ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Rampenbestrijding

In de vorige PCM legden we in de workshop Dataherstel uit hoe u corrupte bestanden kunt repareren. Deze keer concentreren we ons niet zozeer op uw eigen gegevens, maar proberen we corrupte systeeminformatie te herstellen, zodat we opnieuw toegang tot onze data krijgen.

"Wanneer het besturingssysteem er de brui aan geeft en al uw bestanden onbereikbaar worden hoef u gelukkig nog niet te wanhopen. Met de herstelconsole van Windows XP en RecoveryExpert van Acronis kunt u uw gegevens in de meeste gevallen nog wel redden. Herstelconsole In PCM 11 vertelden we u al hoe u de Windows XP-herstelconsole als vast onderdeel van het opstartmenu kunt installeren (en opnieuw verwijderen). U kunt die tool echter ook altijd rechtstreeks opstarten vanaf de installatie-cd-rom van Windows, door de R-toets in het keuzemenu in te drukken. Hoe u precies inlogt - inderdaad: mét Administrator-wachtwoord! - las u ook al in PCM 11. Wanneer u bij de prompt bent aanbeland, krijgt u via de opdracht 'help' een overzicht van alle beschikbare opdrachten te zien. Vervolgens kunt u als parameter één van die opdrachten aangeven: u krijgt dan gedetailleerde informatie voorgeschoteld over de verschillende opties (bijvoorbeeld help format). Aan de hand van enkele typische rampenscenario's tonen we hoe u de herstelconsole efficiënt kunt inzetten. opstartmenu Laten we met een vrij onschuldig voorbeeldje beginnen: u beschikt over een multi-bootsysteem, maar krijgt het opstartmenu niet meer correct - lees: met alle partities - te zien. Op zich is dat niet zo erg, want wellicht heeft dat slechts met een corrupt boot.ini-bestand te maken. Dat zou trouwens ook het geval kunnen zijn als u een bericht in de stijl van “NTOSKRNL.EXE missing or corrupt” voorgeschoteld krijgt. Om te beginnen kunt u vanuit de herstelconsole de status van het boot.ini-bestand controleren met de opdracht 'bootcfg /list'. U kunt de console op alle aangesloten harde schijven ook zelf naar Windows-installaties laten speuren via bootcfg /scan. Deze installaties kunt u aan de bootconfiguratie laten toevoegen met de opdrachten 'bootcfg /rebuild' of 'bootcfg /add'. Houd er wel rekening mee dat u nog altijd zélf de identificatie van de installatie en de opties moet meegeven; vooral dat laatste kan een complexe zaak zijn. Lukt het intussen om Windows op te starten, dan gebruikt u bij voorkeur het tabblad boot.ini in de msconfig: daar kunt u namelijk alle nodige startopties aanvinken en van de nodige parameters voorzien (via de knop Advanced Options). *** bootini.jpg ***BIJSCHRIFT: Via msconfig kunt u veilig(er) aan de boot.ini-opties sleutelen. opstartbestanden Een verstrooidheid, een bug, een virus... Allemaal kunnen leiden ze tot een niet-opstartbare Windows en u opzadelen met een onheilspellend bericht als “NTLDR is missing...”. Ntldr is namelijk één van de cruciale systeembestanden die Windows XP nodig heeft om te kunnen opstarten. Normaal bevindt dat bestand zich in de root van C:, samen met het systeembestand ntdetect.com. Krijgt u zo'n foutmelding te zien, dan kunt u de herstelconsole ook opstarten via de installatie-cd-rom van Windows. Wanneer de Windows XP cd-rom in de E-drive zit, dan zouden de volgende opdrachten u opnieuw een werkzaam systeem moeten bezorgen: *** Begin codekadertje C: COPY E:\I386\NTLDR C: *** Einde kaderstukje zowel ntldr als ntdetect.com bevinden zich namelijk in de map \I386 op uw Windows XP installatie-cd-rom. stuurprogramma's en services *** BSOD.jpg *** googlebsod.jpg Maar wat doet u als u tijdens het opstarten van Windows XP telkens met een 'Blue Screen of Death' (BsoD) wordt geconfronteerd en u Windows met geen mogelijkheid meer aan de praat krijgt? Noteer in dat geval de stopcode (in de stijl van '0X0000007A') en ga na of er melding wordt gemaakt van één of andere service of driver. Gewapend met die gegevens kunt u uw geluk vervolgens beproeven bij een zoekmachine als Google. Meestal kunt u er met een opstart in de Veilige Modus wel uitkomen: daardoor rolt u terug naar een vorig (lees: stabiel) stuurprogramma en spreekt u het ingebouwde Systeemherstel aan. Ook kunt u via de F8-toets vanuit het speciale opstartmenu in Windows XP de Laatst bekende juiste configuratie activeren. Voor de hardnekkigste gevallen is echter de tussenkomst van de herstelconsole vereist. Gebruik daarvoor eerst de opdracht 'listsvc', waarmee u een volledig overzicht van alle drivers en services krijgt, inclusief hun huidige opstartstatus. Herkent u de probleemdriver of -service, dan kunt u die uitschakelen via de opdracht 'disable', waarbij u de naam van de driver/service opgeeft. Met 'enable' kunt u die achteraf opnieuw activeren. Hebt voor het herstel bijvoorbeeld een driver uit een cabinet (.cab) van de Windows-installatie-cd-rom nodig, dan kunt u dat bestand eruit lichten met de opdracht 'expand'. bootsectoren Het kan natuurlijk altijd erger, bijvoorbeeld als één van de bootsectoren van uw harde schijf corrupt geworden is. Gelukkig kunt u ook daarvoor bij de herstelconsole aankloppen - meer bepaald bij fixmbr en fixboot. Met de eerste opdracht herstelt u het 'master boot record': de allereerste sector van de harde schijf die normaal gesproken ook de hoofdpartitietabel bevat. Die opdracht heeft nagenoeg hetzelfde effect als fdisk/mbr bij Windows 95/98/Me. De tweede opdracht schrijft een nieuwe bootsector naar de partitie die u als parameter meegeeft. Zo luidt althans de theorie. En kleine fouten kunt u met die opdrachten inderdaad rechtzetten. Maar biedt de herstelconsole geen volledig leeggemaakte ('uitgenulde') hoofdpartitietabel aan, want noch fixmbr, noch fixboot kunnen daarmee overweg! Fixmbr onderneemt uitsluitend een - nutteloze - poging om de mbr-code te herschrijven en daar blijft het bij. Voor een effectief herstel van de partitietabel is dus zwaarder materiaal vereist. RecoveryExpert *** recoveryexpert1.jpg & *** recoveryexpert2.jpg ***BIJSCHRIFT: Handig voor snelle en beperkte interventies. Eén van de tools die gespecialiseerd is in een automatisch én gebruiksvriendelijk herstel van corrupte of verdwenen partities, is Acronis RecoveryExpert (www.acronis.com/download). Het voordeel van deze software is dat ze zowat alle Windows-versies ondersteunt en met tal van bestandssystemen (waaronder Linux Ext2/Ext3 en Hpfs) overweg kan. Er staat een gratis demoversie - inclusief pdf-handleiding - online, maar daarmee kunt u alleen leesacties verrichten. Met de probeerversie kunt u evenmin opstartbare reddingsschijven creëren. Toch bewijst ook zo'n proefversie zijn nut, aangezien u daarmee alvast een eerste analyse krijgt. Gewapend met die gegevens kunt u dan trefzekerder aan de slag met het materiaal uit onze volgende (mini-)workshop. analyse We gaan er even van uit dat plotseling één van uw partities van de schijf verdwenen lijkt te zijn. Hoe kan RecoveryExpert helpen? De bedoeling is alvast om eerst uw pc opgestart te krijgen - bijvoorbeeld met de opstartdiskettes die u (vooraf) met RecoveryExpert hebt gemaakt. Daarna hoeft u weinig meer te doen dan dit stappenplan te volgen. Daarbij hebt u de keuze tussen Automatic en Manual. U kunt natuurlijk altijd eerst Automatic uitproberen, maar wij gaan meteen voor Manual - niet dat dat zoveel uitmaakt: in dit geval moet u in een grafische omgeving zelf nog de niet-toegewezen schijfruimte aanklikken waar u vermoedt dat de verdwenen partitie zich ongeveer bevindt. In een volgende stap moet u kiezen tussen Fast of Complete, waarbij de Complete-optie iets meer zekerheid biedt. In dat geval wordt namelijk niet alleen op de eerste sector van elke schijfcilinder gezocht naar de verdwenen partitie. Stap 2: herstel Levert de analyseronde inderdaad iets op, dan krijgt u eerst een overzicht van hoe de schijf eruit zal zien als u op de Proceed-knop klikt. Pas daarna wordt de verdwenen partitie effectief weer 'tot leven geroepen'. Let wel: die laatste fase is alleen mogelijk met de betaalde versie van het programma. Bovendien blijft de herstelkracht van dit pakket beperkt tot louter corrupte partitietabellen. Wie er niet voor terugschrikt om wat dieper te graven, kan zelf heel wat knappere hersteltoeren uithalen, maar dat valt buiten het bestek van deze workshop! "

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.