ID.nl logo
Armbian installeren op een singleboardcomputer
© Reshift Digital
Huis

Armbian installeren op een singleboardcomputer

De officiële besturingssystemen voor tal van singleboardcomputers zijn vaak verouderd worden niet lang ondersteund. We gaan Armbian installeren. Dit is een Linux-distributie die met veel ontwikkelbordjes compatible is en wél up-to-date wordt gehouden.

De Raspberry Pi Foundation staat bekend om zijn uitstekende softwareondersteuning. Zelfs het eerste model van de Raspberry Pi, ondertussen ruim negen jaar oud, wordt nog altijd ondersteund in de nieuwste versie van Raspberry Pi OS, het op Debian-gebaseerde besturingssysteem voor het populaire computerbordje.

Verlaat je het Raspberry Pi-universum, dan merk je al snel dat die softwareondersteuning niet zo vanzelfsprekend is. Op de websites van andere fabrikanten van computerbordjes vind je vaak downloads van jaren geleden, met oude Linux-kernels. Het zijn vaak speciaal voor deze computerbordjes aangemaakte Linux-distributies die daarna niet meer onderhouden zijn.

Gelukkig is er één groep ontwikkelaars die zich het lot van al die minder populaire ARM-ontwikkelbordjes aantrekt. Zij zijn acht jaar geleden begonnen met het maken van een op Debian gebaseerde distributie: Armbian. Deze Linux-distributie ondersteunt ondertussen maar liefst 134 ARM-bordjes en 20 verschillende kernels.

Over welke bordjes gaat het zoal? Heel wat van de NanoPi’s, Orange Pi’s, Banana Pi’s, Odroids en Hummingboards. Ook bordjes en ARM-laptops van Pine64 en Olimex, evenals de ASUS Tinker Board en de schattige Cubox-i. Of heb je een Helios4- of Helios64-NAS van Kobol? Ook daar draait Armbian op.

Armbian downloaden

Op de Armbian-website heeft elk type ARM-bordje een eigen downloadpagina met enkele images. Doorgaans zijn dat er drie: een serverimage met Debian Buster, een serverimage met Ubuntu Focal en een desktopimage met Debian Buster of Ubuntu Focal, waarop een Xfce-desktop draait. Voor een server- of netwerksysteem zoals de Helios64-NAS zul je geen desktopimage vinden.

Het image schrijf je met USBImager of balenaEtcher naar een microSD-kaartje. In de documentatie van Armbian waarschuwen de ontwikkelaars ervoor dat je het best een kaartje van applicatieklasse A1 neemt: die zijn geoptimaliseerd voor willekeurige I/O (input/output), in plaats van de standaardkaartjes die voor digitale camera’s zijn ontworpen en dus zijn geoptimaliseerd voor sequentiële I/O. A2-kaartjes zouden nog beter zijn, maar hebben nog geen driver in Armbian. Die vermijd je voorlopig dus het best.

©PXimport

Start je ARM-bordje op met het microSD-kaartje erin. Armbian geeft je drie manieren om in te loggen. Of je sluit een scherm en toetsenbord aan, of een seriële kabel, of je logt via het netwerk in met ssh als je bordje via DHCP een ip-adres krijgt.

In Windows gebruik je voor de seriële verbinding het programma PuTTY, waarbij je een vinkje zet voor Serial, de juiste COM-poort invult en als snelheid 115200 kiest. In Linux log je op de console in met de opdracht screen /dev/ttyUSB0 115200. In macOS doe je hetzelfde als in Linux, maar met als apparaatbestand iets wat begint met /dev/tty.usbserial-

De beschikbare seriële apparaten krijg je te zien met de commando’s ls /dev/ttyUSB* (in Linux) of ls /dev/tty.usbserial-* (in macOS). Om in te loggen via ssh gebruik je op alle besturingssystemen de opdracht ssh root@IP, waarbij IP het ip-adres van het bordje is.

Wachtwoord veranderen

Op welke manier je ook inlogt, standaard log je in als gebruiker root en voer je het wachtwoord 1234 in. Als je niets ziet, druk dan eens op Enter om de inlogprompt te laten verschijnen. Nadat je ingelogd bent, krijg je onmiddellijk de vraag om een nieuw wachtwoord in te stellen. Daarna kies je ook je standaard-shell en maak je een gebruikersaccount aan (want altijd als root inloggen is een beveiligingsrisico).

Als je vanaf een desktopimage opstart, toont die standaard de desktopomgeving zonder om een wachtwoord te vragen. Daarom installeer je het best een displaymanager, die het aanmeldvenster toont. Een niet al te zwaar programma met toch veel mogelijkheden is LightDM, dat je als volgt installeert:

sudo apt install lightdm

Na de volgende reboot krijg je een grafisch aanmeldvenster en kun je met je wachtwoord in je desktopomgeving inloggen.

©PXimport

Armbian updaten

Armbian is zoals gezegd een Debian-omgeving, met naar keuze Debian- of Ubuntu-pakketten. Als je al gewend bent aan Raspberry Pi OS, of al ervaring hebt met Debian of Ubuntu op je server of desktop, zul je je dus onmiddellijk thuis voelen in Armbian.

Het eerste wat je op elk Debian-gebaseerd besturingssysteem doet na de installatie, is uiteraard het hele systeem updaten met de commando’s:

sudo apt update
sudo apt upgrade

Er is wel een belangrijk verschil met Raspberry Pi OS of met Linux-distributies voor x86: Armbian gebruikt de bootloader u-boot voor ARM-bordjes. Na de upgrade van de ‘gewone’ pakketten dien je u-boot afzonderlijk te upgraden.

Start daarvoor het configuratieprogramma van Armbian op:

sudo armbian-config

Open dan het menu System / Install / Install/Update the bootloader on SD/eMMC. Je kunt ook rechtstreeks het installatiescript uitvoeren met:

sudo nand-sata-install

Heeft je bordje geen eigen interne opslag, dan installeer je de bootloader op de microSD-kaart. Maar sommige bordjes, waaronder de Kobol Helios64, hebben al ingebouwde opslag, zoals een eMMC- of NAND-kaart. Via dit script kun je de bootloader en het hele besturingssysteem hierop installeren en daarna ook updaten. De eMMC-opslag is vaak sneller en betrouwbaarder dan een SD-kaartje.

Seriële kabel

Een seriële kabel is handig om op een bordje in te loggen als je geen scherm en toetsenbord hebt, bijvoorbeeld als je netwerkproblemen wilt oplossen. Afhankelijk van je bordje kun je voor de seriële kabel een usb-kabel gebruiken. Zo sluit je bij de Kobol Helios64 een usb-c-kabel aan op de achterkant, en de andere kant op je computer. Maar bij de meeste bordjes heb je een zogenoemde usb-naar-TTL-kabel nodig. Dat is een kabel die aan de ene kant een usb-connector heeft die je op je pc aansluit, en aan de andere kant vier vrouwelijke connectoren van jumperwires, die je op de GPIO-pinnen van je bordje aansluit. 

Bij de Orange Pi’s zijn de drie pinnen gelabeld met namen TX, RX en GND. Je moet altijd TX van de kabel op RX van het bordje aansluiten en andersom. Let ook op dat je kabel de juiste spanning voor je bordje gebruikt: 3,3 of 5 V.

©PXimport

Armbian configureren

Je kunt Armbian configureren zoals elk Debian- of Ubuntu-systeem, maar de ontwikkelaars bieden ook een basisprogramma aan dat je in een menugebaseerde interface toelaat om allerlei instellingen voor het besturingssysteem aan te passen. Je start het met commando armbian-config. Je hebt het hierboven al geopend om de bootloader te upgraden, maar er kan nog veel meer mee.

Het hoofdmenu bestaat uit vijf onderdelen: System, Network, Personal, Software en Help. Die laatste toont gewoon enkele links naar de documentatie van Armbian, het forum van Armbian en de GitHub-pagina van het programma.

In System staan enkele geavanceerde systeeminstellingen. De bootloader was je al tegengekomen (Install), maar je kunt er ook je huidige kernelversie bevriezen (Freeze) zodat je die niet per ongeluk upgradet, wat handig is als je problemen verwacht. 

De parameters voor het opstarten pas je aan in Bootenv, de maximale processorsnelheid in CPU, en modules voor I²C, UART en 1-Wire schakel je in Hardware in. Met Other schakel je over naar de andere kernel. Armbian ondersteunt op de meeste systemen een oude kernel en een recente.

In Network kun je bij IP je netwerkinterfaces configureren voor DHCP of een statisch ip-adres instellen. Bij IPV6 schakel je IPv6 in of uit, en als je bordje een wifi-interface heeft, maak je met Hotspot een draadloos toegangspunt of met WiFi verbinden met een draadloos netwerk. Met Advanced pas je de netwerkconfiguratie in /etc/network/interfaces handmatig aan.

In Personal stel je je tijdzone, taal, toetsenbordindeling en hostname in. Bij Welcome kun je aanvinken welke informatie er allemaal getoond wordt wanneer je inlogt. En bij Mirror kies je een andere mirrorserver dan degene die Armbian standaard selecteert om pakketten van te downloaden.

Software installeren

In het onderdeel Software kun je enkele geavanceerde taken uitvoeren, zoals een uitgebreide benchmark van je bordje (Benchmarking), of de installatie of verwijdering van headers en broncode van de kernel (Headers_install en Source_install). Maar het interessantste onderdeel is Softy, een eenvoudig installatiemenu voor allerlei pakketten.

©PXimport

Waarom zou je software via dit menu installeren en niet gewoon via het apt-commando? De opties Samba en CUPS voor Windows-bestandsdeling respectievelijk printerondersteuning zijn inderdaad nog eenvoudig via apt te installeren. Maar de rest zijn voornamelijk pakketten die niet in de standaardrepository te vinden zijn. 

In dit menu kun je deze toch eenvoudig installeren, zodat je niet handmatig externe installatiescripts hoeft te downloaden en uitvoeren. Op deze manier installeer je bijvoorbeeld Home Assistant, openHAB, OpenMediaVault, Syncthing, Pi-hole of Plex Media Server. Naast de installatie voert het script ook bordspecifieke tweaks uit.

Conclusie

Heb je een ARM-bordje waarvan de officiële Linux-distributie verouderd is of je niet bevalt? Bekijk dan zeker Armbian eens. Als je een beetje met Debian of Ubuntu bekend bent, voelt Armbian heel vertrouwd aan.

Er zijn uiteraard nog andere besturingssystemen voor dit soort bordjes, bijvoorbeeld gebaseerd op Yocto of Buildroot, maar die twee buildsystemen zijn meer voor geavanceerd gebruik. Armbian lijkt de perfecte balans te vinden tussen geavanceerde functies en gebruiksgemak.

▼ Volgende artikel
Zo verhelp je in maximaal 10 stappen je wifi-problemen in Windows 11
© lalafinaa | Plaifah - stock.adobe.com
Huis

Zo verhelp je in maximaal 10 stappen je wifi-problemen in Windows 11

Veel problemen in Windows 11 hebben te maken met de wifi-verbinding. En dat is behoorlijk irritant. Geen connectie, wegvallend internet of een tergend trage verbinding? Met dit stappenplan breng je alles weer op volle snelheid.

Wat gaan we doen

In dit stappenplan werk je van simpel naar diepgaand. Je begint met snelle controles, zoals vliegtuigstand en een herstart van pc en router. Daarna ga je verder met probleemoplossers, een vers wifi-profiel en een volledige netwerkreset. Tot slot bekijk je driverproblemen, services die zijn gestopt en updates die roet in het eten gooien. Door de stappen in deze volgorde te volgen, spoor je de oorzaak gericht op en krijgt je verbinding weer de snelheid die je gewend bent.

Foutmeldingen als 'Geen internettoegang', 'Onbekend netwerk' of 'Beperkte toegang' kunnen je tot wanhoop drijven. Volg daarom dit stappenplan in de juiste volgorde.

Je gaat niet zomaar meteen je netwerk resetten als je niet eerst gecontroleerd hebt of je pc in vliegtuigmodus staat of dat het probleem eenvoudig verholpen zou zijn door de pc en de router te herstarten. Zie het als een plan van aanpak waarbij je het hoofd koel houdt. 

Lees ook: 5 redenen waarom je toe bent aan een nieuwe router

Stap 1: Check de vliegtuigstand

Controleer eerst of de wifi werkt op een andere laptop, tablet of smartphone. Heeft ook dat toestel geen verbinding, dan ligt het probleem niet aan je computer. Werkt de wifi op andere apparaten wél, kijk dan of op je pc de vliegtuigmodus per ongeluk is ingeschakeld en of de wifi-adapter aan staat. De vliegtuigmodus schakelt alle draadloze communicatie uit, zoals bluetooth en wifi. Handig in een vliegtuig of om de batterij te sparen, maar uiteraard funest voor je internetverbinding. Klik op het netwerkpictogram in het systeemvak om te zien of de vliegtuigmodus actief is. In datzelfde menu kun je ook controleren of wifi is ingeschakeld.

Controleer of je niet per ongeluk de vliegtuigstand hebt geactiveerd.

Stap 2: Start pc en router opnieuw op

Vaak is de oplossing eenvoudiger dan je denkt: herstart zowel je pc als je router. Schakel eerst de computer uit. Haal daarna de stekker van de router uit het stopcontact en wacht dertig seconden. Sluit de router weer aan en zet hem aan. Zodra alle lampjes normaal branden, start je de computer opnieuw op.

©Antonioguillem - stock.adobe.com

Je kunt ook de resetknop van de wifi-router gebruiken.

Stap 3: Probleemoplossers

Windows heeft ingebouwde probleemoplossers die je helpen bij netwerkstoringen. Open de Instellingen met Windows-toets+I. Daar klik je op Systeem en daarna op Problemen oplossen. Klik op Andere probleemoplossers. In de groep Meest voorkomende zie je de probleemoplosser voor Netwerk en Internet. Klik op Uitvoeren. Er verschijnt een pagina met de melding 'Wij helpen u bij het maken van de verbinding.' De probleemoplosser zoekt naar de oorzaak en stelt een oplossing voor, zoals wifi inschakelen, vliegtuigmodus uitschakelen, de computer opnieuw opstarten of het opnieuw instellen van de netwerkadapter. Volg de aanbevolen stappen en laat de tool je begeleiden. Na het toepassen van de suggesties is de kans groot dat je pc weer verbinding maakt met het draadloze netwerk.

Windows heeft een ingebouwde set probleemoplossers.

Tips voor een sterker wifi-signaal

Plaats de wifi-router zo centraal mogelijk in huis en niet in de buurt van grote metalen voorwerpen die het signaal verstoren. Wanneer je het verbindingsprobleem volgens dit stappenplan aanpakt, ga je dichter bij de wifi-router zitten. Met een laptop is dat eenvoudig. Hiermee sluit je alvast problemen met de afstand uit. Hoe verder je van de router bent verwijderd, hoe zwakker de sterkte van het draadloze signaal, wat zich vertaalt in verbindingsproblemen. Hou de router ook uit de buurt van apparaten die interferentie veroorzaken. Het is bekend dat magnetrons, babyfoons, draadloze telefoons en draadloze speakers het wifi-signaal verstoren omdat ze dezelfde 2,4GHz-band gebruiken, waardoor het signaal trager of instabiel kan worden. Start de router regelmatig op om het geheugen te wissen en de prestaties te verbeteren.

©lalafinaa | Plaifah - stock.adobe.com

Wanneer je verbindingsproblemen aanpakt, plaats je de laptop zo dicht mogelijk bij de wifi-router.

Stap 4: Wifi herstellen met nieuwe netwerkverbinding

Een andere manier om een onbetrouwbare wifi-verbinding te herstellen is het netwerk verwijderen en daarna opnieuw toevoegen. Open met Windows-toets+Ide Instellingen en klik op Netwerk en internet. Selecteer Wifi en klik op Bekende netwerken beheren. Selecteer het draadloze netwerk dat het probleem veroorzaakt en klik op de knop Niet onthouden. Vervolgens gebruik je de knop Netwerk toevoegen. Je geeft het nieuwe netwerk een naam en je selecteert een beveiligingstype, bijvoorbeeld WPA2-Personal AES en je voert een wachtwoord in. Vink de optie Automatisch verbinden aan en doe hetzelfde met Verbinding maken, zelfs wanneer dit netwerk niet uitzendt. Klik tot slot op Opslaan. Door van een nieuw netwerk te vertrekken, wis je automatisch verouderde of beschadigde netwerkconfiguraties en maakt Windows een frisse verbinding met het wifi-netwerk.

Verwijder het oude netwerk en begin met een nieuw netwerk.

Stap 5: Netwerk resetten

De probleemoplosser heeft het al gesuggereerd: je kunt de netwerkresetfunctie gebruiken om de netwerkadapters te verwijderen en opnieuw te installeren. Dit is een veelgebruikte oplossing voor de meeste draadloze problemen. Open de Instellingen en ga weer naar Netwerk en internet. Klik onderaan op de pagina op Geavanceerde instellingen om een overzicht van de netwerkadapters te zien. In het gedeelte Meer instellingen klik je op Netwerk opnieuw instellen. Op deze pagina gebruik je de knop Nu opnieuw instellen. Hiermee worden alle netwerkadapters verwijderd en daarna opnieuw geïnstalleerd. Ook de instellingen van andere netwerkonderdelen worden teruggezet naar de standaardwaarden. Na afloop herstart je de pc. Let op: gebruik je VPN-software, dan moet je die opnieuw installeren. Ook moet je daarna handmatig opnieuw verbinding maken met het wifi-netwerk.

Hiermee worden alle netwerkadapters verwijderd en opnieuw geïnstalleerd.

Nieuwe laptop nodig?

Bekijk nu de prijsdalers

Stap 6: Wifi-stuurprogramma verwijderen en opnieuw installeren

Een beschadigd, verouderd of incompatibel wifi-stuurprogramma kan de oorzaak zijn van de draadloze netwerkproblemen. Dit los je op door het stuurprogramma te verwijderen en opnieuw te installeren. Maak voordat je begint een herstelpunt aan (zie kader: Herstelpunt). Mocht er iets misgaan, dan kun je het systeem terugzetten naar een eerdere staat. Typ in het zoekveld van de taakbalk Apparaatbeheer en open het programma. Dubbelklik op Netwerkadapters. Klik met de rechtermuisknop op het wifi-stuurprogramma en selecteer in het contextmenu de opdracht Apparaat verwijderen. Bevestig deze opdracht in het pop-upvenster. Start de computer opnieuw. Windows zoekt automatisch naar de opgeslagen drivers op het systeem en zal die ook meteen installeren. Maak opnieuw verbinding met wifi en kijk of er verbinding is. Als het probleem verder aanhoudt, ga je voor de volgende stap.

Als je de wifi-netwerkadapter kent, kun je die verwijderen.

Wat is mijn wifi-netwerkadapter?

Meestal is het gemakkelijk om in Apparaatbeheer de wifi-netwerkadapter te vinden. Vouw Netwerkadapters uit en zoek naar een adapter met wireless of wifi in de naam, bijvoorbeeld: Intel(R) wifi 6 AX201 160MHz. Soms zie je geen naam die naar wifi of wireless verwijst. In dat geval gebruik je de opdrachtprompt om de juiste wifi-netwerkadapter te achterhalen. Druk op Windows-toets+R, typ cmd en druk op Enter. Daarna typ je het volgende commando in: netsh wlan show drivers. Vervolgens lees je de naam van de wifi-adapter en de fabrikant.

Hier is de wifi-chip Realtek RTL8822CE 802.11ac PCIe-adapter.

Herstelpunt

Met een herstelpunt kun je de computer terugzetten naar een vorige goed functionerende staat. Typ Herstelpunt als zoekterm naast de startknop. Je komt dan direct bij het tabblad Systeembeveiliging van Systeemeigenschappen. Selecteer de lokale systeemschijf in het overzicht en vervolgens klik je op de knop Configureren. Schakel in het volgende venster Systeemherstel in. Met de schuifregelaar onderaan bepaal je de hoeveelheid schijfruimte die voor de herstelpunten mag worden gebruikt. Bevestig met Toepassen en klik op OK. Terug in het vorige venster klik je op Maken. Windows vraagt welke naam je dit herstelpunt wilt geven zodat je dit later gemakkelijk kunt herkennen. Klik nog eens op de knop Maken. Je ontvangt een melding als het herstelpunt succesvol is aangemaakt. Wil je later terugkeren naar dit herstelpunt, dan open je weer Systeemeigenschappen / Systeembeveiliging. Daar gebruik je de knop Systeemherstel en dan krijg je een overzicht van de herstelpunten waarnaar je kunt terugkeren.

Je krijgt ook de datum en tijd te zien van het herstelpunt dat je kunt aanspreken.

Stap 7: Handmatig het nieuwste wifi-stuurprogramma

Heb je het wifi-stuurprogramma verwijderd en opnieuw geïnstalleerd, maar blijft het probleem bestaan? Dan kan het zijn dat Windows Apparaatbeheer niet de juiste driver heeft geïnstalleerd. Windows heeft een ingebouwde tool, Windows Update, die de drivers automatisch up-to-date moet houden, maar soms worden die driver-updates overgeslagen. Fabrikanten doen er vaak lang over om hun drivers aan Windows Update toe te voegen. En Windows Update zelf negeert soms driverupdates omdat het die als optioneel beschouwt, terwijl ze eigenlijk heel belangrijk zijn. In dat geval ga je bij de fabrikant op zoek en geef je het model van je pc in. Daarna bepaal je welke Windows-versie je hebt en of je computer 32- of 64-bits is. Ga door naar de downloadpagina van de fabrikant van het apparaat. Zoek het juiste stuurprogramma en download de driver. Soms zit de driver in een zip-bestand. Dat is een gecomprimeerd bestand, een archief dat je eerst moet uitpakken of ontzippen. In Windows doe je dat door met de rechtermuisknop op het zip-bestand te klikken en dan Alles uitpakken te selecteren. Daarna kun je het exe-bestand dubbelklikken en de instructies op het scherm volgen om het stuurprogramma te installeren. Als je computer geen internettoegang heeft, dan zoek je deze driver via een andere computer en je transporteert de exe-installer met een usb-stick om het daarna op de pc met het wifi-probleem te installeren.

Iedere fabrikant heeft zijn eigen supportpagina waar je de stuurprogramma's kunt downloaden.

⭐Consumenten testen: de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set

Op Review.nl testen gewone consumenten de meest uiteenlopende producten. zo hebben ze ook de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set thuis uitgebreid uitgeprobeerd. Benieuwd naar hun bevindingen? Dit is het oordeel van het Review.nl-testpanel over de TP-Link Deco BE25 WiFi 7 mesh set.

Stap 8: Schakel de WLAN AutoConfig-service in

Het systeem bevat een hulpprogramma dat het beheer van draadloze verbindingen op de achtergrond voor zijn rekening neemt: WLAN AutoConfig-service. Als deze service actief is, selecteert deze dynamisch met welk draadloos netwerk de pc automatisch verbinding maakt. Bovendien configureert deze service de nodige instellingen op de draadloze netwerkadapter. Soms kan deze door een fout niet meer goed werken. Het is zelfs mogelijk dat het foutbericht 'Windows kan de WLAN AutoConfig-service niet starten' verschijnt wanneer je een draadloze verbinding met het internet probeert te maken. Om de service in te schakelen druk je op Windows-toets+R in om het venster Uitvoeren te openen. Typ hier services.msc en klik op OK. Nu krijg je een lange lijst van services te zien. Scrol naar beneden en selecteer WLAN AutoConfig. In het contextmenu selecteer je Eigenschappen. In het tabblad Algemeen selecteer je bij Opstarttype de optie Automatisch. Daarna klik je achtereenvolgens op Toepassen, Start en OK om de wijzigingen op te slaan. Nu moet je de pc opnieuw opstarten en opnieuw verbinding trachten te maken met het draadloze netwerk om te zien of het werkt.

Reset de WLAN AutoConfig-service.

Stap 9: Geef het ip-adres vrij en leeg de DNS-cache

Kun je wel een wifi-verbinding maken, maar heb je toch geen toegang tot het internet, dan kan dit probleem veroorzaakt worden door je ip-adres of het DNS (Domain Name System). Je kunt deze instellingen resetten, zodat Windows een nieuw ip-adres opvraagt en de DNS-cache leegt. Klik op de Windows-zoekbalk en typ cmd in het zoekvak. Als resultaat verschijnt de app Opdrachtprompt en daar selecteer je de optie Als administrator uitvoeren. Nu typ of plak je de volgende 5 opdrachten één na één in opdrachtprompt en na elke opdracht druk je op Enter:

netsh winsock reset
netsh int ip reset
ipconfig /release
ipconfig /renew
ipconfig /flushdns

Als je daarmee klaar bent, herstart je en verbind je de computer opnieuw met wifi.

In de opdrachtprompt kun je het ip-adres vrijgeven en de DNS leegmaken.

Stap 10: Update verwijderen

Is het wifi-probleem ontstaan nadat je een Windows-update hebt uitgevoerd, dan kun je de recente updates verwijderen om te kijken of daarmee het probleem opgelost is. Open de Instellingen en selecteer Windows Update in het linkertabblad. Dan kun je aan de rechterkant Geschiedenis van updates bekijken en in de lijst zie je telkens wanneer de installatie van de update is uitgevoerd. Onderaan bij Verwante instellingen vind je Installatie van updates ongedaan maken. Als je daarop klikt, zie je welke updates je ongedaan kunt maken. Selecteer de update die je wilt verwijderen en klik op Installatie ongedaan maken. Klik op Ja wanneer er een dialoogvenster verschijnt. Probeer opnieuw verbinding te maken met het draadloze netwerk en te internetten.

Selecteer de update die je wilt verwijderen.

Je hebt er wél wat geduld nodig

(Koffie uit deze mok helpt)
▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.