ID.nl logo
Supersonisch vliegen met de Boom XB-1 en Ouverture
© Reshift Digital
Huis

Supersonisch vliegen met de Boom XB-1 en Ouverture

In 2003 werd de Concorde uit de vaart genomen, eigenlijk zonder dat er een vervanger klaar stond. De allerrijksten zagen vervolgens van achter hun champagneglas de uren in de lucht tergend traag wegtikken. Maar als het aan Boom ligt, is dit leed rond 2027 voorbij. Recent rolde dit bedrijf het testmodel uit van een nieuw supersonisch verkeersvliegtuig, de Boom XB-1.

De jaren 60 werden overschaduwd door een dreigende atoomoorlog, maar verheugden zich ook in een groot techno-optimisme. Immers: dezelfde technologieën die massavernietiging mogelijk maakten, brachten ook spectaculaire civiele toepassingen voort. Een daarvan was de straalmotor. Oorspronkelijk diende deze als krachtbron voor jachtvliegtuigen, maar rond 1950 verschenen de eerste grote bommenwerpers met straalmotoren in de lucht.

De beroemdste ervan was de Boeing B-47 Stratojet: een zesmotorige kolos die bedoeld was om atoombommen af te werpen boven de Sovjet-Unie. Er werden meer dan 2.000 van deze doomsday-toestellen gebouwd, waarmee Boeing een niet meer in te halen voorsprong opliep in de constructie van grote straalvliegtuigen. Deze voorsprong zou in 1957 uitmonden in het eerste succesvolle verkeersvliegtuig met straalmotoren: de Boeing 707.

De viermotorige 707 had een maximale kruissnelheid van 1.000 kilometer per uur. Dat stak spectaculair af tegen de circa 500 kilometer per uur van het modale verkeersvliegtuig uit die tijd. Vliegen in zo’n supersnelle 707 gold als een dermate groot voorrecht dat al snel de term ‘jet set’ gemunt werd, naar de kleine groep gelukkigen die zich een ticket kon veroorloven.

Twee maal sneller dan geluid

Ondertussen had de Amerikaanse luchtmacht een volgende stap gezet met de Convair B-58 Hustler, een futuristisch ogende bommenwerper met een maximumsnelheid van 2.122 kilometer per uur, oftewel twee keer de snelheid van het geluid. Dat de burgerluchtvaart opnieuw zou volgen, leek een uitgemaakte zaak.

In 1961 maakte de Britse HP.115 zijn eerste vlucht, een onderzoeksvliegtuig dat moest uitzoeken hoe een supersonische topsnelheid verenigd kon worden met een lage – dus veilige – landingssnelheid. Dat de Britten zo gretig op de wagen sprongen, had alles te maken met de mislukking van hun eigen straalverkeersvliegtuig, de Havilland Comet. Na een paar fatale ongelukken wegens constructiefouten, was dit toestel weggevaagd door de Amerikaanse concurrentie.

©PXimport

Door als eerste een supersonisch passagiersvliegtuig op de markt te brengen, hoopten de Britten een revanche te forceren. Ook aan de andere kant van het Kanaal heerste frustratie over de Amerikaanse dominantie. Het resultaat was een Frans-Britse samenwerking die zou uitmonden in de supersonische Concorde. Deze onderging zijn luchtdoop in 1969. Twee jaar later zou de Amerikaanse senaat de subsidie stopzetten voor de beoogde Amerikaanse concurrent, de supersonische Boeing 2707.

In de eerste helft van de jaren 70 had het supersonische vliegtuig veel van zijn glans verloren. Het besef was doorgedrongen dat zulke toestellen duur zijn om te bouwen en te onderhouden, dat ze enorm gulzig zijn en daarbij ontzettend luidruchtig.

De nekslag

Vanwege de keiharde dubbele knal die op de grond hoorbaar is wanneer een supersonisch vliegtuig op kruishoogte overkomt, verboden de VS supersonische passagiersvluchten boven land. Dat was de nekslag voor alle pogingen de Concorde te slijten aan Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen, die immers veel geld verdienen aan vluchten tussen de oost- en westkust.

De toekomst bleek dus niet voorbestemd voor ranke supersonische designervliegtuigen, maar voor een nieuwe generatie werkpaarden die zowel ruimer als zuiniger waren en, jawel, trager dan de eerste 707. Deze vliegtuigen zouden ervoor zorgen dat ook de gewone man aan boord kon stappen. De Concorde werd het statussymbool van de rijken en de boven ons gestelden. Zo gebruikte – toen nog – prins Willem-Alexander het toestel regelmatig om zijn vriendin Máxima te bezoeken in New York.

Air France en British Airways bleven de enige twee maatschappijen met Concordes in hun vloot. In 2003 zouden ze hun resterende toestellen naar de musea sturen.

Lessen geleerd

De Concorde wordt veelal omschreven als een mislukking, omdat er maar twintig van gebouwd werden en de ontwikkelingskosten nooit werden terugverdiend. Maar ondertussen heeft het toestel wél aangetoond dat het mogelijk en veilig is om supersonisch te reizen, met nota bene technologie uit de jaren 60. Wat als we hetzelfde zouden proberen met de techniek van nu, met de nieuwe materialen, de veel betere ontwikkelgereedschappen en de moderne software die we tegenwoordig ter beschikking hebben?

Dat is de missie van Boom, een luchtvaartbedrijf dat in 2014 werd opgericht in Denver, Colorado. Boom heeft goed naar de geschiedenis gekeken. In de jaren 60 leefde het idee dat alle passagiersvluchten supersonisch zouden worden. Dat betekende dat een supersonisch vliegtuig minimaal zoveel mensen zou moeten kunnen vervoeren als een Boeing 707, en liever nog meer.

©PXimport

De supersonische Boeing 2707 mikte op circa 275 passagiers. Zo’n grote capaciteit botste echter zodanig met de andere ontwerpcriteria dat dat toestel nooit gebouwd werd. De Fransen en Britten waren realistischer, met als resultaat dat hun toestel met maximaal 120 zitplaatsen uiteindelijk vrij klein bleef. De les die Boom hieruit trekt: houd het bescheiden.

Het eerste passagierstoestel dat het bedrijf wil bouwen, de Ouverture, biedt plaats aan maximaal 55 passagiers. Die hebben dan wel allemaal een groot raam en niemand naast zich. Ook heeft iedereen een persoonlijke bagageruimte onder de stoel. Daardoor oogt de cabine een stuk minder claustrofobisch dan die van de Concorde met zijn piepkleine raampjes, vier stoelen op een rij en de bagagebakken aan het lage plafond.

Vanaf 2025

In aerodynamisch opzicht verschilt het toestel niet erg veel van de Concorde. Dat betekent dat de Ouverture nog steeds een supersonische knal produceert. Boom prijst het toestel dan ook vooral aan voor lange vluchten over de oceanen, zoals van New York naar Londen (3,5 uur in plaats van 6,5 uur) en San Francisco naar Tokio (6 uur in plaats van ruim 10 uur).

Wel is de Ouverture anders geconstrueerd dan zijn illustere voorganger. De ingenieurs hebben gekozen voor hittebestendige koolstofcomposieten in plaats van aluminium, want dat maakt het toestel niet alleen sterker en lichter, maar ook goedkoper in onderhoud.

Om deze en andere ontwerpkeuzes in de lucht uit te proberen, rolde Boom afgelopen oktober de XB-1 uit. Dit is een supersonisch testmodel met drie General Electric J85-motoren en ruimte voor twee testpiloten. Deze ‘Baby Boom’ moet aantonen dat de Ouverture een realistisch idee is. De testvluchten gaan in 2021 van start. Zonder grote tegenslagen moet de Ouverture tussen 2025 en 2027 passagiers gaan vervoeren, aldus Boom. Willem-Alexander, die zo nu en dan in Argentinië moet zijn (nu minimaal 13,5 uur vliegen), kijkt er vast reikhalzend naar uit.

Tekst: Ed Croonenberg

▼ Volgende artikel
Review Teufel Boomster 4 – Krachtpatser die overal mee naartoe kan
© Wesley Akkerman
Huis

Review Teufel Boomster 4 – Krachtpatser die overal mee naartoe kan

De Teufel Boomster 4 is een draadloze, semigrote bluetoothspeaker die je thuis, onderweg of buiten kunt gebruiken. Het apparaat is groot genoeg om een kamer met muziek te vullen en compact genoeg om als een ouderwetse gettoblaster op je schouder mee te nemen.

Uitstekend
Conclusie

Hoewel de Teufel Boomster 4 niet voor iedereen de meest interessante optie is, is dit wel de beste Boomster die het Duitse bedrijf tot op heden heeft uitgebracht. We kunnen ons zelfs voorstellen dat de Boomster 4 boeiend is voor mensen die nog met een 3 rondlopen. De batterij van zijn voorganger zou inmiddels zo slecht kunnen zijn dat hij het nog geen picknick volhoudt, en dan heb je met de 4 een waardige opvolger.

Plus- en minpunten
  • Robuust ontwerp
  • Handzaam
  • Brede geluidsweergave
  • Spatwaterdicht
  • Lange accuduur
  • Best prijzig
  • Bas kan nog wat hulp gebruiken
  • Oplader niet meegeleverd

Met een adviesprijs van 349 euro is de Teufel Boomster 4 niet goedkoop (maar wel goedkoper dan zijn voorganger bij de introductie was). Het apparaat neemt het robuuste ontwerp van de Boomster 3 over en oogt zowel stoer als modern met zijn metalen grille en industriële aluminium handvat. Verder is het goed om te weten dat de behuizing spatwaterdicht is en een regenbui overleeft. Je kunt de Boomster 4 bestellen in de kleuren zwart, grijs of mintgroen.

De vertrouwde basis

De bediening is daarnaast hetzelfde gebleven. Dat betekent dat je toegang hebt tot fysieke knoppen onder een zacht rubber paneel met duidelijke feedback. Via de knoppen regel je volume, bas, afspelen en bronselectie. Net als bij het vorige model levert Teufel ook nu een infrarood afstandsbediening bij de speaker. Hiermee pas je alles op afstand aan. Dat is vooral handig voor gebruik in huis, zodat je niet steeds naar het apparaat hoeft te lopen.

©Wesley Akkerman

De Teufel Boomster 4 is bovendien meer dan een bluetoothspeaker alleen: er zit namelijk ook een radio-ontvanger in (net als bij de vorige modellen), voor zowel FM als DAB+. Dankzij multipoint bluetooth kun je bovendien twee smartphones tegelijkertijd koppelen en afwisselend de muziek regelen. Tot nu toe oogt en voelt de Teufel-speaker dus nog heel erg hetzelfde aan als je hem naast zijn voorganger zet. Wat is er dan precies nieuw aan dit model?

Vernieuwing in details

Het gaat vooral om kleinere, maar niet onbelangrijke eigenschappen. Zo kun je de Teufel Boomster 4 opladen met een usb-c-kabel. Een oplader krijg je er niet bij, maar met een beetje geluk heb je die thuis al liggen. Opladen kan voortaan met 45 watt, waardoor bijtanken lekker snel gaat. En hoewel de batterijcapaciteit er niet op vooruit is gegaan, gaat de accu toch langer mee: van 18 naar maar liefst 23 uur.

©Wesley Akkerman

Helaas is de bluetooth-versie hetzelfde gebleven als bij zijn voorganger. Voor de audio, waarover verderop meer, is dat niet zo'n probleem. Maar voor moderne bluetooth-eigenschappen, zoals Auracast, hoef je dus niet aan te kloppen bij de Teufel Boomster 4. Wel is het mogelijk om een tweede Boomster 4 te koppelen voor een betere stereoweergave. Dat kan geheel draadloos, waardoor je geen gedoe hebt met kabels. Soms zijn het de kleine dingen die het hem doen.

Teufel Boomster 4 in de praktijk

Naast bluetooth- en radiofunctionaliteit kun je ook muziek afspelen via de aux-ingang. Die poort zit, samen met de usb-c-aansluiting, achter een rubber flapje achterop, onder de uitschuifbare antenne. Voor het geluid zorgen vijf drivers (twee tweeters, twee midrange en een woofer) en twee passieve radiatoren voor een diepere bas. Dit alles wordt aangestuurd met 42 watt vermogen. Ook heb je de beschikking over de kenmerkende Teufel-technologie Dynamore.

©Wesley Akkerman

Akoestisch klinkt de Boomster 4 standaard helder, maar de bas heeft regelmatig een zetje nodig. Je kunt die eenvoudig met 6 dB verhogen (of verlagen), waardoor die dieper en voller klinkt zonder te overheersen. Stemmen en het middenbereik zijn aangenaam aanwezig en klinken natuurlijk. De hoge tonen zijn gedetailleerd, maar klinken soms wel wat kil. Misschien moet je binnen je eigen muziek-app met de equalizer spelen, maar in de basis komt hier mooi geluid uit.

Het ligt trouwens ook maar net aan de omgeving waarin je luistert. En daarmee is de grootste kracht van de Teufel Boomster 4 ook z'n achilleshiel: juist omdat je hem overal mee naartoe kunt nemen en hij op allerlei plekken goed moet kunnen klinken, blinkt het apparaat op geen enkele plek écht uit.

Het goede nieuws is dat hogere volumestanden het karakter van de muziek niet aantasten en dat de Boomster 4 overweg kan met veel verschillende (mainstream) genres, met genoeg ruimte voor detail en emotie.

©Wesley Akkerman

Teufel Boomster 4 kopen?

Hoewel de Teufel Boomster 4 niet voor iedereen de meest interessante optie is, is dit wel de beste Boomster die het Duitse bedrijf tot op heden heeft uitgebracht. We kunnen ons zelfs voorstellen dat de Boomster 4 boeiend is voor mensen die nog met een 3 rondlopen. De batterij van zijn voorganger zou inmiddels zo slecht kunnen zijn dat hij het nog geen picknick volhoudt, en dan heb je met de 4 een waardige opvolger.

▼ Volgende artikel
Philips presenteert betaalbare QD-OLED-monitor Evnia 27M2N6501L
© Philips
Huis

Philips presenteert betaalbare QD-OLED-monitor Evnia 27M2N6501L

Philips lanceert de Evnia 27M2N6501L, een 27-inch QD-OLED-monitor die hoogwaardige beeldkwaliteit combineert met een relatief scherpe prijs. Het model richt zich vooral op gamers en gebruikers die veel waarde hechten aan contrast, vloeiende actie en brede inzetbaarheid.

De monitor maakt gebruik van QD-OLED-technologie, die bekendstaat om diepe zwarttinten en hoge kleurprecisie. De QHD-resolutie levert een scherp beeld, terwijl HDR-ondersteuning en 10-bit kleurdiepte het scherm geschikt maken voor films, games en grafische software. Opvallend is dat Philips deze eigenschappen aanbiedt in een prijsklasse waar QD-OLED tot nu toe nauwelijks te vinden was.

Voor gamers biedt de 27M2N6501L een verversingssnelheid van 240 Hz, wat zorgt voor vloeiende animaties en minder haperingen bij snelle actie. De monitor is G-Sync compatible en heeft extra hulpmiddelen zoals Crosshair- en Sniper-functies en ShadowBoost, die details in donkere scènes beter zichtbaar maken. Ambiglow krijgt een AI-upgrade en past de lichtgloed achter het scherm automatisch aan op de content.

©PHILIPS | Copyright (c) 2021 Stock Unit/Shutterstock.

HDMI 2.1 maakt het mogelijk om consoles en pc's direct op maximale resolutie en snelheid te gebruiken. MultiView toont twee apparaten tegelijk, nuttig voor wie wil multitasken. Verder zijn er opties zoals LowBlue Mode en Flicker-Free, die vriendelijker zijn voor je ogen. Ook heeft deze monitor een volledig verstelbare standaard.

De Philips Evnia 27M2N6501L is direct verkrijgbaar voor een adviesprijs van 419 euro. Philips geeft drie jaar garantie op zijn OLED- en QD-OLED-schermen, inclusief burn-in-dekking.

©Philips