ID.nl logo
Het geluid van een warmtepomp
© Getty Images/iStockphoto
Energie

Het geluid van een warmtepomp

De afgelopen jaren is het aantal warmtepompen in Nederland sterk toegenomen en dat zullen er alleen nog maar meer worden. De buiten-units zijn echter niet geruisloos. De overheid heeft in een bouwbesluit normen vastgelegd die voorkomen dat men de warmtepomp zo opstelt dat niet de bewoners, maar de buren met de geluidslast opgezadeld zitten. Je slaapt ook zelf graag met het raam open, toch? Veroorzaakt een warmtepomp zoveel herrie? En wat kun je doen aan het geluid?

In het buitendeel van de warmtepomp zit een ventilator. Die is nodig om voldoende buitenlucht door de warmtewisselaar te leiden. Het tweede bewegende onderdeel dat geluid produceert, is de compressor. Afhankelijk van het type warmtepomp zit die buiten of binnen. Als de compressor binnen zit, dan is er bij het ontwerp rekening gehouden met het geluid en dan is hij fluisterstil. Maar ook het model van de ventilator, de vorm van de ventilatorbladen, de rotatiesnelheid, de luchtstroom en de drukstroom van het systeem beïnvloeden het geluidsniveau.

Aantal decibellen

Niet elke warmtepomp maakt evenveel geluid. Wanneer een warmtepomp iets meer vermogen heeft dan strikt noodzakelijk (om in vaktermen te spreken: wanneer hij dus  overgedimensioneerd is), hoeven de compressor en de ventilator minder toeren te maken en dat betekent minder geluid. De buiten-unit van een lucht-waterwarmtepomp produceert gemiddeld 35 tot 40 decibel. Ter vergelijking: de vaatwasser in de keuken haalt ongeveer 50 dB, regen en een koelkast produceren ook 50 dB. De binnen-unit heeft over het algemeen een geluidsniveau tussen 18 en 30 decibel.

De perfecte opstelling: voldoende afstand van de woning en van de buren. | Foto: Viessmann

Regelgeving

Vanaf april 2021 zijn in de bouwnorm de regels aangescherpt voor de maximale geluidsproductie van warmtepompen. Het gaat om de geluidswaarden die gemeten worden op de perceelsgrens en bij ramen en duren van aangrenzende appartementen. De maximale geluidsdruk die je de buren mag aandoen bedraagt 40 dB. Veel warmtepompen hebben in hun regeling de zogenaamde stille modus. Dit betekent dat het toestel overdag op vol vermogen draait en ’s nachts op een lager vermogen dat overeenstemt met de geluidsgrens. Wanneer het systeem met zo’n stille modus werkt, dan mag de geluidsdruk tussen 07.00 en 19.00 uur maximaal 45 dB bedragen en ’s nachts maximaal 40 dB.

Weten welke warmtepomp bij jou past?

Doe de check op Kieskeurig.nl en je weet het binnen 5 minuten!

Een ventilator met variabele snelheid helpt het geluid te beperken. | Foto: Climaways

Geluidsdruk versus geluidsvermogen

De nieuwe geluidseisen hebben betrekking op de geluidsdruk bij het maximaal vermogen. Dat is niet hetzelfde als het geluidsvermogen dat je op het energielabel leest. In Europa hebben warmtepompen een CE-label, dat onder meer het geluidsvermogen van de warmtepomp vermeldt. Als het gaat om een systeem met een binnen- en een buiten-unit dan zie je twee pictogrammen waarbij een aantal decibels staat die beide units produceren. Maar: fabrikanten geven op dit label niet het geluid bij vol vermogen weer. Wat zij weergeven is het nominaal vermogen: de waarde van een variabele in een bepaalde periode. Het zou beter zijn dat dit label het maximaal mogelijk vermogen zou vermelden.

Bovendien heeft de bouwnorm het over geluidsdruk en niet over geluidsvermogen. Het geluidsvermogen geeft de sterkte van het geluid weer onafhankelijk van de afstand tot een meetpunt en zonder rekening te houden met omgevingsfactoren. De geluidsdruk is de sterkte van het geluid gemeten vanop een meetpunt, bijvoorbeeld de erfgrens. Die druk is afhankelijk van omgevingsfactoren zoals struiken, een heg, een muur, enzovoorts. In feite is de geluidsdruk dus het geluid dat je buren daadwerkelijk vanuit hun standpunt horen.

Tips • Wanneer je een warmtepomp kiest met een te klein vermogen, moet het systeem te hard werken. Kies dus een warmtepomp met een vermogen dat de vraag volledig dekt. • Een tuin met planten, struiken en bomen absorbeert het geluid. Bovendien is een buiten-unit niet meteen het pronkstuk van je tuin. De struiken helpen de eenheid te verbergen en zorgen dat hij in de schaduw kan staan. • Zorg dat de buiten-unit dempers heeft. De installateur beschikt over software waarmee hij de ideale locatie van de buiten-unit kan bepalen. • Controleer het ventilatierooster. Een los ventilatierooster veroorzaakt trillingen. Kijk meteen na of alle schroeven goed vast zitten. Elk los onderdeel kan overmatig geluid veroorzaken. • Warmtepompen van A-merken maken doorgaans minder lawaai dan de goedkopere Chinese varianten. • Gebruik de nachtinstelling. Dan draait de warmtepomp ’s nachts op een lager vermogen en veroorzaakt hij minder geluidsoverlast. • Om te voorkomen dat de warmtepomp de ondergrond doet trillen, laat je trillingsdempers plaatsen. • Het toestel moet een geïsoleerde compressor bevatten. Dat laatste wordt in het jargon een ingekapselde compressor genoemd. In de specificaties van je warmtepomp kun je hier meer over lezen.

Dit is een slechte opstelling omdat het metalen rek en de golfplaat alle trillingen versterken.

Meer geluid in de winter

Wanneer je een warmtepomp laat installeren, vraag je de monteur wat volgens hem de beste locatie is voor de buiten-unit. Vanuit zijn ervaring zal hij die uit de buurt van ramen en aangrenzende gebouwen plaatsen en op een stevige ondergrond monteren. Wanneer het buiten erg koud is, zorgt de warmtepomp er zelf voor dat de ventilator en de compressor niet vastvriezen. Dat gebeurt door middel van een ontdooicyclus. Hierdoor moet hij harder werken dan normaal en dit zorg dat het systeem in de winter meer geluid maakt.

Verdachte geluiden

Hoor je plots rare geluiden, dan is het tijd om een expert te bellen. In de meeste gevallen betekent dat er een probleem is met de compressor. Een defecte motor kan zoemen of trillen. Ook een defecte klep of een solenoïde (een elektrisch component: een soort spoel waaronder koperdraad dicht tegen elkaar is gewikkeld) laat een suizend of trillend geluid horen. Krakende geluiden in het leidingwerk wijzen op een gebrek aan trillingsdemping. Klinkt de binnen-unit gek, dan is de complete binnen-unit waarschijnlijk aan vervanging toe.

Afstand tot de buren

Het is dus van groot belang om de buiten-unit zo gunstig mogelijk op te stellen. Plaats hem dus niet te dicht tegen de erfgrens, want geluid neemt af naar gelang de afstand groter wordt. De Nederlandse Stichting Geluidshinder heeft in het verleden metingen gedaan met lucht-waterwarmtepompen tot 6 kW en van 6 tot 12 kW. In hun tabel lees je hoe het aantal decibels afneemt naarmate de afstand tot de warmtepomp groter wordt.

Geluidsverspreiding van een vrijstaande warmtepomp van 5 kW.

Suskast

Om het geluid te dempen, kun je een extra omkasting overwegen. Sommige warmtepompfabrikanten leveren zelf een omkasting en daarnaast zijn bedrijven zoals Merford en Reducd gespecialiseerd in deze omkastingen. De laatste komt zelfs met een stikstofneutraal geproduceerd model op basis van kurk en wolvilt. De prijzen van een omkasting beginnen bij 1.200 euro en lopen op tot 3.000 euro. Het is de bedoeling dat ze het geluid tussen 9 en 15 dB reduceren. Door zo’n kast wordt het geluid van de warmtepomp akoestisch geïsoleerd zodat er geen verder aanpassingen nodig zijn. Zo’n omkasting is geen dichte doos. Hij bestaat uit geluidsabsorberend materiaal en bevat lamellen aan de voor- en achterkant. Bovendien is zo’n suskast (zoals er in vaktermen aan gerefereerd wordt) beschermd tegen uv-licht en weersinvloeden.

De suskast van Merford is beschikbaar in alle RAL-kleuren.

Reducd komt later in 2022 met nieuwe CO2-vrij geproduceerde omkasting. | Foto: Reducd

Weten welke warmtepomp geschikt is voor jouw huis?

Vul de Warmtepompvergelijker in op Kieskeurig.nl en je weet het meteen
▼ Volgende artikel
Last van hoge energiekosten in de winter? Zo laat je je was en vaat zuiniger draaien
© ID.nl
Huis

Last van hoge energiekosten in de winter? Zo laat je je was en vaat zuiniger draaien

In de winter loopt de energierekening al snel op. De droger gaat vaker aan omdat de was buiten niet droogt, en omdat we vaker thuis koken en eten gaat ook de vaatwasser vaker aan. Ook de wasmachine draait op volle toeren, want nat weer en dikke kleding leveren extra was op. Hét moment dus om even stil te staan bij het energieverbruik van deze drie apparaten. Met wat kleine aanpassingen zorg je voor een zichtbaar (gunstig!) verschil op je stroomrekening.

In het kort

In dit artikel lees je hoe je met eenvoudige ingrepen energie bespaart bij het wassen, drogen en afwassen. We kijken naar slimme instellingen, zuinige programma's en klein onderhoud waarmee je het energieverbruik omlaag brengt.

Lees ook: 5 stille wasmachines met zuinig label

Slim plannen loont

Wie een slimme meter of dynamisch energietarief heeft, kan precies zien wanneer stroom het goedkoopst is. Door het programma van je wasmachine, droger of vaatwasser daarop af te stemmen, draai je letterlijk op de voordeligste momenten. Veel moderne apparaten hebben een startuitstelknop, waarmee je eenvoudig plant dat een was 's nachts of vroeg in de ochtend klaar is.

Heb je geen dynamisch contract, dan is het slim om eerst te kijken of jouw leverancier een piek- en daltarief hanteert. Bij een dubbeltariefmeter geldt het lagere tarief meestal alleen tussen ongeveer 23.00 en 07.00 uur, niet standaard in het weekend. Even checken bij je energieleverancier voorkomt verrassingen.

Gebruik van nachtstroom

Heb je een dubbeltariefmeter, dan betaal je tijdens de daluren vaak minder. Handig om te weten, maar houd rekening met geluid als je apparaten laat draaien terwijl je slaapt. Sluit de deur van het washok of gebruik het stille programma als dat aanwezig is.

Wassen op lagere temperatuur

De grootste energiebesparing zit in de temperatuur van het waswater. Een was van 30 graden is meestal voldoende schoon, zeker met de huidige wasmiddelen die ook bij lage temperatuur goed werken. Alleen bij sterk vervuilde was of handdoeken kan een hogere stand nodig zijn. Een wasbeurt op 60 graden of af en toe een machinereiniger houdt de trommel fris en voorkomt vetluis - een kookwas op 90 graden is bij moderne machines niet meer nodig.

Een andere eenvoudige stap is de wasmachine pas te laten draaien als hij goed vol is. Een halve was verbruikt bijna evenveel energie als een volle: zonde. Ook de juiste dosering helpt: te veel wasmiddel kan op den duur zeepresten achterlaten, waardoor de machine harder moet werken.

Droger of droogrek?

De droger is een onmisbare hulp in de winter, maar verbruikt veel stroom. Centrifugeer je was daarom eerst op de hoogste stand, zodat er minder vocht overblijft. Hoe droger het de trommel ingaat, hoe korter het droogprogramma duurt. Warmtepompdrogers verbruiken het minst stroom, al bespaar je nog meer door de was af en toe op te hangen. In een goed geventileerde kamer, bijvoorbeeld bij de verwarming, droogt het prima zonder dat je ernaar hoeft om te kijken.

Zuiniger én veiliger

Reinig na elke droogbeurt het pluizenfilter en controleer het rooster aan de achterkant. Ophoping van stof belemmert de luchtstroom, waardoor het apparaat langer draait en warmer wordt. Dat verhoogt niet alleen het energieverbruik, maar ook het risico op oververhitting.

Liever niet de wasdroger gebruiken?

Ga voor een droogrek!

De vaatwasser slim inzetten

Een vaatwasser verbruikt vooral energie om water te verwarmen. Kies daarom het eco-programma: dat duurt wat langer, maar gebruikt minder stroom en water doordat het water op lagere temperatuur wordt verwarmd. Grote etensresten kun je beter even wegschrapen, maar spoel servies niet voor onder de kraan - dat is onnodig en verspilt warm water. Licht aangekoekte pannen en schalen vormen voor moderne vaatwassers echt geen probleem.

Wie zonnepanelen heeft, kan de vaatwasser het beste overdag laten draaien, zodat de stroom direct uit eigen opwekking komt. Ook hier geldt dat een startuitstelknop handig is: je plant eenvoudig in dat het programma start zodra de zon op het dak staat.

Onderhoud maakt echt verschil

Goed onderhoud klinkt saai, maar heeft een direct effect op het energieverbruik. Een verstopt filter, kalk in de sproeiarmen of pluis in de droger laten apparaten harder werken dan nodig. Zet ze af en toe op een onderhoudsprogramma of gebruik een speciale reiniger. Dat voorkomt niet alleen geurtjes, maar zorgt ook dat de machine weer zo goed (lees: zo zuinig) mogelijk zijn werk kan doen.

Kleine aanpassingen, harde euro's

Energie besparen is vooral een optelsom van gewoontes. Door slimmer te plannen, de juiste temperatuur te kiezen en je apparaten schoon te houden, daalt het verbruik ongemerkt. En misschien nog belangrijker: je verlengt de levensduur van apparaten die het dagelijks zwaar te verduren hebben. Daarmee bespaar je ook op de langere termijn.

▼ Volgende artikel
Google Presentaties: presenteren kun je leren
© ID.nl
Huis

Google Presentaties: presenteren kun je leren

PowerPoint is voor velen nog steeds het standaardprogramma voor het maken van professionele presentaties. Maar wie geen geld wil uitgeven én makkelijker wil samenwerken, kan ook prima uit de voeten met Google Presentaties. Deze gratis webapp draait in de browser. Licenties, versieconflicten en het rondsturen van bijlagen behoren daarmee tot het verleden. We leggen uit hoe je eenvoudig overstapt.

Om je eerste slide te maken, heb je alleen een Google-account nodig. Log in op Drive (https://drive.google.com) en kies rechtsboven Nieuw, gevolgd door Google Presentaties (https://slides.google.com). Er opent automatisch een leeg bestand in een nieuw tabblad. Dat wordt opgeslagen in de cloud terwijl je typt. Links staat de dia-navigator, centraal het canvas, rechts het eigenschappenvenster.

Klik bovenin op Naamloze presentatie om de bestandsnaam te veranderen; dat is ook de naam van de link die je later deelt. Via Bestand / Pagina-instelling pas je het formaat aan, bijvoorbeeld breedbeeld 16:9 of klassiek 4:3. Vergeet niet via Bestand / Taal Nederlands te kiezen (als dat niet al goed staat), zodat autocorrectie goed werkt. Handig is ook de toetscombinatie Ctrl+M (zowel Windows als Mac) om nieuwe dia’s in te voegen. Net als in PowerPoint kun je thema’s toepassen: druk op Thema in de werkbalk en blader door de sjablonen. Kies maar een geschikte uit.

We zijn klaar om van start te gaan.

Soorten dia’s 

Als je eenmaal meerdere dia’s hebt, klik je met rechts op een miniatuur in de linkerbalk. Daar kies je voor Lay-out toepassen om snel tussen titel-dia, kop-inhoud of twee kolommen te wisselen. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een nieuwe dia met alleen een kop, ideaal voor overgangsslides, of juist een wat meer uitgebreide slide.

Door een dia naar boven of beneden te slepen verander je de volgorde. Met Shift selecteer je meerdere slides tegelijk. Wil je een dia dupliceren? Gebruik dan de toetscombinatie Ctrl+D, of Cmd+D op de Mac, en pas alleen de details aan.

Het maken van een nieuwe dia en het schuiven met de volgorde werkt net zoals in PowerPoint.

Live samenwerken

De echte kracht van Google Presentaties ligt in het gelijktijdig samenwerken zonder gedoe met versienummers. Klik rechtsboven op Delen, voer e-mailadressen in of genereer een link met Iedereen met de link / Bewerker. Via Bekijken / Live aanwijzers / Mijn cursor tonen zien collega’s je cursor live bewegen; hun cursors krijgen elk een eigen kleur. Met het camerapictogram bovenaan kun je een call opzetten met iedereen die aan de presentatie aan het werk is. Reageren gebeurt via Opmerking toevoegen, waarna deelnemers met @naam anderen kunnen taggen en taken kunnen toewijzen.

Wanneer iemand een dia verwijdert, vind je die later terug onder Bestand / Versiegeschiedenis / Versiegeschiedenis bekijken. Daar herstel je elke vorige versie met een klik op Deze versie herstellen in het menu met de drie puntjes. Geef belangrijke mijlpalen een naam, zodat je later sneller kunt terugkeren. Voor offline overleg exporteer je naar PowerPoint via Bestand / Downloaden / Microsoft PowerPoint (.pptx); alle animaties blijven behouden. De omgekeerde route werkt ook: sleep een pptx-bestand naar Drive, open het, en het wordt automatisch geconverteerd zonder lay-outfouten.

Live samenwerken is een van de belangrijke pluspunten van Google Presentaties.

Verschillen met PowerPoint 

De grootste vraag bij overstappen is natuurlijk: wat mis ik als ik naar Google Presentaties verhuis? Verrassend weinig, maar er zijn verschillen die je workflow beïnvloeden. PowerPoint staat bekend om zijn uitgebreide animatietijdlijn en de mogelijkheid om meerdere bewegingstrajecten op één object te stapelen. Google Presentaties biedt basale vervaag-, verschuif- en inzoomtransities, maar je kunt nog geen complexe padanimaties tekenen. Ook ontbreken geavanceerde dia-overgangen zoals Morph.

Verder ondersteunt PowerPoint het insluiten van lettertypes in een pptx-bestand, waardoor je presentatie overal identiek blijft. Google Presentaties gebruikt daarentegen webfonts; bij offline export kan daardoor het uiterlijk iets verschuiven. Macro’s in VBA vind je niet terug, maar Apps Script (https://script.google.com) vult veel automatisering toch in.

Daar staat tegenover dat collaboratief werken, automatische versiegeschiedenis en publieksparticipatie standaard zijn en in PowerPoint pas met plug-ins beschikbaar komen. Kortom: heb je vooral statische of licht dynamische presentaties, dan stap je zonder problemen over. Voor complexe animaties kun je altijd PowerPoint achter de hand houden.

Interactieve elementen

Een presentatie springt eruit wanneer beeld, video en interactie worden ingezet. Voeg een foto in via Invoegen / Afbeelding / Uploaden vanaf computer of selecteer de ingebouwde optie Zoeken op internet om rechtenvrije afbeeldingen te vinden. Sleep de hoekgrepen om te schalen.

Uiteraard kun je ook gifjes uploaden via Invoegen / Afbeelding / Gif’s en stickers. Video werkt net zo eenvoudig: kies Invoegen / Video en plak een YouTube-url, of selecteer een Drive-bestand. In de rechterzijbalk stel je in of de video automatisch afspeelt, op een bepaald tijdstip start of stil wordt gezet.

Een hele tabel kun je inladen met Invoegen / Diagram / Uit spreadsheets; de resultaten verschijnen op een dia. Links voeg je toe door de tekst te selecteren en de toetscombinatie Ctrl+K of Cmd+K te gebruiken.

Uiteraard is het embedden van een YouTube-video een fluitje van een cent.

Presentatorweergave en Q&A

Tijdens het presenteren wil je meer dan alleen dia’s tonen; je wilt ook interactie en timing beheren. Start de diavoorstelling via Diavoorstelling rechtsboven met Ctrl+F5, of Cmd+Enter op Mac. Kies via het Pijltje voor Presentatorweergave en de presentatie opent in een nieuw venster terwijl een tweede tab verschijnt met een presentatorvenster. Daar zie je notities, een timer en knoppen om vragen te accepteren.

Activeer Tools voor het publiek / Nieuwe sessie starten en deel de gegenereerde korte url boven in het scherm. Deelnemers stellen anoniem of met naam vragen op hun telefoon of laptop; jij ziet ze binnenkomen en markeert relevante items met Selecteren zodat ze in de dia verschijnen. Wil je tijdelijk pauzeren, druk dan op B om het scherm zwart te maken terwijl je spreekt. Zo bewaak je de regie, beantwoord je vragen en behoud je contact met je publiek in realtime.

Google Presentaties heeft een paar handige functies voor interactie ingebouwd.

Sneltoetsen die tijd besparen

Elke muisklik die je bespaart tijdens het bouwen van dia’s levert minuten op. De volgende toetscombinaties werken in vrijwel elke browser en versnellen je werkproces direct.

Met Ctrl+M maakt een nieuwe dia aan, terwijl Ctrl+D (Mac: Cmd+D) het geselecteerde element of de hele dia dupliceert.

Je zoomt in en uit met Ctrl+scrollwiel zodat je details nauwkeurig plaatst.

Druk op Shift+Pijltje om objecten per pixel te verplaatsen, zodat je ze nog nauwkeuriger kunt plaatsen.

Alt+Shift+F opent de werkbalk voor lettertypes, waarna je met de pijltjes door het lijstje bladert.

Tijdens het presenteren wissel je naar de vorige dia met P en ga je verder met N, of Spatie, of PijltjeRechts. Voor een virtuele laserpointer druk je op L; je cursor verandert in een rood spoor dat het publiek volgt. Leer deze combinaties uit het hoofd en je merkt meteen dat het ontwerp vlotter en preciezer verloopt bij elk project.

Offline en back-ups

Hoewel Google Presentaties online leeft, kun je zonder internet toch presenteren. Open eerst Google Drive, klik op het tandwiel, kies Instellingen en vink Offline aan. Google downloadt automatisch je recentste bestanden, inclusief presentaties. Test de verbinding door wifi uit te schakelen en druk op Presenteren; alles werkt lokaal, inclusief video die in Drive was opgeslagen. Zorg wel dat je de presentatie vooraf opent zodat de media worden opgeslagen en uit het geheugen worden opgehaald.

Maak daarnaast een back-up als pdf: ga naar Bestand / Downloaden / Pdf-document (.pdf). Zo kun je altijd nog dia’s tonen vanaf elke laptop. Google synchroniseert je wijzigingen zodra het netwerk terugkeert, waardoor niets verloren gaat en de versiegeschiedenis intact blijft. Zo presenteer je overal, zelfs in afgelegen conferentieruimtes zonder wifi.

Google Drive leeft online, maar Google Presentaties werkt ook als je geen internetverbinding hebt.

Extensies en automatisering

Wil je functies die verder gaan dan de standaardset, dan biedt de add-onmarkt verrassende mogelijkheden. Open Uitbreidingen / Add-ons / Add-ons toevoegen en zoek bijvoorbeeld naar Slides Toolbox, en loop door de stappen heen. Na installatie verschijnt een zijvenster waarin je met één klik dubbele spaties opruimt, lettergrootte gelijkmaakt of alle objecten exact centreert.

Voor datagedreven dia’s installeer je Autocrat. Daarmee maak je in Google Sheets een tabel, koppel je kolommen aan tekstvelden in je presentatie en laat je het script voor elke rij automatisch een maatwerkdeck genereren. Start de workflow via Extensies / Autocrat / Start en volg de wizard.

Er zijn add-ons voor het maken van video’s, tools voor het schrijven van wiskundige formules en - heel veel - AI-tools om slides of hele presentaties te maken.

Voor functies die niet zijn ingebouwd, kun je altijd kijken of er een add-on beschikbaar is.

Soepel en kosteloos

Met Google Presentaties kun je vrijwel alles doen wat je gewend bent in PowerPoint, maar dan zonder gedoe met licenties of losse bestanden. Je werkt direct in de cloud, kunt tegelijk met anderen aan de dia’s werken en alle versies worden automatisch bewaard.

Voor de uitstraling zijn er genoeg thema’s, sjablonen en uitbreidingen om je presentatie strak vorm te geven. En met de ingebouwde publieksweergave en Q&A-functie betrek je je publiek gemakkelijk. Zelfs zonder internet kun je doorgaan dankzij de offline-modus, waarna alles weer netjes wordt gesynchroniseerd.

Alleen wie ingewikkelde animaties nodig heeft, is soms nog beter af bij PowerPoint, maar voor verreweg de meeste presentaties – op school, werk of privé – is Google Presentaties een soepel en kosteloos alternatief.