ID.nl logo
Maak je eigen fiets- en wandelroutes met Google Maps
© Reshift Digital
Mobiliteit

Maak je eigen fiets- en wandelroutes met Google Maps

Ben je een fervent wandelaar of fietser, dan kun je eigenlijk niet zonder je telefoon. Er zijn namelijk diverse apps die je helpen met het uitstippelen van een interessante route, denk aan Google Maps. Hoe maak je eigen fiets- en wandelroutes in de app? Wij leggen het uit.

Tip 01: Google Maps

Zin in een heerlijke wandeling of fietstocht? Je maakt tegenwoordig eenvoudig je eigen wandel- of fietsroute aan in Google Maps op je computer. Om dit te doen, meld je je met je Google-account aan op de website https://maps.google.nl. Klik rechtsboven in het browserscherm op Inloggen en voer jouw gebruikersgegevens in. Of selecteer hier een Google-account als je al eerder aangemeld bent geweest. Vervolgens klik je links bovenin op het menupictogram. Dat zijn drie liggende streepjes boven elkaar. Kies de optie Mijn plaatsen en ga naar het tabblad Kaarten. Op dit tabblad zie je straks alle kaarten die je aanmaakt, oftewel jouw eigen wandel- en fietsroutes. Om de eerste route aan te maken, klik je onder in het tabblad op Kaart maken.

©PXimport

Tip 02: Fietsen of wandelen

Om een route uit te zetten zoek je eerst het startpunt op via het zoekvak boven in het scherm of door met de muis het juiste kaartdeel op te zoeken. Klik daarna onder het zoekvak op Een lijn tekenen en kies Fietsroute toevoegen of Looproute toevoegen. Die keuze is belangrijk, want zo weet Google Maps over welke wegen en paden jouw route mag lopen. Nu is het een kwestie van je favoriete route intekenen. Dat kan op twee manieren. Klik je eerst op het beginpunt en daarna twee keer op het eindpunt? Dan kiest Google Maps automatisch een snelle en efficiënte route. Heb je zelf een mooiere route in gedachten? Dan kun je enkele tussenpunten aanwijzen om de route hierlangs te leiden. In de volgende tip laten wij zien hoe je dat doet. Ook als jouw route weer bij het beginpunt uitkomt, zul je tussenpunten moeten gebruiken. Want anders denkt Google Maps dat je al op je bestemming bent.

©PXimport

Tip 03: Klik ‘m in elkaar

Om de route in goede banen te leiden, zet je weer eerst het startpunt op de kaart. Daarna beweeg je de muis geleidelijk in de gewenste richting. Google Maps tekent weer automatisch een efficiënte route over wegen en paden. Ga daarom niet meteen naar het eindpunt, maar naar een plek waar je graag langs wilt komen. Klik daar één keer om een tussenpunt te plaatsen. Al doende loop je stukje bij beetje de gewenste route af naar de eindbestemming. Daar aangekomen klik je twee keer om de route af te sluiten. De route die je hebt uitgezet wordt toegevoegd aan het kader links op het scherm. Zijn er weinig keuzemomenten tot aan de eindbestemming? Dan heb je maar een paar tussenpunten nodig. Zijn er juist veel wegen en splitsingen, dan zul je meer tussenpunten moeten plaatsen. Wil je een saai stuk snel doorkruisen? Dan laat je Google Maps lekker zelf de kortste route bepalen.

©PXimport

Tip 04: Interessante punten

Zijn er onderweg leuke of bijzondere bezienswaardigheden, is er een restaurant waar je graag een tussenstop maakt, of wil je tijdens een langere tocht overnachten op jouw favoriete adres? Dan kun je daar alvast een markering plaatsen, zodat je er niet per ongeluk voorbijloopt of -fietst en het hele eind weer terug moet. Maak in het kader links eerst Naamloze laag actief door ergens in het wit ervan te klikken. Er verschijnt een blauwe balk voor. Klik daarna onder de zoekbalk op het pictogram Markering toevoegen en klik op de kaart waar je een markering wilt hebben. Kies een verhelderende naam, tik eventueel een toelichting in voor deze markering en klik op Opslaan. Alle markeringen komen netjes bij elkaar in het kader te staan.

©PXimport

Heb je een mooiere route in gedachten, wijs dan tussenpunten aan

-

Tip 05: Er dwars doorheen

Ga je naar een gebied waar je vrij door het terrein mag dwalen of met paadjes die niet op de kaart staan? Dan heeft het geen zin Google Maps netjes de paden te laten volgen, als die er al zijn. Kies in dat geval onder het zoekvak voor Een lijn tekenen en kies Lijn of vorm toevoegen. Klik je nu op de kaart om punten aan te geven, dan worden er alleen rechte lijnen tussen getrokken. Of er een weg is of niet, daar trekt Google Maps zich niets van aan. Klik één keer voor het beginpunt en voor elk tussenpunt, dubbelklik weer op het laatste punt. Als er geen wegen zijn, toont de standaardkaart meestal te weinig herkenningspunten. Activeer in het kader links dan tijdelijk Satelliet in plaats van Basiskaart. Dan zie je een stuk beter hoe je wilt lopen of fietsen.

©PXimport

Tip 06: Kaartlagen

Wat je in Google Maps maakt zijn kaartlagen waarmee je extra informatie toevoegt. Die lagen worden vervolgens boven op de standaardkaart getoond. In het kader links op het scherm zie je alle lagen die je hebt aangemaakt. Bijvoorbeeld de markeringen voor interessante punten die je onderweg tegenkomt, maar ook de route die je uitstippelt. Lagen kun je een andere naam geven door erop te klikken, zodat je ook later nog weet wat je ermee bedoelt. Van markeringen kun je niet alleen de naam veranderen, je mag ze ook een handige kleur geven en van een toepasselijk pictogram voorzien. Zo zie je meteen of het bijvoorbeeld een restaurant, overnachtingsadres of fotohotspot is.

©PXimport

Tip 07: Mijn kaarten

Route klaar? Klik links in het kader nog even op Naamloze kaart om jouw route een duidelijke titel en beschrijving te geven. Alles wordt automatisch opgeslagen. Dus zodra je in Google Maps teruggaat naar het kaartentabblad (zie tip 1), is jouw zelfgemaakte kaart daar nu ook zichtbaar. Klik erop en je krijgt de route als een extra laag boven op de standaardkaart te zien. Nu zal je deze route vast niet met een laptop in de hand willen wandelen of fietsen. Dat hoeft natuurlijk ook niet, want Google Maps draait ook op jouw smartphone (en tablet). Start daar dus de app op, tik in het menu (drie liggende streepjes) op Mijn plaatsen en blader in de kopregel naar het tabblad Kaarten. Prompt zie je al je zelfgemaakte wandel- en fietsroutes en kun je aan een tocht beginnen. Zorg wel dat je in de app met hetzelfde Google-account aangemeld bent.

Smartphone nodig voor je wandel- of fietsroute? Bekijk het aanbod op Bol.com

Tip 08: Route exporteren

Een zelfgemaakte route kun je bewaren als een KMZ-bestand, zodat je hem ook in andere programma’s of apps kunt gebruiken. Om dit te doen ga je eerst even terug naar Google Maps in de browser. Ga via Mijn plaatsen in het menu naar het tabblad Kaarten. Klik op een route en kies Openen in My Maps. Je bent nu terug bij het scherm waar je daarnet jouw route in elkaar hebt gezet. Je kunt de route hier onder andere aanpassen of uitbreiden, maar dus ook exporteren. Klik in het kader achter de naam van jouw kaart op de drie puntjes, kies Exporteren naar KML/KMZ en klik op de knop Downloaden. Als je het bestand bij een clouddienst zoals Dropbox bewaart, kun je de route makkelijk oppakken op je telefoon. Je kunt hem natuurlijk ook lokaal op je computer opslaan en daarna via bijvoorbeeld e-mail naar jezelf sturen.

©PXimport

Tip 09: Maps.me

Op zowel Android- als Apple-telefoons is het gratis Maps.me een leuke app als je van wandelen of fietsen houdt. De kaarten van deze app bevatten namelijk aanzienlijk meer terreininformatie dan Google Maps. Kaarten van een gebied of complete landen kun je vooraf gratis op je toestel downloaden, zodat je in het veld geen data hoeft te verstoken. Ideaal is dat je een route die je in Google Maps in elkaar hebt gezet, ook in Maps.me kunt gebruiken. Als voorbeeld doen we dat via Dropbox. Het KMZ-bestand dat je in tip 8 hebt gedownload, sla je dus eerst op in je Dropbox. Vervolgens start je de Dropbox-app op je telefoon en zoekt daar het bestand weer op. Tik op de drie puntjes bij de naam. Op een Android-telefoon kies je Openen met en tikt op Maps.me in de lijst met apps die je te zien krijgt. Op een iPhone kies je Exporteren, Openen in en daarna Kopieer naar maps.me.

Tip 10: De pret kan beginnen

In Maps.me tik je vervolgens onder in het scherm op het pictogram van twee sterretjes met drie streepjes ernaast. Je ziet hier groepen met zogenaamde bladwijzers. Dat kunnen de uit Google Maps geïmporteerde markeringen en routes zijn, maar ook locaties die je in de app zelf markeert. Tik op de naam van jouw kaart. Er verschijnt een lijst met zowel de route als de markeringen. Tik ergens op en je springt er meteen naartoe op de kaart. Vervolgens kan het fiets- en wandelplezier beginnen. Je hoeft alleen de routelijn maar te volgen en ziet tegelijkertijd gedetailleerde terreininformatie.

©PXimport

Tip 11: Fietsplanner

Als fietser heb je vast een voorkeur voor mooie routes waarbij je lekker kunt doortrappen, vooral als je lange afstanden aflegt. In dat geval is het handig de routeplanner van de Fietsersbond te gebruiken. Je kunt dan eventueel gebruik maken van de zogenaamde fietsknooppunten: een bewegwijzerd netwerk van knooppunten in Nederland, speciaal bedoeld voor fietsers. In de meest eenvoudige vorm geef je op de website alleen het beginpunt en het eindpunt op en laat je met een klik op Plan route je route automatisch plannen. Klik je op meer opties, dan kun je aangeven welk type route jouw voorkeur heeft, zoals Makkelijk doorfietsen, Racefietsroute of Natuurroute. Dat geeft je veel meer grip op het bepalen van de route. Ook kun je via de voorkeuren aangeven of je zaken als onverharde wegen en veerpontjes wilt vermijden.

©PXimport

Tip 12: Punten klikken

Zolang de extra opties uit de vorige tip getoond worden, ben je ook in de gelegenheid om tussenpunten aan je route toe te voegen. Er is nu namelijk een extra veld genaamd Via te zien, direct onder de twee standaardvelden Van en Naar. Via de knop Voeg extra via punten toe voeg je er zoveel toe als je nodig hebt. Klaar? Klik op Plan route om een route via alle opgegeven tussenpunten te bepalen. Als alternatief mag je de punten ook rechtstreeks op de kaart zetten. Klik in dat geval eerst op het beginpunt, zodat daar een witte vlag met een tekstballon verschijnt. Klik bij Stel in op het type van. Plaats daarna één voor één de tussenpunten en kies in de tekstballonnen telkens voor via. Als laatste plaats je het eindpunt en dat geef je het type naar. Klik weer op de knop Plan route en je fietsroute wordt bepaald.

©PXimport

Tip 13: Naar je telefoon

Zodra je op Plan route hebt geklikt zie je links op het scherm gedetailleerde informatie over jouw fietsroute. Via de knop print kun je dit uitprinten, maar wij slaan de route natuurlijk liever op in een bestand, zodat we tijdens het fietsen eenvoudig op onze telefoon kunnen meekijken. Klik daarom op de knop GPS, geef de route een herkenbare naam en klik op de knop KML bestand. Sla dit bestand bij voorkeur net als eerder bij Google Maps meteen op in je Dropbox (zie tip 8). Je pakt de route dan makkelijk op in de app Maps.me, zoals beschreven in tip 9.

©PXimport

Tip 14: Kant-en-klare routes

Een keertje geen zin om je eigen route te bedenken? Dat hoeft ook niet, want er bestaan veel kant-en-klare routes. Bij de routeplanner van de Fietsersbond klik je op het beginscherm rechts bovenin op voorgeplande fietsroutes. Je geeft de minimale en maximale lengte op, een provincie of je woonplaats en klikt op Zoek routes. Vervolgens zie je een overzicht van fietsroutes die aan deze criteria voldoen. Let erop dat je ook weer terug moet fietsen, tenzij je zojuist Fietsrondje hebt aangeklikt bij de routevoorkeuren. Klik op een fietsroute die jou wel wat lijkt om de details ervan te bekijken. Je bewaart de fietsroute net als daarnet via de knop GPS (zie vorige tip) en kunt hem daarna naar je telefoon overzetten.

©PXimport

Geen zin om je eigen route te bedenken? Er bestaan veel kant-en-klare routes

-

Tip 15: Wandelnet

Als fervent wandelaar kun je terecht bij Wandelnet om je routes te plannen of bestaande wandelingen op te vragen. Het is wel nodig om je gratis te registreren als je een route wilt downloaden. Via Eigen route plannen krijg je een kaart te zien waarmee je de wandeling plant. Belangrijk is dat je bij Routevoorkeur eerst aangeeft hoe dat moet gebeuren. Zo kun je bijvoorbeeld voor de kortste wandelroute kiezen, maar ook voor lange-afstandswandelpaden (het zogenaamde LAW-netwerk) en streekpaden zoals het Pieterpad. Vervolgens geef je het beginpunt op, eventuele tussenpunten en het eindpunt. Dat kan door op de kaart te klikken of een adres op te geven. Klik twee keer op Volgende stap en geef de route een naam en beschrijving. Om hem te downloaden kies je onder de plattegrond bij GPS voor het ietwat cryptische otn_download_googleearth voor een KMZ-bestand en klikt op Download. Daarmee is de route klaar voor gebruik in Maps.me op je telefoon.

©PXimport

Tip 16: Wandelroutes zoeken

Om bestaande wandelroutes te bekijken kies je op de startpagina van Wandelnet voor Wandelroute zoeken. Vervolgens geef je de gewenste routekenmerken aan, zoals Bosrijk, Kust en duinen, Rondwandeling of Stedelijk. Klik vooral even op Toon alle kenmerken om alle keuzes te zien. Vergeet niet om ook de minimale en maximale afstand in te stellen via de dubbele schuifregelaar. Bij Type wandelroute kun je eventueel aangeven dat je geïnteresseerd bent in een streekpad of een LAW. Klik vervolgens op Zoeken en alle wandelingen die aan jouw zoekcriteria voldoen verschijnen in een lijst en op een plattegrond. Zodra je een wandeling uitkiest, krijg je een korte beschrijving te zien. Onder het kaartje vind je weer de mogelijkheid om deze route als KMZ-bestand te downloaden. Hiervoor dien je wel aangemeld te zijn met je account.

©PXimport

De paden op ...

Wandelschoenen nodig? Kijk en vergelijk op Kieskeurig.nl
▼ Volgende artikel
Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie
© Versuni
Huis

Review Baristina Plus Stainless Steel – Foolproof design, smakelijke koffie

Philips introduceert de Baristina Plus Stainless Steel, een semi-automatische koffiemachine met een roestvrijstalen design en iced coffee-functie. Dit derde apparaat in de Baristina-lijn combineert een robuuste uitstraling met veel gebruiksgemak. Kan er echt niks verkeerd gaan? ID.nl testte het uit.

Uitstekend
Conclusie

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie: die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

Plus- en minpunten
  • Stijlvolle uitstraling
  • Gebruiksgemak
  • Meerdere opties voor volume/type koffie
  • Geen handleiding meegeleverd
  • Gevoelig voor vingerafdrukken
  • Prijzig

Ontwerp & specificaties

De Baristina Plus Stainless Steel is een matte, zilverkleurige koffiemachine waarmee je espresso, lungo en cold brew kunt maken van je eigen gewenste soort koffiebonen. In het apparaat zit een grinder die de bonen maalt, de gemalen koffie komt in het portafilter terecht en daarmee zet de Baristina een kop koffie in de gewenste sterkte. De machine is met zijn 5,8 kilo makkelijk te verplaatsen en niet overdreven groot: 35 centimeter hoog, 38 centimeter diep en 15 centimeter breed. De buitenzijde is uitgevoerd in RVS. Smaakvol, maar wel gevoelig voor vingerafdrukken (zoals alle apparaten van roestvrij staal).

©Versuni

Plaats in de Baristina-lijn & techniek

Deze machine is de derde variant in de Baristina-lijn. De eerste, de Baristina, bood in vergelijking met dit apparaat geen ice koffie en was eenvoudiger uitgevoerd. De tweede, de Baristina met Bean swap, bood de gebruikers de keuze om bij elke bak koffie te kiezen tussen twee soorten bonen, of een mix van beide. Dit derde, nieuwe apparaat is een premium-machine die naast een luxe uitstraling de kwaliteit van versgemalen koffie combineert met gebruiksgemak. Als extraatje vergeleken met het instapmodel is er dus de ice coffee-optie. Voor het koffiezetten zet de machine 16 bar pompdruk in voor optimale extractie.

Uitpakken & installatie

De machine zit deugdelijk verpakt in een grote doos met kartonnen bescherming. Er zit geen handleiding bij, alleen een sticker met iconen die aangeven wat er ongeveer moet gebeuren. We vinden dat echt een minpunt; wie nieuw is 'in de koffie' heeft toch wat meer informatie nodig over wat de machine precies kan.

Monteren is een groot woord voor wat je zelf nog moet doen om je eerste kop koffie te zetten. Je pakt het portafilter uit, spoelt het goed om en vult het waterreservoir van 1,2 liter. Dat kan door het reservoir los te halen uit de machine en onder de kraan te vullen. Handiger is het om het klepje bovenaan even open te doen en dan met een kan of maatbeker het water aan te vullen. Bovenin zit een reservoir voor koffiebonen. Ook dit open je met een klepje en vul je tot de rand. Dat is alles!

Bediening & functies

Dit apparaat is duidelijk ontwikkeld voor de koffieliefhebber die houdt van gemak en kwaliteit. De kwaliteit heb je natuurlijk deels zelf in de hand door het type koffiebonen dat je gebruikt. Het gemak uit zich in de bediening van de machine. Aan de bovenzijde zitten verschillende knoppen: een voor espresso, een voor lungo, een voor koffie waar je een ijskoffiedrank mee wilt maken, en een knop voor extra sterke koffie, voor als de standaardinstelling niet voldoende voor je is. Voor de ice coffee wordt de koffie eerst warm gebouwen waarna het doorstroomproces traag verloopt zodat de koffie langzaam afkoelt tijdens het zetten.

De instelling van de molen is niet aanpasbaar, het volume van de koffie in het kopje wel. Hier uit zich het gemis aan een handleiding, deze functie ontdekten we pas toen we op het YouTube-kanaal van Philips wat filmpjes bekeken over de bediening en functies. HIER vind je de betreffende video.

©Versuni

Workflow: van boon tot kop

Je duwt het portafilter in de gleuf links tot deze vastklikt. Dan kies je de gewenste drank, en beweegt (swipet) het portafilter helemaal naar rechts, waar de grinder zit. Het filter zit dan vast en de machine maalt de koffiebonen. Dat maakt uiteraard geluid, vergelijkbaar met andere koffiezetapparaten. Het filter spring terug naar de beginpositie, en de machine zet de gewenste hoeveelheid koffie. Stopt de keuzeknop met knipperen, dan is je 'bakkie' klaar. Het portafilter kun je dan loshalen, ondersteboven boven de vuilnisbak houden en met een druk op de knop de koffiedrab eruit werpen. Dat is alles.

Hier zie je in een Duitstalige video precies hoe dit werkt:

Watch on YouTube

Praktijktest

Koffiemachines moeten natuurlijk getest worden en het liefst door veel verschillende mensen. Ons testexemplaar beleefde de vuurdoop tijdens een drukke verjaardagsvisite, waarbij alle koffiedrinkende bezoekers een kopje Baristina kregen. De vraag was of de machine snel genoeg zou zijn om mensen niet nodeloos lang te laten wachten, en of het geluid van het malen de gesprekken niet zou overstemmen. Voor beide aspecten slaagde de machine met vlag en wimpel. Iedereen was erg te spreken over de smaak van de koffie. Het waterreservoir van 1,2 liter is natuurlijk na enige tijd leeg, dus moet tijdens zulke bijeenkomsten tussentijds wel worden bijgevuld.

Koffiebonen bewaar je niet in de zak uit de supermarkt

Houd ze lang vers in een speciaal bewaarblik

Aandachtspunt

Wel dook er een klein aandachtspunt op. Na enige tijd kwam er nogal waterige koffie met een raar kleurtje uit de machine en klonk het malen ook een beetje gek. De koffiebonen bleken op te zijn. Daar komt verder geen signaal of melding van, maar is iets om in de gaten te houden. Het deksel van het koffiebonen-reservoir is semi-transparant, dus normaliter zou je dat wellicht snel zien. Echter, de machine wordt niet geleverd met een handleiding, maar... met een paarse sticker precies op die plek! Als je die er niet afhaalt, zie je dus niet hoe het gesteld is met de voorraad koffiebonen.

Onderhoud & schoonmaak

De machine heeft verder weinig nodig aan energie van de gebruiker. Het lekbakje is afneembaar en kun je periodiek schoonmaken. Als je zorgt voor voldoende water en bonen en het portafilter elke keer leegmaakt na het zetten van een kopje koffie, kun je een tijd vooruit. Overigens: als je vergeet de drab weg te gooien en aan een nieuwe bak koffie wilt beginnen, kun je het portafilter niet naar de grinder bewegen, dan zit 'ie vast. Je kunt dus nooit verse koffie gemaald krijgen over de drab van een eerdere sessie.

©Versuni

Eindoordeel & alternatieven

Deze machine blinkt uit in gebruiksgemak en het robuuste design zal zeker een grote groep koffiedrinkers aanspreken. Het reservoir bevat genoeg water om de dag door te komen, en er kan eigenlijk niets misgaan tijdens het gebruik. De prijs is stevig vergeleken met de eerder uitgebrachte Baristina Bean Swap, die geen optie heeft voor ice koffie, maar wel weer de keuze biedt uit twee soorten koffiebonen. Ben je erg prijsbewust en wil je wel de genoemde functies voor espresso, lungo en ice koffie, maar geef je niks om verse bonen, dan is de L'OR Barista Absolu zeker een optie. Die werkt met cups maar is in functionaliteit identiek. Kies je voor je eigen bonen, stijl en gebruiksgemak, dat is de Baristina Plus Stainless Steel een goede keuze.

☕ Bekijk alle koffieapparaten van Philips op Kieskeurig.nl

▼ Volgende artikel
Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt
© ID.nl
Energie

Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Met de huidige energieprijzen letten we allemaal extra op ons stroomverbruik. Zuinig aandoen klinkt logisch, maar is best lastig als je niet weet waar de echte energieslurpers zitten. Soms zitten de kosten in een onverwachte hoek. We zetten vijf apparaten op een rij die meer stroom verbruiken dan je waarschijnlijk denkt.

Dit artikel in het kort

Na het lezen van dit artikel zie je precies welke apparaten in huis ongemerkt meer kosten dan je dacht en hoe energielabels je kunnen helpen om de kosten goed (of in ieder geval beter) in te schatten.

Lees ook: Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Altijd doen: energielabel checken of instellingen aanpassen

Als je iets in huis moet vervangen, kijk in de winkel dan altijd eerst naar het energielabel. Dat geeft een duidelijk beeld van het stroomverbruik. Blijf je liever nog even bij je huidige toestel, dan helpt het om zuiniger met de instellingen om te gaan. Denk aan het aanpassen van de standby-stand of het apparaat alleen gebruiken op momenten waarop de stroomprijs lager ligt. Dat levert al snel tientallen euro's voordeel op.

Het energielabel laat in één oogopslag zien hoe energiezuinig een apparaat is. Vanaf maart 2021 zijn de labels voor een groot aantal apparaten aangepast. Voor de meeste apparaten (zoals wasmachines, vaatwassers, koelkasten, televisies en wasdrogers) loopt de nieuwe schaal van A (het zuinigst) tot G (het minst zuinig). Bij deze groep is A+++ dus verleden tijd; een label C of D is hier vaak al erg zuinig.

Let op: Voor sommige productgroepen, zoals ovens, afzuigkappen en airco's, wordt het oude label nog wel gebruikt. Daar is A+++ nog steeds het hoogst haalbare. Kijk dus altijd goed naar de letter én de kleur op de kaart.

Op energielabel.nl kun je per apparaat opzoeken wat hoe de energielabels precies lopen.

©EPREL

1. Kokendwaterkraan: 133 euro per jaar

Meteen kokend water uit de kraan: wie eenmaal een Quooker heeft, wil niet meer zonder. Maar realiseer je wel dat zo'n kraan het water doorlopend op temperatuur moet houden. En dat zie je terug op je energierekening. Een voorbeeld: een gezin van drie personen gebruikt gemiddeld zo'n 10 liter kokend water per dag via een Quooker. Om dit water te verwarmen, is jaarlijks ongeveer 423 kWh aan energie nodig (bron: ANWB Energie) . Daarnaast kost het op temperatuur houden van het water nog eens 87,5 kWh per jaar. Dit komt neer op een totaal energieverbruik van 511 kWh per jaar. Stel dat je een energiecontract hebt waarbij je gemiddeld 0,26 euro per kWh betaalt, dan kost de kraan je 133 euro per jaar. Je moet dus zelf de afweging maken of je het extra comfort vindt opwegen tegen de extra kosten.

Waar zijn deze bedragen op gebaseerd?

Bij het berekenen van de kosten zijn we uitgegaan van een gemiddelde stroomprijs van 0,26 euro per kWh. Dit is het bedrag dat de ANWB noemt als meest actuele stroomprijs (november 2025). Je kunt de berekeningen makkelijk aanpassen door het tarief in te vullen dat je zelf betaalt.

2. Wifi-versterker: 23 euro per jaar

Overal goede wifi in huis: we kunnen niet meer zonder. Zeker wanneer je veel thuis werkt, graag streamt of kids hebt die niet achter hun gameconsole zijn weg te slaan, is een must. Grote kans dus dat je een of meerdere wifi-versterkers of repeaters gebruikt. Omdat die 24/7 hun werk doen, kost dat meer dan je misschien denkt. De gemiddelde wifi-versterker – je hebt ze met verschillende wattages – verbruikt jaarlijks 88 kWh. Dat kost je per jaar dus ongeveer 23 euro per repeater.

Verbruik uitrekenen

Hoe weet je nu hoeveel energie een apparaat verbruikt? Dat kun je zelf uitrekenen als je het vermogen in Watt (W) weet. Dit wattage vind je meestal in de specificaties of achterop het apparaat onder het kopje Vermogen. Bij vergelijkingssites zoals Kieskeurig.nl vind je die informatie ook terug:

Omdat energie op je rekening in kilowattuur (kWh) wordt afgerekend, moet je Watt eerst omrekenen: 1 kilowatt (kW) = 1000 Watt (W).

Bijvoorbeeld: Een stofzuiger van 900 Watt is: 900 ÷ 1000 = 0,9 kW.

Om de kosten te berekenen, gebruik je deze formule: Energieverbruik (kWh) = Aantal uur in gebruik (h) x Vermogen (kW)

Rekenvoorbeeld:
Gebruik je de stofzuiger van 0,9 kW elke week 3 uur? Dan is het verbruik: 0,9 x 3 = 2,7 kWh per week. De kosten hiervan zijn dan 2,7 kWh x 0,26 euro = = 0,702 per week. Op jaarbasis is dat dus ruim 36 euro per jaar.

Let op:
Deze berekening werkt alleen goed voor apparaten die constant vermogen vragen zolang ze ingeschakeld zijn. Denk aan een stofzuiger, waterkoker of straalkachel: die staan 'aan' en verbruiken dan continu stroom. Voor apparaten met een wisselend programma of thermostaat (zoals een wasmachine, vaatwasser of koelkast) werkt deze som niet, omdat ze niet constant op vol vermogen draaien. Daarvoor kun je beter naar het kWh-verbruik op het energielabel kijken.

3. Televisie: afhankelijk van grootte en schermresolutie

Niet verrassend: het stroomverbruik van een televisie is afhankelijk van het formaat van het scherm. Een 65inch-televisie verbruikt bijvoorbeeld twee keer zo veel stroom als een 43inch-exemplaar met hetzelfde energielabel. Vooral de resolutie van het scherm maakt veel uit voor het verbruik. Grotere beeldschermen hebben een hogere resolutie om een scherp beeld te krijgen, zoals een 4K- of zelfs 8K-resolutie. 8K-televisies verbruiken flink meer energie dan een 4K-televisie die net zo groot is. Bij televisies wordt daarom ook vaak het stroomverbruik apart vermeld voor zowel de SDR- als de HDR-video. In dit geval staat SDR voor Standard Dynamic Range met een resolutie van 1080p en HDR voor 4K-content.

Doordat er hier zo veel variabelen een rol spelen, kunnen we geen richtbedrag berekenen. Met deze gegevens en de uitleg over verbruik uitrekenen in het kader hierboven kun je dit het beste zelf doen.
Lees ook: Dit zijn de 11 best geteste televisies van 2025

Ook de beeldkwaliteit bepaalt hoeveel energie wordt verbruikt. Bij SDR-gebruik (1080p) krijgt deze tv energielabel E, terwijl de HDR-stand goed is voor energielabel G, een stuk minder zuinig dus.

4. Extra koelkast - tussen de 30 en 36 euro

Wanneer ze een nieuwe koelkast kopen, zetten veel mensen hun oude koelkast in de schuur of garage. Handig, maar houd er rekening mee dat oude koelkasten wel een stuk minder zuinig zijn dan nieuwe. Stel dat je een simpele, eendeurs oude koelkast als extra koelruimte gaat gebruiken. Grote kans dat zo'n koelkast dan energielabel D, E of zelfs F heeft. Daarvan is het gemiddelde jaarverbruik respectievelijk 113, 130 en 139 kWh. Dat kost je op jaarbasis al snel tussen de 30 en 36 euro op jaarbasis extra.

Het kan dus slimmer zijn om in plaats daarvan één grotere koelkast in de keuken neer te zetten. Neem een energiezuinig model als de Samsung RB38C607AB1: die heeft een koelinhoud van 273 liter en een vriesinhoud van 114. Verbruik op jaarbasis? 108 kWh, dus ongeveer 28 euro. Dat is dus lager dan die simpele, oude eendeurs koelkasten die we hierboven hebben aangehaald!

Weet je niet zeker of je aan één koelkast genoeg hebt? Veel mensen leggen uit gewoonte alles in de koelkast, maar dat is zonde van de ruimte én de energie. Sommige producten horen er zelfs liever niet in: tomaten, komkommers, avocado's en aubergines verliezen door de kou hun smaak. Daarnaast zijn harde groenten zoals pompoen, knolselderij en winterpeen op een koele plek in huis wekenlang houdbaar zonder koeling. En waarom zou je zes flessen frisdrank tegelijk koelen? Er pas een nieuwe fles in zetten wanneer de oude bijna leeg is werkt net zo goed.

Wil je de tweede koelkast toch houden, zet hem dan alleen aan wanneer je hem echt nodig hebt, bijvoorbeeld wanneer je je hele familie hebt uitgenodigd voor het kerstdiner of wanneer je je verjaardag viert.

5. Consoles en gaming-pc's - tussen de 45 en 365 euro

Ben je een fervent gamer of heb je kinderen die dat zijn? Afhankelijk van het apparaat waarmee er gegamed wordt, kunnen de kosten flink oplopen. Gebeurt dat op een Xbox of PlayStation, dan verbruikt deze tussen de 150 en 160 watt per uur. Game je 3 uur per dag, dan zit je per jaar zo aan de 45 euro.

Maar pas écht in de papieren loopt het met een game-pc: het verbruik zo'n machine komt gemiddeld per jaar – inclusief monitor – uit op ongeveer 1.400 kWh. Je hebt het dan, bij een tarief van 0,26 euro/kWh, over zo'n 365 euro. En dat staat gelijk aan het energieverbruik van drie koelkasten. Wil je echt besparen, dan is een gameconsole dus de betere keuze. En door hem echt uit te zetten in plaats van op stand-by wanneer je hem niet gebruikt, ben je nog voordeliger uit.