ID.nl logo
Vloerverwarming: tips voor een behaaglijk huis
© Nemanja Saric
Energie

Vloerverwarming: tips voor een behaaglijk huis

Je wilt een behaaglijk warm huis waar je met de blote voeten op de vloer kunt lopen zonder koude tenen te krijgen? Dan komen we vanzelf uit bij vloerverwarming. Deze lagetemperatuurverwarming is niet alleen comfortabel, maar ook een van de zuinigste warmteafgiftesystemen. Toch moet je op enkele dingen letten om hier optimaal van te genieten.

Is vloerverwarming goedkoper in gebruik dan radiatoren? Dat hangt ervan af: een nat systeem wel, een droog elektrisch systeem niet. Bij een nat systeem stroomt warm water door kunststof leidingen die op een dikke isolatielaag liggen. Bij natbouw wordt het vloerverwarmingssysteem bedekt door een ‘natte’ zandcementlaag en daarop komt pas de vloerbedekking. Als het gaat om een elektrische vloerverwarming die direct onder het laminaat of het parket wordt aangebracht (dat is droogbouw), dan vallen de verbruikskosten eerder tegen. Bij droogbouw komt er dus geen natte zandcementlaag boven op de vloerverwarming te liggen.

Ook lezen: Zo kun je je huis energiezuinig ventileren (ook in de winter)

De aanleg van vloerverwarming kost 30 tot 40 procent meer dan die van traditionele radiatoren, maar de investering betaalt zich op lange termijn terug, vergt minder onderhoud en het comfort is hoger. Het verhaal dat je voeten opzwellen door vloerverwarming, is een mythe afkomstig uit de beginjaren van dit systeem. Als je vloerverwarming combineert met een warmtepomp, kan dat zelfs voor verkoeling zorgen tijdens hete zomerdagen. Hieronder hebben we het uitsluitend over vloerverwarming op basis van kunststof leidingen met warm water.

©Ingo Bartussek

In een nat vloerverwarmingssysteem worden de leidingen bedekt door een vochtig zandcementmengsel.

Gelijkmatige temperatuur

Vloerverwarming is een traag, inert systeem en werkt het meest efficiënt bij een constante kamertemperatuur. Is er een koude dag, bedwing dan de neiging om de vloerverwarming lekker hoog in te stellen. Grote temperatuurschommelingen zorgen voor een hoger energieverbruik en dus ook hogere stookkosten. De meeste mensen houden een dagtemperatuur tussen 19 en 20°C aan en stellen de thermostaat voor ’s nachts maximum 2 graden lager in.

Groot oppervlak voor warmteafgifte

Vloerverwarming moet het hebben van een groot oppervlak voor warmteafgifte. Als de kamer te vol staat met meubilair zal deze minder snel opwarmen en moet de vloerverwarming dus harder werken. De vuistregel is dat je nooit meer dan 60 procent van de vloer mag bedekken met meubilair en decoratie. Als je te veel spullen in de kamer zet, zul je het verschil in temperatuur zeker merken.

Ook lezen: Is het een schilderij? Een spiegel? Nee, het is infraroodverwarming!

Zuinig met radiatoren

Het duurt met vloerwarming langer om de woning op te warmen dan met radiatoren. Daarom is het in een gemengd systeem (vloerverwarming én radiatoren) verleidelijk om op koudere dagen de radiatoren hoger te zetten om op die manier kamers snel op te warmen. Dat maakt dat de vloerverwarming op dat moment zal registreren dat de gewenste temperatuur is bereikt. Als je daarna de radiatoren weer uitzet, moet de vloerverwarming harder werken om alles weer op temperatuur te krijgen. Op die manier breng je de regeling in de war. Gebruik de radiatoren alleen als bijverwarming tijdens de koudste dagen en werk met een slimme thermostaat voor je vloerverwarming.

Gebruik de radiatoren alleen als bijverwarming tijdens de koudste dagen.

Opwarmingsprotocol

Als de vloer gelegd is en nadat de nieuwe vloerverwarming is geplaatst, mag je die installatie niet meteen gebruiken zoals je normaal doet. Het systeem moet rustig opwarmen om daarna optimaal te kunnen presteren. Je moet de vloer stelselmatig geleidelijk opwarmen en opnieuw laten afkoelen om de materialen bestand te maken tegen grote temperatuurverschillen. Hierbij hebben we het niet over de kamertemperatuur, maar over de temperatuur van het water dat door de leidingen stroomt.

Begin met een watertemperatuur van 15°C en verhoog dat na 24 uur in stappen van 5°C. Als de watertemperatuur 45°C heeft bereikt, laat je dat een paar dagen op deze temperatuur draaien. Daarna ga je elke 24 uur met 5°C naar beneden. Zet in de periode de verwarming niet uit, anders kun je opnieuw beginnen. Je moet dit opstookprotocol hoe dan ook doorlopen voordat de vloerbedekking zoals tegels of laminaat wordt gelegd.

Pompschakelaar beschermt de circulatiepomp

Als de ruimtes die zijn voorzien van vloerverwarming al op temperatuur zijn, is het eigenlijk zonde dat de verdeler van de vloerverwarming continu water rondpompt. Om te voorkomen dat je hier energie – dus geld – aan verspilt, kun je een pompschakelaar aan het vloerverwarmingssysteem toevoegen. De circulatiepomp draait dan niet zolang dat niet nodig is. Zeker tijdens de warme maanden kun je de vloerverwarming helemaal uitzetten. Je loopt dan wel het risico dat door die stilstand de circulatiepomp komt vast te zitten, zodat die het bij het opstarten in het najaar niet meer doet. Vooral dan is de pompschakelaar nuttig. De schakelaar heeft een beveiliging die zorgt dat deze pomp elke dag sowieso een tijdje draait om de goede werking te garanderen.

Keuze vloerbedekking

De vloerbedekking die je kiest is een belangrijke factor. De ene vloerbedekking is beter geschikt dan de andere. Het is mogelijk om parket of laminaat met vloerverwarming te combineren, maar een houten vloer geleidt de warmte niet goed, waardoor de vloerverwarming minder effectief zal functioneren en langer moet opwarmen. Wil je toch een houten vloer, kies dan voor een stabiele houtsoort of liever een meerlaagse uitvoering, waarbij de planken niet breder zijn dan 15 cm. Let bij het kopen van de vloerbedekking op de warmtedoorlaatweerstand. Deze waarde wordt ook de Rc-waarde genoemd en wordt uitgedrukt in m2 K/W. Een vloerbedekking die geschikt is voor vloerverwarming heeft een warmtedoorlaatweerstand die minder moet zijn dan 0,15 m² K/W. Kies je een bedekking met een hogere weerstand, dan zal die warmte eerder tegenhouden.

PIT-symbool Let bij de eigenschappen van de vloerbedekking op de PIT- of PRODIS -symbolen. Deze Europese symbolen geven weer wat de eigenschappen van de vloerbedekking zijn en voor welke toepassingen deze geschikt zijn. Ook veel tapijten zijn geschikt voor vloerverwarming, maar kijk toch altijd naar dit PIT-logo.

De PIT-symbolen die je in de gaten moet houden bij het kiezen van vloerbedekking.

Antistatisch

Ga je voor een dik tapijt, dan zal dat door vloerverwarming snel warm en droog aanvoelen. Hierdoor is het mogelijk dat dit tapijt zich statisch elektrisch oplaadt. Wanneer je over een tapijt loopt, ontstaat er wrijving waardoor je elektrostatisch wordt opgeladen. Dat merk je wanneer je metaal aanraakt, bijvoorbeeld een deurkruk: dat kan dan even knetteren en je voelt een lichte schok. De tapijten van tegenwoordig worden vaak antistatisch behandeld en ook dat herken je aan het PIT-logo (het symbool rechts).

 

Vraag een offerte aan voor vloerverwarming :

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.