf niet hoeft te zorgen. Veel toetsenbord- en muiscombinaties hebben tegenwoordig een draadloze usb-ontvanger, zodat je geen last hebt van overtollige snoeren.

Voor dataoverdracht is het belangrijk om te weten dat er meerdere versies van usb bestaan. Een usb3.0-poort zet veel sneller grote hoeveelheden data over vergeleken met een usb2.0-poort. Handig wanneer je bijvoorbeeld enkele blu-ray-rips naar een externe harde schijf wilt overpompen. Je herkent een usb3.0-poort doorgaans aan een blauwe connector, waarbij je in de meeste gevallen een kabel in diezelfde kleur gebruikt. Deze kleur is niet verplicht, dus een usb3.0-poort kan ook een andere kleur gebruiken. Houd er rekening mee dat de maximale kabellengte voor usb slechts vijf meter bedraagt. Handig om te weten is dat veel printerfabrikanten geen geschikte kabel meeleveren. Je hebt hiervoor een kabel nodig met aan de ene zijde een platte usb-a-connector en aan de andere zijde een usb-b-connector.

©PXimport

Tip 06 Een usb3.0-kabel herken je meestal aan de blauwe kleur.

Tip 07: Kabelaccessoires

Soms kom je niet helemaal uit met je kabel. Geen probleem, want voor ieder type kabel zijn er verlengsnoeren verkrijgbaar. Verder komen de aansluitingen op je pc-apparatuur wellicht niet overeen. Misschien heeft je pc een HDMI-uitgang, terwijl er op de monitor alleen een DVI-poort beschikbaar is. Er zijn hiervoor speciale adapters en combinatiesnoeren verkrijgbaar waarmee je dit probleem oplost. De meeste combinaties zijn mogelijk, zoals VGA naar HDMI en DisplayPort naar HDMI. Kom je usb- of HDMI-poorten tekort, dan zijn er zogeheten hubs verkrijgbaar waarmee je het aantal aansluitingen eenvoudig uitbreidt.

Tip 08: Kabels wegwerken

Kabels zijn een noodzakelijk kwaad die je het liefst zo goed mogelijk wegwerkt. Kabelbinders, gootjes en speciale dozen voor kabelmanagement liggen natuurlijk voor de hand. Je kunt er ook voor kiezen om dunne snoeren te gebruiken. Zo zijn er bijvoorbeeld platte UTP-kabels met een dikte van slechts 1,5 millimeter verkrijgbaar die je probleemloos achter de meeste plinten wegstopt. Je legt deze kabels eventueel zelfs onder het tapijt of een laminaatvloer wanneer je grote afstanden wilt overbruggen. Wees overigens niet bang dat je wegens de dunne constructie signaal verliest, want platte kabels werken even goed als reguliere UTP-kabels.

Van HDMI-kabels zijn er ook ultradunne exemplaren beschikbaar, al is het wel de vraag of die vanwege het dunne materiaal niet storingsgevoeliger zijn. Is er achter je pc, smart-tv of receiver te weinig ruimte beschikbaar? Alle kabeltypen zijn ook verkrijgbaar met een haakse connector waardoor ze minder ver uitsteken. Ideaal als de apparatuur zich dicht tegen een muur of achterwand van een meubel bevindt.

Kabel-ABC

Welke kabel heb je in je handen? We zetten tien veelgebruikte aansluitingen die je momenteel op computers en gerelateerde randapparatuur tegen kunt komen op een rij.

DisplayPort

Digitale aansluiting voor overdracht van video en audio in een hoge resolutie.

Versies: DisplayPort 1.0, 1.1, 1.2, 1.3, 1.4

Te vinden op: computer, monitor, smart-tv

Ondersoorten: mini-DisplayPort, micro-DisplayPort

DVI-D

Digitale aansluiting voor overdracht van video in een hoge resolutie.

Versies: singlelink, duallink

Te vinden op: computer, monitor

©PXimport

eSATA

Digitale aansluiting met een hoge doorvoersnelheid voor het koppelen van interne SATA-schijven. Vaak in combinatie met een usb-poort.

Te vinden op: computer, sommige mediaspelers

©PXimport

Firewire

Alternatief voor usb om data tussen een computer en randapparatuur te transporteren.

Versies: firewire 400, 800

Te vinden op: computer

HDMI

Digitale aansluiting voor overdracht van video en audio in een hoge resolutie.

Versies: HDMI 1.0, 1.1, 1.2, 1.3(a), 1.4(a), 2.0

Te vinden op: computer, gameconsole, mediaspeler, smart-tv, receiver, monitor

Ondersoorten: mini-HDMI, micro-HDMI (digitale videocamera, tablet)

Lightning

Digitale aansluiting voor Apple-apparaten

Te vinden op: iPhone, iPad

©PXimport

S/PDIF

Digitale aansluiting voor overdracht van audio.

Versies: Toslink (optisch), coaxiaal

Te vinden op: computer, gameconsole, mediaspeler, smart-tv, receiver

Usb

Belangrijkste aansluiting voor communicatie en data-overdracht tussen computers en randapparatuur.

Versies: usb 1.0, 1.1, 2.0, 3.0, 3.1

Te vinden op: computer, gameconsole, mediaspeler, smart-tv, receiver, NAS

Ondersoorten: mini-usb, micro-usb (tablets en smartphones)

UTP

Netwerkkabel om computer- en hifi-apparaten met elkaar en het internet te verbinden.

Versies: Cat 5e, 6, 6a, 7

Te vinden op: computer, mediaspeler, smart-tv, gameconsole, NAS, receiver

©PXimport

VGA

Analoge aansluiting voor overdracht van video in een lage resolutie.

Te vinden op: computer, monitor

▼ Volgende artikel
Inbouwvriezer of vrijstaand model: waar moet je voor kiezen?
© ID.nl
Huis

Inbouwvriezer of vrijstaand model: waar moet je voor kiezen?

Bij je zoektocht naar een vriezer zijn er verschillende zaken om op te letten. Denk bijvoorbeeld aan de ruimte waar je de vriezer wilt plaatsen – in de keuken of juist ergens anders, zoals de schuur of garage. Welk model past het beste? En wat zijn de technische verschillen tussen een inbouw- en een vrijstaand model?

Sta je op het punt een nieuwe vriezer te kopen? Dan kom je waarschijnlijk al snel voor een keuze te staan: ga je voor een inbouwvriezer of kies je toch liever voor een vrijstaand model? Op het eerste gezicht lijken ze misschien op elkaar, want ze doen in de basis hetzelfde: eten en drinken invriezen en koel bewaren. Toch zijn er flink wat verschillen tussen deze twee soorten, en het is handig om daar even goed naar te kijken voordat je beslist.

Locatie: keuken of ergens anders

Eén van de eerste dingen om over na te denken is waar je de vriezer wil plaatsen. Een inbouwvriezer is bedoeld om netjes weggewerkt te worden in een keukenkast. Je ziet ‘m dus bijna niet, omdat de deur van de vriezer schuilgaat achter een kastdeur. Dat ziet er strak uit, vooral als je keuken een rustige en moderne uitstraling heeft. Wel heb je dan dus een keuken nodig die daar op is voorbereid, met de juiste maten en ruimte om de vriezer in te bouwen.

Een vrijstaande vriezer kun je neerzetten waar je maar wilt, zolang er een stopcontact in de buurt is en het niet te warm of te koud wordt in de ruimte. Denk aan de bijkeuken, schuur of garage. Dit maakt een vrijstaande vriezer wat flexibeler in gebruik.

©ID.nl

De keuken is voor de meesten de meest logische plek voor een vriezer, maar hij kan ook ergens anders staan.

Is er op de plek waar de vrijstaande vriezer komt te staan genoeg ruimte? Dan kun je ook een ander model overwegen, zoals een liggende vriezer. Dat zijn vrieskisten die je van boven opent. Het voordeel van dergelijke vriezers is dat er vaak meer inpast, omdat de opslagruimte groter is en je meerdere lagen kunt vullen.

Installatie

Als je kiest voor een vrijstaande vriezer, is het installeren meestal een fluitje van een cent. Je zet ‘m neer, zorgt dat hij waterpas staat en steekt de stekker in het stopcontact. Bij een inbouwvriezer komt er wat meer bij kijken. Je moet namelijk zorgen dat alles goed past en dat het keukenfront netjes aan de vriezerdeur wordt bevestigd. Soms zijn er ook speciale scharnieren nodig. Wanneer je een keuken laat ontwerpen, kan er alvast rekening worden gehouden met een inbouwvriezer en kunnen de juiste deurelementen daar alvast op worden aangepast.

Hoe zit het met het stroomverbruik?

Vriezers staan dag en nacht aan, dus het stroomverbruik telt flink mee in je energierekening. Zowel inbouw- als vrijstaande modellen zijn tegenwoordig verkrijgbaar met een zuinige energieklasse, maar vrijstaande vriezers zijn over het algemeen net iets efficiënter. Dat komt doordat ze beter hun warmte kunnen afvoeren, omdat ze immers niet 'opgesloten' zitten. Als je de vriezer vaak gebruikt en er veel in bewaart, kan het op de lange termijn dus schelen in je energiekosten. Bij een inbouwvriezer moet je sowieso goed opletten dat er voldoende koele lucht in de inbouwnis komt en dat de warmte goed kan worden afgevoerd. De achterzijde van een nis waar een inbouwvriezer in wordt gezet is standaard altijd open, maar zorg ook voor voldoende ruimte tussen de muur en de inbouwvriezer, zodat de afgegeven warmte niet blijft hangen en goed kan worden afgevoerd.

Hoeveel ruimte heb je nodig?

Ook de grootte van de vriezer is iets om rekening mee te houden. Heb je een groot gezin of koop je graag boodschappen in het groot? Dan is een vrijstaande vriezer vaak praktischer, omdat die er in grotere maten zijn en dus meer ruimte bieden. Inbouwvriezers zijn vaak wat kleiner, omdat ze in een standaard keukenkast moeten passen. Voor wie weinig invriest of een kleinere keuken heeft, is dat meestal geen probleem.

©ID.nl

Geluidsproductie

Een vriezer maakt geluid, dat hoort erbij. Dat geluid is niet constant, maar meestal vooral hoorbaar als de compressor aanslaat. Toch kan het verschil maken waar hij staat en welk type je hebt of het geluid dat een vriezer produceert, storend is. Een inbouwvriezer hoor je doorgaans iets minder, omdat het geluid wordt gedempt door de keukenkast eromheen. Een vrijstaande vriezer kan net iets meer opvallen qua geluid, vooral als hij in de keuken staat en niet ergens apart. Benieuwd hoeveel geluid de vriezer naar keuze eigenlijk maakt? Van tevoren kun je op de site van het Europees productregister voor energie-etikettering zien wat de geluidsproductie van de gekozen vriezer in Decibel is.

Op het energielabel dat verplicht is voor alle vriezers en koelkasten, zie je direct wat de geluidsproductie is van het gekozen apparaat.

Schoonmaak en onderhoud

Kijken we naar de schoonmaak en het onderhoud van de vriezer, dan is er eigenlijk weinig verschil in hoe een inbouwvriezer of een gewone vriezer wordt schoongemaakt. Intern zijn beide kasten op dezelfde manier opgebouwd, maar aan de buitenzijde is dat toch anders. Een vrijstaande vriezer kun je bijvoorbeeld aan de achterzijde veel beter schoonmaken omdat je de vriezer makkelijker kunt verplaatsen. Bij een inbouwvriezer kan er na verloop van tijd wel veel meer stofophoping plaatsvinden en is het lastiger om de achterkant schoon te maken: daarvoor zul je toch echt de vriezer uit de nis moeten halen.

Extra functies

Tegenwoordig hebben veel vriezers allerlei handige functies. No Frost is daarbij een bekende, want hiermee hoef je een vriezer nooit meer te ontdooien. Ook handig is een een snelvriesfunctie voor als je net boodschappen hebt gedaan en je spullen snel moet invriezen. Die functies vind je zowel bij inbouw- als vrijstaande modellen. Het aanbod is bij vrijstaande vriezers vaak iets breder, simpelweg omdat er meer soorten van zijn.

©ID.nl

Kostenplaatje

Als je kijkt naar de prijs, zijn vrijstaande vriezers meestal wat goedkoper dan inbouwmodellen met vergelijkbare eigenschappen. Bij een inbouwvriezer betaal je namelijk ook voor het inbouwsysteem en het strakkere ontwerp. Bovendien moet je bij vervanging vaak een model kiezen dat precies in je keukenkast past. Dat maakt de keuze beperkter en soms ook duurder. Verder hangt het ook af van het deursysteem dat je kiest voor een inbouwvriezer. Bij een deur-op-deursysteem waar de deur van de keukenkast direct op de deur van de vriezer wordt gemonteerd, zijn ook andere scharnieren nodig die het extra gewicht van de keukendeur kunnen dragen. Bij een glijsysteem is dat niet het geval, omdat in dat geval de deur van de keukenkast een eigen scharniersysteem heeft.

Past het in je interieur?

Als je keuken er strak en opgeruimd uitziet, dan wil je misschien niet dat er een groot wit apparaat in het zicht staat. In dat geval is een inbouwvriezer een mooie oplossing. Die zit netjes achter een kastdeurtje en valt niet op. Een vrijstaande vriezer zie je wel altijd staan, maar dat hoeft geen probleem te zijn – zeker niet als hij in een bijkeuken of garage komt. Plus: tegenwoordig zijn de designs ook een stuk mooier dan pak 'm beet tien jaar geleden.

Staat je vriezer op een koude plek?

Niet elke vriezer werkt goed bij lage temperaturen. Als je van plan bent om je vriezer in een onverwarmde ruimte te zetten, zoals een schuur of garage, is het belangrijk om eerst na te gaan of het apparaat daar wel tegen kan. Vaak wordt gedacht dat een vriezer het juist beter doet als het buiten koud is, maar dat klopt niet altijd. Een vriezer moet voldoende warmte kunnen afvoeren, en bij te lage omgevingstemperaturen kan de thermostaat in de war raken, waardoor het apparaat minder goed of zelfs helemaal niet meer werkt. De meeste vriezers kunnen tot zo'n 10 graden Celsius als minimum temperatuur aan.

Sommige vriezers kunnen ook prima in een schuur of garage staan, maar alleen als de temperatuurspecificaties dit toelaten.

Om te bepalen of een vriezer geschikt is voor een koude ruimte, kijk je naar de klimaatklasse. Die vind je op het energielabel of in de productspecificaties. Klimaatklassen geven aan binnen welk temperatuurbereik een vriezer goed kan functioneren. De meest voorkomende klassen zijn SN, N, ST en T. Een vriezer met klimaatklasse SN (Subnormal) werkt bijvoorbeeld nog bij temperaturen vanaf 10 graden, terwijl sommige modellen die speciaal ontworpen zijn voor gebruik in onverwarmde ruimtes al functioneren vanaf 5 graden of zelfs lager. Fabrikanten geven dit meestal duidelijk aan.

Op het Europees productregister voor energie-etikettering kun je van alle producten zien wat de klimaatklasse en de minimale en maximale temperatuur is waardoor het apparaat geschikt is.

Vrijstaande vriezers zijn soms speciaal ontworpen voor dit soort omstandigheden, met aanpassingen aan de techniek en isolatie. Er zijn bijvoorbeeld modellen met zogeheten Freezer Guard- of Frost Protect-technologie, die juist wel goed blijven werken in koude omgevingen. Die zijn ideaal als je de vriezer bijvoorbeeld op zolder of in een onverwarmde bijkeuken wilt zetten.

Inbouwvriezers daarentegen zijn vrijwel altijd bedoeld voor gebruik binnenshuis, op plekken waar de temperatuur redelijk constant is, zoals in de keuken. Ze zijn meestal niet getest of ontworpen voor gebruik bij lage omgevingstemperaturen. Zet je zo’n vriezer toch in een koude ruimte, dan is de kans groot dat hij niet goed werkt of dat de levensduur wordt verkort.

©ID.nl

Een vriezer op zolder zetten kan een oplossing zijn bij ruimtegebrek in de keuken, maar vergeet ook niet dat hij ook helemaal naar boven moet worden gezet.

Tot slot is het goed om te bedenken dat ook vocht en vorst in onverwarmde ruimtes een rol kunnen spelen. Als de omgeving te vochtig is of als er bevriezingsgevaar ontstaat, kan dat schade veroorzaken aan de elektronica of het rubber van de deurafdichting. Het is dus altijd slim om niet alleen naar de temperatuur, maar ook naar de algemene omstandigheden van de ruimte te kijken voordat je besluit waar je de vriezer neerzet.

Verhuizing of herinrichting?

Als je nog niet zo lang op één plek woont of van plan bent te verhuizen, is het handig om te bedenken hoe flexibel je wilt zijn. Een vrijstaande vriezer kun je gemakkelijk meenemen of op een andere plek zetten. Een inbouwmodel zit vast in je keuken en is lastiger te verplaatsen of te vervangen. Dat maakt een vrijstaand model soms praktischer, en is een betere keuze als je je (keuken)inrichting regelmatig verandert.

Tot slot

Of je nu kiest voor een inbouw- of een vrijstaande vriezer, het belangrijkste is dat hij goed past bij jouw huishouden en wensen. Denk goed na over waar je hem wilt neerzetten, hoeveel ruimte je nodig hebt en hoe belangrijk je dingen als energieverbruik of uitstraling vindt. Door even de tijd te nemen en je goed te laten informeren, voorkom je dat je achteraf spijt krijgt van je aankoop. Zo weet je zeker dat je een vriezer kiest waar je jarenlang plezier van hebt.

▼ Volgende artikel
Vakantie en fileleed? Zo gebruik je Google Maps voor live informatie
© PixieMe - stock.adobe.com
Huis

Vakantie en fileleed? Zo gebruik je Google Maps voor live informatie

De vakanties zijn begonnen en als je op weg gaat naar het zuiden, sta je al gauw vast, bijvoorbeeld op de Autoroute du Soleil.De gratis app Google Map sbeschikt over een set tools om je trip vlot te laten verlopen. Zo kun je bijvoorbeeld heel eenvoudig de verkeersdrukte volgen.

In dit korte artikel laten we zien hoe je de verkeerslaag in Google Maps gebruikt:

  • Stel je route in en schakel de verkeerslaag in via het lagenmenu
  • Bekijk de actuele verkeersdrukte aan de hand van kleuren op de kaart
  • Ontvang meldingen over verkeersdrukte bij opgeslagen locaties

Ook interessant om te lezen: Dit zijn de 4 beste alternatieven voor Google Maps

De laag Verkeer

Open Google Maps op je smartphone en geef het vertrekpunt en de bestemming in. Daarna tik je onderaan op Route. Boven de kaart kies je de manier hoe je je verplaatst: auto, tram, metro, te voet of per fiets. Onderaan de kaart lees je alvast de afstand en de reistijd. Tik daarna op het pictogram Lagen in de rechterbovenhoek van het scherm. In de groep Kaartgegevens selecteer je Verkeer. Hierdoor wordt de verkeerslaag over de Google Maps-kaart gelegd. Verlaat het gedeelte Lagen door op het kruisje in de rechterbovenhoek te tikken.

Op de kaart worden de wegen ingekleurd op basis van de actuele verkeersdichtheid. Groen betekent dat je op een normaal tempo kunt rijden. Oranje staat voor langzaam rijdend verkeer en rood betekent dat het verkeer stilstaat. Niet tevreden met de route die Google Maps heeft geselecteerd? Bekijk dan alle alternatieve routes die als grijze lijnen op het scherm worden weergegeven. Tik op een van de opties om een ​​alternatieve route te selecteren.

De verkeersdrukte wordt met kleuren weergegeven.

Google Maps in de auto gebruiken?

Dan is een telefoonhouder een must

Live verkeer

Op de computer open je de webbrowser en surf je naar Google Maps. Weer zoek je de bestemming, zodat Maps de route tevoorschijn kan halen. Daarna beweeg je de muisaanwijzer over het pictogram Lagen linksonder. Klik op de laag met het label Verkeer. Opnieuw zal Google de wegen inkleuren volgens verkeersdrukte. Je kunt de weergave Live verkeer in- en uitschakelen door op de schakelaar in het onderste deel van het scherm te klikken.

Op de computer kun je de weergave Live verkeer in- en uitschakelen.

Meldingen ontvangen

Het is mogelijk om van Google Maps meldingen te ontvangen wanneer er drukte ontstaat in de buurt van een locatie die je in Maps hebt opgeslagen. Hiervoor tik je rechtsboven op het pictogram van je Google-account. Daarna kies je Instellingen en dan Meldingen. Op de iPhone controleer je of het schuifje bij Plaatsen en evenementen aanstaat. Op een Android-apparaat tik je bij Navigeren / Verkeer bij nabije evenementen op Aan of Alleen in de app.

Wil je verkeersupdates ontvangen over plaatsen die je hebt opgeslagen?

Watch on YouTube