ID.nl logo
Huis

De voor- en nadelen van power over ethernet

Zou het niet fijn zijn als je maar één kabel hoeft te trekken om een apparaat direct zowel van internet als van stroom te voorzien? Die optie bestaat al lange tijd en heet Power over Ethernet, dat gestaag over de jaren populair is geworden.

PoE is vooral handig voor apparaten die ver weg van een stopcontact zitten maar wel stroom nodig hebben. Om dan te voorkomen dat ook nog aparte stroomkabels gelegd moeten worden, is het handig om stroom en een internetverbinding in één kabel te kunnen leveren. Dat scheelt kosten en het is een stuk eenvoudiger om een ethernetkabel te trekken dan om de gehele stroomvoorziening uit te breiden. Een van de eerste toepassingen van Power over Ethernet was voor voip-telefoons. Zelfs als de stroom bij het stroombedrijf zou uitvallen, kon je nog het noodnummer bellen omdat het telefoonbedrijf de stroom levert aan de telefoon dankzij PoE.

Cisco ging ongeveer in 2000 met voip-telefoons en PoE aan de slag. Daarvoor deed al een aantal andere bedrijven dat. In die periode ging dat niet altijd even goed. Er werd dan bijvoorbeeld per ongeluk een apparaat aangesloten op een ethernetkabel met stroom die dat eigenlijk niet nodig had, waardoor zo’n apparaat beschadigd raakte.

In 2001 en 2002 werd de technologie steeds populairder en werd het uiteindelijk duidelijk dat een standaard nodig was. Dit leidde ertoe dat in 2003 door de IEEE 802.3af tot de standaard voor PoE uitgeroepen werd. Dat bleek een goed idee, want de standaard introduceerde een aantal belangrijke veiligheidsvoorzieningen zodat apparatuur niet langer beschadigd kon worden.

Hoe werkt power over ethernet?

Ethernetkabels bevatten binnenin acht aders, die geordend zijn in vier getwiste paren. Een getwist paar zijn twee aders die om elkaar heen zijn gedraaid. In 10 en 100BASE-ethernet worden twee paren gebruikt om informatie te versturen: dit zijn de zogenaamde data pairs.

Dan zijn er nog twee aderparen over, de zogenaamde spare-pairs, die gebruikt worden als back-up voor als een van de andere aders falen. PoE, of 802.3af gebruikt of de twee dataparen of de twee back-up-paren en gebruikt normaliter tussen de 44 en 57 volt. Door zo’n hoog voltage kan de stroom relatief efficiënt worden vervoerd over de kabel. Power over Ethernet werkt gewoon over bestaande cat 5-ethernetkabels, al wordt voor de nieuwste PoE-standaard wel minimaal cat 5e vereist.

In PoE spelen twee belangrijke onderdelen een rol: de bron en de bestemming. De bron wordt de power sourcing equipment (PSE) genoemd en levert de stroom. Vaak is dit een netwerkswitch. De bestemming, oftewel het powered device, kan slechts een bepaald wattage aan. Om die hoeveelheid wattage aan te geven worden types en klassen gebruikt.

Voor type 1 is het maximum 12,95 watt en voor type 2 is dat 25,5 watt. Type 3 is nu in ontwikkeling. Daarvoor moet de PSE, de bron, respectievelijk 15,4 of 30 watt leveren. Een PSE kan zich ook tussen een bestaande switch zonder PoE en de bron bevinden. In dat geval wordt dat apparaat een midspan genoemd.

©PXimport

Verschil 802.3af en 802.3at

Het risico van beschadigde apparaten vervalt door 802.3af doordat de PSE eerst bij de bestemming controleert of die wel echt stroom wil hebben. Als het bestemmingsapparaat geen antwoord geeft, wordt er geen stroom op de lijn gezet en kan er niets beschadigd raken. Dat proces heet het signature-detection process. Om de aanwezigheid van PoE te detecteren, wordt er gebruikgemaakt van een weerstand van 25 Kiloohm die dient als handtekening. Pas als die aanwezig is, wordt er stroom op de kabel gezet door de PSE.

Na de signature-detection kan een optionele classificatie plaatsvinden. Met de classificatie kan de bestemming aangeven hoeveel stroom er precies nodig is. Er zijn drie vier klassen. Met klasse 1 is 3,8 watt beschikbaar, met klasse 2 6,49 watt, met klasse 3 12,95 watt en met klasse 4 is er 25,5 watt beschikbaar. Als een bestemming geen classificatie doorgeeft, dan is het klasse 0 (nul) en krijgt het 12,95 watt.

Zodra signature detection en eventueel classificatie zijn voltooid, begint de PSE aan het leveren van de stroom. De PSE houdt continu in de gaten hoeveel stroom er wordt geleverd: als de bestemming te veel of juist te weinig stroom trekt, wordt de stroomvoorziening afgesloten.

Er zijn vandaag de dag twee standaarden op de markt: het in 2003 geïntroduceerde 802.3af (type 1 genoemd) en de opvolger 802.3at (type 2 genoemd) uit 2009. Met 802.3at werd PoE Plus geïntroduceerd, een andere term voor de hierboven al even genoemde klasse 4 met een wattage van 25,5 watt.

Gigabit

Power over Ethernet werkt ook in combinatie met gigabit-ethernetkabels, maar moet dan wel op een andere manier werken. Waar in de kabels van 10 en 100BASE twee aderparen niet worden gebruikt, geldt dat niet voor gigabit-ethernetkabels: dan worden allevier de aders gebruikt voor het vervoeren van data.

In zulke kabels gebruikt Power over Ethernet simpelweg dezelfde aderparen als waar de data overheen gaat. Er wordt dan gebruikgemaakt van een techniek genaamd phantom power. Dat werkt doordat het datasignaal niet stoort met de stroom. De datazendingen zitten op een frequentie tussen de 10 en 100 miljoen Hertz, terwijl elektriciteit gebruikmaakt van een lage frequentie op 60 Hz. Door het grote verschil in frequenties hebben beide signalen geen last van elkaar.

Internet-of-things

Power over Ethernet krijgt veel aandacht, onder andere dankzij het internet of things, waar het erg nuttig voor kan zijn. Het is veel werk om al die kleine apparaten en sensoren van stroom te voorzien, maar met een PoE-ethernetkabel sla je dan meteen twee vliegen in één klap: stroom en internet. Power over Ethernet zou ook een rol kunnen gaan spelen in slimme auto’s. Moderne auto’s bevatten erg veel sensoren en apparatuur, helemaal in bijvoorbeeld een zelfrijdende auto. Het zou dan kosten kunnen schelen om in de interne bekabeling PoE te gebruiken, want dan heb je minder kabels nodig.

In 2014 nam het gebruik van PoE voor voip met zo’n tachtig procent toe. Bovendien bleek uit onderzoek van BSRIA in 2015 dat twintig procent van de wifi-accesspoints gebruikmaakt van PoE en tien procent van lampen wordt aangestuurd met PoE.

PoE biedt ook veel kansen voor licht. Slimme lampen zijn op dit moment vaak draadloos verbonden met een basisstation dat dan met het internet is verbonden. In de toekomst zou dat kunnen veranderen en zou je lampen kunnen kopen die verbonden zijn met een ethernet-aansluiting en dus direct verbinding maken met het internet. Vooral voor bedrijven is dat handig. Omdat elke lamp zijn eigen ip-adres krijgt, is alles goed te beheren en ook eenvoudiger te beheren, omdat maar een apparaat wordt gebruikt: namelijk de PoE-switch.

©PXimport

Nadelen van power over ethernet

PoE kan dus voor veel toepassingen heel handig zijn en het wordt dus ook al op grote schaal gebruikt. Toch heeft PoE een aantal nadelen. Het grootste nadeel is dat je slechts honderd meter kunt gebruiken voor ethernet met PoE, anders gaat te veel wattage verloren. Om daar omheen te werken, kan een media converter worden gebruikt. Die converter plaats je naast de stroombron en verbind je met de ethernetswitch. Deze converter injecteert dan de stroom over de ethernetkabel aan het uiteinde, maar nog net voor het apparaat zelf.

Andere nadelen zitten in het feit dat de hoeveelheid geleverde stroom relatief laag is en dat er onderweg veel verlies optreedt. Daarnaast kunnen elektrische storingen ook storingen veroorzaken op het lokale netwerk zelf, wat voor problemen kan zorgen.

Een laatste nadeel is dat Power over Ethernet alleen werkt voor koperen utp-kabels: glasvezelkabels in combinatie met PoE gaat niet werken. Dat probleem kan echter ook verholpen worden met een media converter: door de switch en converter met glas te bekabelen en de converter en het apparaat met PoE-ethernet te verbinden.

Overweeg een PoE-splitter

Je kunt op twee manieren Power over Ethernet aan je netwerk toevoegen: door middel van een switch of door middel van een midspan. Met een switch verbind je simpelweg je apparaten daarmee en de switch zelf verbind je dan zoals normaal met de router. De switch zal dan automatisch de betreffende apparaten van stroom voorzien als ze daarom vragen. Je kunt al een PoE-switch met vier ethernetpoorten kopen voor nog geen zestig euro. Je kunt ook voor een midspan kiezen. Die is handig als je maar voor een apparaat PoE wilt, omdat het vaak een klein kastje is met twee ethernetaansluitingen: een In zonder PoE en een Out met PoE.

Heb je juist een apparaat dat geen PoE ondersteunt, maar zou je er wel graag gebruik van maken, dan kun je gebruikmaken van een PoE-splitter. Zo’n apparaatje zet juist een PoE-ethernetkabel om in een losse, normale ethernetaansluiting en een aparte voedingsaansluiting voor het apparaat dat dan geen PoE ondersteunt.

De toekomst: 802.3bt, High-Power PoE

802.3at en -af lopen eigenlijk achter op de markt. Er zijn al producten te koop die maar liefst 60 tot 95 Watt leveren aan apparaten, maar die voldoen dan niet aan een standaard zodat het niet universeel werkt. Nieuwe apparatuur vereist steeds meer stroom: denk dan bijvoorbeeld aan videobellen, aan wifi-access-points met ac of zelfs ad op 60 GHz, maar ook aan thermostaten, rookmelders en andere sensoren. Het probleem met de huidige standaard is dat het niet meer genoeg is.

De toekomst van Power over Ethernet is 802.3bt, oftewel High-Power PoE. De bt-standaard kan tot 90 Watt aan. De kabellengte blijft helaas wel beperkt tot 100 meter. Naar verwachting wordt 802.13bt nog dit jaar geratificeerd en daarmee dus officieel.

802.3bt voegt straks type 3 toe, maar over een aantal jaar komt er ook een type 4. Die standaard bevindt zich nog in een zeer vroeg stadium en de werkgroep van IEEE is nog aan het nadenken hoe die standaard eruit moet zien. Met type 4 zou 100 watt mogelijk moeten worden. Hoe de IEEE dat precies voor elkaar gaat krijgen, is nog niet helemaal duidelijk. Met 100 Watt ontstaan namelijk problemen in die ethernetkabels: die worden veel te warm. Daarnaast: als je zo’n kabel eruit trekt terwijl die 100 watt levert, zouden er weleens vonken vanaf kunnen schieten. Met 100 watt heeft een zestig inch-tv bijvoorbeeld geen voeding meer nodig.

HDBaseT, een verbindingsstandaard vanuit de markt, ondersteunt overigens wel al 100 watt over de kabel, in de vorm van Power over HDBaseT. Daarvoor worden cat 6a-kabels aanbevolen, die toekomstbestendig zijn en 10 Gbit/s ondersteunen. De IEEE loopt helaas dus nogal wat achter.

▼ Volgende artikel
Waar let je op bij het kopen van een vrijstaande vaatwasser?
© Leslie C Saber
Huis

Waar let je op bij het kopen van een vrijstaande vaatwasser?

Ben je op zoek naar een vrijstaande vaatwasser, maar weet je niet waar je op moet letten? In dit artikel leggen we uit wat belangrijk is bij het kiezen van het juiste model. Van formaat en geluidsniveau tot slimme functies en energieverbruik – met deze tips koop je een vaatwasser die past bij jouw keuken én je huishouden.

In dit artikel ontdek je:
  • Welk formaat vaatwasser past bij jouw keuken en huishouden
  • Wat een stil model is (en waarom dat belangrijk is)
  • Hoeveel energie en water een moderne vaatwasser verbruikt
  • Hoe de indeling van de korven invloed heeft op het gebruiksgemak
  • Welke extra functies écht handig zijn (en welke niet)
  • Waarom design en plaatsing ook meetellen
  • Hoe je prijs en kwaliteit slim afweegt

Een vaatwasser is al lang geen luxeproduct meer. Voor veel huishoudens is het een apparaat dat dagelijks wordt gebruikt. Heb je de ruimte in je keuken, dan is een vrijstaande vaatwasser vaak de meest toegankelijke keuze. Je hoeft geen frontpaneel te monteren, hij is relatief eenvoudig te installeren en bij defect of verhuizing ook weer gemakkelijk te vervangen. Maar dat betekent niet dat je zomaar elk model moet kopen. Van formaat tot functies, van verbruik tot gebruiksgemak: waar moet je precies op letten bij de aanschaf van een vrijstaande vaatwasser?

Past hij in je keuken én bij je huishouden?

Een van de eerste dingen om naar te kijken is het formaat. Vrijstaande vaatwassers zijn doorgaans verkrijgbaar in twee breedtematen: 60 cm en 45 cm. De standaardmaat van 60 cm biedt ruimte aan ongeveer 12 tot 15 couverts en is geschikt voor gezinnen of huishoudens waar veel wordt gekookt. De smallere variant van 45 cm is ideaal voor één- of tweepersoonshuishoudens of voor kleinere keukens, zoals in een appartement.

Een couvert staat voor het servies en bestek van één persoon: een bord, glas, kopje, schaaltje en bestekset. Een vaatwasser met 12 couverts biedt dus ruimte voor een maaltijdservies van 12 personen. Heb je vaak extra pannen of grotere items? Dan is 15 couverts of meer handig.

Behalve de breedte is ook de diepte van belang. De meeste vrijstaande modellen zijn tussen de 55 en 60 cm diep. Meet de plek waar je de vaatwasser wilt plaatsen dus goed op en houd rekening met extra ruimte voor de deur die openklapt en de slang- en stroomaansluitingen aan de achterkant.

©Paul Vinten

Hoe stil moet hij zijn?

Het geluidsniveau van een vaatwasser is een factor die je makkelijk over het hoofd ziet, maar die dagelijks van invloed is op je comfort. Zeker als je een open keuken hebt of gevoelig bent voor achtergrondgeluiden. Het geluidsniveau wordt gemeten in decibel (dB). Een verschil van slechts een paar decibel kan in de praktijk al flink merkbaar zijn.

Vaatwassers met een geluidsniveau onder de 45 dB worden als zeer stil beschouwd en zijn nauwelijks hoorbaar. Tussen de 45 en 50 dB is gebruikelijk en vaak prima te doen, zeker als je hem overdag laat draaien. Zit je daarboven, dan kan het apparaat als hinderlijk worden ervaren, vooral in stille ruimtes of tijdens gesprekken.

Let er ook op of de machine een stil programma heeft. Dat draait vaak iets langer, maar maakt minder lawaai. Sommige modellen hebben zelfs een nachtstand, speciaal bedoeld voor wie de vaatwasser 's avonds laat of 's nachts zonder overlast wil gebruiken.

Denk aan je portemonnee én het milieu

Moderne vaatwassers zijn veel zuiniger dan oudere modellen. Toch is het de moeite waard om ook binnen het huidige aanbod goed te vergelijken. Elk apparaat heeft een energielabel, waarbij klasse A het zuinigst is. Dit label houdt rekening met het stroom- en waterverbruik per 100 wasbeurten.

Een gemiddeld energiezuinig model verbruikt ongeveer 0,8 kWh per cyclus, en tussen de 9 en 11 liter water. Heb je een ouder apparaat in huis dat je wilt vervangen? Dan kun je jaarlijks tientallen euro's besparen op je energierekening – én flink wat liters water.

Let ook op de aanwezigheid van een Eco-programma. Dat is meestal het langstdurende programma, maar het verbruikt de minste energie omdat het water minder heet wordt. Slimme functies zoals beladingssensoren of automatische deuropening na het wassen (voor betere droging) kunnen eveneens bijdragen aan efficiënt gebruik.

Indeling en flexibiliteit van de korven

Een vaatwasser moet niet alleen goed schoonmaken, hij moet ook praktisch zijn in het dagelijks gebruik. Een slimme indeling van de binnenruimte maakt daarbij een wereld van verschil. Kijk bijvoorbeeld of de bovenkorf in hoogte verstelbaar is. Zo kun je makkelijk wisselen tussen ruimte voor hoge glazen bovenin of grote pannen onderin.

Ook het bestekgedeelte verdient aandacht. Sommige modellen hebben een besteklade bovenin, wat ruimte bespaart in de onderste korf en het bestek netter wast. Andere modellen gebruiken een traditioneel mandje, wat makkelijker in- en uitruimen is maar iets minder efficiënt in ruimtegebruik.

Flexibele steunen, neerklapbare houders en antislipvlakken maken het mogelijk om elke lading optimaal te benutten, of je nu een groot diner hebt gehad of vooral bekers en schotels moet afwassen.

©andrey sinenkiy

Extra functies: van startuitstel tot slimme sensoren

Moderne vaatwassers zijn soms verrassend geavanceerd. Een van de meest voorkomende extra's is startuitstel: je stelt in wanneer het programma begint, bijvoorbeeld 's nachts bij daluren. Dat is niet alleen handig, maar kan je ook geld besparen bij een variabel energietarief.

Verder zijn er modellen met automatische programma's die zichzelf aanpassen op basis van hoe vuil de vaat is, sensoren die de waterhardheid meten en speciale programma's voor glaswerk of babyflessen. Sommige high-end modellen zijn zelfs te bedienen via een app, met notificaties wanneer de vaat klaar is of wanneer het zout moet worden bijgevuld.

Niet al deze functies zijn noodzakelijk – veel gebruikers gebruiken uiteindelijk slechts één of twee programma's – maar het is wel prettig als je weet wat er mogelijk is. Bepaal dus wat voor jou echt waarde toevoegt, en wat vooral marketing is.

Design en plaatsing

Een vrijstaande vaatwasser staat doorgaans in het zicht, dus het design is belangrijker dan bij een inbouwmodel. Gelukkig zijn er modellen in verschillende kleuren en afwerkingen, van klassiek wit tot modern zwart of roestvrij staal. Kies iets dat past bij je keukenstijl, zeker als het apparaat naast of tussen andere keukenkasten komt te staan.

Let ook goed op de plaatsing: is er een stopcontact in de buurt? Hoe zit het met de afvoer en wateraansluiting? En kan de deur ver genoeg open zonder ergens tegenaan te botsen? Denk ook aan de hoogte van het aanrecht: sommige mensen vinden het prettig als de bovenkorf op werkhoogte zit, zodat je minder hoeft te bukken.

Drie snelle checks voor je aankoop
  1. Meet eerst je keuken op. Check de breedte, diepte én of de deur goed open kan. Vergeet de aansluitingen aan de achterkant niet.
  2. Kies op basis van je gewoontes. Kook je veel? Neem een groter model met flexibele indeling. Gebruik je 'm vooral voor ontbijt en avondeten? Dan volstaat een compactere variant.
  3. Denk aan het geluidsniveau. Woon je klein of heb je een open keuken? Zoek naar een model onder de 45 dB. Stil is écht fijn.

Laat je niet alleen leiden door het merk

De prijzen van vrijstaande vaatwassers lopen uiteen van zo'n 300 euro tot ruim boven de 1000 euro. Duurdere modellen bieden vaak meer functies en stillere motoren, maar dat betekent niet automatisch dat ze beter zijn. Reviews van gebruikers en tests door bijvoorbeeld de Consumentenbond kunnen je helpen om een goed beeld te krijgen van de prestaties en betrouwbaarheid. Let ook op de garantie: sommige merken bieden standaard twee jaar, andere verlengen dat naar vijf jaar bij registratie. Zeker bij een apparaat dat intensief wordt gebruikt, kan dat net de doorslag geven. Doe dus goed onderzoek of laat je adviseren!

▼ Volgende artikel
Review Samsung Bespoke AI Jet Ultra – Ware krachtpatser
© Wesley Akkerman
Huis

Review Samsung Bespoke AI Jet Ultra – Ware krachtpatser

Met een oorspronkelijke adviesprijs van 1.349 euro positioneert de Samsung Bespoke AI Jet Ultra zich in het hoogste segment van steelstofzuigers. Voor die prijs krijg je een geavanceerd apparaat met een reeks… 'slimme' functies. Hoe slim die functies echt zijn en of deze stofzuiger zijn geld waard is, lees je in deze review.

Goed
Conclusie

De naam Ultra en de hoge adviesprijs scheppen verwachtingen die op slim gebied niet worden ingelost. De AI-hoekdetectie functioneert niet zoals beloofd en de notificatiefunctie is een omslachtige gimmick. Als je de Samsung Bespoke AI Jet Ultra overweegt voor zijn geavanceerde connectiviteit (we hebben het dan over de koppeling met wifi, SmartThings en je smartphone) is hij de meerprijs ten opzichte van zijn voorganger niet waard. De ware kracht van dit model schuilt in zijn fenomenale zuigkracht, waardoor hardnekkig vuil en dierenharen moeiteloos verwijderd worden. Omdat de prijs inmiddels een stuk onder de adviesprijs ligt, wordt deze stofzuiger wel interessanter.

Plus- en minpunten
  • Fenomenale zuigkracht
  • Twee accu's meegeleverd
  • Automatisch leeg- en laadstation
  • Zeer compleet accessoirepakket
  • Uitschuifbare stang
  • Ergonomisch ontwerp
  • Slimme functies zijn een gimmick
  • AI-modus stelt teleur
  • Matige wendbaarheid (soms)
  • Goedkope accessoirestandaard
  • Fors laadstation

De vraag is of alle innovaties de forse prijs rechtvaardigen. Inmiddels is de stofzuiger al enige tijd op de markt, wat geleid heeft tot aanzienlijke prijsdalingen. Waar hij op Samsungs eigen website voor 1.089 euro wordt aangeboden, is hij her en der al voor nog minder te vinden. Samsung probeert de hoge prijs te rechtvaardigen met nieuwe functies en kleine verbeteringen. Zo is de zuigkracht is verhoogd naar 400 watt (dat was 280).

Een belangrijke toevoeging is de AI Cleaning Mode 2.0, die zes verschillende schoonmaakomgevingen kan detecteren en de zuigkracht hierop aanpast. Deze geavanceerde modus werkt echter – net als andere slimme koppelingen zoals notificaties – alleen via de SmartThings-app. Zonder de app maakt het apparaat gebruik van de basis AI-modus (net zoals zijn voorganger) en mis je de meer geavanceerde functionaliteiten.

©Wesley Akkerman

Meer dan genoeg accessoires

Qua ontwerp is er weinig veranderd ten opzichte van het vorige model. De stofzuiger heeft een ergonomische handgreep en een helder display dat de modus en resterende accutijd toont. Een praktische toevoeging is de uitschuifbare telescopische stang, waardoor de stofzuiger ook prettig te gebruiken is voor langere mensen. Een klein minpunt is de accessoirestandaard; vergeleken met de stevige stofzuiger voelt die – met zijn dunnere plastic – wat goedkoop aan.

Het meegeleverde accessoirepakket is zeer compleet. Je ontvangt de Active Dual Brush en de Slim LED Brush+ voor verschillende vloertypen, plus een speciale Pet Tool+ voor het verwijderen van dierenharen. Ook een combinatie- en kierenzuigmond ontbreken niet. Een groot voordeel is de aanwezigheid van twee accu's, met een maximale gebruiksduur van respectievelijk honderd en zestig minuten. Daardoor kun je tussentijds wisselen als de ene batterij het net niet redt.

©Wesley Akkerman

Wisselende ervaringen

Het stofzuigen verloopt grotendeels moeiteloos. Het handvat ligt comfortabel in de hand, wat prettig is gezien het relatief hoge gewicht van de stofzuiger. De wendbaarheid laat echter soms te wensen over. Op ons vloerkleed bleek de Active Dual Brush-borstel wat stroef, waardoor sturen moeizaam ging. Op harde vloeren presteerde de Slim LED Brush+ gelukkig een stuk soepeler. En hoewel de ledverlichting in de kop handig is, presteert de laser van Dyson beter.

De AI-modus zorgt voor een gemengde ervaring. Het systeem detecteert en schakelt hoorbaar wanneer je van een harde vloer naar een vloerkleed gaat. Maar de beloofde functie waarbij de zuigkracht in hoeken automatisch aangepast zou worden, blijkt niet super te werken. Hoewel de AI-modus niet onbruikbaar is, worden de verwachtingen niet volledig waargemaakt. Het voelt meer als een vooraf ingestelde handeling dan als een werkelijk intelligente aanpassing aan de omgeving.

©Wesley Akkerman

Hoge zuigkracht

Waar de slimme functies soms tekortschieten (daarover straks meer), maakt de pure zuigkracht een diepe indruk. Zelfs op de laagste stand zuigt de Samsung Bespoke AI Jet Ultra moeiteloos kruimels, stof en ander vuil op. We zijn vooral onder de indruk van de effectiviteit waarmee mensen- en hondenharen uit het vloerkleed verdwijnen. De enorme kracht is de belangrijkste upgrade ten opzichte van eerdere modellen en compenseert de mindere wendbaarheid op bepaalde ondergronden.

Ook de accuduur stelt niet teleur. Met alleen de kleine accu is er genoeg vermogen voor het stofzuigen van een woning van pakweg zestig vierkante meter. Bovendien bevalt het automatisch legende oplaadstation enorm. Na elke schoonmaakbeurt leegt en laadt het station de stofzuiger, waardoor je er geen omkijken naar hebt.

Het ontwerp is echter een kwestie van smaak; deze forse en opvallende stofzuiger zet je niet zomaar ergens onopvallend neer.

De slimme functies

Je kunt de Samsung Bespoke AI Jet Ultra koppelen aan de Samsung SmartThings-app, maar de mogelijkheden blijven best beperkt. Je kunt de firmware-update en zaken als de zuigkracht aanpassen (maar dat laatste kan ook op het apparaat). De grote vernieuwing, het ontvangen van telefoon- en berichtnotificaties, blijkt in de praktijk een gimmick. Wanneer je gebeld wordt, pauzeert de stofzuiger en toont het display enkel het app-icoon, zonder naam of nummer.

Bovendien is het instellen van deze connectiviteit onnodig complex. Het vereist een Samsung-account, specifieke apps, diverse permissies en constante locatietoegang. De moeite die het kost om de verbinding tot stand te brengen, staat niet in verhouding tot het minimale voordeel. De meest opvallende beperking is verder dat de functie exclusief werkt met een Samsung-smartphone, waardoor een groep gebruikers buitengesloten wordt; op smartphones van een ander merk werkt dit namelijk niet.

©Wesley Akkerman

Samsung Bespoke AI Jet Ultra kopen?

De naam Ultra en de hoge adviesprijs scheppen verwachtingen die op slim gebied niet worden ingelost. De AI-hoekdetectie functioneert niet zoals beloofd en de notificatiefunctie is een omslachtige gimmick. Als je de Samsung Bespoke AI Jet Ultra overweegt voor zijn geavanceerde connectiviteit (we hebben het dan over de koppeling met wifi, SmartThings en je smartphone) is hij de meerprijs ten opzichte van zijn voorganger niet waard. De ware kracht van dit model schuilt in zijn fenomenale zuigkracht, waardoor hardnekkig vuil en dierenharen moeiteloos verwijderd worden. Omdat de prijs inmiddels een stuk onder de adviesprijs ligt, wordt deze stofzuiger wel interessanter.