ID.nl logo
Wifi optimaliseren
© CIDimport
Zekerheid & gemak

Wifi optimaliseren

Iedereen wil draadloos werken. Dat is logisch, want het scheelt wellicht gaten in de muren. Wifi kan dan een oplossing bieden. Wij leggen u uit hoe wifi werkt en hoe u een goede dekking krijgt en daarbij ook een stabiel en betrouwbaar signaal overal in en om het huis.

De naam wifi is eigenlijk een grapje geweest. De officiële naam is Wireless Network of Wireless LAN, maar dat is door marketeers al snel tot wifi omgedoopt – een knipoog naar hifi. Binnen de wereld van wifi zijn diverse standaarden. Tegenwoordig werkt bijna iedereen op wifi-n. Deze standaard werkt met een snelheid van 150 Mbit/s per antenne en met – binnen het reguliere consumentensegment – maximaal vier antennes. Dus maximaal 600 Megabit per seconde (Mbit/s). Al bieden de meeste routers een snelheid van 300 Mbit/s of 450 Mbit/s. 
De opvolger van wifi-n is wifi-ac. Deze standaard biedt 433 Mbit/s per antenne. De meeste wifi-routers of accesspoints bieden drie antennes, dus dat komt neer op ongeveer 1300 Mbit/s aan bandbreedte. 

U vraag zich wellicht af hoe fabrikanten dan komen bij getallen als 1750 Mbit. Dat is vrij eenvoudig: ze tellen de 2,4 GHz- en 5 GHz-frequentieband op: 450 + 1300 = 1750 Mbit/s. En in zekere zin kan dat ook. Want er zijn twee fysieke radio’s en twee fysieke netwerksegmenten die tegelijk kunnen werken. 

©CIDimport












Wifi-ac is de nieuwste en snelste standaard met 433 Mbit/s per antenne.


Beetje marketing
Hoe zit het nu met de snelheden op de doos van de wifi-routers en accesspoints? Als we die cijfers moeten geloven, zijn wifi-ac routers al sneller dan gigabit-kabel. We kunnen alvast verklappen: dat is gewoonweg niet zo. Maar hoe komt dat nu? 
Allereerst is wifi geen tweerichtingsverkeer. Het is single duplex. En kabel is full-duplex, wat wil zeggen dat een kabel tegelijk in beide richtingen kan communiceren. Wifi kan dat niet. Om te beginnen mag u de snelheid op de doos dus door twee delen. 
Daarbij is er altijd ‘package overhead’, zoals dat heet. Er zijn bij netwerken onder meer controle-pakketten nodig om te kijken of data aan is gekomen. Ook niet onbelangrijk: foutcorrectiepakketten. Dan speelt er nog mee dat een datapakket niet altijd een geheel dataframe (een soort ‘slot’) vult. Dat is met name bij kleine bestanden het geval. Bij wifi is dat vervelender dan bij kabel. Daarbij speelt bij een draadloos netwerk de afstand tot het accesspoint een rol, net als de muren en absorptie van de omgeving. En niet te vergeten: interferentie. 

Alles bij elkaar opgeteld, komt wifi dan bij lange na niet aan de snelheid van kabel. Bij wifi-n op 2,4 GHz mag u blij zijn met ongeveer 100 Mbit/s. Op 5 GHz is dat iets hoger. Bij ac zijn snelheden van 300 Mbit mogelijk in gunstige gevallen. Dat is dus geen bij lange na geen 1300 Mbit. 

©CIDimport






























Kan deze router écht 1750 Mbit/s halen over wifi? Nou… nee. Neem dat maar met een flinke korrel zout. 

2,4 GHz en 5 GHz
Van origine werkt wifi op een frequentieband van 2,4 GHz. Zowel de g- als de eerste n-standaard werken op deze frequentie. De latere versie van wifi-n kan ook op de 5 GHz-band werken. Daarover later meer. 

Nu is het probleem bij de 2,4 GHz-frequentieband dat het een ‘vrij’ te gebruiken gebied is. Tenminste: zolang apparaten niet te veel zendvermogen gebruiken. En dat heeft als consequentie dat allerhande systemen deze frequentie gebruiken. Denk aan babyfoons, draadloze telefoons, bluetooth, alarmsystemen en niet te vergeten: de magnetron. 
Al deze apparaten zorgen – naast natuurlijk de andere wifi-netwerken van de buren en openbare netwerken – voor enorme storing op uw wifi-systeem. 

Precies om die reden is er een tweede frequentieband gekomen op 5 GHz. De nieuwere versie van wifi-n en de nieuwste wifi-ac werken op deze frequentie. De 5 GHz-band is nagenoeg vrij van interferentie. En dat zorgt natuurlijk voor een hogere snelheid en veel meer stabiliteit. 

Toch is er ook een nadeel bij het gebruik van de 5 GHz-frequentie: het bereik is (een stuk) kleiner. Dat heeft alles met de natuurkunde te maken; hoe hoger de frequentie, hoe kleiner het bereik én hoe meer signaalverlies als er een muur of een raam – met name hr-dubbelglas – tussen u en het accesspoint staat. 

©CIDimport


























Bijna alle fabrikanten bieden nu dualchannel-accesspoints. De EAP900H van Engenius is zeer krachtig. En prijzig. 

Kanalen en kanaalbreedte
Wellicht hebt u het weleens gezien in de opties van uw router: 20 of 40 MHz-kanalen. Of in geval van een wifi-ac-netwerk: 80 MHz. Dit is de kanaalbreedte die uw router gebruikt voor het draadloze netwerk. Hoe groter de kanaalbreedte, hoe hoger de snelheid. Wilt u dus het maximale uit uw wifi halen, dan zult u het breedte kanaal moeten gebruiken. Weet echter dat het minder sociaal is naar uw omgeving: u pikt immers meer van het spectrum (een extra kanaal). En daarbij: niet alle apparaten kunnen overweg met brede kanalen. Vallen apparaten dus ineens weg of ‘klappert’ de verbinding, dan weet u dat u beter terug kunt naar een 20 MHz kanaal. 

Bij een standaard bandbreedte van 20 MHz, biedt de 2,4 GHz-frequentieband drie niet-overlappende kanalen: één, zes en elf. Vandaar dat een draadloze router of bijvoorbeeld een smart-tv, vrijwel altijd één van deze kanalen gebruikt. U zult begrijpen dat de kans op een stabiele en snelle verbinding vrij klein is als u dat zo laat staan. We gaan u zo uitleggen hoe u zelf een goed kanaal kunt kiezen. 
Op de 5GHz-frequentieband ligt het net wat anders. Allereerst zijn er nog bijna geen netwerken die kunnen storen. Dat geeft u meer zekerheid en rust dat het netwerk stabiel zijn werk doet. 

Maar er zitten wel heel veel verschillen in routers en versies van hardware. Wereldwijd zitten er namelijk zeer grote verschillen in welke frequenties en kanalen gebruikt mogen worden. Dit heeft met name te maken met weerstations en militaire frequenties die storen ondervinden van wifi. Vandaar dat de ene router binnen het 5 GHz-spectrum bepaalde kanalen wél kan gebruiken en andere kanalen weer niet. 

Dat kan ook voor clients gelden: denk aan uw iPhone of Android-telefoon. We hebben meegemaakt dat een smartphone pas werkte nadat het kanaal binnen de 5GHz-band van bijvoorbeeld kanaal 100 naar kanaal 44 werd gezet. Het is maar dat u het weet. 

©CIDimport
























Een app als Wifi Analyzer kan heel snel laten zien welke netwerken er in de buurt zijn en hoe sterk deze zijn. 

Routers
U weet nu welke soorten wifi er zijn, op welke frequenties deze werken en hoe kanaalbreedte en kanalen in elkaar steken. Deze kennis is handig bij het opstellen van een wifi-netwerk. 
Wie in een groot huis woont, zal hoogstwaarschijnlijk geen complete wifi-dekking hebben met een standaardrouter van de provider. Zeker niet als de router in de meterkast bij de voordeur staat. In dat soort gevallen is het veelal nodig om het wifi-netwerk uit te breiden. 
Maar voordat u dat gaat doen, kunt u nog één ding proberen: stel de router zo centraal en vrij mogelijk in huis op. De kans is groot dat u dan wel heel aardig bereik hebt. Rondom de router straalt de wifi-router namelijk in een bolvorm af. Hebt u de router bij de voordeur staan, dan straalt u de helft van het wifi-netwerk de straat op. Zonde! Stel overigens de antennes altijd symmetrisch op en niet in een waaier. De antennes werken samen. Door ze in een waaier te zetten, werkt u het samenwerken eigenlijk alleen maar tegen. U krijgt u ook geen beter bereik. 

Accesspoints
Mocht het centraal opstellen niet genoeg dekking bieden, dan kunt u het netwerk uitbreiden. Dit kan op verschillende manieren. U kunt bijvoorbeeld een oudere router als accesspoint inzetten. Mocht de router een speciale accesspoint-setting hebben, gebruik die dan. Het verschilt per model of dat mogelijk is. Heeft de router dat niet, dan kunt u de router een vast ip-adres geven en een kabel aansluiten op één van de lanpoorten (dus niet de internet-poort / wan-poort). Zet vervolgens op die router de dhcp-server uit om problemen te voorkomen. Stel nu onder het wifi-menu het ssid en de beveiliging gelijk in als bij uw bestaande wifi-netwerk. Als het goed is, zullen alle bestaande, draadloze clients automatisch schakelen. 

Mooier is het om een écht draadloos toegangspunt aan te schaffen van een goed merk. Beter nog: koop allemaal gelijke modellen en plaatst die op strategisch goede plekken. Als u een systeem aanschaft van bijvoorbeeld Ubiquity, dan kunt u een écht homogeen draadloos netwerk opbouwen. 

Engenius heeft dit niet ingebouwd, maar kan dit wel. Onder meer door een wireless controller te gebruiken. Die zijn echter prijzig. 
Nieuwere modellen accesspoints hebben in sommige gevallen ook een ‘fast handover’ systeem, waarbij u kunt aangeven bij hoeveel dB een toegangspunt een client moet laten vallen. Zo hebt u zelf in de hand hoe sterk een signaal minimaal moet zijn om verbinding te maken en te houden. Tevens kunnen deze accesspoints een apparaat automatisch op een bepaalde frequentieband zetten. Is een apparaat 5 GHz-compatible? Dan gaat hij lekker naar die frequentie. Het zijn allemaal hulpmiddelen die u vindt in betere wifi toegangspunten. 

Een andere, gemakkelijke, mogelijkheid is om met homeplugs te werken. Er zijn talloze modellen die een ingebouwd wifi-accesspoint hebben. U kunt met homeplug deze accesspoints vrij plaatsen in het huis. Let er wel op dat de verbinding tussen de homeplugs goed genoeg is. Test dat even met een kabel aan een laptop of pc. Als er geen goede verbinding tussen de homeplugs is, is er ook geen bandbreedte via wifi natuurlijk. 
Repeaters raden we ten zeerste af, omdat u slechts de helft van de bandbreedte overhoudt en omdat ze zeer foutgevoelig zijn. Denk aan kanaalwisselingen en onnodige interferentie.

©CIDimport


































Een handige en gemakkelijke manier om wifi uit te breiden is een homeplug met wifi-accesspoint. 

Interferentie
Nu we het toch over interferentie hebben: dat is de grootste vijand van een goed wifi-netwerk. Met name op de 2,4 GHz-frequentieband – en dat is veelal de krachtigste – speelt interferentie een hele grote rol. Andere wifi-netwerken zijn de grootste boosdoeners. Maar zoals eerder vermeld, spelen ook andere apparaten een rol. Denk aan bluetooth en babyfoons. 
Wat u kunt doen als u een instabiele verbinding hebt, is scannen in uw omgeving naar andere netwerken. Er zijn verschillende apps die dat kunnen doen. Denk aan Wifi Analyzer op Android of Inssider op de laptop. 
Deze applicaties geven een helder overzicht van de netwerken in uw omgeving. Schrik niet: het kunnen er heel veel zijn. Zeker als u in de stad woont waar Ziggo en UPC wifi-spots hebben uitgerold. 

Als u de lijst hebt, kunt u ook zien op welke kanalen het druk is. Nu moet u ook goed kijken naar welke netwerken sterk zijn. Blijf daar indien mogelijk uit de buurt. U hebt ongeveer 40 dB nodig om een goede verbinding te krijgen. Dus tussen de piek van een ander netwerk en die van u moet 40 dB verschil zitten. 
Zo kan het zijn dat er meer dan tien netwerken op kanaal 1 aanwezig zijn waar u geen last van hebt, omdat ze allemaal zwak zijn. Er hoeven echter maar één of twee netwerken heel sterk te zijn op uw kanaal om u het wifi-leven zuur te maken. 
Mocht het nu zo zijn dat u toch een slechte verbinding hebt, ondanks dat het hele kanaal vrij lijkt te zijn, dan hebt u waarschijnlijk te maken met een ander apparaat op 2,4 GHz dat stoort. Dat kan van alles zijn. De enige manier om er achter te komen, is te scannen met speciaal gereedschap. De meest bekende is de WiSpy van Metageek. Deze scant niet alleen wifi-netwerken, maar álles binnen de 2,4 GHz-band. U ziet dus ook alarmsystemen, magnetrons, bluetooth, et cetera. Dat kan enorm helpen bij het vinden van een wifi-probleem. 
Weet wel dat deze apparaatjes en software behoorlijk prijzig zijn (ongeveer 800 euro). Het is dus meer gereedschap voor professionals. 

©CIDimport





















Sommige ruis is niet zichtbaar, omdat het geen wifi is. De WiSpy kan dat meten en weergeven. 

Het stappenplan
Hoe krijgt u nu in een paar stappen een degelijk wifi-netwerk? Het belangrijkste is en blijft goede hardware. Degelijke merken gebruiken degelijke hardware en programmeren ook goede software die de hardware aanstuurt. Het resultaat is eenvoudigweg een groter bereik en een stabielere verbinding. 

Maar goede hardware moet wel zijn werk kunnen doen. Centraal plaatsen in huis, helpt enorm. Probeer een router of accesspoint dus zo centraal mogelijk te plaatsen. En dan het liefst vrij in de ruimte. Een bank absorbeert straling. Als u de router dus achter of onder de bank verstopt, bent u direct signaal kwijt. Ook deuren en ramen houden signaal tegen. 
Mocht uw accesspoint een mogelijkheid hebben om het zendvermogen aan te passen, zet deze dan op auto en niet op volle kracht. Dat kan namelijk tegenwerken. Te veel vermogen vervormt het signaal als u dichtbij bent. 

Tenslotte is het cruciaal om een vrij kanaal te vinden. Scan uw omgeving met apps als wifi analyzer of Inssider. Daarmee krijgt u al heel degelijk inzicht in de situatie. En met die data kunt u weer uw router op een goed kanaal zetten. Gebruik in geen geval de automatische kanaalkeuze die sommige routers bieden; het spectrum op de plek waar u de wifi gebruikt ziet er waarschijnlijk totaal anders uit dan het spectrum in de buurt van de router.

Een puntje op de ‘i’ zou kunnen zijn dat u uw 2,4- en 5 GHz-netwerk dezelfde naam en wachtwoord geeft, zodat u dualband-apparaten zelf kan laten kiezen welk netwerk optimaal is. Zo benut u beide netwerken optimaal. Dit werkt overigens niet bij alle apparaten. Probeer het dus eerst even. 

Decibellen
De kracht van draadloze signalen worden – net als geluidsdruk – uitgedrukt in Decibel: dB. Nu zult u in de software en apps zien dat het een schaal is die loopt van ongeveer  -90 tot ongeveer -30. Een sterk netwerk komt tot ongeveer -40 tot hooguit -30. Meer signaal is niet nodig. Een zeer zwak netwerk ligt rond de -80 tot -90 dB. 

wifi werkt goed vanaf ongeveer 30 dB. U hebt dan drie tot vier streepjes bereik. Een signaal/ruisverhouding van rond de 40 dB is prima. Alles hoger dan 40 dB verschil is uitstekend (vijf streepjes). 
Nu kunnen de streepjes wel een beetje misleidend zijn, want in bepaalde gevallen hebt u vol bereik, maar een heel trage verbinding. In dat geval hebt u last van zware interferentie. De remedie dan is een andere kanaal kiezen op uw router. 

▼ Volgende artikel
Op zoek naar het ideale Vaderdag-cadeau? Maak kans op een Ninja-airfryer!
© Ninja
Huis

Op zoek naar het ideale Vaderdag-cadeau? Maak kans op een Ninja-airfryer!

Wie regelmatig in de keuken staat, weet hoe prettig het is als een apparaat meerdere taken aankan zonder in te leveren op kwaliteit. De Ninja Foodi MAX Dual Zone Airfryer AF400EU is daar een goed voorbeeld van. Hij frituurt zonder olie, bakt zonder oven en kookt sneller dan je gewend bent. En dankzij de twee gescheiden kookzones is hij ook nog eens razend efficiënt. Speciaal voor Vaderdag mogen we bovendien vier exemplaren weggeven!

De Ninja Foodi MAX Dual Zone Airfryer AF400EU is niet zomaar een airfryer, maar een serieus keukentalent met twee volledig gescheiden kookladen van elk 4,75 liter. Dat betekent dat je moeiteloos een complete maaltijd tegelijk kunt bereiden: bijvoorbeeld een portie kippetjes aan de ene kant en frietjes aan de andere. Dankzij de Sync-functie zijn beide gerechten tegelijk klaar, dus geen lauwe friet meer terwijl het vlees nog moet garen.

En met de Match-functie zet je eenvoudig dezelfde instellingen op beide zones als je juist voor een grotere hoeveelheid van één gerecht gaat. Dat klinkt technisch, maar het komt erop neer dat je minder hoeft na te denken en toch meer op tafel zet. Zelfs vaders die normaal gesproken hun ei nog laten aanbranden krijgen hierdoor ineens vleugels in de keuken.

Lees hier onze review van de Ninja Foodi MAX Dual Zone Airfryer AF400EU

©Ninja

Veelzijdig koken met één apparaat

De meeste keukenapparaten hebben gebruiksaanwijzingen van het formaat boekwerk, maar de bediening van deze airfryer is lekker overzichtelijk. Het digitale display is intuïtief, de knoppen spreken voor zich en de zes vooraf ingestelde functies maken het kiezen makkelijk. Airfryen, bakken, roosteren, opwarmen, drogen of de Max Crisp-stand gebruiken? Alles kan, zonder gedoe met temperatuurinstellingen of baktijden opzoeken. En ja, ook voor de vader die denkt dat een quiche een soort Pokémon is, wordt koken hiermee opeens iets wat hij kan – en misschien zelfs leuk gaat vinden.

Nog een groot voordeel: de Ninja AF400EU is niet alleen sneller dan een oven, hij zorgt ook voor gezonder voedsel. Je gebruikt tot 75 procent minder vet, zonder in te leveren op smaak of crunch. Snacks blijven krokant, kip wordt sappig en groenten behouden hun bite. En als het dan eindelijk tijd is om op te ruimen, blijken ook daar geen excuses meer nodig: de kookladen en de bijbehorende roosters mogen gewoon in de vaatwasser. Geen geschrob, geen gezucht, geen smoesjes.

Vaderdagactie: win een Ninja Foodi MAX Dual Zone Airfryer AF400EU!

Speciaal voor Vaderdag mogen we vier exemplaren van de Ninja Foodi MAX Dual Zone Airfryer AF400EU weggeven. Wil jij er één winnen? Doe dan mee aan onze prijsvraag!

De vraag luidt: Wat is de totale capaciteit van de Ninja Foodi MAX Dual Zone Airfryer AF400EU?

Meedoen is eenvoudig: Stuur je antwoord vóór 10 juni 2025 naar winnen@id.nl met als onderwerp Vaderdagactie. ‼️Vergeet niet je naam en adresgegevens te vermelden‼️ De winnaars krijgen op 16 juni persoonlijk bericht.

▼ Volgende artikel
Van powerbank tot adapter: dit zijn de handigste accessoires voor je laptop
© Daisy Daisy
Huis

Van powerbank tot adapter: dit zijn de handigste accessoires voor je laptop

Wil je het maximale halen uit je laptop? Dan kom je al snel uit bij een reeks accessoires die nét dat beetje extra bieden. Natuurlijk denk je dan aan een goede tas, een losse muis of een extern scherm. Maar er zijn ook minder voor de hand liggende hulpmiddelen die het werken, reizen of ontspannen met je laptop makkelijker en handiger maken.

Meer uit je laptop halen met slimme aanvullingen

Slimme accessoires zorgen voor gemak, comfort en betere prestaties. Ze maken het verschil tussen 'gewoon' werken en écht prettig werken. Van extra aansluitmogelijkheden tot handige tools voor onderweg – er is veel mogelijk. Denk aan: 💻 Accessoires die mobiel werken makkelijker maken 💻 extra aansluitmogelijkheden voor kabels, schermen en netwerken 💻 uitbreidingen voor meer opslag of ergonomisch gemak

Lees ook: Op zoek naar een nieuwe laptop? Dit is waar je op moet letten!

Laptopstandaard: comfortabeler en koeler werken

Een laptopstandaard tilt je scherm op tot een prettig kijkniveau. Dat werkt een stuk prettiger voor je nek en schouders. Ideaal voor aan een bureau, maar ook op de bank geeft het meer stabiliteit. Sommige modellen hebben zelfs een ingebouwde ventilator om de temperatuur van je laptop omlaag te brengen. Minder warmte betekent minder slijtage en een langere levensduur van je laptop.

Powerbank: altijd stroom bij de hand

Onderweg of op reis heb je niet altijd een stopcontact in de buurt. Een krachtige powerbank is dan onmisbaar. Kies er een met voldoende capaciteit – minimaal 20.000 mAh – én voldoende vermogen. Veel laptops hebben minstens 60 watt nodig, sommige lichtere modellen kunnen met 30 watt toe. Varianten met een klein zonnepaneel laden ook op via zonlicht, al gaat dat vrij traag. Handig als extra, maar niet als hoofdbron.

©doucefleur

☀️ + 🔋= 🧑‍💻

Solar powerbanks

Wereldstekker: handig voor op reis

In het buitenland zijn stopcontacten lang niet altijd zoals in Nederland. Met een universele reisstekker (ook wel reisadapter of wereldstekker genoemd) kun je overal terecht. Ook hier is het, net als bij je keuze voor een powerbank, weer belangrijk om erop te letten dat het wattage toereikend is voor je laptop.

Usb-naar-internetadapter: stabiel bekabeld internet

Een wifi-verbinding is de standaard voor laptops, maar zo'n draadloze verbinding is helaas niet altijd stabiel. Vooral op drukke netwerken of in gebouwen met dikke muren kan een kabel betrouwbaarder zijn. Veel moderne laptops hebben geen netwerkaansluiting meer. Met een losse adapter los je dat probleem eenvoudig op. Ga op zoek naar een usb-naar-RJ45-adapter (ook wel ethernetadapter genoemd). Die zijn al te vinden voor minder dan 10 euro. Op veel adapters zitten bovendien extra usb-poorten – altijd handig!

Kaartlezer: bestanden overzetten in één keer

Draadloos bestanden overzetten of gewoon al je foto's in de cloud opslaan werkt over het algemeen prima. Maar een losse kaartlezer kan ook handig zijn. Zeker als je liever werkt met fysieke opslag dan met de cloud. Universele kaartlezers zijn goedkoop, compact en plug-and-play.. Voor een paar euro koop je al een universele kaartlezer, met aansluitingen voor bijvoorbeeld microSD, SDHC en UHS-I.

©Karter13

Een vleugje nostalgie: dvd's en blu-rays afspelen

Dvd-spelers zijn verdwenen uit bijna alle laptops. Heb je nog schijfjes met films, software of back-ups? Dan is een externe speler de oplossing. Voor weinig geld sluit je hem aan via usb en speel je alles alsnog probleemloos af.

Externe harde schijf: ruimte maken en back-ups bewaren

Als de opslagruimte op je laptop volloopt, is een externe harde schijf een logische stap. Je bewaart je bestanden fysiek én hebt een back-up bij de hand. Liever niet afhankelijk van de cloud? Dan is dit een betrouwbare manier om je data veilig te stellen.

Docking station: alles aangesloten in één keer

Met een docking station sluit je met één handeling je laptop aan op meerdere schermen, een toetsenbord, netwerk en andere randapparatuur. Alles via één centrale hub. Ideaal voor vaste werkplekken of als je regelmatig wisselt tussen kantoor en thuis. Sommige modellen hebben ook een ingebouwde laptopstandaard of oplader.