ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Windows Longhorn FAQ

Over Windows Longhorn, de beoogde opvolger van Windows XP, is op internet veel onzin te vinden. Tijdens de afgelopen Professional Developers Conference (PDC) in Los Angeles presenteerde Microsoft onder aanvoering van Bill Gates de eerste feiten. PCM was erbij en noteerde nieuws over het nieuwe bestandssysteem WinFS, de gebruikersinterface Avalon en over het vooralsnog geheimzinnige Aero.

Windows XP is weliswaar al twee jaar op de markt, maar toch lijkt het nog maar kort geleden dat Microsoft deze succesvolle opvolger van Me en 98 introduceerde. En nu al is er sprake van een mogelijke opvolger: Longhorn. PCM zet de feiten op een rij. 1. Wat is Longhorn? Longhorn is de voorlopige aanduiding voor het nieuwe besturingssysteem van Microsoft. Net als Whistler voor Windows XP en Memphis voor Windows 98 is het slechts een codenaam. Wat de werkelijk naam wordt, bleef tijdens de PDC in Los Angeles geheim. 2. Wat is er nieuw in Longhorn? Het Longhorn-systeem bestaat uit vier hoofdonderdelen: de fundamentals, Avalon, WinFS en Indigo. Over de fundamentals kunnen we kort zijn: deze vormen de basis van het besturingssysteem. Avalon is het nieuwe op vectorgraphics gebaseerde presentatiesysteem. Dankzij die techniek krijgt Windows standaard onder andere transparate en flexibele schermen, en de mogelijkheid om bijvoorbeeld in een willekeurig document een naadloos venster met video te integreren. Avalon leunt wat dat betreft flink op de mogelijkheden van de grafische kaart. WinFS staat voor Windows Future Storage (en niet File System!) en is het nieuwe bestandssysteem. Dit systeem (een soort laag op ntfs) moet er voor zorgen dat data op basis van structured query language technologie (sql) gestructureerd worden opgeslagen. Dankzij WinFS wordt het mogelijk om data op verschillende manieren te organiseren en relaties te leggen tussen verschillende bestanden. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om alle communicatie van een contactpersoon centraal vanuit de verkenner te benaderen. Of het nu om e-mail, msnchat-geschiedenis of desnoods faxen gaat, het is niet meer nodig om hiervoor alle afzonderlijke programma's te openen. Het Indigo-onderdeel tot slot handelt alle communicatie met de buitenwereld af. Daarbij is het voornamelijk gericht op WebServices: een poging van de industrie om platformonafhankelijk verbindingen tot stand te brengen tussen diverse applicaties en besturingssystemen. Een demo liet zien hoe een programma vanaf een website met één muisklik ge'nstalleerd en gelanceerd werd. De Web Services Interoperability Organization (www.ws-i.org) is nog bezig met het voltooien van de richtlijnen voor het gebruik van deze services. 3. Hoe modern is Longhorn? Gebruikersvriendelijkheid is niet Microsoft's sterkste punt. In XP is het al flink verbeterd (gebruikers worden niet meer beschuldigd van illegal operations), maar het kan beter, vindt ook Microsoft. Alles wat met de gebruikerservaring in Longhorn te maken heeft is samengebracht onder de term Aero. Zo ook de ontwikkeling van interfacerichtlijnen, waarin de gebruiker centraal staat: de User Experience Guidelines (http://msdn.microsoft.com/longhorn/understanding/ux/default.aspx). Microsoft is niet scheutig met voorbeelden van Aero. Slechts in een enkele sessie op de PDC lieten medewerkers van Microsoft iets zien van de zogenoemde nieuwe User Experience. Een voorbeeld was het rustiger maken van het scherm door knoppen van bepaalde applicaties te verbergen als deze niet gebruikt worden. Pas als de gebruiker er met de muis overheen gaat, verschijnen de knoppen. 4. Werken mijn oude programma's onder Longhorn? Uit XP-ervaringen blijkt dat sommige oude programma's onder een nieuw besturingssysteem wel werken en sommige niet. Bij Longhorn zal dit ook het geval zijn. Het overgrote deel van Microsoft's eigen programma's (Office-pakketten bijvoorbeeld) zullen in ieder geval wel onder Longhorn draaien. Tijdens de PDC liet Microsoft zien ook DOS niet te zijn vergeten. In een demonstratie zagen we hoe het oude DOS-spreadsheetprogramma VisiCal onder een versie van Longhorn probleemloos werkte. 5. Wanneer kan ik Longhorn kopen Microsoft is voorzichtig met het noemen van een lanceringsdatum van Longhorn. Wel is bekend dat de eerste echte bèta halverwege 2004 wordt verwacht. Daarna volgt nog een tweede en wellicht ook een derde bèta. Verder is officieel niets bekend gemaakt, hoewel sommige insiders beweren dat Longhorn eind 2005 of uiterlijk 2006 op de markt komt. Dat zou betekenen dat XP een van de langst gebruikte Windows-varianten wordt: van 2001 tot 2006. Windows 3.0, gelanceerd in 1990 (met een update naar 3.1 in 1992) hield het tot de komst van Windows 95 vijf jaar vol. 6. Draait Longhorn op mijn huidige pc? De fabrikanten van hardware kijken altijd reikhalzend uit naar een nieuwe versie van Windows. Voor hen geldt: een nieuw besturingssysteem heeft snellere hardware nodig en dat betekent kassa! Dit zal ongetwijfeld ook gelden voor Longhorn, maar de precieze eisen zijn niet bekend. Wel liet Chief Software Architect Bill Gates op de PDC in Los Angeles weten hoe hij denkt dat de pc in 2006 eruit ziet: Processor: 4 GHz - 6 GHz Geheugen: 2 GB of meer Harde schijf: 1 TB of meer (1000+ GB) Grafische kaart: drie keer beter dan de top nu Netwerk: breedband, 1 Gbit/s draad en 54 Mbit/s draadloos. Wil Gates hiermee een hint geven? Wie nu een nieuwe pc koopt met een van de nieuwste processoren, zal waarschijnlijk wel Longhorn kunnen draaien. Maar het is de vraag of je dat wil. Deze gloednieuwe hardware zal over twee jaar al weer hopeloos verouderd zijn. 7. Hoe veilig is Longhorn? Net als alle andere softwarefabrikanten belooft ook Microsoft dat, naast nieuwe features, het nieuwe programma beter beveiligd zal zijn dan het huidige. De werkelijke veiligheid blijkt pas in de praktijk, maar om goed beslagen ten ijs te komen heeft Microsoft een aantal veiligheidsfeatures gepland. Op applicatieniveau kan Longhorn onderscheid maken tussen programma's die volledig te vertrouwen zijn (en dus ook toegang hebben tot alle Longhorn-features) en programma's die minder vertrouwen genieten en dus ook beperkt worden in hun mogelijkheden. Er komt een Trust Manager die gebruikers adviseert over het te verlenen vertrouwen in bepaalde applicaties. Ook nieuw is een zogenaamd Security Trust Center, waarmee de gebruiker zijn besturingssysteem kan updaten en patches kan beheren. Niet zozeer veilig voor de gebruiker maar wel voor de contentaanbieder, is de toevoeging van Digital Rights Management. In welke vorm en hoe dit van invloed zal zijn op de gebruiker is nog niet bekend. 8. Hoe doet Longhorn het in de praktijk? Onze testmachine is een Pentium 4 3,2 GHz met 512 pc3200-geheugen, 80 GB harde schijf en als grafische kaart een ATI 9800PRO Radeon 128 MB. Na een half uur installeren staren we naar de Windows Longhorn desktop, zonder startknop en sidebar. Dat kan niet goed zijn en na enig geklik concluderen we dat de installatie niet is goed gegaan. Totdat opeens de sidebar verschijnt en de contouren van een startknop zichtbaar worden. Inderdaad, de prebèta is erg traag. Maar goed, van een product waar nog minstens een jaar aan gesleuteld zal worden, mag je niet anders verwachten. Het slechte nieuws: in deze build 4051 zit nog geen enkel Avalon-snufje: oogstrelende interfacefeatures zitten er helaas niet in. Verder lijken de ontwikkelingen wel iets verder dan de build die we bespraken in PCM 8 2003. Zo kun je nu snel een cd branden vanuit de verkenner en krijg je van plaatjes een zwevende preview te zien. Handig: Internet Explorer heeft nu standaard een pop-upblokker aanboord. De implementatie van WinFS moet, ook in deze build, nog voltooid worden. Er zijn duidelijk tekenen van deze laag op ntfs aanwezig, maar feilloos werken deed het nog niet. 9. Moet ik Longhorn online registreren? Reken daar maar op. De pre-bèta doet het al en gezien het succes van de XP registratie zal ook Longhorn van deze anti-piraterij-feature worden voorzien. 10. Waar kan ik Longhorn downloaden Ha, was het maar zo simpel. De pre-bèta die alle developers op de PDC hebben gekregen is niet publiekelijk beschikbaar. Zelfs niet voor abonnees van het Microsoft Developer Network (MSDN), hoewel die waarschijnlijk wel de bèta's kunnen testen. Voor alle overige gebruikers is het wachten op de eindversie. Wie niet wil wachten, kan zijn geluk beproeven via de bekende illegale wegen: irc en p2p. Daar is build 4051 (die alle developers meekregen) namelijk al gesignaleerd.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.