ID.nl logo
Dit zijn de beste videokaarten voor gamers
© PXimport
Zekerheid & gemak

Dit zijn de beste videokaarten voor gamers

AMD en Nvidia, de twee overgebleven fabrikanten van grafische chips, zijn de concurrentie de afgelopen maanden stevig aangegaan. Ze brachten beide nieuwe modellen uit en begonnen een prijzenoorlog. Als je een nieuwe videokaart nodig hebt, is het goed te weten wat de beste kaart is voor jouw situatie. Wij bekeken 65 recent uitgebrachte videokaarten.

Games vragen steeds meer van je computer. Na verloop van tijd blijven de prestaties van je computer achter en draaien je games niet lekker meer. Als je processor nog in orde is, dan ligt het voor de hand dat je videokaart niet meer voldoet aan de eisen die je games of toepassingen eraan stellen. Hoog tijd voor een nieuwe grafische kaart. In dit artikel lees je wat voor de verschillende schermresoluties de beste videokaarten zijn. We bespreken de verschillende grafische chips en de verschillende uitvoeringen die ervan te koop zijn.

Indeling op resolutie

Mensen vragen ons vaak wat de beste videokaart is voor hun budget. Wij hebben naast prijsklasse ook andere uitgangspunten om jou aan de beste videokaart te helpen. We moeten weten op welke resolutie je games speelt en wat de resolutie van je monitor is. Ook je verwachtingen rondom grafische details en snelheid zijn belangrijk. In dit artikel lees je per resolutie een adviezen voor aanraders en soms ook afraders.

Hoe check je welke resolutie je monitor heeft? Klik met rechts op je Bureaublad, gevolgd door Beeldscherminstellingen. Bij Schermresolutie staat de actuele instelling, bijvoorbeeld 1920 x 1080 of 2560 x 1440, met (aanbevolen) achter de optimale instelling.

Ook de refreshrate van je monitor speelt een belangrijke rol. Veel standaardschermen staan ingesteld op 60 tot 75 Hz; het aantal keer per seconde dat het beeld wordt ververst. Gamemonitoren doen dit sneller, tot wel 240 Hz. Heb je zo’n scherm? Dan wil je natuurlijk een snellere videokaart om het uiterste uit je systeem te halen. Klik in het venster Instellingen uit de alinea hiervoor op Geavanceerde beeldscherminstellingen en je ziet bij Vernieuwingsfrequentie de actuele instelling staan. In dit artikel bedoelen we met een snelle monitor eentje met minimaal 100 Hz.

En als je niet gamet?

De meeste mensen kopen een krachtige videokaart om games mee te spelen. Maar ze zijn ook nuttig voor niet-gamers. Zware grafische applicaties vragen ook veel van de videokaart. Programma’s voor videobewerken, ontwerpen, Adobe Photoshop en Lightroom profiteren van een zwaardere grafische kaart. Een algemeen advies geven is lastig, omdat elk programma andere eisen stelt aan de videokaart. De Adobe-programma’s profiteren bijvoorbeeld meer van Nvidia-kaarten dan die van AMD, bijvoorbeeld de GTX 1660 en GTX 1660 Ti. High-end video-editors van bijvoorbeeld 4K-beelden hebben ook meer aan een zwaardere Nvidia-videokaart.

©PXimport

(G)een winnaar

Wat voor merk videokaart je ook koopt, de chip erin is altijd van Nvidia of AMD. Beide chipfabrikanten doen hun uiterste best je ervan te overtuigen dat hun product beter is dan dat van de concurrent. Elke fabrikant heeft zijn sterke en zwakke punten en een echte winnaar is er volgens ons niet in zijn algemeenheid. Bij de keuze voor Nvidia of AMD moet je met één belangrijk aspect rekening houden: de zogeheten sync. Oftewel: hoe de chip omgaat met synchronisatie van beelden.

Beeld door de helft

Zonder sync-technologie ververst een monitor op zijn eigen houtje elke paar milliseconden. Produceert je videokaart halverwege dat verversen een nieuw beeld, dan krijg je iets wat screen tearing heet, waarbij de bovenste helft en de onderste helft van je beeldscherm verschillende beelden weergeven. Het effect is sterker bij 60- of 75Hz-monitoren dan bij snelle monitoren. De enige manier om het echt op te lossen is door gebruik te maken van de FreeSync-technologie van AMD of de G-Sync van Nvidia-kaarten. Je monitor en videokaart moeten allebei dezelfde techniek ondersteunen. Controleer dus of jouw monitor ondersteuning biedt voor FreeSync of G-Sync en stem je keuze voor een videokaart daarop af.

Als jouw monitor FreeSync ondersteunt, dan ben je veelal beter af met een AMD-videokaart. Heb je een G-Sync-monitor, dan geniet Nvidia de voorkeur. Tegenwoordig kunnen veel monitoren met beide technieken overweg en kun je de adviezen van de volgende pagina’s volgen zonder rekening te houden met dit aspect.

©PXimport

De meest voorkomende resolutie is 1920 x 1080 pixels, ook wel 1080p of full hd genoemd. Bijna twee derde van alle gamers op het populaire spellenplatform Steam speelt met zo’n scherm. Voor deze instelling heb je geen zware of dure kaart nodig. Er zitten enorme prestatieverschillen tussen goedkopere videokaarten, dus meer dan in het high-end segment is het cruciaal om goed op te letten wat je koopt.

©PXimport

Miskopen

De videokaarten die je dit jaar links moet laten liggen, zijn de AMD Radeon RX 550 en RX 560, en de Nvidia GeForce GT 1030, GTX 1050, GTX 1050 Ti en GTX 1650. Die chips kunnen veel moderne games amper aan en zijn vooral geschikt om echt de meest basic spelletjes mee te spelen. Iets als Minecraft gaat nog prima, maar zelfs populaire titels als Fortnite lopen niet lekker, laat staan nieuwe releases. De GTX 1650 is alleen te overwegen als jouw (oude) computer geen voeding heeft met een losse stroomkabel voor je videokaart, maar daar houdt het mee op.

AMD RX 570: de beste instapvideokaart

De AMD RX 570 is voor ons met stip de beste koop. Voor circa 150 euro haal je er al één in huis en die is zoveel sneller dan de hiervoor genoemde mindere goden AMD Radeon RX 560 en Nvidia GeForce GTX 1650 dat er simpelweg geen discussie is over wat de betere koop is. Je speelt met een RX 570 bijvoorbeeld wel alle populaire e-sportstitels soepel op medium tot hoge grafische instellingen. Enkele echt zware AAA-kaskrakers, zoals Battlefield V, zijn wel te hoog gegrepen voor deze videokaart op 1080p, daarvoor zul je toch minimaal 100 euro meer uit moeten geven. Maar voor de meeste gangbare games is de AMD RX 570 een aanrader. Hoewel je voor 150 euro een RX 570 met 4 GB geheugen op de kop kunt tikken, raden we aan een tientje meer uit te geven aan een model met 8 GB geheugen. Zowel de MSI Radeon RX 570 Armor 8G OC als de Gigabyte Radeon RX 570 Gaming 8G is iets sneller en prettiger voor de ogen. Superstil zijn ze niet, maar je kunt in deze prijsklasse niet alles hebben.

©PXimport

Lagere resolutie dan 1920 x 1080 pixels?

Je komt tegenwoordig niet ver met een monitor met een lagere resolutie dan 1920 x 1080 pixels. Dit is al vele jaren de standaard en de monitoren zijn niet duur. Zowel voor gamen als voor algemeen gebruik profiteer je zodanig van een scherm met minimaal deze resolutie, dat we adviseren over te stappen naar een monitor die deze instelling aankan. Is dat geen optie en wil je toch gamen? Dan is onze aanrader, de AMD Radeon RX 570, voor jou de beste keuze. Met resoluties lager dan 1080p heb je weinig aan kaarten die meer kunnen.

Premium 1080p-gamen

Wil je echt hoge framerates voor bijvoorbeeld e-sportstitels of zoek een videokaart die elke grote AAA-game op 1080p met veel details op je scherm tovert, dan moet je dieper in de buidel tasten. Aanzienlijk dieper bij voorkeur, want de kaarten die net wat duurder zijn dan de AMD Radeon RX 570 8G vallen met prestaties een beetje tussen wal en schip. Zo zijn de RX 580 en RX 590 respectievelijk zo’n 15 tot 20 procent sneller dan de RX 570. En hoewel dat met een prijskaartje van net boven de 200 euro geen miskopen zijn, zijn het niet zulke sterke kaarten dat ze een premium 1080p-ervaring weten te bereiken. De ongeveer 250 euro kostende Nvidia GeForce GTX 1660 heeft hetzelfde euvel: redelijke prijs-prestatieverhouding, maar bij de zwaarste games kan deze kaart het premium gamen maar nét aan.

Het magische bedrag: 300 euro

Rond de 300 euro is er de Nvidia GeForce GTX 1660 Ti, een kaart die wel in alle titels op hoge instellingen goede prestaties levert. Ook bij de lichte e-sportstitels levert de kaart de hoge framerates die we voor snelle gamemonitoren willen zien. AMD’s Radeon RX Vega 56 is nog iets sneller en soms gunstiger geprijsd, maar het stroomverbruik van de AMD-kaart is aanzienlijk hoger. Game je veel, dan kun je dat verschil daadwerkelijk via je elektriciteitsrekening terugverdienen. Ook als je incidenteel wat spelletjes speelt, is een zuiniger kaart beter. Daardoor wordt je systeem stiller en minder warm, en dat laatste is goed voor de levensduur van je pc.

De 299 euro kostende kaart Gigabyte GeForce GTX 1660 Ti Windforce OC biedt in onze test de beste balans tussen snelheid, koelprestaties, geluidsproductie en prijs. Een tientje besparen kan, maar dat gaat stevig ten koste van de efficiëntie. Heb je iets meer te besteden, dan is de MSI GeForce GTX 1660 Ti Gaming X een iets luxer alternatief: muisstil, en iets chiquer om te zien met onder meer RGB-verlichting. Zeer kritische gamers met een 1080p-monitor en een flinke bankrekening kunnen uiteraard een nog duurdere videokaart kiezen, zoals de Gigabyte GeForce RTX 2060, RTX 2070 Super of RX 5700 XT. Deze kaarten bespreken we verderop in dit artikel.

©PXimport

Vergeet je voeding niet

In de regel is elke nieuw type videokaart aanzienlijk efficiënter dan zijn voorganger. Aangezien de meeste gebruikers niet elk jaar, maar eens in de paar jaar, een nieuwe videokaart kopen is de kans dus groot dat jouw nieuwe kaart veel minder stroom verbruikt dan je huidige videokaart. Je kunt je bestaande voeding waarschijnlijk behouden. Twijfel je, of ga je van een instapvideokaart naar een veel krachtiger model, overweeg dan een nieuwe voeding. Een A-kwaliteit 550 Watt-voeding is voldoende voor bijna alle videokaarten die we in dit artikel bespreken. Voor de Nvidia GeForce RTX 2080 en RTX 2080 Ti is een A-kwaliteit 650 Watt-voeding geschikt.

©PXimport

Quad HD-, 1440p- of 2560 x 1440 pixels-monitoren winnen al enige tijd aan populariteit bij spelers die op zoek zijn naar een wat luxere game-ervaring. Zeker als je een wat grotere monitor hebt, komt de extra scherpte van deze resolutie goed van pas. Voorheen betaalde je minimaal 500 euro voor een leuke 1440p-monitor, maar ze zijn er inmiddels voor minder dan 200 euro en zelfs een snelle 1440p-monitor met een refreshrate van 144 Hz hoeft je niet meer dan 300 euro te kosten. Gamen op een 1440p-monitor is best pittig voor je computer. Deze schermen hebben namelijk 78 procent meer pixels die aangedreven moeten worden, en dat vereist veel meer grafische rekenkracht. De Nvidia GeForce GTX 1660 Ti, die op 1080p een chique ervaring biedt, voldoet hier helaas niet.

©PXimport

Instapvideokaart 1440p-gamen

AMD’s nieuwe Radeon RX 5700 is de aantrekkelijkste instapchip om op 1440p te gamen. Veel games zijn er speelbaar mee met hoge grafische settings, en ook de zwaarste games komen nog soepel voor de dag als je genoegen neemt met gemiddelde grafische instellingen. Met een prijskaartje van 370 euro concurreert deze AMD direct met de Nvidia GeForce RTX 2060, die net wat trager is.

Het probleem van AMD’s videokaart is dat de luxere varianten met een betere koeling, die dus stiller zijn en een leuke overklok bieden, aanzienlijk duurder zijn. De uitgebreide AMD zit qua prijs zo dicht tegen de Nvidia RX 5700 XT aan, dat we de AMD niet kunnen adviseren.

Als je wilt gamen op 1440p, maar onder de 400 euro wilt blijven, zul je moeten kiezen: een relatief luid referentiemodel Nvidia RX 5700 met één fan, of een zo’n 6 procent tragere, maar aanzienlijk stillere Nvidia RTX 2060, bijvoorbeeld de Gigabyte RTX 2060 Windforce OC. Er zijn ook luxere modellen op de markt: de MSI GeForce RTX 2060 Gaming Z en de ASUS ROG Strix 2060 OC zijn zowel fluisterstil als fysiek indrukwekkend, maar omdat die (ruim) boven de 400 euro uitkomen, vinden we die niet interessant. Eerder dit jaar testte we al 18 RTX-videokaarten.

©PXimport

Streamers opgelet!

Stream je of wil je streamen, dan zul je je systeem daarop af moeten stemmen. Als je geen high-end CPU hebt (zoals de AMD Ryzen 7 3700X, Intel Core i9-9900K of sneller) ben je beter af met een Nvidia-videokaart dan een AMD-videokaart. De huidige generatie Nvidia-videokaarten (GTX 1660 en hoger, RTX 2060 en hoger) kunnen in zeer hoge kwaliteit streamen met marginaal prestatieverlies. Voor streamers telt wel dat een iets duurdere kaart dan die wij aanbevelen voor gamers, zeker geen kwaad kan. Dus kies een kaart die wij als premium bestempelen voor jouw resolutie, of een nog betere.

Doe maar gewoon 1440p

Betaal je liever niet meer dan nodig? Dan is AMD’s Radeon RX 5700 XT het ideale product voor deze resolutie. Hoge tot zeer hoge instellingen met goede framerates in elke game. In zijn prijsklasse van rond de 450 euro heeft hij weinig concurrentie te vrezen. AMD’s eigen RX 5700 is zo’n 11 procent trager, en zelfs een overgeklokte RTX 2060 zit daar nog onder. Een Nvidia RTX 2070 is zo’n 4 procent trager, maar kost zelfs meer. Dus totdat die in prijs zakt, is die niet bijster interessant.

Radeon RX 5700 XT-kaarten met AMD’s referentiekoeler met enkele fan kun je beter vermijden. Hoewel AMD met de nieuwe videokaarten op efficiëntie goed kan concurreren met Nvidia, blijft de referentiekoeler matig. De chip wordt warm en hij maakt veel herrie. Veel alternatieven zijn er nog niet voorhanden, maar Gigabytes RX 5700 XT Gaming OC volgt de positieve trend van zijn ‘broertjes’ en zet ook met deze chip de aantrekkelijkste totaalscore neer: niet te duur, goede koelprestaties, en deze koeler is wel lekker stil.

©PXimport

Premium 1440p gamen: raytracing

Voor 1440p-schermen met hoge refreshrates (144Hz of meer) zijn duurdere kaarten het best. Premium 1440p en hogere resoluties zijn het domein van Nvidia, AMD heeft hierbij niets in te brengen. Nvidia’s paradepaardje is raytracing. Raytracing is de techniek waarbij een beeld wordt gegenereerd door individuele lichtstralen te volgen en te simuleren hoe ze reageren op de omgeving. Het is een benadering van hoe wij de wereld zien. GeForce RTX-kaarten, verwar ze niet mer GTX-kaarten, hebben specifieke RT-cores aan boord om deze techniek toe te passen. Niet veel games ondersteunen raytracing nog, maar veel aangekondigde games wel en de paar games waarin raytracing al bruikbaar is, zoals Control, zien we toch wel mooie dingen.

Nvidia-chips hebben een aantal duidelijke voordelen die de hogere prijs rechtvaardigen. Denk aan extra prestaties voor nog hogere framerates en detailinstellingen, waarmee de Nvidia GeForce RTX 2070 Super een mooie upgrade van de RX 5700 XT is. Deze kaart is nog maar net gelanceerd en op dit moment is het aanbod nog sterk beperkt. Toch weet Gigabyte zich wederom goed in de kijker te spelen: de Gigabyte GeForce RTX 2070 Super Gaming OC is met 549 euro goedkoop, koel en stil, en komt met één extra jaar garantie, wat hem een prachtige premiumvideokaart maakt. MSI’s gigantische RTX 2070 Super Gaming X Trio is nog stiller en met 33 centimeter een beest om te zien, maar houd de prijs in de gaten.

Goedkoop is duurkoop

Veel van de kaarten die we aanraden, kosten net iets meer dan de allergoedkoopste alternatieven. Dat doen we bewust, want bij de goedkoopste kaarten wordt heel sterk bezuinigd op de koeloplossing. Met een tientje meer win je vaak heel wat terrein op het dit vlak en op het gebied van geluidsproductie. Een tientje besparen op een videokaart van 300 euro of meer? Dat zouden wij niet doen.

Een andere categorie monitoren die snel populairder wordt, is de 3440 x 1440 pixels Ultrawide, ook bekend als ultrawide Quad HD-monitoren. Geliefd bij productiviteitsfanaten vanwege de extra 50 procent nettowerkruimte boven een (ook niet verkeerd) 2560 x 1440 pixels-scherm. Dat houdt wel in dat je videokaart 50 procent extra pixels moet produceren voor een soepele ervaring.

©PXimport

Instapkaarten ultrawide gamen

Om goed uit de voeten te kunnen op deze resolutie, biedt een Nvidia GeForce RTX 2070 Super het minimale dat je nodig hebt. Maar hij is prijzig. Zelfs de vanaf 550 euro beschikbare RTX 2070 Super-modellen halen bij de zwaarste games de hoogste grafische instellingen niet. Ervan uitgaand dat je enkele jaren vooruit wilt met je ultrawide monitor én nieuwe videokaart, is de Nvidia GeForce RTX 2070 Super de logische keuze. Gigabytes RTX 2070 Super Gaming OC is op dit moment de aantrekkelijkste videokaart, maar houd MSI’s Gaming X Trio ook in de gaten.

Ultiem ultrawide

Eigenlijk bereiken we met 1440p ultrawide het punt waarop elk stukje extra grafische kracht goed tot zijn recht komt. De vanaf 1149 euro beschikbare GeForce RTX 2080 Ti is wellicht een waanzinnige suggestie, maar komt hier toch echt uitstekend tot zijn recht. We nemen aan dat niet iedereen zulke bedragen aan zijn videokaart uit wil geven, en het beste advies voor gamers met dit soort schermen is dan ook om te kopen wat wel financieel haalbaar is. Is de 1149 euro van de RTX 2080 Ti je te gortig, maar kun je wel iets meer uitgeven dan de 539 euro van de RTX 2070 Super? Dan is er een duidelijke kanshebber: de RTX 2080 Super, een kaart waar je zo’n 749 euro zal voor moeten neertellen. Maar ook deze kaart is niet altijd krachtig genoeg voor de allerhoogste instellingen op snelle schermen.

Net als bij eerdere adviezen toont Gigabyte dat het de zaken op orde heeft met de Gaming OC-modellen. De RTX 2080 Super Gaming OC is prima koel, stil genoeg, betaalbaar voor zijn klasse en komt met een extra jaar garantie. ASUS’ ROG Strix-model en MSI’s Gaming X Trio zijn weliswaar nog koeler en stiller, maar je betaalt er een stuk meer voor. Desondanks zijn dat modellen om goed in de gaten te houden.

©PXimport

4K, uhd, ultra hd. Ooit toekomstmuziek, maar inmiddels is het bijna lastiger om een full hd-televisie in de winkel te vinden dan een 4K-model. 4K-gamen is nog altijd toekomstmuziek. Ja, een PS4 Pro lijkt 4K met hdr te tonen, maar in de praktijk worden veel games alsnog op lagere resolutie weergegeven.

©PXimport

Alle beetjes helpen

Wil je serieus 4K-gamen, dan is er eigenlijk maar één oplossing: koop de krachtigste videokaart van dit moment, de Nvidia GeForce RTX 2080 Ti. Het is de enige kaart die in het gros van de geteste games op deze resolutie nog 60 beelden per seconde weet te behalen, al zijn er inmiddels al titels waarbij ook dat te hoog gegrepen is.

Welke uitvoering de beste koop is, laten we in het midden. Als je niet op een tientje wilt kijken, dan zijn de MSI GeForce RTX 2080 Ti Gaming X Trio en de ASUS ROG Strix RTX 2080 Ti de beste kaarten op de markt: koel, stil, en fysiek indrukwekkend. Liever een paar tientjes besparen? MSI’s RTX 2080 Ti Duke en Gigabytes Gaming OC-uitvoering zijn iets minder efficiënt, maar wel een stukje goedkoper. Op prestaties lever je dan in elk geval niet in.

©PXimport

Slimme oplossingen

Wel een 4K-monitor, maar is een RTX 2080 Ti te duur? Geen paniek, want er zijn verschillende oplossingen om toch redelijk te gamen op 4K. Een ‘ouderwetse’ manier is om je games op 1920 x 1080 pixels te draaien. Dat ziet er vaak nog redelijk uit, althans zolang je monitor niet te groot is, en dan kun je ook met de videokaartadviezen van 1080 pixels uit de voeten. De ‘moderne’ oplossing is om gebruik te maken van AMD’s Image Sharpening of Nvidia’s DLSS. Beide technieken werken anders, maar komen op hetzelfde neer: je videokaart probeert dan op basis van een lagere resolutie (1440p) er toch een aantrekkelijk 4K-beeld van te maken. Je ziet dan uiteraard niet alle details van een echte 4K-presentatie, maar je hebt wel genoeg aan de videokaarten die we voor 1440p adviseerden: een AMD Radeon RX 5700 XT of een RTX 2070 Super.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd
Huis

Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd

LG blijft verbetert de oled-techniek nog veel verder en dat werpt dit jaar eindelijk zijn vruchten af. De LG OLED EVO 65G56LS is uitgerust met een nieuw type oled-paneel dat aanzienlijk meer piekhelderheid en kleurbereik levert. Daarnaast heeft LG webOS 25 uitgerust met een aantal AI-functies die het gebruiksgemak moeten verbeteren.

Fantastisch
Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De LG OLED EVO 65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit. De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

Plus- en minpunten
  • Alpha11-processor met uitstekende beeldverwerking
  • Fantastische HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Goede kijkhoek en anti-reflectie
  • WebOS 25, met vijf jaar lang nieuwe versies
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Geen ondersteuning voor HDR10+ en DTS
  • Voorlopig weinig meerwaarde met AI

 

LG OLED EVO 65G56LS (2025)

  • Adviesprijs: 3,299 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 165 Hz W-OLED-tv
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 3x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, 1x IR-blaster, Wifi 6 (802.11ax), ethernet, Bluetooth 5.3, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, webOS 25, AirPlay 2, Google Cast, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 11 gen2 processor
  • Afmetingen: 1.441 x 910 x 263 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 26,6 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 85 kWh (E) / HDR 222 kWh (G) 

De nieuwe G-serie van LG is verkrijgbaar in twee versies. Een met een centrale voet in doos zoals ons testmodel, te herkennen aan de letters ‘LS’ achteraan en een model met een meegeleverde wandbeugel, die modellen hebben de letters ‘LW’ achteraan. De G-reeks mikt nog steeds in eerste instantie op wandmontage. Het toestel zelf is 24mm diep, dat lijkt misschien veel, maar die dikte heeft het wel over het hele oppervlak. Er is geen behuizing voor elektronica die verder uitsteekt. De rand is afgewerkt met een zilverkleurige strip, en dat geeft deze tv van opzij bekeken echt een premium look. De wandbeugel is verstelbaar, je kunt het toestel beperkt links en rechts draaien. De voet kun je monteren in twee posities, hoog en laag, in de hoge positie is er ruim plaats voor een soundbar. Het moet gezegd ook op een tv-meubel ziet hij er prima uit, wandmontage is zeker geen verplichting. 

Aansluitingen

De selectie aansluitingen die LG gebruikt is al enige tijd onveranderd gebleven, maar is dan ook erg goed. Met vier hdmi-poorten die allemaal de maximale hdmi 2.1-bandbreedte (48Gbps) leveren, zitten gamers in ieder geval gebeiteld. Verdere gamingfuncties zijn ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync). PC-gamers kunnen zelfs tot 4K165 gaan, dat is een duidelijke upgrade ten opzichte van vorig jaar. Input-lag is altijd een sterk punt geweest bij LG, dat is dit jaar niet anders, in 4K60 meten we 10,5ms, in 2K120 zelfs maar 5,5ms. Op poort 2 kan je ARC/eARC gebruiken, gamers die een soundbar willen aansluiten, houden nog steeds drie volwaardige HDMI-poorten over. 

Wil je de opstelling zo netjes mogelijk houden, altijd mooi bij een premium tv, dan kun je de bijgeleverde IR-blaster gebruiken om brontoestellen te besturen met de LG-afstandsbediening, ook als die apparaten bijvoorbeeld in een kast staan. De G5 ondersteunt het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association), maar is beperkt tot 2.1-configuraties. Daarmee is jammer genoeg geen draadloze surroundopstelling mogelijk. Alle kabels kun je via twee clips en twee verzonken kanalen wegleiden naar de voet. 

Nieuw oled-paneel, nieuw record

Nieuwe ontwikkeling op vlak van oled-technologie zijn niet uitzonderlijk. Twee jaar geleden introduceerde LG bijvoorbeeld oled-panelen met een laag microlenzen die voor een mooie verbetering in helderheid zorgden. Die microlenzen zijn op de G5 echter niet meer aanwezig. In ruil gebruikt dit model een gloednieuw paneel dat een andere opbouw van de oled-materialen gebruikt. Onder de naam OLED evo Met Brightness Booster Ultimate belooft de G5 hogere piekhelderheid en een breder kleurbereik. En dat blijken geen loze beloftes. Op het 10%-venster haalt de G5 2409 nits, en op een volledig wit beeld zelfs 356 nits. 

Lees ook: Zo testen we televisies

Dat alles gemeten in de uitstekend gekalibreerde HDR Filmmaker mode. Ter verduidelijking, dat is een 50 procent verbetering tegenover de G4 van vorig jaar, en voldoende om de kop van het oled-peloton aan te voeren. Vooral de verbetering op het volledig wit veld is impressionant. Daardoor moet de G5 nu de helderheid veel minder laten dalen als het beeld veel wit bevat, iets wat op vorige generaties nog merkbaar was. Ook het kleurbereik is weer groter geworden, en met 99,9% P3 is de G5 perfect uitgerust voor prachtige HDR-beelden. Het paneel had een uitstekende uniformiteit en weert zeer goed reflecties. De kijkhoek is prima.

De Filmmaker Mode is er voor wie minimale beeldverwerking wil, en de mooiste beelden getrouw aan de intentie. In SDR laat dat prachtige resultaten zien, maar de echte pracht van de G5 komt tevoorschijn bij HDR-beelden. Ook hier is de kalibratie nagenoeg perfect met enorm veel witdetail, intense kleuren, en dankzij de hoge piekhelderheid tintelende lichtaccenten. Kleuren worden goed bewaard als ze zeer helder zijn, dat dankt de tv aan het nieuwe paneel. Enkel in de donkerste beelden laat de G5 wat steken vallen. Er is veel schaduwdetail, maar in sommige beelden merken we veel ruis die het beeld ruw maakt en detail verbergt. In een ander geval was er wat blokvorming en bandvorming zichtbaar. We hopen dat LG nog wat aan de software kan sleutelen. 

Prima beeldverwerking

De Alpha11 beeldprocessor is aan zijn tweede generatie toe, maar nieuwe features lijken er niet te zijn. De upscaling en ruisonderdrukking zijn erg goed. In deinterlacing van 1080i-beeld merkten we op een testpatroon opnieuw een foutje waardoor kamvorming zichtbaar was, al bleek dat bij de meeste content niet tot problemen te leiden. Kleurstroken in zachte gradiënten elimineer je met de Vloeiende Gradatie-instelling, maar activeer die enkel als je het echt nodig acht, en dan alleen in de laagste stand. In een van onze testclips veegde die instelling ook wolken uit de lucht. Ook de dynamische tonemapping waar we gebruikelijk erg tevreden over zijn, laat je op dit model beter uit inactief.

Die maakte het beeld te helder, waardoor het aan contrast en impact verliest. Bovendien levert de G5 ook zonder dynamische tonemapping knap beeld. Goede punten waren er voor de bewegingsscherpte. Het oled-paneel laat nauwelijks of geen dubbele rand optekenen rond bewegende voorwerpen. Wie in 24Hz-filmmateriaal te veel last heeft van judder bij snelle camerabewegingen, activeert best TruMotion, bijvoorbeeld in ‘Cinematografische Beweging’ als je minimale invloed wenst. Maar ook hogere instellingen leverden goede resultaten, en de G5 toonde erg weinig beeldfouten zelfs met TruMotion in de Vloeiend-stand. 

Geen DTS-ondersteuning meer

Het is jammer, maar de G5 ondersteunt alleen nog maar Dolby Atmos, geen DTS meer. Vooral voor mensen met een uitgebreide bibliotheek Blu-ray schijven is dat een tegenvaller. Streaming gebruikt overwegend Dolby Atmos, dus daar weegt dat gebrek minder. De 60 Watt 4.2 kanaalsoplossing leek ons onveranderd. De klank is goed gebalanceerd, met een warm karakter en duidelijke baslijn. Zelfs surround is goed hoorbaar. Voor veel mensen zal dit volstaan, maar voor echte bioscoop audio zal een soundbar toch vereist zijn. Nieuw dit jaar is de Personal Sound Wizard. Die laat je een aantal keer in groepen van vier fragmenten horen met verschillende geluidsinstellingen, jij duidt aan wat je het best vindt klinken. Na de test bepaalt de processor op basis van je keuzes je geprefereerde klankinstellingen. Iets gelijkaardig bestond vorig jaar al voor beeld, maar we vinden dat je daar beter voor Filmmaker Mode of Cinema beeldmode kiest. Bij audio mogen persoonlijke voorkeuren wat meer doorwegen. 

WebOS 25, AI als persoonlijk hulpje

Kunstmatige intelligentie moet de nieuwe troef zijn van webOS 25, maar al deze nieuwe functies bleken niet te werken in het Nederlands. Voice ID, waarbij de tv je herkent op basis van je stem is nog niet beschikbaar in Nederlands. Maar ook andere functies, zoals de AI Chatbot die je moet helpen bij eenvoudige vragen zoals het aanpassen van beeldkwaliteit of aanbevelingen geven voor content, leek zelden te weten wat hij met onze vragen moest doen. LG kondigde ook generatieve kunst aan die je kan gebruiken in de screensaver, maar ook dit was nog niet beschikbaar. Nu missen we die AI-functies wel niet, de G5 is zo ook gebruiksvriendelijk, maar we hopen toch dat dit via software updates verbeterd wordt. 

In dit overzichtsartikel vind je alle informatie over webOS. WebOS 25 is van uitzicht niet echt veranderd op wat details na. Zo kan je live tv en HDMI-ingangen nu als tegels toevoegen in de rij met apps op het Home-scherm. Apps en Quick Cards die je niet gebruikt, kan je verbergen. Het app-aanbod is erg ruim en de G5 ondersteunt Airplay2 en Google Cast. LG toont helaas reclame op het Home-scherm en in de screensaver, lees in dit artikel hoe je reclame verwijdert.

De ‘Magic Remote’ heeft een nieuw ontwerp gekregen. Een rechthoekige vorm met afgeronde hoeken, en vooral minder toetsen. Weg zijn de cijfer- en kleurtoetsen, de volume- en kanaaltoetsen zijn nu kanteltoetsen. De mute-toets is verdwenen, muten doe je door de volume knop lang naar beneden te duwen. De ingangen-toets is vervangen door een Home Hub-toets, maar wanneer je die lang indrukt, toont de tv de ingangen. De aanwijsfunctie is gebleven, je kan de cursor op het scherm besturen door de afstandsbediening te bewegen. De afstandsbediening oogt moderner, en het gebruiksgemak is prima, maar we zouden hem niet beter noemen dan de oude versie. 

Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De OLED65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit.

De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

▼ Volgende artikel
Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android
Huis

Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android

Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar ook Android heeft – net als Windows – een klembord. Daarmee kun je gemakkelijk tekst kopiëren van de ene app naar de andere. Maar hoe open je dat klembord eigenlijk? En waar vind je wat erop staat? Je leest het in dit artikel!

Wat gaan we doen?

In dit artikel leggen we uit hoe kopiëren en plakken in Android precies werkt. Dat geldt voor zowel Android-smartphones en Android-tablets.

  • Zo werkt kopiëren, knippen en plakken
  • Knippen en plakken vanuit toetsenbord
  • Verbeteringen dankzij Android 13

Wil je meer weten over de veiligheid van Android? Lees dan het artikel Alles wat je moet weten over Android-beveiliging

Tekst of afbeeldingen kopiëren en plakken: het is een van de basisfuncties van elk besturingssysteem. Ook Android ondersteunt dit natuurlijk. Je kunt iets kopiëren in de ene app en het vervolgens plakken in een andere. Maar het Android-klembord kan meer dan alleen dat. Alles wat je kopieert, wordt daar namelijk tijdelijk opgeslagen. Handig als je per ongeluk iets hebt weggehaald, iets wilt terugvinden of gewoon even wilt kijken wat je allemaal hebt gekopieerd.

Let wel: hoe je precies bij het klembord komt, hangt af van je toestel en de Android-versie die je gebruikt. Zo hebben merken als Samsung en LG hun eigen klembordfunctie ingebouwd. Andere toestellen vereisen meestal een specifieke toetsenbord-app om het klembord te kunnen openen. In dit artikel leggen we je uit hoe je dat doet met zo’n toetsenbord-app.

Klembord binnen toetsenbord-apps

Om toegang te krijgen tot het klembord, heb je een toetsenbord-app nodig die die functie ondersteunt. Populaire keuzes zijn Gboard van Google en SwiftKey van Microsoft. Beide bieden vergelijkbare klembordfuncties, dus je kunt zelf kiezen welke je het prettigst vindt. Download en installeer de app, en stel deze daarna in als je standaard toetsenbord.

©PXimport

Met een ander toetsenbord in Android heb je meer mogelijkheden.

Dat instellen doe je via het instellingenmenu van je Android-telefoon. Gebruik het zoekveld bovenin het scherm en typ 'toetsenbord'. Je krijgt dan een lijst met resultaten. Kies de optie waarmee je het standaard toetsenbord kunt wijzigen en tik daarop.

Kies vervolgens de toetsenbord-app die je net hebt geïnstalleerd, zoals Gboard of SwiftKey. Let op: de vormgeving van de instellingen kan per toestel verschillen. Gebruik je liever een andere toetsenbord-app met klembordfunctie? Geen probleem – zolang je maar de juiste app selecteert bij het instellen.

Tekst kopiëren en plakken

Het klembord werkt meestal alleen met tekst. Wil je iets kopiëren naar een andere app? Selecteer dan een stuk tekst en kopieer het. Open bijvoorbeeld WhatsApp, ga naar een chat en houd het tekstveld even ingedrukt om de tekst direct te plakken. Soms zie je ook een klembordsymbooltje verschijnen, net boven het toetsenbord en onder het tekstveld. Tik daarop om het volledige klembord te openen.

Zie je dat symbooltje niet meteen? Dan krijg je waarschijnlijk eerst de suggestie om alleen de laatst gekopieerde tekst te plakken. Tik in dat geval op het witte rondje met het pijltje naar rechts – zo krijg je alle opties te zien.

Onder het kopje Recent zie je een lijstje met wat je als laatste hebt gekopieerd. Tik op een item om het direct in het tekstveld te plakken. Let wel: deze lijst wordt na een tijdje automatisch geleegd. Gebruik je vaak dezelfde tekst? Dan kun je die vastpinnen, zodat hij bewaard blijft. Zowel Gboard als SwiftKey ondersteunen deze functie: houd het item ingedrukt en kies voor Vastpinnen.

Klembord sinds Android 13

Sinds Android 13 is het klembord flink verbeterd. De basis is nog steeds hetzelfde: je kopieert tekst of een afbeelding in de ene app en plakt die in een andere. Maar de manier waarop je het klembord gebruikt, is een stuk handiger en overzichtelijker geworden. Dat maakt het werken met meerdere fragmenten tegelijk een stuk efficiënter.

Een van de grootste vernieuwingen is dat je nu meerdere items kunt bewaren – zowel tekst als afbeeldingen. Alles wat je kopieert, verschijnt in een nieuw klembordpaneel. Je opent dat paneel via het meldingscentrum of door een tekstveld lang ingedrukt te houden. Daar kun je door je gekopieerde items bladeren, kiezen wat je wilt plakken, en dingen die je niet meer nodig hebt, direct verwijderen. Je kunt zelfs een tekstfragment nog aanpassen voordat je het plakt.

Het klembordpaneel dat in Android 13 zijn intrede heeft gemaakt.

Met de komst van Android 13 werden er ook meteen een aantal nieuwe privacyfuncties voor het klembord geïntroduceerd. In eerdere versies konden apps op de achtergrond soms ongemerkt meelezen wat je had gekopieerd – met alle risico’s van dien. Nu heb je als gebruiker veel meer controle. Zo is er een nieuwe toestemmingsvraag voor klembordtoegang én krijg je een melding als een app probeert mee te kijken. Een stuk veiliger dus.