ID.nl logo
Wat als het hele internet offline gaat?
© PXimport
Huis

Wat als het hele internet offline gaat?

Onze dagelijkse levens, economie en kritische infrastructuur steunen vandaag op het internet. Maar wat als het hele internet offline gaat? De voorbije jaren vonden er regelmatig grootschalige incidenten plaats. Een onheilspellend teken voor de toekomst?

Op 4 oktober 2021 ging Facebook, en alle diensten die het runt zoals Messenger, Instagram en WhatsApp, offline. Een interne fout zorgde ervoor dat de datacenters van het bedrijf (dat tegenwoordig Meta heet) niet meer vindbaar waren vanaf de rest van het internet. Het duurde tot zes uur om deze fout recht te zetten.

Dat zorgde voor zware problemen. Voor heel wat mensen in de wereld zijn apps zoals Whatsapp cruciaal om te communiceren met vrienden en familie of om hun werk te doen. Dat het plots wegviel was dramatisch voor hen. Het toonde onmiddellijk hoe afhankelijk onze maatschappij is van het internet.

Internetstoringen vonden de voorbije jaren regelmatig plaats. Alleen dit jaar al zorgden problemen bij de online dienst Fastly dat belangrijke sites zoals Reddit, Amazon en Spotify offline gingen. En eind 2020 zorgde een storing bij de datacenters van Amazon dat een groot deel van het internet ontoegankelijk was. Ons internet is dus tegelijk cruciaal, maar ook kwetsbaar. Maar hoe kwetsbaar is het net? En is het realistisch dat het hele netwerk offline gaat? We doken in het internet, en spraken met de mensen die de belangrijke schakels van het netwerk online houden.

©PXimport

Atoombunkers

Een eerste belangrijke schakel zijn datacenters. Dat zijn grote warenhuizen vol servers waarop zowat alle apps, websites en online software ter wereld staan. Een fout daar kan dramatisch zijn, maar niettemin bereiden datacenters zich constant voor om problemen te voorkomen. “Datacenters zijn gebouwd om continuïteit te garanderen”, stelt Stijn Grove, managing director van de Dutch Datacenter Association. Dat doen ze op verschillende manieren, en redundanties inbouwen staat voor hen centraal. “Stel dat de netstroom uitvalt”, vertelt Grove. “Dan gaat een datacenter naar zijn noodstroomvoorziening. Bijna elk datacenter heeft een tweede stroomvoorziening, in de vorm van batterijen of een noodgenerator. En sommigen hebben zelfs een derde bron van elektriciteit klaarstaan. Zo is er altijd een back-upsysteem. Maar het gaat verder. Elke zaal moet zijn eigen switches hebben bijvoorbeeld, zodat overal de stroom juist kan worden omgeschakeld. Dat testen we ook. Datacenters doen zogenaamde ‘black building’-testen, waarbij we de stroom afzetten en we kijken of alles het doet.”

Een gemiddeld datacenter kan zo 24 uur overleven op noodstroom zonder dat er elektriciteit van buitenaf komt. “De stroom valt vaker uit dan het internet”, stelt Grove. “In 2015 was er een grote stroomstoring in Nederland, maar het internet zelf deed het nog wel. Wifi werkte dan natuurlijk niet meer, omdat het elektriciteit nodig heeft. Maar als je online zat via mobiele netwerken dan kon je gewoon door blijven werken.”

De stroom valt vaker uit dan het internet

-

Fysieke beveiliging

Er is een focus op de fysieke veiligheid van datacenters. “Er is een hekwerk en doorgaans ook een slotgracht rond een datacenter”, stelt Grove. “De muren zijn van dik beton. En binnen het datacenter kan je enkel de ruimte betreden waarvoor je geaccrediteerd bent. Je krijgt dus een toegangspas en je moet jezelf aanmelden. Je wordt zelfs gewogen wanneer je binnen en buitengaat, zodat er niemand iets achterlaat of meeneemt. Voor heel veel bedrijven is dit een kritieke omgeving, dus je wil dat zo goed mogelijk beveiligen.”

Die beveiliging wordt volgens een viervoudig model ingedeeld. “Bij een tier 1 datacenter is er maar één noodstroomvoorziening, en er is maar één back-up voor alles”, stelt Grove. “Tier 4 datacenters staan helemaal aan de andere kant van het spectrum, deze bevinden zich in atoombunkers met verschillende lagen van redundantie. De meeste commerciële datacenters in Nederland bevinden zich in tier 3.”

©PXimport

Digitale afhankelijkheid

Maar hoe kwam het dat de datacenters van Facebook begin oktober onbereikbaar bleken, zodat al hun diensten even offline waren? “Dat gaat over de IT van de servers die in de datacenters staan”, stelt Grove. “De storing bij Facebook kwam door een probleem in het DNS, dat ervoor zorgde dat de adressering naar de datacenters van Facebook afwezig was. Van buitenaf kon je de datacenters van Facebook dus niet meer vinden. Ze waren nog wel online, maar de verbinding ertoe werd niet gelegd.”

Volgens Grove toont dat het risico van concentratie in de digitale sector. “We moeten beseffen hoe we verbonden zijn met de hele digitale wereld”, stelt hij. “Bepaalde digitale spelers worden zo groot dat als zij wegvallen er ook een hoop cruciale online diensten wegvallen. Gelukkig zijn er heel veel cloud-providers, en hebben heel wat bedrijven nog eigen datacenters voor hun primaire activiteiten. Dat gaat over organisaties zoals overheden, maar ook kritische zaken zoals ziekenhuizen. Zij hebben eigen IT-systemen, die vaak verspreid staan over verschillende datacenters. Als er één zou wegvallen, dan is er nog een back-up. Niet alles gaat via Amazon, Microsoft, Google of Facebook. Maar er is wel een afhankelijkheid van een kleine groep spelers. De cloudmarkt wordt gedomineerd door Amerikaanse partijen.”

Grove stelt wel dat het besef van die afhankelijkheid groeit op Europees niveau. En hij juicht initiatieven toe die de Europese cloud-infrastructuur willen versterken, zoals Gaia-X.

Bepaalde digitale spelers zijn zo groot, als zij wegvallen, verdwijnen er ook veel cruciale diensten

-

Redundant en gedistribueerd

De meeste storingen komen weliswaar tot stand door menselijke fouten. Dat stelt Niels den Otter, teamleider netwerk engineering bij SURF, de organisatie die het netwerk van de Nederlandse universiteiten en onderzoeksinstellingen beheert. “De meeste storingen starten bij werkzaamheden aan het netwerk”, stelt hij. “Dat proberen we natuurlijk te vermijden via een redundante netwerkarchitectuur en het goed plannen van werkzaamheden. Als we een aanpassing moeten doen waarvan we weten dat het risicovol is, dan doen we dat op een moment dat er weinig gebruik gemaakt wordt van het netwerk. Maar soms kan het ook misgaan bij minder gevoelige aanpassingen. Dat gebeurt op allerlei soorten schalen, je hebt grootschalige internetstoringen, maar er zijn ook zaken die praktisch niemand ziet. Glasvezelkabels breken bijvoorbeeld regelmatig, maar het netwerk is zo ingericht dat je het verkeer gewoon omleidt.”

Het internet als netwerk is namelijk vrij veerkrachtig. “Het internet an sich is vrij redundant en gedistribueerd”, stelt den Otter. “Niettemin kunnen bepaalde netwerken wel onbereikbaar worden. Verkeerde configuraties zorgen soms voor problemen, denk maar de recente Facebook-storing, en dat kan een effect hebben op het verkeer van anderen.”

Wel waarschuwt den Otter voor toenemende concentratie van het internet. Het netwerk als geheel mag dan wel redundant en gedistribueerd zijn, maar als een groot deel van de wereldbevolking afhankelijk is van diensten van één bedrijf, dan is een storing bij dat bedrijf voor een erg grote groep zichtbaar. Dat verhoogt de impact van lokale storingen.

Ook zijn er plekken waar de impact van storingen groter is. “Elk netwerk heeft wel plaatsen die cruciaal zijn”, stelt den Otter. “Die voer je redundant uit, maar deze plaatsen blijven wel gevoeliger dan andere plekken in het netwerk. Als op zo’n plaats iets misgaat, dan is de kans dat klanten daar last van hebben veel groter. Internet exchanges zijn bijvoorbeeld cruciaal, maar ook de routers waarmee de internetproviders gekoppeld zijn aan die exchanges zijn gevoelig. Dat is de connectie met de buitenwereld. Als één zo’n router wegvalt dan heeft dat een grote impact en moet behoorlijk veel verkeer via andere routes verstuurd worden.”

©PXimport

Ik hoor soms nog horrorverhalen over de outage van 2015

-

Internet-knooppunt

Ruben van den Brink, CTO van AMS-IX, de internet exchange van Amsterdam, probeert alvast zo’n scenario’s te vermijden. Hij legt uit wat een internet exchange doet. “Het internet is een netwerk van netwerken. Het internet wordt gevormd door vele organisaties die hun eigen netwerk beheren, van universiteiten tot ISP’s. De enige manier waarop dat wereldwijd functioneert is door informatie van het ene naar het andere netwerk te routeren. Dat betekent dat die netwerken aan elkaar geknoopt moeten worden, wat gebeurt bij een internet exchange.”

Dat maakt een internet exchange een knooppunt dat gevoelig is voor verstoring. “Het kan op een aantal manieren foutlopen”, vertelt van den Brink. “Eén manier is apparatuur die faalt. Apparaten komen bijvoorbeeld zonder stroom te zitten. Als een datacenter om één of andere reden wegvalt, dan is dat deel van je netwerk onbereikbaar. Daarom doen de meeste professionele datacenters alles eraan om ervoor te zorgen dat zoiets niet gebeurt.”

Opnieuw zijn redundantie en decentralisatie hier kernprincipes. “AMS-IX zit in Nederland verspreid over 16 datacenters”, vertelt van den Brink. “We zitten dus niet op één plek. Die datacenters zijn allemaal met elkaar verbonden, waardoor we verkeer zo efficiënt mogelijk her-routeren. Eén router kan natuurlijk uitvallen. Elk van onze klanten zit echter altijd minstens aan twee routers gekoppeld, zelfs wanneer ze maar verbonden zijn met één glasvezelkabel. Dat doen we via een photonische cross-connect. Dat is een apparaat dat het licht uit de glasvezel kan schakelen tussen twee andere poorten via een spiegel. Als aan één kant van de router niet werkt, dan schakelen we de verbinding gewoon om. Redundantie zit in alles wat we doen.”

©PXimport

Van den Brink stelt opnieuw dat de grootste bron van problemen menselijke fouten zijn. “Ik hoor onder onze netwerk engineers soms nog horrorverhalen over de outage van 2015”, stelt hij. “Een engineer in een datacenter maakte per ongeluk een loop. Als dat gebeurt dan is het protocol niet slim genoeg om te voorkomen dat die pakketjes heel de tijd worden rondgestuurd. Zo trek je de bereikbaarheid naar beneden, en dat gebeurde dus in 2015.”

Tijdens die storing werden een aantal sites zoals Facebook en GeenStijl, moeilijker of helemaal niet bereikbaar in Nederland. Dat probleem was snel verholpen, maar zorgde wel voor een kortstondige verstoring van het internetverkeer dat via de exchange liep. Niettemin gaat het niet altijd over zo’n menselijke fout. In juni van dit jaar gingen bijvoorbeeld duizenden websites zoals Reddit, Amazon en CNN offline. De boosdoener was de dienst Fastly, dat het laden van sites versnelt door een versie op een lokale server op te slaan. Een software-bug zorgde ervoor dat die dienst wegviel, en dus ook alle sites die er gebruik van maakten.

Zero-touch

Toch is het volgens van den Brink verstandig om in te zetten op automatisatie. “De heilige graal van netwerkbeheer wordt vaak zero-touch genoemd. De grootste bron van fouten in het netwerk zijn mensen. Dus het is logisch dat je zo weinig mogelijk menselijke ingrepen wil, en dus zoveel mogelijk automatiseert. Door te zorgen dat je het beheer en administratie aan goedgeteste software overlaat voorkom je inconsequenties.”

Maar zorgt dat niet voor extra kwetsbaarheden? Want een probleem in de software kan grote gevolgen hebben. “Op het moment dat je meer vertrouwt op software, dan moet je ook meer procedures rond die software hanteren”, stelt van den Brink. “Dat betekent dat je code op een goede manier schrijft, laat reviewen en verschillende testfases laat doorlopen.”

Maar wat als een internet exchange dan wel uitvalt? Dat is een moeilijk scenario volgens van den Brink, maar niet apocalyptisch. “De kracht van het internet steunt op de decentralisatie ervan”, stelt hij. “Onlangs verscheen er een studie van de Universiteit Twente. Zij deden een simulatie met de internet-exchanges van Europa, en wat er zou gebeuren als zij zouden uitvallen. Daaruit bleek bijvoorbeeld, dat als de Duitse internet exchange zou wegvallen, netwerken hun pakketjes grotendeels via de Amsterdam Internet Exchange zouden sturen. Er is altijd een back-up route wanneer het fout gaat.”

De grootste bron van fouten in het netwerk zijn mensen

-

DDOS-aanvallen

Het goede nieuws is dus dat het internet niet zomaar zal uitvallen. Op allerlei punten zijn cruciale schakels redundant gemaakt. Die decentrale aard maakt het internet dus erg sterk. Delen ervan kunnen wel problemen ondervinden, maar een algehele shutdown is zeer onwaarschijnlijk.

Niettemin zijn er trends die bezorgdheid opwekken bij experts. Zo is er de consolidatie van de markt die het internet kwetsbaarder maakt voor panne. En dan zijn er nog de bewuste aanvallen van kwaadaardige spelers. “Aanvallen kunnen voor commerciële of zelfs politieke doelen plaatsvinden”, stelt Georgios Smaragdakis, professor cybersecurity aan de TU Delft. “Overheden doen dat steeds meer. In 2007 en 2008 gebeurde er bijvoorbeeld een aanval op Georgië en Estland door Rusland. Het resultaat was dat de internetinfrastructuur van Georgië zwaar in de problemen kwam, terwijl Estland, die meer had ingezet op digitalisering, er beter doorkwam.”

Daartegen beveiligen we onszelf, maar we zullen er altijd kwetsbaar voor blijven. Volgens Smaragdakis is dat omwille van de manier waarop het internet werd ontworpen. “Het zwakste punt van het internet is dat het geen ingebouwde veiligheid heeft”, besluit hij. “Het internet is meer dan vijftig jaar geleden gebouwd om netwerken te verbinden. De ontwerpers veronderstelden toen dat alle partijen elkaar zouden kennen en vertrouwen. Als er dus spelers zijn die slechte bedoelingen hebben dan kunnen we ze niet stoppen. Tegelijk is het vandaag erg moeilijk om zo’n maatregelen te introduceren, want het zou een akkoord verwachten tussen heel wat verschillende, decentrale spelers. Het internet is fragiel. Zo zijn er DDOS-aanvallen. Een aanvaller stuurt zo erg veel verkeer naar een server, zodat het onderuit gaat. Daar is geen ingebouwde verdediging tegen, en gebeurt heel regelmatig. Heel wat bedrijven, gebruikers en overheden ondervinden er de gevolgen van.”

Een algehele internet-shutdown is zeer onwaarschijnlijk. Maar dat betekent niet dat we niet bezorgd moeten zijn. Een dreiging is er altijd, en we moeten waakzaam blijven voor de kritieke infrastructuur die het internet ondertussen werd.

Het zwakste punt van internet is dat het geen ingebouwde veiligheid heeft

-

Vernietigt de zon het internet?

©PXimport

Niet enkel cyberaanvallen of stroomuitval bedreigen het internet, ook de zon kan het globale netwerk misschien onderuit halen. Zo vrezen wetenschappers dat een zonnestorm mogelijk het internet offline zal zetten. “Zonnestormen zijn plasmawolken”, vertelt Tom Van Doorsselaere, hoogleraar aan de KU Leuven met een specialisatie in plasma-astrofysica. “Er zijn vier toestanden van materie: vast, vloeistof, gas en plasma, wat weinig voorkomt op aarde. Plasma is gas dat erg heet wordt en zo geladen, in plaats van neutrale, deeltjes bevat. Zo’n zonnestorm is een plasmawolk die naar de aarde komt, en doordrenkt is van een magneetveld.”

Een zonnestorm raakt regelmatig onze aarde, en komt ons magnetische veld binnen aan de Noord en Zuidpool. Meestal heeft dat weinig gevolgen. Het veroorzaakt vooral het bekende noorderlicht. Maar een heel intense zonnestorm zou wel zware gevolgen kunnen hebben.

“Als je aan een dynamo draait dan genereert dat een magneetveld, wat voor elektrische stroom zorgt”, maakt Van Doorsselaere de vergelijking. “Als die zonnestorm tegen het magnetisch veld van de aarde botst, dan genereert dat ook een elektrisch veld, net zoals bij een dynamo. Als die storm sterk genoeg is, dan wordt het gevaarlijk. Er zijn vandaag namelijk erg veel zaken die dat elektrische veld kunnen dragen, denk maar aan hoogspanningslijnen. Er komt zo extra stroom op die lijnen te liggen, wat al blackouts veroorzaakte.”

Moeilijk te voorspellen

Een heel hevige zonnestorm zou onze elektronica, elektriciteitslijnen en internetkabels kunnen overladen, en dus grootschalige problemen veroorzaken. Zo’n storm zagen we al heel lang niet meer, maar de laatste, uit 1859, zette zelfs telegramkabels in brand. Toen was elektriciteit nog vrij nieuw en weinig verspreid. “Vandaag zou zo’n storm ons terug naar het stenen tijdperk brengen”, stelt Van Doorsselaere.

Daarom onderzoeken wetenschappers zonnestormen, deels om elektronica op aarde beter ertegen bestendig te maken, maar ook om ze te voorspellen. “Dat is de heilige graal”, stelt Van Doorsselaere. “Enkele van mijn collega’s observeren bijvoorbeeld het magneetveld van de zon om te voorspellen wanneer een uitbarsting zal gebeuren. Maar dat is zeer moeilijk. De analogie die zij maken is een hoopje zand, waarop je de hele tijd korrels laat vallen. Het is erg moeilijk om te voorspellen wanneer er een zandverschuiving zal zijn. In de zon weet je ook niet goed wanneer de druk te hoog zal zijn, en er een uitbarsting plaatsvindt”

▼ Volgende artikel
Meer overzicht in de Notities-app: koppen en tekst inklappen in iOS 18
Huis

Meer overzicht in de Notities-app: koppen en tekst inklappen in iOS 18

Met iOS 18 krijg je toegang tot functies die eerder niet mogelijk waren, waardoor je je smartphone nog persoonlijker kunt maken. Ook de Notities-app heeft een update gekregen, zodat je teksten nu veel makkelijker kunt organiseren.

Wanneer je iOS 18 downloadt op je iPhone, dan krijg je ook meteen toegang tot de nieuwe Notities-app. Hiermee heb je nog meer mogelijkheden om je teksten overzichtelijk te organiseren en beheren.

Lees ook: Personaliseer je iPhone: zo pas je in iOS 18 het beginscherm aan

De Notities-app van iOS 18 is onder handen genomen. Daardoor moet het ook gemakkelijker worden om bepaalde informatie terug te vinden. Als je een lange tekst in de app hebt geschreven, dan kan het lastig zijn om een specifieke passage op te zoeken, zelfs wanneer je al koppen en tussenkopjes hebt gebruikt om je tekst te structureren. Maar met iOS 18 is dat makkelijker geworden. Je kunt nu namelijk de kopjes – en daarmee de tekst die daarbij hoort – inklappen en uitvouwen wanneer je wilt.

Zodoende moet je veel sneller door je eigen werk heen kunnen. Wanneer je zo'n kop inklapt, verdwijnt de alinea die daarmee geassocieerd wordt. In beeld verschijnt dan een kleine pijl naast de betreffende kop. Als je daar op tikt, dan komt de alinea tevoorschijn. In dit artikel leggen we uit hoe je de koppen inklapbaar maakt en hoe je ze daarna ook weer kunt uitklappen. Heel moeilijk is het niet, maar je moet wel even weten waar het staat.

Inklapbare koppen voor Notities

Open de Notities-app op je iPhone, zodra je die hebt geüpdatet naar iOS 18. Je kunt nu een notitie selecteren en openen (eventueel vanuit een map), of een nieuwe aanmaken. Dat laatste doe je door rechts onderin op het knopje te drukken dat lijkt op een potlood in een vierkant. Maak de tekst op zoals je dat altijd zou doen en voeg de koppen toe die je wilt gebruiken. Koppen maak je aan door een regel te selecteren en onderin, op de balk met opties, op Aa te klikken. Zie je deze balk niet? Klik dan op het plusicoon.

Aa is de opmaakknop. Daarmee bepaal je wat voor type tekst het is: een titel, koptekst, subkop of hoofdtekst. Selecteer nu Koptekst of Subkop. Links van de (sub)kop zie je nu een pijltje staan, dat naar beneden gericht is. Dat betekent dat deze sectie uitgeklapt is. Als je op het pijltje tikt, kun je de alinea inklappen, zodat deze uit beeld verdwijnt. Klik je er nogmaals op, dan komt de alinea weer tevoorschijn.

Tot slot is het mogelijk de tekst, in welke opmaakvorm dan ook, van kleurtjes te voorzien. Selecteer dan wederom een regel of alinea, tik als dat nodig is op plus, dan op Aa en tik rechts op de kleurknop (bij ons staat die standaard op paars).

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5× goedkope audio voor onder de kerstboom
© JBL
Huis

Waar voor je geld: 5× goedkope audio voor onder de kerstboom

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we binnen een bepaald thema naar zulke deals. Ben je op zoek naar een betaalbare draadloze hoofdtelefoon, bluetooth-speaker, radio of soundbar? Vandaag hebben we vijf interessante audioproducten voor je gespot.

JBL Tune 770NC

Zoek je een goede bluetooth-koptelefoon met noise-cancelling? De zwarte uitvoering van de JBL Tune 770NC is op het moment van schrijven spotgoedkoop! Als je liever een ander kleurtje wilt, kies je als alternatief voor een witte, blauwe of paarse versie. Deze kleurstellingen zijn eveneens betaalbaar. De Tune 770NC heeft zachte kussens die volledig over je oren vallen. Wel zo comfortabel, want hierdoor ervaren je oren geen hinderlijke drukpunten. Gunstig is de ondersteuning voor actieve ruisonderdrukking. Op drukke plekken filtert deze draadloze koptelefoon storende achtergrondgeluiden weg.

De Tune 770NC heeft twee audiodrivers van veertig millimeter met een volledig bereik. Op een volledig opgeladen accu kun je tot ongeveer 44 uur luisteren. Zet je noise-cancelling uit, dan bedraagt de maximale luistertijd zelfs zeventig uur. Heb je een lekker muziekalbum opstaan terwijl iemand je opbelt? Pauzeer dan de audioweergave en voer handsfree een gesprek. Tot slot loont het de moeite om de JBL Headphones-app op een smartphone te installeren. Met behulp van diverse equalizerinstellingen stel je daarmee jouw favoriete geluid in.

Xiaomi Redmi Buds 5

Voor enkele tientjes koop je deze volledig draadloze oordopjes van Xiaomi. Je kiest tussen een zwarte, witte en lichtblauwe uitvoering. Ondanks de lage aanschafprijs ondersteunt de Redmi Buds 5 noise-cancelling. Ideaal voor wie zich in een drukke omgeving even wil concentreren. Volgens de fabrikant filteren de in-ears tot 46 decibel van de geluiden om je heen weg. Het werkt vooral bij laagfrequentie audiogolven, zoals motoren van voertuigen. Je kunt zelf de mate van actieve ruisonderdrukking instellen.

Xiaomi belooft op een enkele acculading een luistertijd van tien uur. Verder kun je de oordopjes met de bijgesloten oplaadcase tot driemaal volledig opladen. Kortom, de Redmi Buds 5 hebben pas na zo'n veertig uur luisteren netstroom nodig. Heb je vaak haast, dan is de snellaadfunctie ideaal. Na vijf minuten opladen kun je weer twee uur luisteren. Via het bedieningspaneeltje aan de buitenzijde stuur je de in-ears makkelijk aan. Sla bijvoorbeeld een liedje over, wijzig het volume of neem een inkomend gesprek aan. Als laatste is het lichte gewicht van slechts 5,3 gram per oordopje een pluspunt. Dit maakt de Redmi Buds 5 geschikt voor lange luistersessies.

Philips TAB5309/10

Met de Philips TAB5309/10 schaf je een betaalbare soundbar én subwoofer aan. Beide apparaten zijn draadloos met elkaar verbonden, waardoor je geen kabels hoeft te trekken. Als je met de afstandsbediening een hoog basniveau selecteert, voel je drukke scènes van films, series en games letterlijk trillen. Uiteraard activeer je net zo makkelijk een 'zachtere' basweergave. De achterzijde telt drie aansluitingen, namelijk HDMI-ARC, s/pdif (optisch) en 3,5mm-audiojack. Je kunt dus elke televisie aansluiten.

Met een lengte van 76,6 centimeter past de TAB5309/10 bij zo'n beetje elke beeldbuis. Plaats de soundbar op een televisiemeubel of hang hem met de meegeleverde wandbevestiging aan de muur. Eenmaal aangesloten wissel je tussen verschillende geluidsinstellingen, namelijk film, muziek en stadion. Bovendien versterk je zo nodig stemmen, zodat je mensen op televisie beter kunt verstaan. Je gebruikt deze soundbar eventueel ook voor het luisteren van muziek. Verbind hiervoor een smartphone via bluetooth en stream je favoriete Spotify-afspeellijsten. Als alternatief kun je ook een usb-stick of externe harde schijf met audiobestanden aansluiten.

Lees ook: Welke bluetooth-speaker past bij mij?

JBL Clip 5

De JBL Clip 5 is een van de goedkoopste bluetooth-speakers die je momenteel kunt kopen. Dit product is in zo'n beetje alle kleuren van de regenboog verkrijgbaar, namelijk zwart, roze, rood, legergroen, wit, paars en blauw. Gunstig is de IP67-gecertificeerde behuizing, want stof, zand en water kunnen niet binnendringen. Hang de Clip 5 via de geïntegreerde karabijnhaak dus gerust in de douchecabine of neem de compacte luidspreker mee naar het strand. Dankzij het lichte gewicht van 285 gram neem je het apparaatje overal mee naartoe. Via de JBL Portable-app op een smartphone pas je desgewenst diverse geluidsopties aan.

De ingebouwde accu kun je via de bijgesloten usb-c-kabel opladen. Luister vervolgens twaalf uur onafgebroken naar muziek, podcasts en/of radio. Is de accu toch onverhoopt leeg? Druk dan op de zogeheten Play Boost-knop voor nog eens drie uur luisterplezier. Verder heeft de voorzijde knopjes om het volume te reguleren en de audioweergave te pauzeren. Ten slotte is het mogelijk om twee Clip 5-speakers draadloos te koppelen. Zo luister je naar een voller geluid. Je leest hier enkele reviews van andere gebruikers.

Philips TAR5005/10

Wil je een goedkope FM-/DAB+-radio met wekkerfunctie kopen? Momenteel bieden enkele webshops dit fraaie exemplaar van Philips voor minder dan vijftig euro aan. Via de lange telescopische antenne aan de achterzijde vergroot je de kans op een goede radio-ontvangst. Kies wel een locatie dicht bij het stopcontact, want de TAR5005/10 heeft geen accu. In de houten klankkast is een audiodriver van ruim zes centimeter verantwoordelijk voor het geluid.

Bovenop de behuizing tref je een behoorlijk uitgebreid bedieningspaneel. Hiermee sla je tot twintig voorkeurzenders in het geheugen op. Je kunt daarnaast het volume wijzigen en een wekker instellen. Configureer zo nodig twee alarmen op verschillende tijdstippen. Verder kan de TAR5005/10 zichzelf na een bepaalde periode automatisch uitschakelen, bijvoorbeeld na 15, 60 of 120 minuten. De voorkant heeft een display waarop je de tijd, het radiostation en zenderinformatie kunt aflezen. Deze (design)radio meet slechts 15,5 × 9,5 × 10,9 centimeter, zodat je vast wel een mooi plekje kunt vinden.