ID.nl logo
De beste PoE-switches (Power over Ethernet) getest
© Reshift Digital
Huis

De beste PoE-switches (Power over Ethernet) getest

We testen netwerkswitches met vijf tot acht poorten, die stroom leveren via een gewone cat5-ethernetkabel met Power over Ethernet. Denk aan PoE-compatibele apparatuur zoals wifi-accesspoints, bewakingscamera’s en voip-telefoons. Zoek je debeste PoE-switch van het moment, lees dan verder.

Voor kleine netwerken, privé of in een thuiskantoor, volstaat een goedkopere switch met vijf à acht poorten die werkt in de tweede laag van het bekende OSI-netwerkmodel. Die zijn er vandaag de dag tegen een kleine meerprijs ook met Power over Ethernet (PoE).

Met een relatief dunne cat5-ethernetkabel van maximaal honderd meter kun je een netwerkapparaat dat zelf ook over PoE beschikt van stroom én netwerkverkeer voorzien.Voor de precies werking van PoE verwijzen we je graag door naar dit artikel: De voor- en nadelen van Power over Ethernet.

Soorten PoE-switches

In deze groepstest behandelen we uitsluitend switches die voldoen aan de PoE type-1- en/of PoE+-standaarden (respectievelijk 802.3af en 802.3at). Zo kun je niks verkeerd aansluiten: als het aangesloten apparaat niet het juiste signaal aan de switch doorgeeft, zal de switch geen stroom op de ethernetkabel zetten. Het verschil tussen de gewone PoE- en de plus-variant zit hem in het maximale wattage per apparaat: 15,4 watt voor de gewone en 30 watt voor de plus-standaard.

Daarnaast is ook het totale PoE-stroombudget van de switch van belang. Vaak is dat lager dan het totaal van de aanwezige PoE-poorten. De switch verdeelt de stroom zelfstandig over de aangesloten apparaten. Het is een goed idee om een PoE-apparaat met een grotere stroombehoefte op de eerste PoE-poort aan te sluiten en de rest in volgorde van het gewenste wattage aan de resterende PoE-poorten te koppelen.

De geteste switches zijn normale netwerkverkeerschakelaars die het mac-adres van elk netwerkpakket op elke poort analyseren. Power over Ethernet is gewoon een extra mogelijkheid. Netwerkswitches weten welke netwerkpakketten voor welke knooppunten bestemd zijn en sturen ze alleen door naar de poort waarop het bestemmingsstation is aangesloten. Dat werkt efficiënter dan een gewone, ‘domme’ netwerkhub die alle netwerkverkeer naar álle poorten doorstuurt.

Een beheerde switch kun je zelf configureren, in tegenstelling tot een gewone switch, die volledig automatisch werkt. Die beheerfunctie is niet altijd nodig; een onbeheerde switch zal bij het merendeel van de thuisgebruikers ook goed functioneren.

Met een iets duurdere ‘managed’ switch verleen je bepaalde soorten netwerkverkeer voorrang. Of je maakt één of meer virtuele netwerken (VLAN’s), zodat je verschillende types netwerkverkeer over aparte segmenten stuurt. Meestal kun je ook netwerkpoorten aan elkaar koppelen voor een hogere gecombineerde doorvoersnelheid.

Testmethode

Snelheidstesten hebben bij switches weinig zin. Zelfs als je alle poorten tegelijk maximaal belast, zal een switch dicht bij zijn opgegeven capaciteit presteren. Dat blijkt ook uit de informele client/serversnelheidstest die we probeerden: er was nooit een meetbaar snelheidsverschil met de geteste switches. Alle fabrikanten vermelden die capaciteit op dezelfde manier. Je vindt deze belangrijke cijfers dan ook terug in onderstaande de tabel.

De totale switching-capaciteit (ook wel backplane-bandbreedte genoemd) vermeldt de snelheid van de switch in Gbit/s. In de praktijk komt het erop neer dat een switch met meer poorten logischerwijze een hogere totale bandbreedte heeft (simpel gezegd: een snellere processor). Belangrijker is daarom de maximale snelheid van elke poort (de ‘line rate’), eveneens uitgedrukt in Gbit/s. Ten slotte is er de snelheid waarmee pakketten verwerkt worden, uitgedrukt in megapakketten of megaframes per seconde (Mpps/Mfps). We hebben punten gegeven op deze drie waarden.

Daarnaast geven we punten op ruim tachtig verschillende technische criteria, variërend van de grootte van de geheugenbuffer voor het schakelen van pakketten, over de ondersteuning van allerlei standaarden tot criteria zoals het geproduceerde lawaai en het maximale wattage per PoE-poort. Met deze cijfers berekenen we een gewogen oordeel en komen we uit op een sterrenscore.

©PXimport

D-Link DGS-1008P

©PXimport

De helft van de poorten van deze stevig gebouwde desktop-switch leveren elektriciteit via de netwerkkabel volgens de IEEE 802.3af en -at-standaarden. Dankzij de ondersteuning voor de recentere at-standaard (ofwel PoE+) kan de DGS-1008P via een gewone cat5-kabel bijna twee keer zoveel energie leveren als een PoE-type-1-switch met alleen 802.3af, namelijk 30 watt in plaats van 15,4 watt.

De forse externe voeding is voldoende krachtig voor een totaal PoE-stroombudget van 68 watt. De vier PoE+-poorten kunnen dus niet allemaal tegelijk het maximale poortwattage leveren. Uiteraard voert de switch zelf de nodige metingen uit op de aangesloten apparatuur voordat energie wordt geleverd; een gebruiker kan dus niets verkeerd aansluiten.

Dit is trouwens onbeheerde switch, die direct werkt zonder dat je iets hoeft te configureren via software of een browser. Een groepje veelkleurige leds op de voorkant naast de poorten toont wat er aangesloten is en of er eventuele problemen zijn. Je vindt de details terug in de installatiehandleiding, die ook een Nederlandstalig gedeelte bevat.

Deze switch voldoet aan de IEEE 802.3az-standaard ofwel Energy Efficient Ethernet (EEE). Die standaard bespaart energie door niet-actieve poorten af te koppelen, en door de lengte van de aangesloten kabel te meten en het stroomverbruik overeenkomstig te regelen.

D-Link DGS-1008P

7Score70

  • Pluspunten

  • Direct gebruiksklaar

  • Stil

  • Lange opgegeven levensduur

  • Minpunten

  • Forse externe voeding

Netgear GS305P

©PXimport

De GS305P is het goedkoopste model in een hele reeks onbeheerde (plug-and-play) PoE-switches van Netgear. Er zijn modellen met 5 tot 48 poorten, naar keuze P-types met gewone PoE (15,4 watt per poort) of PP-types met PoE+ (30 watt per poort). De GS305P heeft dezelfde afmetingen als de D-Link DGS-1008P, maar is nog enkele millimeters platter en enkele grammen lichter. De voeding is ook wat kleiner en lichter. Niettemin is de bouwkwaliteit onberispelijk, met een volledig metalen zwarte behuizing en alle nodige statusleds bij elke poort.

De eerste vier poorten leveren elektriciteit, met een totaal PoE-stroombudget van 55,5 watt (of 83 watt voor het PP-model) over een maximale cat5-kabellengte van honderd meter. De switch regelt zelf de verdeling van de stroom over de aangesloten apparatuur, waarbij de eerste poort voorrang krijg op poort twee enzovoort tot nummer vier. Is het totale stroombudget overschreden, dan wordt eerst de stroom op poort vier uitgeschakeld.

Via de leds zie je van welk apparaat de elektriciteit wordt uitgeschakeld, of minder dan zeven watt beschikbaar heeft. Je kunt niets verkeerd aansluiten, maar je hebt dus wel invloed op het PoE-verbruik: apparatuur die meer energie nodig hebben, sluit je bij voorkeur aan op de lager genummerde poorten. Ook deze switch voldoet aan de IEEE 802.3az-energiestandaard (EEE).

Netgear GS305P

7Score70

  • Pluspunten

  • Direct gebruiksklaar

  • Stil

  • PoE-troubleshooting via leds

  • Minpunten

  • Insight-app alleen voor registratie nuttig

TP-Link TL-SG108PE

©PXimport

De eerste vier poorten van deze kleine donkergrijze switch met acht poorten zijn IEEE 802.3af-poorten van maximaal 15,4 watt per poort. Het totale PoE-stroombudget is 55 watt, dus je kunt niet alle vier poorten maximaal belasten. De switch regelt dit allemaal zelf; je kunt niks verkeerd aansluiten. De grote externe voeding weegt overigens de helft van de switch zelf.

Je vindt de TL-SG108PE in het netwerk met de Easy Smart Configuration Utility. Daarmee wijzig je de ip-configuratie (vast in plaats van dhcp-toegewezen) en log je in op de beheerinterface. Deze app werkt alleen onder Windows. Gebruik je een ander besturingssysteem, dan kun je via een browser naar de beheerinterface, zodra je het ip-adres van de switch achterhaalt.

De switch is nog voorzien van de originele firmware uit 2018 en vraagt je helaas niet om de standaard inloggegevens admin/admin te wijzigen in iets veiligers. De recentste firmware is van eind 2019 en die voert wél die verplichting in. Nieuwe firmware download je van de supportwebsite en pas je handmatig toe via de beheerinterface.

Het beheer kan zoals gezegd via de browser of de Windows-app. De mogelijkheden van beiden zijn identiek, maar de app is gemakkelijker in een klein venster op de Windows-desktop te plaatsen. Je kunt twee groepen poorten aan elkaar koppelen: elke ‘trunk’ mag tussen de twee of vier poorten bevatten, zolang er geen gespiegelde poort tussen zit.

Je kunt immers de ene poort ‘mirroren’ op de andere om zo het netwerkverkeer te monitoren, naar keuze voor netwerkverkeer naar buiten, naar binnen of gecombineerd. Eigenschappen zoals een kabeltest, loopback-preventie, VLAN en prioritering zijn eveneens op poortniveau te configureren.

TP-Link TL-SG108PE

9Score90

  • Pluspunten

  • Betaalbaar

  • Levenslange garantie

  • Compact

  • Minpunten

  • Forse externe voeding

Ubiquity UniFi Switch 8-60W

©PXimport

Deze 8poorts-switch is niet veel groter dan een flinke mannenhand. De externe voeding is bijna half zo groot als de zilverkleurige, metalen switch zelf. Dat is nodig om genoeg energie te kunnen leveren. Vier poorten leveren elk tot 15,4 watt aan een verbonden netwerkapparaat, zolang dat voldoet aan de IEEE 802.3af-standaard. De switch detecteert dit zelf, zodat er geen ongelukken kunnen gebeuren.

Leds op de bovenkant tonen de lijnsnelheid en de eventuele activering van de PoE-functie. Het beheer gebeurt via de UniFi Controller-software, beschikbaar voor Linux, macOS en Windows. Deze tool spoort de switch in het netwerk op en start de managementinterface in de standaard browser, bij voorkeur Chrome of Firefox. Je kan ook ssh gebruiken. UniFi geeft de switch zelf een sterk ssh-wachtwoord, al kun je dit weigeren, maar dat is omwille van de veiligheid geen goed idee.

De UniFi Controller, die ook in het Nederlands werkt, beheert alle Ubiquity-apparaten in het netwerk: switches, security-gateway(s) en draadloze accesspoints. Omdat we maar één switch hoeven te beheren, kunnen we de meeste opties negeren. Eerst dien je de switch te ‘adopteren’ (het bedrijf bedoelt in gebruik nemen). Is er een firmware-update, dan krijg je die na de adoptie direct aangeboden. Klik op Adopteer en upgrade en wacht tot het proces is voltooid. Het duurt een minuut of vijf. Daarna kan je de switch beheren. Tijdens de upgrade knippert de led op de voorkant wit/blauw. Zodra het stabiel blauw brandt, kun je verder met het beheer.

Je kunt back-ups van je configuraties bewaren en herstellen. Er valt niet heel veel te beheren aan deze kleine switch. Je gebruikt de interface vooral om statistieken op te vragen. Geavanceerdere functies zijn beschikbaar in een netwerk waarin ook een apart verkochte UniFi Security Gateway (USG) hangt. Dan kan deze kleine switch bijvoorbeeld onderdeel zijn van een met de USG geconfigureerd VLAN. Ook is het dan mogelijk het geheel veilig via het internet te beheren (UniFi Hybrid Cloud).

Ubiquity UniFi Switch 8-60W

8Score80

  • Pluspunten

  • Stil

  • Compact

  • Minpunten

  • Forse externe voeding

  • Switch wordt zeer warm

Zyxel GS1200-5HP v2

©PXimport

De GS1200-5HP v2 is een brede, maar smalle en dunne 5poorts-switch met PoE+ en beheermogelijkheden. Hij bestaat ook in een 8poorts-versie en in goedkopere onbeheerde varianten. De zilverkleurige behuizing is gemaakt van licht, maar stevig aluminium. Het blijft natuurlijk een rechte blok, maar met een design dat niet opvalt in een klein kantoor of een woonkamer. De externe voeding is wel aan de forse kant.

Met een PoE-stroombudget van totaal 60 watt kun je er bijvoorbeeld tegelijk een draadloos accesspoint, een ip-camera en een voip-telefoon aan koppelen. Met behulp van poortgebaseerde Quality of Service-functie (maximaal vijf wachtrijen), igmp-snooping en VLAN-afscheiding optimaliseer en beveilig je netjes het netwerkverkeer. Poorten drie en vier koppel je desgewenst aan elkaar om bijvoorbeeld nas-verkeer te versnellen (maximaal 2 Gbit/s). Je kan ook de ene netwerkpoort spiegelen op een andere en die bewaken om bijvoorbeeld netwerkproblemen mee op te sporen.

Het beheer is door de fabrikant ingesteld op een vast netwerkadres (192.168.1.3). Je hebt daarom een pc of laptop nodig die je tijdelijk in hetzelfde ip-subnet plaatst om de webinterface van de switch te openen. De webinterface vraagt je direct om een nieuw, sterk wachtwoord te configureren. Daarna kun je de ip-configuratie aanpassen aan je thuisnetwerk (dhcp instellen is het eenvoudigst).

De Engelstalige beheerinterface is volledig menugestuurd. Hij start standaard met het System Information-overzicht waarin je in één oogopslag de ip-configuratie en individuele status van de poorten ziet. Alle andere opties (poortconfiguratie, VLAN, trunking, mirroring, Quality of Service, igmp-snooping en systeemopties) vind je elk op hun eigen pagina. Een eventuele firmware-update moet je zelf installeren, de switch haalt updates niet automatisch binnen. De energiebesparende EEE-functie (IEEE 802.3az) is ook aanwezig.

Zyxel GS1200-5HP v2

9Score90

  • Pluspunten

  • Overzichtelijk beheer

  • Discreet en stil

  • Veel mogelijkheden

  • Minpunten

  • Forse externe voeding

Conclusie

De Zyxel GS1200-5HP is goedkoop, heeft een onopvallend design en biedt veel mogelijkheden. Hij verdient het keurmerk Best getest. Wil je meer dan vijf poorten, dan biedt de iets goedkopere TP-Link TL-SG108PE veel van dezelfde mogelijkheden met een iets ingewikkeldere beheerinterface en een klassieker design. Deze PoE-switch krijgt het keurmerk Slimme koop.

▼ Volgende artikel
Oliebollen bakken in de airfryer, kan dat?
© sara_winter - stock.adobe.com
Huis

Oliebollen bakken in de airfryer, kan dat?

De geur van versgebakken oliebollen hoort bij december. Toch ziet niet iedereen het zitten om met een pan heet vet aan de slag te gaan. Oliebakken in de airfryer lijkt dan een aantrekkelijk alternatief: minder luchtjes en ook nog eens minder vet. Maar levert bakken in een airfryer dezelfde oliebol op, of moet je toch de frituurpan uit het vet halen?

In dit artikel

Je leest waarom je geen klassieke oliebollen kunt bakken in een airfryer en wat daar technisch misgaat. Ook leggen we uit wat je wel voor oudjaarsalternatief kunt maken met de airfryer én hoe je de airfryer slim gebruikt om gekochte oliebollen weer knapperig en warm te maken.

Lees ook: Ontdek de minder bekende functies van je airfryer

Oliebollen bakken in de airfryer, kan dat? Het korte antwoord is duidelijk: nee, een traditionele oliebol bak je niet in een airfryer. Klassiek oliebollenbeslag is vloeibaar en heeft direct contact met hete olie nodig om zijn vorm en structuur te krijgen. Een airfryer is in de basis een compacte heteluchtoven. Zonder een bad van hete olie kan het beslag niet snel genoeg stollen. Wie het toch probeert, ziet het deeg door het mandje zakken of uitlopen tot een platte, taaie schijf. Dat ligt niet aan het recept, maar aan de techniek.

Waarom hete olie onmisbaar is

Zodra je het beslag van de oliebol in de hete olie van de frituurpan schept, ontstaat er vrijwel direct een korstje om de buitenkant. Binnen in de bol ontstaat stoom, waardoor de bol uitzet en luchtig wordt. Die combinatie van afsluiten en opblazen zorgt voor de typische oliebolstructuur. In een airfryer ontbreekt die directe warmteoverdracht. Hete lucht is simpelweg minder krachtig dan hete olie. Zonder direct contact met heet vet kan het beslag niet snel genoeg stollen. Daardoor blijft een echte oliebol uit de airfryer onmogelijk.

©Gegenereerd door AI

Wat wel kan: kwarkbollen uit de airfryer

Wie toch iets zelf wil maken in de airfryer, moet het klassieke oliebollenbeslag loslaten. Met een steviger beslag, bijvoorbeeld op basis van kwark, kun je ballen vormen die hun vorm behouden. Deze bollen garen prima in de hete lucht en krijgen een mooie bruine buitenkant. De uitkomst lijkt qua vorm op een oliebol, maar de structuur is compacter en de smaak meer broodachtig. Denk aan iets tussen een zoet broodje en een scone. Lekker, lichter en prima als alternatief, maar: het is geen oliebol zoals je die van de kraam kent.

Kwarkbollen uit de airfryer

Meng 250 gram volle kwark met 1 ei en 50 gram suiker tot een glad mengsel. Voeg vervolgens 300 gram zelfrijzend bakmeel toe, samen met een snuf zout. Meng alles kort tot een samenhangend deeg. Het deeg moet stevig zijn en nauwelijks plakken. Is het te nat, voeg dan een beetje extra bakmeel toe. Wie wil, kan rozijnen, stukjes appel of wat citroenrasp door het deeg mengen.

Bestuif je handen licht met bloem en draai ballen ter grootte van een kleine mandarijn. Leg ze met wat ruimte ertussen in het mandje van de airfryer, eventueel op een stukje bakpapier. Bak de bollen in ongeveer 12 tot 15 minuten op 180 graden. Halverwege kun je ze voorzichtig keren zodat ze gelijkmatig bruin worden.

Laat de bollen kort afkoelen en bestuif ze eventueel met poedersuiker. Vers zijn ze het lekkerst, maar ook lauw blijven ze prima eetbaar.

Wat ook goed kan: oliebollen opwarmen in de airfryer

Waar de airfryer wel echt tot zijn recht komt, is bij het opwarmen van gekochte oliebollen. In de magnetron worden ze snel slap en taai. In de airfryer gebeurt het tegenovergestelde. Door de bollen een paar minuten op ongeveer 180 graden te verwarmen, wordt de korst weer knapperig en warmt de binnenkant gelijkmatig op. Je oliebollen smaken weer alsof je ze net gebakken (of gehaald) hebt!

Samenvatting

Wil je de échte oliebol, dan heb je twee opties: zelf bakken in een frituurpan of halen bij de kraam. Bakken in de airfryer kan niet, omdat vloeibaar beslag niet geschikt is voor hete lucht. Je kunt bijvoorbeeld wel kwarkbollen maken, maar dat is toch anders. De grootste winst zit in het opwarmen van kant-en-klare oliebollen: in de airfryer gaat dat snel, ze worden heerlijk knapperig en je hebt geen last van frituurlucht in huis.


Nog even niet aan denken...

...maar voor 1 januari, je goede voornemens

🎆 Vuurwerk op je Galaxy Smartphone? 👇

View post on TikTok
▼ Volgende artikel
Zo krijg je oude randapparatuur weer werkend onder Windows 10 en 11
© ID.nl
Huis

Zo krijg je oude randapparatuur weer werkend onder Windows 10 en 11

Het spreekwoord 'krakende wagens lopen het langst' gaat helaas vaak niet op in de computerwereld. Moderne systemen reageren soms allergisch op oudere hardware. Toch zijn er methoden en slimme trucs om zulke apparaten te laten werken onder Windows 10 of 11.

Dit gaan we doen

Je hebt nog een oudere printer, scanner of ander randapparaat in de kast liggen. Weggooien kan, maar het is duurzamer en goedkoper als je het toestel weer aan de praat krijgt op je moderne Windows-systeem. Zulke apparatuur wordt helaas niet altijd meteen herkend. Fabrikanten bieden namelijk vaak geen ondersteuning meer en Windows bevat lang niet alle stuurprogramma's (drivers) voor oudere apparaten.

Toch is er meer mogelijk dan je denkt. We laten stap voor stap zien wat je kunt doen als Windows het apparaat niet herkent, als de juiste driver ontbreekt of niet compatibel is, en als Windows de installatie weigert. We gaan ook kort in op alternatieve methoden, zoals compatibiliteitsmodi, universele drivers en virtualisatie. Sommige technieken zijn eenvoudig, andere vragen iets meer inspanning en technische kennis. Het loont in elk geval de moeite om het apparaat weer aan de praat te krijgen.

Apparaat niet herkend

Wanneer je een oud apparaat aansluit, kan het gebeuren dat Windows het niet herkent.. Daardoor verschijnt het niet in de lijst met apparaten. Je controleert dit door via een klik met rechts op de Windows-knop Apparaatbeheer te openen. Verschijnt hier iets als 'Onbekend apparaat' of zie je een geel driehoekje of vraagteken, dan heeft Windows het apparaat wel fysiek herkend, maar geen juiste driver gevonden. Je leest hier meer over bij de passage Driverprobleem. Mogelijke oorzaken zijn het ontbreken van een plug-and-playdriver of een verouderd aansluitingstype.

Je kunt dan verschillende dingen proberen. Controleer eerst de aansluiting en de stroomvoorziening. Zorg dat het apparaat juist is aangesloten en ingeschakeld. Bij usb-apparaten helpt het soms een andere poort te proberen. Oudere usb1.1-apparaten werken vaak beter via een usb2.0-poort of een usb-hub met eigen voeding dan via een usb3.0-poort. Heeft je pc nog een parallelle of seriële poort? Controleer dan in het systeem-BIOS of deze is ingeschakeld. Heeft je toestel zo'n poort niet, dan ben je meestal aangewezen op een adapter (zie de passage Aansluitingen).

Een apparaat dat niet wordt herkend, is niet te vinden in Apparaatbeheer.

Handmatige installatie

Je kunt het apparaat ook handmatig proberen te installeren. Misschien heb je nog een cd-rom met de installatiebestanden, zodat het zo lukt. Heeft je pc geen cd-station meer, dan sluit je een extern cd-station aan of kopieer je de bestanden op een andere pc met cd-station naar een usb-stick. Je kunt er ook een iso-bestand van maken en dit met een dubbelklik als virtuele schijf koppelen op je pc. Je kunt dit doen met bijvoorbeeld Burnaware Free. Ga naar www.burnaware.com en kies voor ISO-bestand aanmaken.

Heb je geen cd-rom? Start dan Apparaatbeheer, open het menu Actie en kies Oudere hardware toevoegen. Kies De hardware opsporen en automatisch installeren, geef het hardwaretype aan, zoals Beeldapparaten of Draagbare apparaten, en selecteer het juiste product en model. Heb je zelf een geschikte driver gevonden (bijvoorbeeld op de site van de producent), klik dan op Bladeren en verwijs naar het installatiebestand (inf).

Voor printers open je Instellingen in Windows en kies je Bluetooth en apparaten / Printers en scanners. Klik op Apparaat toevoegen en kies bij De printer die ik wil gebruiken, staat niet in de lijst voor Handmatig een nieuw apparaat toevoegen. In het dialoogvenster laat je Mijn printer is iets ouder. Help mij met zoeken geselecteerd. Werkt dat niet, probeer dan Een lokale printer of een netwerkprinter toevoegen met handmatige instellingen, waarna je de juiste poort en het stuurprogramma kiest. Klik hier ook op Windows Update: zo is de kans groter dat Windows alsnog de juiste driver ophaalt. Je kunt ook een vergelijkbaar model uit de lijst proberen.

De wizard Hardware toevoegen laat je eerst uit een productcategorie kiezen.

Soorten aansluitingen

Gaat het om oudere apparaten, dan hebben die vaak een interface die je op moderne pc's niet meer vindt, zoals een parallelle of seriële aansluiting of firewire. Voor parallel gebruik je een usb-naar-parallel-adapter (meestal usb-A naar 36-pins Sub-D). De printer verschijnt dan als 'USB Printing Support' en werkt vaak met generieke drivers. Sommige oude drivers verwachten een echte LPT-poort met een logische naam als LPT1. Je kunt dan de gedeelde usb-printerpoort mappen naar LPT1 met het opdrachtprompt-commando

net use LPT1: "\\localhost\<printershare>" /persistent:yes

(met net use LPT1: /delete verwijder je deze koppeling). <printershare> is de gedeelde printernaam, zoals ingesteld via Instellingen in Windows: klik op de printernaam, kies Printereigenschappen en open het tabblad Delen. Zo kun je vaak nog printen vanuit oude DOS- of Windows-apps.

Voor een seriële poort (met een DB9 RS232-kabel) gebruik je eveneens een usb-adapter, liefst met FTDI-chip en aangesloten op een usb2.0-poort. Mogelijk moet je eerst de adapterdriver installeren voordat deze in Apparaatbeheer verschijnt (onder een naam als '[…] COMx'). Om het juiste poortnummer (zoals COM1) in te stellen, klik je met rechts op het apparaat, open je Poortinstellingen en klik je op Geavanceerd.

Koop altijd adapters van goede kwaliteit (en van een bekend merk), aangezien goedkopere exemplaren zich niet altijd aan de specificaties houden.

Voor firewire kun je de installatie van een PCIe-naar-firewire (IEEE 1394) adapterkaart overwegen. Met de Microsoft 1394 OHCI Legacy Driver activeer je deze vervolgens in Windows 10/11 en kun je bijvoorbeeld een oude DV-camera of audio-interface aansluiten. Klik hier voor een downloadlink met instructies.

De LPT-poort wordt semipermanent aan de gedeelde usb-printerpoort gekoppeld.

Driverprobleem

Wanneer Windows het apparaat herkent via een van bovenstaande stappen, blijft het afwachten of er een geschikte driver voor Windows 10/11 beschikbaar is. Je kunt eerst een generieke driver proberen, die vaak via de Windows-updatefunctie beschikbaar is. Klik in Apparaatbeheer met rechts op het apparaat, kies Stuurprogramma bijwerken en klik vervolgens op Automatisch zoeken naar stuurprogramma's / In Windows Update zoeken naar bijgewerkte stuurprogramma's.

Soms vind je geschikte drivers bij de optionele updates. Ga hiervoor naar Instellingen, kies Windows Update / Geavanceerde opties / Optionele updates en open Stuurprogramma-updates. Je kunt ook zoeken naar een basisdriver, add-onmodule of universele driver van de fabrikant, zoals de (Smart) Universal Printer Driver van HP.

Vind je geen driver op de site van de fabrikant, dan kun je er ook zelf naar googelen op basis van het hardware-ID. Start Apparaatbeheer, klik met rechts op het apparaat (eventueel bij Andere apparaten of Onbekend apparaat), kies Eigenschappen en open het tabblad Details. Stel Eigenschap in op Hardware-id's. Klik met rechts op een gevonden ID, kies Kopiëren en plak dit met Ctrl+V in een zoekmachine als Google. Mogelijk levert dit een geschikte driver op.

Heb je nog een driver voor Windows 7 of ouder, probeer dan de installatie in compatibiliteitsmodus. Klik met rechts op het installatieprogramma, kies Eigenschappen en ga naar het tabblad Compatibiliteit. Zet een vinkje bij Dit programma uitvoeren in compatibiliteitsmodus voor en kies de laatst ondersteunde versie, zoals Windows 7 of Windows XP (Service Pack 2). Door ook Dit programma als administrator uitvoeren te selecteren, vergroot je de kans dat Windows de oudere driver alsnog aanvaardt, zeker als het geen 'kernel-driver' met volledige systeemrechten betreft (zie ook de passage Driverblokkade). Dit is ons bijvoorbeeld al gelukt voor een Canon Pixma iP4200-printer.

Lees ook: De perfecte printer kiezen? Hier moet je op letten

Soms zitten driverupdates wat verstopt bij de optionele updates.

Alternatieve drivers

Je kunt ook op zoek gaan naar alternatieve, niet-officiële stuurprogramma's. Er zijn verschillende community's en fora die voor populaire oudere apparaten aangepaste drivers aanbieden of INF-bestanden hebben aangepast om ze onder nieuwere Windows-versies te laten werken.

Voor scanners is de alternatieve software van VueScan populair. Deze ondersteunt bijna achtduizend oude scanner-modellen en werkt vaak prima, al is de software niet gratis (vanaf circa 19 euro per jaar). Een proefversie is wel beschikbaar (je kunt eventueel een wegwerpadres gebruiken), zodat je kunt nagaan of je scanner werkt onder Windows 10/11.

Voor printers is het Gutenprint-driverpakket bekend, voorheen bekend als Gimp-print, al is dit alleen beschikbaar voor Linux en macOS. We hebben helaas niet de ruimte om hier dieper op in te gaan, maar je kunt een al dan niet virtuele Linux-machine op je netwerk opzetten (ook op een Raspberry Pi) en hierop Gutenprint installeren. Vervolgens deel je de printer zodat je deze ook op je Windows-pc kunt gebruiken. Voor scanners bestaat een vergelijkbaar project: Scanner Access Now Easy, eveneens voor Linux.

De kans is groot dat je met VueScan je oude scanner nog prima aan de praat krijgt.

Driverblokkade

Het kan gebeuren dat er wel een driver beschikbaar is, maar dat Windows 10/11 de installatie blokkeert. Mogelijk is de driver technisch incompatibel, bijvoorbeeld een 32bit-driver op een 64bit-systeem (Windows 11 is altijd 64 bit), of een kerneldriver die noodzakelijke kernelfuncties mist doordat deze niet meer worden ondersteund door het geüpdatete besturingssysteem. In dit geval kun je nog de compatibiliteitsmodus proberen (zie de passage Driverprobleem), maar het resultaat blijft onzeker. Je maakt dan meer kans via een virtuele machine met een oudere Windows-versie, zoals Windows 10 voor 32bit-drivers.

Soms blokkeert Windows 10/11 de installatie omdat de (kernel)driver niet digitaal is ondertekend. Ben je zeker dat het om een betrouwbare driver gaat, dan kun je deze controle tijdelijk uitschakelen. Open Instellingen, kies Systeem / Systeemherstel en klik tweemaal op Nu opnieuw opstarten. Kies vervolgens Problemen oplossen / Geavanceerde opties / Opstartinstellingen en klik op Opnieuw opstarten. In het menu dat verschijnt, kies je optie 7: Afdwingen van stuurprogrammahandtekening uitschakelen. Windows start nu zonder handtekeningcontrole, zodat je de driver kunt installeren. Bij de volgende herstart is de controle weer actief, maar de driver blijft werken.

Ga je liever voor een iets doortastender aanpak? Voer dan de Opdrachtprompt uit als administrator, voer het commando bcdedit /set TESTSIGNING ON in en herstart je pc. Deze draait dan in testmodus, zie de indicatie rechtsonder. Installeer de driver en voer daarna meteen bcdedit /set TESTSIGNING OFF uit, gevolgd door een herstart om terug normaal te werken.

Deze Windows draait tijdelijk in een (minder veilige) testmodus.

Virtueel alternatief

Lukt het niet om je oude apparaat met een van de bovenstaande workarounds aan de praat te krijgen binnen Windows 10/11, dan zit er weinig anders op dan een ouder of ander besturingssysteem te gebruiken. Het handigst is om dit als virtuele machine (VM) bovenop je huidige Windows te draaien. Binnen deze VM installeer je dan de originele driver en software voor het apparaat.

Geschikte gratis tools zijn Oracle VirtualBox en VMware Workstation Pro (na registratie op https://support.broadcom.com). Via bijvoorbeeld https://archive.org kun je naar schijfkopiebestanden zoeken en downloaden. Wij vonden er onder meer diverse Windows XP-iso-bestanden en installeerden een exemplaar in VirtualBox.

Dit kan als volgt. Start VirtualBox, klik op Nieuw en vul de gegevens in, zoals Microsoft Windows XP (32-bit). Bij ISO-image verwijs je naar je download. Vink Overslaan zonder toezicht aan, klik op Afmaken en vervolgens op Starten. Volg de installatie-instructies. Je bezit of vindt wellicht een geldige licentie voor deze oude Windows.

Koppel het apparaat aan een fysieke poort op je pc en geef deze vervolgens door aan de VM, zodat de virtuele Windows het apparaat herkent. Dit kan vanuit het menu Apparaten in het venster met een opgestarte VM.

Bij printers kun je ook delen via het VM-netwerk, zodat je vanuit je gewone Windows via het netwerk kunt printen naar de VM. Selecteer de (uitgeschakelde) VM in VirtualBox, kies Instellingen, open Netwerk en vink Netwerkadapter inschakelen aan. Stel eventueel Gekoppeld aan in op Bridged Adapter zodat de VM een ip-adres krijgt binnen hetzelfde netwerk als je host-pc.

Een oude HP-printer werd succesvol op een virtuele Windows XP geïnstalleerd.

Extra tips

Soms brengen fabrikanten firmware-updates uit die de compatibiliteit met een nieuwer besturingssysteem verbeteren. Het kan dus lonen om de firmware van het apparaat te controleren en eventueel te updaten. Raadpleeg hiervoor de bijbehorende instructies. Het is ook mogelijk dat sommige apparaten, zoals printers, een legacy- of compatibiliteitsmodus hebben, waardoor ze wel ondersteund worden door Windows of een generieke driver. Raadpleeg ook hiervoor de handleiding.

Tot slot nog een tip die we met enige terughoudendheid geven. Vind je geen geschikte driver op de website van de fabrikant, probeer dan eventueel een gratis tool als IObit Driver Booster of Snappy Driver (Lite). Soms halen deze nog een oude driver uit de online Microsoft Update Catalog die werkt. Dit kan helaas ook zomaar fout gaan, dus maak vooraf zeker een herstelpunt. Let ook op dat je geen ongewenste extra's mee installeert.

Driver-installers: als het echt niet anders kan, en nadat je een herstelpunt hebt gemaakt.

 Nieuwe printer nodig? Kijk op Kieskeurig.nl/prijsdalers om voor de beste deal!

Inkt en cartridges

Voor je printer