ID.nl logo
Alles over de nieuwe wifi-standaard Wifi 6E
© Reshift Digital
Huis

Alles over de nieuwe wifi-standaard Wifi 6E

De laatste twee decennia werd hard gesleuteld aan het verfijnen en uitbreiden van allerlei wifi-standaarden, maar sinds 2005 is het frequentiespectrum voor wifi-gebruik ongewijzigd gebleven. Daar komt met Wifi 6E verandering in.

Wifi 6E is een uitbreiding oftewel extensie op de wifi6-standaard, die in feite de meer commerciële naam is voor de technische specificatie 802.11ax. De theoretische maximumsnelheid ligt ook bij wifi 6E weliswaar nog op 9,6 Gbit/s, maar naast de al gebruikte 2,4GHz- en 5GHz-band komt daar nu de 6GHz-band bij, wat in de praktijk best wel enkele voordelen biedt.

De echte opvolger van de wifi6-standaard, die in september 2019 door de Wi-Fi Alliance is gecertificeerd, wordt logischerwijze wifi 7 (802.11be). Deze standaard wordt echter pas rond eind 2023 verwacht en in afwachting daarvan kondigde de Wi-Fi Alliance begin 2020 al wifi 6E aan (officieel geschreven als Wi-Fi 6E), waarbij ‘E’ staat voor extensie.

Naast de 2,4 en de 5 GHz-band wordt nu ook de 6 GHz-band ondersteund en dat is meteen de belangrijkste uitbreiding. Andere verbeteringen die reeds beschikbaar waren in wifi 6, bleven uiteraard behouden. 

We denken dan aan ODFMA (Orthogonal Frequency Division Multiple Access, waarbij een kanaal kan worden opgedeeld in kleinere subkanalen zodat een toegangspunt met meerdere apparaten kan communiceren), een geoptimaliseerde MU-MIMO (Multi-User Multiple Input & Multiple Output) voor het simultaan bedienen van meerdere apparaten zowel tijdens het downloaden als bij het uploaden, en TWT (Target Wake Time), wat maakt dat clients niet langer continu met het toegangspunt verbonden hoeven te blijven en zo minder energie verbruiken.

De ontwikkeling van wifi In ruim twintig jaar heeft wifi een behoorlijke weg afgelegd. De belangrijkste standaarden samen met de frequentieband en kanaalbreedte. 1997 802.11 (legacy); 2,4 GHz; 20 MHz 1999 802.11b; 2,4 GHz; 20 MHz 1999 802.11a; 5 GHz; 20 MHz 2003 802.11g; 2,4 GHz; 20 MHz 2009 802.11n; 2,4 en 5 GHz; 20, 40 MHz 2014 802.11ac (wifi 5 wave 1); 5 GHz; 80 MHz 2016 802. 11ac (wifi 5 wave 2); 5 GHz; 20 tot 160 MHz 2018 802.11ax (wifi 6); 2,4 en 5 GHz; 20 tot 160 MHz 2020 802.11ax (wifi 6E); 2,4, 5 en 6 GHz; 20 tot 160 MHz

6GHz-band 

De 6GHz-band loopt van 5925 tot 7125 MHz, wat een ruim spectrum van 1200 MHz oplevert. In de VS keurde telecomautoriteit ECC dit spectrum in april 2020 al goed voor gebruik door wifi. Europa loopt echter iets achter: in november 2020 keurde het ECC alvast de eerste 500 MHz binnen dit spectrum goed, maar de officiële acceptatie door de Europese Commissie wordt niet voor maart 2021 verwacht. Tegen ruwweg eind 2021 moeten de lidstaten de richtlijn dan hebben omgezet in hun nationale wetgeving.

De toevoeging van dit nieuwe spectrum houdt alvast in dat de beschikbare frequentieruimte effectief verdubbelt, wat ongetwijfeld tot stabielere en snellere verbindingen zal leiden. Wifi 6E kan met kanalen van 160 MHz breedte werken en in het volledige spectrum van 1200 MHz passen 7 kanalen mooi naast elkaar, zonder overlapping, terwijl dat er in de 5GHz-band slechts 2 zijn. Een nadeel van de 6GHz-band is wel dat het bereik doorgaans lager ligt dan dat van een lagere frequentieband, zoals 2,4 GHz.

©PXimport

Wifi 6E-routers 

Wifi 6E belooft weliswaar volledige neerwaartse compatibiliteit, maar om van alle mogelijkheden (en vooral de 6GHz-band) gebruik te kunnen maken, moet je apparaat natuurlijk wel de juiste hardware bevatten. Gelukkig hoeven fabrikanten niet op de officiële certificering te wachten (vermoedelijk begin 2022) en kunnen ze al aan de slag op basis van het wifi6E-concept, zoals gepubliceerd door het ETSI (European Telecommunication and Standardization Institute).

Broadcom was de eerste fabrikant die (reeds begin 2020) wifi6E-chipsets uitbracht, onder meer voor smartphones. Onlangs heeft Broadcom trouwens aangekondigd dat Samsungs Galaxy S21 Ultra de wifi6E-chipset BCM4389 zal ondersteunen.

Ook Qualcomm is volop bezig met het ontwikkelen van wifi6E-chipsets, zowel voor smartphones (FastConnect 6700 en 6900) als voor (mesh-)netwerkapparatuur.

Eind 2020 is ook de eerste router met ondersteuning voor wifi 6E op de Amerikaanse markt gekomen: de ASUS ROG Rapture GT-AXE11000 die je hieronder ziet. 

©PXimport

Ook andere fabrikanten hebben aangegeven routers en toegangspunten met wifi6E-ondersteuning te ontwikkelen. Zo heeft Netgear op CES 2021 (afgelopen januari) zijn eerste wifi6E-router aangekondigd: Nighthawk RAXE500, die vanaf maart 2021 beschikbaar zou moeten komen.

Intel blijft ook niet achter: dat heeft inmiddels de wifi6E-adapter AX210 op de markt gebracht, zowel in het M.2-2230- als het M.2-1216-formaat. De eerste laptops met wifi6E-ondersteuning zullen dus niet lang uitblijven. Het is de verwachting dat tv’s tegen het begin van 2022 zullen volgen.

Toepassingen

De theoretische maximumsnelheid van wifi 6E mag dan ongewijzigd zijn ten opzichte van wifi 6 (zo’n 9,6 Gbit/s in de 5GHz-band), in de praktijk zal wifi 6E vaak toch sneller en stabieler blijken. Men verwacht bijvoorbeeld dat de 6GHz-band nuttig zal kunnen worden ingezet als zogenoemde backhaul bij mesh-netwerken, vooral wanneer je hiervoor liever geen bekabelde verbinding opzet. 

Ook voor ultra-hd-streaming kan wifi 6E bruikbaar zijn en het zou ons evenmin verbazen dat fabrikanten van AR- en VR-producten snel op deze ontwikkeling zullen inspelen. We denken dan aan een wifi6E-verbinding tussen een headset en een pc, waarbij de beelden als een videostream naar de headset worden verstuurd. De lagere vertraging van wifi 6E komt de betrouwbaarheid van zo’n verbinding ongetwijfeld ten goede.

Kortom, ook al gaat het om een relatief beperkte uitbreiding ten opzichte van de wifi6-standaard, wifi 6E kan zeker zijn diensten bewijzen, vooral bij verbindingen over relatief korte afstand. Houd er wel rekening mee dat niet alleen de clients maar ook je router of toegangspunt de nodige ondersteuning moeten bieden, wil je ten volle kunnen profiteren van de voordelen. 

Of het moet zijn dat je liever wacht op de komst van de ‘echte’ opvolger (wifi 7) die kanaalbreedtes van 320 MHz en een theoretische maximumsnelheid tot 30 Gbit/s belooft.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.