ID.nl logo
Websites bouwen met SharePoint Designer
© Reshift Digital
Huis

Websites bouwen met SharePoint Designer

Een website bouwen en onderhouden gaat sneller en beter met het juiste programma.

Een website bouwen en onderhouden gaat sneller en beter met het juiste programma. Het pakket Microsoft Office SharePoint Designer is daar prima voor te gebruiken en terwijl u er voorheen een flink bedrag voor moest neerleggen, is het tegenwoordig helemaal gratis! SharePoint Designer is een enorm uitgebreid pakket, dat zijn oorsprong vindt in het zakelijk gebruik. Het zit boordevol opties en mogelijkheden, die u voor thuisgebruik vast niet allemaal nodig hebt. Maar dat is geen enkel probleem, het programma is ook prima te gebruiken om een 'gewone' website te maken en te onderhouden. U gebruikt gewoon wat u nodig hebt en al het andere laat u voor wat het is, of u duikt er later nog eens in.

©CIDimport

Stap 1

Tik op www.microsoft.nl/downloads als zoekterm sharepoint designer in. Klik in de lijst met resultaten op SharePoint Designer 2007 en klik in de volgende pagina, bijna onderaan, op Downloaden achter SharePointDesigner.exe. Installeer het programma en bezoek tot slot desgewenst via de link Office Online de site van Microsoft om te zien of er updates zijn. Als u Windows Update gebruikt is dat niet echt nodig, dan krijgt u alles vanzelf wel een keer binnen. Het programma vindt u tussen de andere Microsoft Office programma's die u mogelijk hebt, namelijk onder Start, Alle programma's, Microsoft Office. Bij de eerste start meldt SharePoint Designer dat het niet het standaardprogramma is om webpagina's te onderhouden. Aan u de keuze of u nu al wilt overschakelen, of alles nog even zo laat. Ook alleen de eerste keer, ziet u het venster Privacy-opties. Hier vinkt u onder andere aan of online naar hulpbestanden gezocht mag worden en of anonieme statistieken verzonden mogen worden. Daarna kunt u van start.

©CIDimport

Stap 2

Het programmavenster is verdeeld in diverse taakvensters. Elk daarvan is groter of kleiner te maken door de muispijl op de scheidingsbalk te houden en deze dan met ingedrukte muisknop te verslepen. Hebt u niet alle deelvensters nodig, of vindt u het scherm te druk, dan sluit u ongebruikte taakvensters door op het kruisje te klikken. Deelvensters zijn altijd weer in te schakelen via Taakvenster in de menubalk. Als we de standaardindeling bekijken, ziet u linksboven het taakvenster Mappenlijst. Het is nu nog leeg omdat dit de eerste keer is dat u SharePoint Designer draait, maar straks is daar de inhoud van uw website te zien. Niet alleen de tekstpagina's, maar bijvoorbeeld ook alle plaatjes die u gebruikt. In het grote deelvenster in het midden knutselt u webpagina's in elkaar.

©CIDimport

Stap 3

We beginnen met het maken van een nieuwe website. Kies in de menu-balk voor Bestand, Nieuw, Website. Het venster Nieuw opent en u kiest Algemeen, Lege website. Onderin het venster geeft u de map op waar de bestanden voor deze website neergezet moeten worden. Een website is in deze context niet meer dan een verzameling bestanden (zoals tekst en plaatjes) die u in een map op uw computer neerzet. Pas later, zodra alles klaar is, zet u een kopie ervan op internet zodat ook anderen uw website kunnen zien!

©CIDimport

Stap 4

De naam van de nieuwe website (het pad van de map) verschijnt in het deelvenster Mappenlijst. U maakt de eerste webpagina door in de menubalk te kiezen voor Bestand, Nieuw, Pagina. Komt dit venster u bekend voor? Dat klopt! Het is exact hetzelfde venster als wanneer u een nieuwe website begint. Het venster heeft namelijk twee tabbladen: pagina en website. Een pagina beginnen kan ook door in de balk van het deelvenster te klikken op het pictogram Nieuwe pagina. De eerste pagina die u maakt wordt de startpagina van uw website en krijgt standaard als naam default.htm. De naam is direct te wijzigen, want bij een aantal providers moet hij index.htm of index.html heten. Wij kunnen in deze workshop natuurlijk geen volledige website bouwen, maar laten u wel zien hoe u snel aan de slag kunt met dit pakket. Uiteraard staat het u vrij naar hartenlust te variëren en te experimenteren! Dubbelklik eerst op het bestand om deze in het grote deelvenster te openen. Een pagina begint vaak met een koptekst, dus kiezen wij in de werkbalk direct onder de menubalk voor bijvoorbeeld het opmaakprofiel Kop1 <h1>. Dit doet u in het linkervakje, waar (Geen) staat. Prompt verschijnt op de lege pagina een gestippeld kader waar u iets kunt intikken. Omdat het om een koptekst gaat, is het verstandig de tekst kort te houden.

©CIDimport

Stap 5

Zodra u op Enter drukt, opent vanzelf een nieuw kader. Ditmaal voor een alinea en in het vak in de werkbalk (zie de vorige stap) staat nu ineens Alinea. Typ ook hier een tekst in, dat kan een welkomstwoord, een inleiding maar ook een heel verhaal zijn. Druk op Shift+Enter om naar het begin van een nieuwe regel binnen dezelfde alinea te springen. Druk alleen op Enter om een nieuwe alinea te starten. Tekst kan naar smaak worden opgemaakt. Dit regelt u via de werkbalk onder de menubalk. Kies bijvoorbeeld een andere lettertype, of pas de kleur en de grootte aan. Verder kan de alinea links, rechts of midden op de pagina worden uitgelijnd. Het voordeel van het werken met alinea's, is dat ze als geheel zijn op te pakken. Zo sleept u ze met gemak naar een andere plek op de pagina. Als u een lijst wilt maken, begint u eerst een nieuwe paragraaf (Enter) en kiest in de menubalk voor Opmaak, Opsommingstekens en nummering. Of u klikt in de werkbalk op een van de twee pictogrammen (horizontale streepjes met nummers of bolletjes ervoor). Tik uw tekst in en sluit de regel af met Enter, waarna een nieuw nummer of opsommingsteken verschijnt. Druk twee keer op Enter om de lijst af te sluiten.

©CIDimport

Stap 6

Tekst is leuk, maar plaatjes zijn minstens zo prettig. Ga eerst op een plek van de pagina staan waar u het plaatje wilt invoegen en kies in de menubalk voor Invoegen, Afbeelding, Uit bestand. Zoek het plaatje op en klik op Invoegen. Bij Alternatieve tekst kunt u desgewenst een korte omschrijving opgeven. Die wordt getoond zodra een bezoeker de muispijl boven het plaatje laat zweven. Een afbeelding is te verplaatsen door de muis bij een van de randen te houden tot het verplaatsingspictogram verschijnt. Vergroten en verkleinen kan ook, met de rondjes die her en der in de rand zitten.

©CIDimport

Stap 7

Een website bestaat vaak uit meerdere pagina's, waartussen een bezoeker heen en weer kan springen. Dat kan door links (hyperlinks) te maken. U selecteert een woord, zinsdeel, of afbeelding en klikt op het pictogram Hyperlink invoegen (een wereldbol met de schakel van een ketting). Als SharePoint Designer in een klein venster draait, moet u eerst op het pijltje uiterst rechts in de werkbalk klikken om het te kunnen zien. In het venster dat opent geeft u bij Adres het 'adres' op. Dat kan een andere pagina van deze website in aanbouw zijn, dan wijst u een bestand in een map aan. Het mag ook een al bestaande website van uzelf of iemand anders zijn, dan tikt u een echt internetadres in. In de linkerkolom van het venster staan bij Koppelen aan nog meer handige mogelijkheden. Zo kunt u bij E-mailadres een adres opgeven, zodat bezoekers een bericht naar u kunnen sturen. Naar een plek op dezelfde pagina springen kan ook, dat is vooral handig bij lange webpagina's. Dat scheelt scrollen! Geef dan de naam van een bladwijzer op bij Plaats in dit document. Die bladwijzer moet u wel eerst aanmaken en dat kan door ergens op de pagina een stukje tekst of een kopregel te selecteren en te kiezen voor Bewerken, Ga naar bladwijzer.

©CIDimport

Stap 8

Naarmate u pagina's bouwt en plaatjes toevoegt, wordt de lijst in het deelvenster Mappenlijst alsmaar langer en kan het wat onoverzichtelijk worden. Dan is het prettig om met mappen te werken, net zoals u via Windows Verkenner uw bestanden in mappen op een schijf plaatst. Een map maken kan door in de balk van dat deelvenster te klikken op het pictogram Nieuwe map. Of u klikt met rechts op een lege plek en kiest Nieuw, Map. Zodra een bestand naar een submap wordt verplaatst, dat kan eenvoudig door hem met de muis te verslepen, dan worden alle verwijzingen vanuit andere pagina's van deze website automatisch voor u aangepast. Als u een bestand een andere naam geeft kan dat ook gebeuren, maar dan wordt het eerst aan u gevraagd. U mag trouwens meerdere pagina's tegelijk open hebben. Elk exemplaar krijgt zijn eigen tabblad. Zo springt u snel van de ene naar de andere pagina om veranderingen aan te brengen of iets op te zoeken. Ook wisselt u zo eenvoudig tekst of plaatjes uit tussen pagina's. Een pagina die u niet meer nodig hebt, sluit u door met rechts op het tabje te klikken en te kiezen voor Sluiten (sneltoets Ctrl+F4). Is de pagina ondertussen gewijzigd, dan wordt gevraagd of u haar wilt opslaan. Hebt u ook nog plaatjes toegevoegd, dan kan een extra scherm verschijnen om deze in de map van de website op te slaan. Klik dan gewoon op OK.

©CIDimport

Stap 9

Om een voorbeeld te zien van hoe uw pagina er op internet gaat uitzien, klikt u in de werkbalk op het pictogram Voorbeeld in... Op de puntjes zal de naam van een browser staan. Als u de pagina is gewijzigd, wordt gevraagd of u de pagina eerst wilt bewaren. Omdat u niet weet welke browser uw bezoekers zullen gebruiken, moet de website er in alle gevallen pico bello uitzien. Een handige manier om dat vast te stellen, is door op het pijltje naast het pictogram te klikken en te kiezen voor Voorbeeld in meerdere browsers. De pagina verschijnt dan in elke browser die op uw systeem aanwezig is! Nu alleen nog elke denkbare browser op uw computer installeren...

©CIDimport

Stap 10

Zodra de website af is, is het tijd om hem te publiceren. Kies Bestand, Site publiceren en kies op het volgende scherm voor FTP. Nu hebt u enkele gegevens nodig die in een brief of e-mail van uw provider of hoster moeten zijn terug te vinden. Typ bij Locatie van externe website bijvoorbeeld de naam van de ftp-server in en klik op OK. In het vervolgscherm geeft u de gebruikersnaam en het wachtwoord van uw ftp-account op. De werking is vervolgens zoals u in veel andere ftp-programma's zult tegenkomen, want in het tabblad genaamd Website ziet u links de lokale map en rechts een (waarschijnlijk nu nog lege) map die online bij uw provider of hoster staat. Klik op Website publiceren om de upload van de website te starten. Maar let op, want bij sommige providers moet u eerst nog naar de juiste online map bladeren.

Deze workshop komt uit Computer Idee nummer 25, jaargang 2009

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.