ID.nl logo
Zo los je al je Arduino-problemen op
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Zo los je al je Arduino-problemen op

Het is erg leuk om met een Arduino te experimenteren. Helaas zal een project dat je maakt soms niet werken, en de kans bestaat ook dat je Arduino zelfs helemaal niet functioneert. Wij geven je een aantal tips waarmee je fouten kunt opsporen en Arduino-problemen kunt oplossen, zodat je snel weer aan de slag kunt.

Knutselen met een Arduino blijft altijd een beetje magisch. Met behulp van een breadboard en wat componenten zoals leds en weerstanden bouw je snel een projectje dat dankzij code tot leven wordt gewekt. Helaas gaat dit ook weleens mis en blijkt je Arduino na het uploaden van je code niet te werken. Het kan ook een stap eerder al verkeerd gaan, door problemen bij het overbrengen van je code naar je Arduino. Misschien ziet de Arduino-ontwikkelomgeving je Arduino niet of krijg je een foutmelding bij het uploaden van je code. In dit artikel geven we tips en aanknopingspunten waarmee je problemen bij het knutselen en programmeren van je Arduino kunt oplossen. Hopelijk zijn je problemen hiermee snel voorbij. Lees ook: Wat is Arduino en waarom is het zo leuk?

01 Een schakeling nalopen

Begin met goed na te lopen of alle onderdelen in je schakeling goed zijn aangesloten. Bij een luidsprekertje is bijvoorbeeld lastig te zien op welke rijen de pinnen zijn aangesloten, en ook bij een potmeter met drie pootjes is een vergissing snel gemaakt. Controleer ook of al je onderdelen wel goed in het breadboard zijn geprikt. Vooral schakelaars verdienen daarbij extra aandacht. Vervolgens zijn er onderdelen die alleen werken als je de polariteit goed hebt aangesloten. Controleer daarom als eerste of je leds wel goed zijn aangesloten. Als je ze andersom aansluit, zullen ze simpelweg niet werken. Let extra goed op bij elektrolytische condensatoren (elco’s); ook deze werken alleen maar goed als de polariteit goed is aangesloten. Bovendien kunnen ze ontploffen als ze andersom zijn geïnstalleerd. Tot slot kan een component natuurlijk defect zijn. Kun je echt geen fouten ontdekken, probeer dan eens of je project met een andere component wel werkt.

©PXimport

02 Troubleshooten met een emulator

Op de website Autodesk Circuits vind je een emulator die je gratis kunt gebruiken na het aanmaken van een account. Nadat je een account hebt aangemaakt en bent ingelogd klik je op Create en vervolgens op Open Electronics Lab Hub om de emulator te openen.

Maak een nieuw project door op New Electronic Lab te klikken. De emulator start met een groot breadboard zoals we dat elders in dit nummer ook in de workshop gebruiken. Door op Components te klikken, kun je onderdelen aan het breadboard toevoegen. Uiteraard begin je met een Arduino-bordje. Niet alle Arduino-bordjes zijn in de emulator verwerkt. Zo zit de door ons gebruikte Nano niet in de emulator. De Arduino Uno R3 is wel aanwezig, en deze is volledig compatibel met de Nano. Je kunt hem naast of boven het breadboard plaatsen.

Je plaatst jumperdraden door eerst op de juiste aansluiting te klikken, en daarna op een aansluiting op het breadboard. Vervolgens kun je componenten zoals leds en weerstanden toevoegen. Code kun je toevoegen door op Code Editor te klikken en de code te vervangen door je eigen code. Door op Start Simulation te klikken, kun je de code uitvoeren. Als je de simulatie draait, kun je een potmeter verstellen of virtueel het licht op een lichtgevoelige weerstand verminderen. Zo kun je de projecten die je elders in dit nummer vindt prima nabouwen.

Je kunt de emulator gebruiken om een schakeling te bouwen en je code te testen zonder dat je daarvoor een echte Arduino nodig hebt. Je kunt op deze manier ook alvast werken met componenten die je nog niet hebt en uitproberen of wat jij wilt maken mogelijk is. Ook kun je de emulator gebruiken om te troubleshooten. Doet je project niet wat jij wilt, dan kun je in de emulator je schakeling nabouwen en controleren of je code wel echt doet wat hij moet doen. Vertoont de emulator hetzelfde onverwachte gedrag als je echte Arduino, dan is de kans groot dat het probleem in de code zit, en niet in de schakeling.

©PXimport

Controleren of een led werkt

Veel projecten die je als beginner met een Arduino uitvoert, draaien om leds die je met behulp van een geprogrammeerde schakeling laat branden. Gaat een led niet aan terwijl je dat wel verwacht en heb je zowel de schakeling als je code goed gecontroleerd? Dan is je led misschien defect. Je kunt een led eenvoudig testen zonder dat je hiervoor code hoeft te schrijven. Dit doe je door de led te verbinden met de 5volt-aansluiting en de GND-aansluiting. Bij de Arduino Nano op het breadboard die we in het workshopartikel in dit nummer gebruiken, sluit je hiervoor jumperdraden aan op aansluitingen 12a en 13a van het breadboard. Uiteraard gebruik je wel een weerstand, bijvoorbeeld van 220 ohm, tussen de led en je Arduino. Het maakt overigens niet uit of je deze weerstand tussen de led en de GND-aansluitingen of tussen de led en de 5volt-aansluiting plaatst. De weerstand zal op dezelfde manier de stroom beperken.

03 Weerstanden en leds

Een belangrijke basisregel bij het werken met je Arduino en leds is dat je een weerstand gebruikt bij het aansluiten van een led. Zo voorkom je dat de led doorbrandt. In veel gevallen wordt een weerstand van zo’n 220 ohm aangeraden, deze waarde is eigenlijk altijd veilig. Maar wat als je deze waarde niet hebt? Besluit in ieder geval niet om de weerstand dan maar helemaal weg te laten. Je led zal even heel fel branden, om vervolgens nooit meer aan te gaan. Zeker bij leds kun je ervan uitgaan dat je altijd een hogere weerstand kunt gebruiken. Het is dus geen probleem om bijvoorbeeld een weerstand van 330 ohm te gebruiken.

Je kunt rustig weerstanden tot 1K ohm gebruiken in combinatie met leds, en nog hogere weerstanden zullen vaak ook nog werken. Het enige gevolg is dat je led minder fel brandt. Dat is overigens direct een trucje: heb je een project gemaakt met een naar jouw smaak te felle led, plaats dan een hogere weerstand om de led minder fel te maken. Kortom, in combinatie met een led kun je met een andere weerstand niet veel fout doen. Er zijn echter ook situaties denkbaar waarbij je zeker geen andere weerstand moet gebruiken dan de bedenker van je project aanraadt. Gebruik in combinatie met een potmeter bijvoorbeeld altijd de aangeraden weerstand; een te hoge weerstand kan in combinatie met een potmeter juist tot schade leiden. Ook in combinatie met een transistor kun je het beste de weerstand gebruiken die door de bedenker van het project wordt aangeraden.

©PXimport

04 Uploadproblemen

Krijg je een foutmelding bij het uploaden van je code naar je Arduino? Controleer dan of de juiste Arduino is geselecteerd. Als je verschillende Arduino’s hebt, heeft iedere Arduino waarschijnlijk een eigen virtuele seriële poort. Controleer in het menu onder Hulpmiddelen of het juiste bord, de juiste microcontroller, en het belangrijkste: de juiste poort is geselecteerd. Een ander probleem kan zijn dat je een schakeling hebt gebouwd waarbij je componenten hebt aangesloten op pinnen 0 en 1. Hoewel dit prima kan, worden deze pinnen gebruikt door de seriële verbinding tijdens het flashen van je Arduino. Het is op zich niet nodig om componenten te verwijderen als je een programma naar je Arduino flasht, zeker niet als je de code voor het project waar je aan werkt aan het tweaken bent. Er mogen tijdens het flashen alleen geen zaken zijn verbonden met de pinnen 0 en 1. Zorg er voordat je gaat flashen dus voor dat je de verbindingen met de pinnen 0 en 1 tijdelijk verbreekt. Ga je overigens code voor een voor een nieuw project flashen, dan kun je beter helemaal niets op je Arduino aansluiten. Zo voorkom je bijvoorbeeld dat elco’s onbedoeld verkeerd worden aangesloten.

05 Arduino onvindbaar in de software

Het zal niet vaak voorkomen, maar soms worden verbindingsproblemen veroorzaakt doordat Windows de virtuele seriële poort COM10 of hoger heeft toegekend aan je Arduino. Meestal werkt dit, maar soms gaat dit niet goed en kun je de Arduino niet in de Arduino-software vinden. Windows zal altijd een zo laag mogelijk poortnummer toekennen, dus het probleem speelt alleen als je al andere apparatuur (hebt) gebruikt waaraan een virtuele seriële poort is toegewezen.

Heb je problemen met je Arduino en is COM10 of hoger toegewezen, dan kun je proberen of een lagere COM-poort de problemen oplost. Ga hiervoor naar Apparaatbeheer en open het onderdeel Poorten. Dubbelklik op je Arduino, open het tabblad Poortinstellingen en klik op Geavanceerd. Bij COM-poortnummer kun je nu een ander nummer kiezen. De kans is echter groot dat naast de lagere poortnummers de aanduiding (in gebruik) staat. Dan zijn ze al gekoppeld aan een ander apparaat. Je kunt beter geen dubbele COM-poorten toekennen. Om te achterhalen waar die virtuele COM-poorten aan gekoppeld zijn, klik je in het menu van Apparaatbeheer op Beeld en vink je Verborgen apparaten weergeven aan. Op ons systeem werd zo bijvoorbeeld zichtbaar dat er ooit een COM-poort is gekoppeld aan een LG-smartphone, en vier COM-poorten aan verschillende Arduino-bordjes. Omdat de verborgen apparaten nu zichtbaar zijn, kun je de geclaimde COM-poorten vrij maken.

Je verwijdert een apparaat door met rechts te klikken op een niet-verbonden apparaat en te kiezen voor Installatie ongedaan maken. Je kunt het apparaat echter ook geïnstalleerd laten en het COM-nummer ervan wijzigen. Zo maak je een lagere COM-poort vrij die je kunt toekennen aan je Arduino. Het kan natuurlijk wel zo zijn dat ook het apparaat waar je nu een hogere COM-poort aan toewijst net als de Arduino niet overweg kan met een hogere COM-poort dan COM9. In dat geval zul je bij het verbinden van dat apparaat weer een lagere COM-poort moeten toekennen.

©PXimport

06 Aanpassen lettertype

De letters van de code in de Arduino-ontwikkelomgeving hebben een beperkte puntgrootte, en misschien vind je het lettertype zelf ook niet prettig. Je kunt de lettergrootte aanpassen via de voorkeuren. Klik in het menu op Bestand en kies Voorkeuren. Nu kun je bij Editor lettertypegrootte een andere puntgrootte invoeren. Het lettertype kun je niet veranderen via de instellingen, maar wel via een omweg. In het venster Voorkeuren klik je hiervoor onderaan op het pad naar preferences.txt, waarna de map in Verkenner wordt geopend.

Sluit vervolgens de Arduino-software en open preferences.txt in Kladblok door erop te dubbelklikken. Je kunt nu het lettertype veranderen door naast editor.font de naam Monospaced te vervangen door de naam van een ander lettertype. Je moet de hele naam van het lettertype intikken zoals hij bijvoorbeeld in Word wordt getoond. Je kunt hierbij het beste een zogenoemd monospaced lettertype gebruiken, waarbij alle tekens dezelfde ruimte innemen. Voorbeelden die waarschijnlijk op je computer geïnstalleerd zijn, zijn Courier, Lucida Console of Consolas. Je kunt monospaced lettertypes ook zelf toevoegen aan Windows. Via Google kun je diverse varianten vinden.

©PXimport

Sneller werken met sneltoetsen

Een beetje programmeur heeft de muis niet nodig en voert commando’s razendsnel met het toetsenbord in. Uiteraard heeft de Arduino-ontwikkelomgeving daarom sneltoetsen voor alle belangrijke functies ingebouwd. We zetten enkele sneltoetsen die je zeker moet kennen op een rij. Ctrl+R Verifiëren en compileren Ctrl+U Uploaden Ctrl+Shift+M Seriële monitor Ctrl+T Automatische opmaak van je code Ctrl+, Voorkeuren openen

▼ Volgende artikel
Review Dyson V8 Cyclone – Betrouwbaar basismodel doet wat-ie moet doen
© Wesley Akkerman
Huis

Review Dyson V8 Cyclone – Betrouwbaar basismodel doet wat-ie moet doen

Met een prijskaartje van 399 euro is de Dyson V8 Cyclone een van de meest betaalbare draadloze steelstofzuigers van het Britse merk. Je haalt hiervoor een redelijk compacte maar krachtige huishoudhulp in huis, die een aantal duidelijke kanttekeningen heeft.

Goed
Conclusie

De Dyson V8 Cyclone is een geslaagde steelstofzuiger voor wie krachtige prestaties zoekt zonder overbodige luxe. Vooral op tapijt en bekleding komt hij sterk naar voren, en ook het verwijderen van haren gaat hem goed af. Het harde, smalle handvat en de wat stugge vloermond voelen niet altijd even prettig aan, maar dat past deels bij de prijsklasse. Jammer is ook het ontbreken van een lcd-display met handige informatie, al is dat net als het gebrek aan een automatische zuigstand goed te overzien. Alles bij elkaar is dit een betrouwbaar basismodel dat doet wat hij moet doen.

Plus- en minpunten
  • Krachtig zuigsysteem
  • Lekker wendbaar
  • Prima batterijduur
  • Handig opvang- en leegsysteem
  • Twee knoppen voor de bediening
  • Verrassend compleet
  • Voelt soms wat basaal
  • Handvat is niet comfortabel
  • Nieuwe vloermond tikt hard op de grond
  • Geen lcd-display
  • Zelf van zuigstand wisselen

De Dyson V8 heeft een nieuw ontwerp gekregen. Weg is de trekker die je constant moet indrukken om het apparaat te laten zuigen. In plaats daarvan beschikt hij voortaan over een handige aan-uitknop. Daarnaast zit een moduswisselaar, die met verschillende kleuren aangeeft welke zuigstand je gebruikt. Opvallend is ook dat Dyson voor de V8 Cyclone geen spannende kleuren voor de plastic onderdelen gebruikt. In plaats daarvan zien we een combinatie van kaki, rood, grijs en zwart; het geheel valt daardoor minder op.

©Wesley Akkerman

De nieuwe Dyson V8 Cyclone

De nieuwe V8 levert 30 procent meer zuigkracht en een 50 procent langere accuduur. In de laagste zuigstand houdt hij het tot 60 minuten vol. Helaas ontbreekt een handig lcd-scherm (dat wel op duurdere modellen zit) voor de resterende accutijd; ook hier moet je het doen met iets te simpele led-indicators. Onderop zit een nieuwe vloerzuigmond, die Dyson de 'Motorbar' noemt. Die moet dankzij het gebruik van speciale kammetjes effectief zijn tegen vastzittende haren, maar de stofzuiger moet het verder ook zonder moderne functies doen zoals lasers of stofsensoren.

Met slechts 2,7 kilogram is de Dyson V8 Cyclone lekker licht en wendbaar, waardoor je moeiteloos vloeren en zelfs hoekjes op het plafond schoonhoudt. Het stofreservoir (540 milliliter) heeft een handig uitwerpsysteem waarbij je het vuil niet hoeft aan te raken. Toch zijn we niet helemaal tevreden over alle eigenschappen van de zuigmodule. Het handvat is namelijk smal en klein, waardoor je grip bij langer gebruik oncomfortabel is. Ook kan het bij je duim gaan schuren. Dit is waarschijnlijk de minst ergonomische Dyson die we op de redactie hebben getest.

©Wesley Akkerman

Dyson V8 Cyclone in de praktijk

Gelukkig biedt de Dyson V8 Cyclone met 297 air-watts in de Boost-stand een flinke verbetering in zuigkracht (ten opzichte van zijn voorganger). De standaardmodus levert 79 aW en dat is voor ons ruim voldoende voor dagelijkse taken. Vooral het vloerkleed moet eraan geloven: haren, kruimels en ander vuil worden daar moeiteloos uit gezogen. Op hardere vloeren stelt de Cyclone eveneens niet teleur, al valt er wel één ding op. Wanneer je de stofzuiger oppakt nadat je bijvoorbeeld wat kruimels of korrels opzuigt, kan het zijn dat er een paar uit de mond vallen.

Daarnaast missen we een zachte(re) borstel op de Dyson V8 Cyclone. De huidige zuigmond ratelt namelijk hard over de vloer, wat niet zo prettig is voor (onder)buren in een flat- of appartementsgebouw of slapende kinderen. En dat terwijl de motor zelf stiller is dan verwacht. Gelukkig neemt de zuigmond moeiteloos allerlei soorten haren op en raken die niet in de borstel verstrengeld. Ook goed om te weten: de Cyclone past zijn zuigkracht niet automatisch aan, zoals duurdere modellen dat wel doen, waardoor je dat dus zelf in de gaten moet houden. Geen groot probleem, maar toch.

©Wesley Akkerman

Batterij en accessoires

Zoals gezegd gaat de batterij maximaal een uurtje mee wanneer je de zuinigste modus inschakelt. Anders moet je rekening houden met ongeveer een halfuur in de normale stand. Zet je de Boost-modus aan en laat je die aanstaan, dan is het binnen tien minuten wel gedaan. Geen vreemde scores als je kijkt naar het formaat en de behoorlijk indrukwekkende zuigkracht. Een groot pluspunt is daarnaast dat je de accu kunt verwisselen. Daardoor kun je de levensduur aanzienlijk verlengen door mettertijd een nieuwe batterij aan te schaffen.

Je krijgt trouwens twee accessoires bij aanschaf van de Dyson de V8 Cyclone: een kierenzuiger en een gemotoriseerde miniborstel. Hoewel dat misschien wat karig lijkt vergeleken met eerdere modellen, zijn oude V8-hulpstukken compatibel (mocht je die nog hebben). In de praktijk blijkt de basisset echter compleet genoeg. De kierenzuiger werkt goed voor meubels en lastige hoeken, terwijl de miniborstel onmisbaar is voor trappen, matrassen en bekleding. Ondanks het beperkte pakket biedt de stofzuiger dus voldoende opties voor de meeste huishoudens.

©Wesley Akkerman

Dyson V8 Cyclone kopen?

De Dyson V8 Cyclone is een geslaagde steelstofzuiger voor wie krachtige prestaties zoekt zonder overbodige luxe. Vooral op tapijt en bekleding komt hij sterk naar voren, en ook het verwijderen van haren gaat hem goed af. Het harde, smalle handvat en de wat stugge vloermond voelen niet altijd even prettig aan, maar dat past deels bij de prijsklasse. Jammer is ook het ontbreken van een lcd-display met handige informatie, al is dat net als het gebrek aan een automatische zuigstand goed te overzien. Alles bij elkaar is dit een betrouwbaar basismodel dat doet wat hij moet doen.

▼ Volgende artikel
Last van hoge energiekosten in de winter? Zo laat je je was en vaat zuiniger draaien
© ID.nl
Huis

Last van hoge energiekosten in de winter? Zo laat je je was en vaat zuiniger draaien

In de winter loopt de energierekening al snel op. De droger gaat vaker aan omdat de was buiten niet droogt, en omdat we vaker thuis koken en eten gaat ook de vaatwasser vaker aan. Ook de wasmachine draait op volle toeren, want nat weer en dikke kleding leveren extra was op. Hét moment dus om even stil te staan bij het energieverbruik van deze drie apparaten. Met wat kleine aanpassingen zorg je voor een zichtbaar (gunstig!) verschil op je stroomrekening.

In het kort

In dit artikel lees je hoe je met eenvoudige ingrepen energie bespaart bij het wassen, drogen en afwassen. We kijken naar slimme instellingen, zuinige programma's en klein onderhoud waarmee je het energieverbruik omlaag brengt.

Lees ook: 5 stille wasmachines met zuinig label

Slim plannen loont

Wie een slimme meter of dynamisch energietarief heeft, kan precies zien wanneer stroom het goedkoopst is. Door het programma van je wasmachine, droger of vaatwasser daarop af te stemmen, draai je letterlijk op de voordeligste momenten. Veel moderne apparaten hebben een startuitstelknop, waarmee je eenvoudig plant dat een was 's nachts of vroeg in de ochtend klaar is.

Heb je geen dynamisch contract, dan is het slim om eerst te kijken of jouw leverancier een piek- en daltarief hanteert. Bij een dubbeltariefmeter geldt het lagere tarief meestal alleen tussen ongeveer 23.00 en 07.00 uur, niet standaard in het weekend. Even checken bij je energieleverancier voorkomt verrassingen.

Gebruik van nachtstroom

Heb je een dubbeltariefmeter, dan betaal je tijdens de daluren vaak minder. Handig om te weten, maar houd rekening met geluid als je apparaten laat draaien terwijl je slaapt. Sluit de deur van het washok of gebruik het stille programma als dat aanwezig is.

Wassen op lagere temperatuur

De grootste energiebesparing zit in de temperatuur van het waswater. Een was van 30 graden is meestal voldoende schoon, zeker met de huidige wasmiddelen die ook bij lage temperatuur goed werken. Alleen bij sterk vervuilde was of handdoeken kan een hogere stand nodig zijn. Een wasbeurt op 60 graden of af en toe een machinereiniger houdt de trommel fris en voorkomt vetluis - een kookwas op 90 graden is bij moderne machines niet meer nodig.

Een andere eenvoudige stap is de wasmachine pas te laten draaien als hij goed vol is. Een halve was verbruikt bijna evenveel energie als een volle: zonde. Ook de juiste dosering helpt: te veel wasmiddel kan op den duur zeepresten achterlaten, waardoor de machine harder moet werken.

Droger of droogrek?

De droger is een onmisbare hulp in de winter, maar verbruikt veel stroom. Centrifugeer je was daarom eerst op de hoogste stand, zodat er minder vocht overblijft. Hoe droger het de trommel ingaat, hoe korter het droogprogramma duurt. Warmtepompdrogers verbruiken het minst stroom, al bespaar je nog meer door de was af en toe op te hangen. In een goed geventileerde kamer, bijvoorbeeld bij de verwarming, droogt het prima zonder dat je ernaar hoeft om te kijken.

Zuiniger én veiliger

Reinig na elke droogbeurt het pluizenfilter en controleer het rooster aan de achterkant. Ophoping van stof belemmert de luchtstroom, waardoor het apparaat langer draait en warmer wordt. Dat verhoogt niet alleen het energieverbruik, maar ook het risico op oververhitting.

Liever niet de wasdroger gebruiken?

Ga voor een droogrek!

De vaatwasser slim inzetten

Een vaatwasser verbruikt vooral energie om water te verwarmen. Kies daarom het eco-programma: dat duurt wat langer, maar gebruikt minder stroom en water doordat het water op lagere temperatuur wordt verwarmd. Grote etensresten kun je beter even wegschrapen, maar spoel servies niet voor onder de kraan - dat is onnodig en verspilt warm water. Licht aangekoekte pannen en schalen vormen voor moderne vaatwassers echt geen probleem.

Wie zonnepanelen heeft, kan de vaatwasser het beste overdag laten draaien, zodat de stroom direct uit eigen opwekking komt. Ook hier geldt dat een startuitstelknop handig is: je plant eenvoudig in dat het programma start zodra de zon op het dak staat.

Onderhoud maakt echt verschil

Goed onderhoud klinkt saai, maar heeft een direct effect op het energieverbruik. Een verstopt filter, kalk in de sproeiarmen of pluis in de droger laten apparaten harder werken dan nodig. Zet ze af en toe op een onderhoudsprogramma of gebruik een speciale reiniger. Dat voorkomt niet alleen geurtjes, maar zorgt ook dat de machine weer zo goed (lees: zo zuinig) mogelijk zijn werk kan doen.

Kleine aanpassingen, harde euro's

Energie besparen is vooral een optelsom van gewoontes. Door slimmer te plannen, de juiste temperatuur te kiezen en je apparaten schoon te houden, daalt het verbruik ongemerkt. En misschien nog belangrijker: je verlengt de levensduur van apparaten die het dagelijks zwaar te verduren hebben. Daarmee bespaar je ook op de langere termijn.