ID.nl logo
Wifi optimaliseren
© CIDimport
Zekerheid & gemak

Wifi optimaliseren

Iedereen wil draadloos werken. Dat is logisch, want het scheelt wellicht gaten in de muren. Wifi kan dan een oplossing bieden. Wij leggen u uit hoe wifi werkt en hoe u een goede dekking krijgt en daarbij ook een stabiel en betrouwbaar signaal overal in en om het huis.

De naam wifi is eigenlijk een grapje geweest. De officiële naam is Wireless Network of Wireless LAN, maar dat is door marketeers al snel tot wifi omgedoopt – een knipoog naar hifi. Binnen de wereld van wifi zijn diverse standaarden. Tegenwoordig werkt bijna iedereen op wifi-n. Deze standaard werkt met een snelheid van 150 Mbit/s per antenne en met – binnen het reguliere consumentensegment – maximaal vier antennes. Dus maximaal 600 Megabit per seconde (Mbit/s). Al bieden de meeste routers een snelheid van 300 Mbit/s of 450 Mbit/s. 
De opvolger van wifi-n is wifi-ac. Deze standaard biedt 433 Mbit/s per antenne. De meeste wifi-routers of accesspoints bieden drie antennes, dus dat komt neer op ongeveer 1300 Mbit/s aan bandbreedte. 

U vraag zich wellicht af hoe fabrikanten dan komen bij getallen als 1750 Mbit. Dat is vrij eenvoudig: ze tellen de 2,4 GHz- en 5 GHz-frequentieband op: 450 + 1300 = 1750 Mbit/s. En in zekere zin kan dat ook. Want er zijn twee fysieke radio’s en twee fysieke netwerksegmenten die tegelijk kunnen werken. 

©CIDimport












Wifi-ac is de nieuwste en snelste standaard met 433 Mbit/s per antenne.


Beetje marketing
Hoe zit het nu met de snelheden op de doos van de wifi-routers en accesspoints? Als we die cijfers moeten geloven, zijn wifi-ac routers al sneller dan gigabit-kabel. We kunnen alvast verklappen: dat is gewoonweg niet zo. Maar hoe komt dat nu? 
Allereerst is wifi geen tweerichtingsverkeer. Het is single duplex. En kabel is full-duplex, wat wil zeggen dat een kabel tegelijk in beide richtingen kan communiceren. Wifi kan dat niet. Om te beginnen mag u de snelheid op de doos dus door twee delen. 
Daarbij is er altijd ‘package overhead’, zoals dat heet. Er zijn bij netwerken onder meer controle-pakketten nodig om te kijken of data aan is gekomen. Ook niet onbelangrijk: foutcorrectiepakketten. Dan speelt er nog mee dat een datapakket niet altijd een geheel dataframe (een soort ‘slot’) vult. Dat is met name bij kleine bestanden het geval. Bij wifi is dat vervelender dan bij kabel. Daarbij speelt bij een draadloos netwerk de afstand tot het accesspoint een rol, net als de muren en absorptie van de omgeving. En niet te vergeten: interferentie. 

Alles bij elkaar opgeteld, komt wifi dan bij lange na niet aan de snelheid van kabel. Bij wifi-n op 2,4 GHz mag u blij zijn met ongeveer 100 Mbit/s. Op 5 GHz is dat iets hoger. Bij ac zijn snelheden van 300 Mbit mogelijk in gunstige gevallen. Dat is dus geen bij lange na geen 1300 Mbit. 

©CIDimport






























Kan deze router écht 1750 Mbit/s halen over wifi? Nou… nee. Neem dat maar met een flinke korrel zout. 

2,4 GHz en 5 GHz
Van origine werkt wifi op een frequentieband van 2,4 GHz. Zowel de g- als de eerste n-standaard werken op deze frequentie. De latere versie van wifi-n kan ook op de 5 GHz-band werken. Daarover later meer. 

Nu is het probleem bij de 2,4 GHz-frequentieband dat het een ‘vrij’ te gebruiken gebied is. Tenminste: zolang apparaten niet te veel zendvermogen gebruiken. En dat heeft als consequentie dat allerhande systemen deze frequentie gebruiken. Denk aan babyfoons, draadloze telefoons, bluetooth, alarmsystemen en niet te vergeten: de magnetron. 
Al deze apparaten zorgen – naast natuurlijk de andere wifi-netwerken van de buren en openbare netwerken – voor enorme storing op uw wifi-systeem. 

Precies om die reden is er een tweede frequentieband gekomen op 5 GHz. De nieuwere versie van wifi-n en de nieuwste wifi-ac werken op deze frequentie. De 5 GHz-band is nagenoeg vrij van interferentie. En dat zorgt natuurlijk voor een hogere snelheid en veel meer stabiliteit. 

Toch is er ook een nadeel bij het gebruik van de 5 GHz-frequentie: het bereik is (een stuk) kleiner. Dat heeft alles met de natuurkunde te maken; hoe hoger de frequentie, hoe kleiner het bereik én hoe meer signaalverlies als er een muur of een raam – met name hr-dubbelglas – tussen u en het accesspoint staat. 

©CIDimport


























Bijna alle fabrikanten bieden nu dualchannel-accesspoints. De EAP900H van Engenius is zeer krachtig. En prijzig. 

Kanalen en kanaalbreedte
Wellicht hebt u het weleens gezien in de opties van uw router: 20 of 40 MHz-kanalen. Of in geval van een wifi-ac-netwerk: 80 MHz. Dit is de kanaalbreedte die uw router gebruikt voor het draadloze netwerk. Hoe groter de kanaalbreedte, hoe hoger de snelheid. Wilt u dus het maximale uit uw wifi halen, dan zult u het breedte kanaal moeten gebruiken. Weet echter dat het minder sociaal is naar uw omgeving: u pikt immers meer van het spectrum (een extra kanaal). En daarbij: niet alle apparaten kunnen overweg met brede kanalen. Vallen apparaten dus ineens weg of ‘klappert’ de verbinding, dan weet u dat u beter terug kunt naar een 20 MHz kanaal. 

Bij een standaard bandbreedte van 20 MHz, biedt de 2,4 GHz-frequentieband drie niet-overlappende kanalen: één, zes en elf. Vandaar dat een draadloze router of bijvoorbeeld een smart-tv, vrijwel altijd één van deze kanalen gebruikt. U zult begrijpen dat de kans op een stabiele en snelle verbinding vrij klein is als u dat zo laat staan. We gaan u zo uitleggen hoe u zelf een goed kanaal kunt kiezen. 
Op de 5GHz-frequentieband ligt het net wat anders. Allereerst zijn er nog bijna geen netwerken die kunnen storen. Dat geeft u meer zekerheid en rust dat het netwerk stabiel zijn werk doet. 

Maar er zitten wel heel veel verschillen in routers en versies van hardware. Wereldwijd zitten er namelijk zeer grote verschillen in welke frequenties en kanalen gebruikt mogen worden. Dit heeft met name te maken met weerstations en militaire frequenties die storen ondervinden van wifi. Vandaar dat de ene router binnen het 5 GHz-spectrum bepaalde kanalen wél kan gebruiken en andere kanalen weer niet. 

Dat kan ook voor clients gelden: denk aan uw iPhone of Android-telefoon. We hebben meegemaakt dat een smartphone pas werkte nadat het kanaal binnen de 5GHz-band van bijvoorbeeld kanaal 100 naar kanaal 44 werd gezet. Het is maar dat u het weet. 

©CIDimport
























Een app als Wifi Analyzer kan heel snel laten zien welke netwerken er in de buurt zijn en hoe sterk deze zijn. 

Routers
U weet nu welke soorten wifi er zijn, op welke frequenties deze werken en hoe kanaalbreedte en kanalen in elkaar steken. Deze kennis is handig bij het opstellen van een wifi-netwerk. 
Wie in een groot huis woont, zal hoogstwaarschijnlijk geen complete wifi-dekking hebben met een standaardrouter van de provider. Zeker niet als de router in de meterkast bij de voordeur staat. In dat soort gevallen is het veelal nodig om het wifi-netwerk uit te breiden. 
Maar voordat u dat gaat doen, kunt u nog één ding proberen: stel de router zo centraal en vrij mogelijk in huis op. De kans is groot dat u dan wel heel aardig bereik hebt. Rondom de router straalt de wifi-router namelijk in een bolvorm af. Hebt u de router bij de voordeur staan, dan straalt u de helft van het wifi-netwerk de straat op. Zonde! Stel overigens de antennes altijd symmetrisch op en niet in een waaier. De antennes werken samen. Door ze in een waaier te zetten, werkt u het samenwerken eigenlijk alleen maar tegen. U krijgt u ook geen beter bereik. 

Accesspoints
Mocht het centraal opstellen niet genoeg dekking bieden, dan kunt u het netwerk uitbreiden. Dit kan op verschillende manieren. U kunt bijvoorbeeld een oudere router als accesspoint inzetten. Mocht de router een speciale accesspoint-setting hebben, gebruik die dan. Het verschilt per model of dat mogelijk is. Heeft de router dat niet, dan kunt u de router een vast ip-adres geven en een kabel aansluiten op één van de lanpoorten (dus niet de internet-poort / wan-poort). Zet vervolgens op die router de dhcp-server uit om problemen te voorkomen. Stel nu onder het wifi-menu het ssid en de beveiliging gelijk in als bij uw bestaande wifi-netwerk. Als het goed is, zullen alle bestaande, draadloze clients automatisch schakelen. 

Mooier is het om een écht draadloos toegangspunt aan te schaffen van een goed merk. Beter nog: koop allemaal gelijke modellen en plaatst die op strategisch goede plekken. Als u een systeem aanschaft van bijvoorbeeld Ubiquity, dan kunt u een écht homogeen draadloos netwerk opbouwen. 

Engenius heeft dit niet ingebouwd, maar kan dit wel. Onder meer door een wireless controller te gebruiken. Die zijn echter prijzig. 
Nieuwere modellen accesspoints hebben in sommige gevallen ook een ‘fast handover’ systeem, waarbij u kunt aangeven bij hoeveel dB een toegangspunt een client moet laten vallen. Zo hebt u zelf in de hand hoe sterk een signaal minimaal moet zijn om verbinding te maken en te houden. Tevens kunnen deze accesspoints een apparaat automatisch op een bepaalde frequentieband zetten. Is een apparaat 5 GHz-compatible? Dan gaat hij lekker naar die frequentie. Het zijn allemaal hulpmiddelen die u vindt in betere wifi toegangspunten. 

Een andere, gemakkelijke, mogelijkheid is om met homeplugs te werken. Er zijn talloze modellen die een ingebouwd wifi-accesspoint hebben. U kunt met homeplug deze accesspoints vrij plaatsen in het huis. Let er wel op dat de verbinding tussen de homeplugs goed genoeg is. Test dat even met een kabel aan een laptop of pc. Als er geen goede verbinding tussen de homeplugs is, is er ook geen bandbreedte via wifi natuurlijk. 
Repeaters raden we ten zeerste af, omdat u slechts de helft van de bandbreedte overhoudt en omdat ze zeer foutgevoelig zijn. Denk aan kanaalwisselingen en onnodige interferentie.

©CIDimport


































Een handige en gemakkelijke manier om wifi uit te breiden is een homeplug met wifi-accesspoint. 

Interferentie
Nu we het toch over interferentie hebben: dat is de grootste vijand van een goed wifi-netwerk. Met name op de 2,4 GHz-frequentieband – en dat is veelal de krachtigste – speelt interferentie een hele grote rol. Andere wifi-netwerken zijn de grootste boosdoeners. Maar zoals eerder vermeld, spelen ook andere apparaten een rol. Denk aan bluetooth en babyfoons. 
Wat u kunt doen als u een instabiele verbinding hebt, is scannen in uw omgeving naar andere netwerken. Er zijn verschillende apps die dat kunnen doen. Denk aan Wifi Analyzer op Android of Inssider op de laptop. 
Deze applicaties geven een helder overzicht van de netwerken in uw omgeving. Schrik niet: het kunnen er heel veel zijn. Zeker als u in de stad woont waar Ziggo en UPC wifi-spots hebben uitgerold. 

Als u de lijst hebt, kunt u ook zien op welke kanalen het druk is. Nu moet u ook goed kijken naar welke netwerken sterk zijn. Blijf daar indien mogelijk uit de buurt. U hebt ongeveer 40 dB nodig om een goede verbinding te krijgen. Dus tussen de piek van een ander netwerk en die van u moet 40 dB verschil zitten. 
Zo kan het zijn dat er meer dan tien netwerken op kanaal 1 aanwezig zijn waar u geen last van hebt, omdat ze allemaal zwak zijn. Er hoeven echter maar één of twee netwerken heel sterk te zijn op uw kanaal om u het wifi-leven zuur te maken. 
Mocht het nu zo zijn dat u toch een slechte verbinding hebt, ondanks dat het hele kanaal vrij lijkt te zijn, dan hebt u waarschijnlijk te maken met een ander apparaat op 2,4 GHz dat stoort. Dat kan van alles zijn. De enige manier om er achter te komen, is te scannen met speciaal gereedschap. De meest bekende is de WiSpy van Metageek. Deze scant niet alleen wifi-netwerken, maar álles binnen de 2,4 GHz-band. U ziet dus ook alarmsystemen, magnetrons, bluetooth, et cetera. Dat kan enorm helpen bij het vinden van een wifi-probleem. 
Weet wel dat deze apparaatjes en software behoorlijk prijzig zijn (ongeveer 800 euro). Het is dus meer gereedschap voor professionals. 

©CIDimport





















Sommige ruis is niet zichtbaar, omdat het geen wifi is. De WiSpy kan dat meten en weergeven. 

Het stappenplan
Hoe krijgt u nu in een paar stappen een degelijk wifi-netwerk? Het belangrijkste is en blijft goede hardware. Degelijke merken gebruiken degelijke hardware en programmeren ook goede software die de hardware aanstuurt. Het resultaat is eenvoudigweg een groter bereik en een stabielere verbinding. 

Maar goede hardware moet wel zijn werk kunnen doen. Centraal plaatsen in huis, helpt enorm. Probeer een router of accesspoint dus zo centraal mogelijk te plaatsen. En dan het liefst vrij in de ruimte. Een bank absorbeert straling. Als u de router dus achter of onder de bank verstopt, bent u direct signaal kwijt. Ook deuren en ramen houden signaal tegen. 
Mocht uw accesspoint een mogelijkheid hebben om het zendvermogen aan te passen, zet deze dan op auto en niet op volle kracht. Dat kan namelijk tegenwerken. Te veel vermogen vervormt het signaal als u dichtbij bent. 

Tenslotte is het cruciaal om een vrij kanaal te vinden. Scan uw omgeving met apps als wifi analyzer of Inssider. Daarmee krijgt u al heel degelijk inzicht in de situatie. En met die data kunt u weer uw router op een goed kanaal zetten. Gebruik in geen geval de automatische kanaalkeuze die sommige routers bieden; het spectrum op de plek waar u de wifi gebruikt ziet er waarschijnlijk totaal anders uit dan het spectrum in de buurt van de router.

Een puntje op de ‘i’ zou kunnen zijn dat u uw 2,4- en 5 GHz-netwerk dezelfde naam en wachtwoord geeft, zodat u dualband-apparaten zelf kan laten kiezen welk netwerk optimaal is. Zo benut u beide netwerken optimaal. Dit werkt overigens niet bij alle apparaten. Probeer het dus eerst even. 

Decibellen
De kracht van draadloze signalen worden – net als geluidsdruk – uitgedrukt in Decibel: dB. Nu zult u in de software en apps zien dat het een schaal is die loopt van ongeveer  -90 tot ongeveer -30. Een sterk netwerk komt tot ongeveer -40 tot hooguit -30. Meer signaal is niet nodig. Een zeer zwak netwerk ligt rond de -80 tot -90 dB. 

wifi werkt goed vanaf ongeveer 30 dB. U hebt dan drie tot vier streepjes bereik. Een signaal/ruisverhouding van rond de 40 dB is prima. Alles hoger dan 40 dB verschil is uitstekend (vijf streepjes). 
Nu kunnen de streepjes wel een beetje misleidend zijn, want in bepaalde gevallen hebt u vol bereik, maar een heel trage verbinding. In dat geval hebt u last van zware interferentie. De remedie dan is een andere kanaal kiezen op uw router. 

▼ Volgende artikel
Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd
Huis

Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd

LG blijft verbetert de oled-techniek nog veel verder en dat werpt dit jaar eindelijk zijn vruchten af. De LG OLED EVO 65G56LS is uitgerust met een nieuw type oled-paneel dat aanzienlijk meer piekhelderheid en kleurbereik levert. Daarnaast heeft LG webOS 25 uitgerust met een aantal AI-functies die het gebruiksgemak moeten verbeteren.

Fantastisch
Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De LG OLED EVO 65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit. De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

Plus- en minpunten
  • Alpha11-processor met uitstekende beeldverwerking
  • Fantastische HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Goede kijkhoek en anti-reflectie
  • WebOS 25, met vijf jaar lang nieuwe versies
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Geen ondersteuning voor HDR10+ en DTS
  • Voorlopig weinig meerwaarde met AI

 

LG OLED EVO 65G56LS (2025)

  • Adviesprijs: 3,299 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 165 Hz W-OLED-tv
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 3x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, 1x IR-blaster, Wifi 6 (802.11ax), ethernet, Bluetooth 5.3, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, webOS 25, AirPlay 2, Google Cast, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 11 gen2 processor
  • Afmetingen: 1.441 x 910 x 263 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 26,6 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 85 kWh (E) / HDR 222 kWh (G) 

De nieuwe G-serie van LG is verkrijgbaar in twee versies. Een met een centrale voet in doos zoals ons testmodel, te herkennen aan de letters ‘LS’ achteraan en een model met een meegeleverde wandbeugel, die modellen hebben de letters ‘LW’ achteraan. De G-reeks mikt nog steeds in eerste instantie op wandmontage. Het toestel zelf is 24mm diep, dat lijkt misschien veel, maar die dikte heeft het wel over het hele oppervlak. Er is geen behuizing voor elektronica die verder uitsteekt. De rand is afgewerkt met een zilverkleurige strip, en dat geeft deze tv van opzij bekeken echt een premium look. De wandbeugel is verstelbaar, je kunt het toestel beperkt links en rechts draaien. De voet kun je monteren in twee posities, hoog en laag, in de hoge positie is er ruim plaats voor een soundbar. Het moet gezegd ook op een tv-meubel ziet hij er prima uit, wandmontage is zeker geen verplichting. 

Aansluitingen

De selectie aansluitingen die LG gebruikt is al enige tijd onveranderd gebleven, maar is dan ook erg goed. Met vier hdmi-poorten die allemaal de maximale hdmi 2.1-bandbreedte (48Gbps) leveren, zitten gamers in ieder geval gebeiteld. Verdere gamingfuncties zijn ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync). PC-gamers kunnen zelfs tot 4K165 gaan, dat is een duidelijke upgrade ten opzichte van vorig jaar. Input-lag is altijd een sterk punt geweest bij LG, dat is dit jaar niet anders, in 4K60 meten we 10,5ms, in 2K120 zelfs maar 5,5ms. Op poort 2 kan je ARC/eARC gebruiken, gamers die een soundbar willen aansluiten, houden nog steeds drie volwaardige HDMI-poorten over. 

Wil je de opstelling zo netjes mogelijk houden, altijd mooi bij een premium tv, dan kun je de bijgeleverde IR-blaster gebruiken om brontoestellen te besturen met de LG-afstandsbediening, ook als die apparaten bijvoorbeeld in een kast staan. De G5 ondersteunt het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association), maar is beperkt tot 2.1-configuraties. Daarmee is jammer genoeg geen draadloze surroundopstelling mogelijk. Alle kabels kun je via twee clips en twee verzonken kanalen wegleiden naar de voet. 

Nieuw oled-paneel, nieuw record

Nieuwe ontwikkeling op vlak van oled-technologie zijn niet uitzonderlijk. Twee jaar geleden introduceerde LG bijvoorbeeld oled-panelen met een laag microlenzen die voor een mooie verbetering in helderheid zorgden. Die microlenzen zijn op de G5 echter niet meer aanwezig. In ruil gebruikt dit model een gloednieuw paneel dat een andere opbouw van de oled-materialen gebruikt. Onder de naam OLED evo Met Brightness Booster Ultimate belooft de G5 hogere piekhelderheid en een breder kleurbereik. En dat blijken geen loze beloftes. Op het 10%-venster haalt de G5 2409 nits, en op een volledig wit beeld zelfs 356 nits. 

Lees ook: Zo testen we televisies

Dat alles gemeten in de uitstekend gekalibreerde HDR Filmmaker mode. Ter verduidelijking, dat is een 50 procent verbetering tegenover de G4 van vorig jaar, en voldoende om de kop van het oled-peloton aan te voeren. Vooral de verbetering op het volledig wit veld is impressionant. Daardoor moet de G5 nu de helderheid veel minder laten dalen als het beeld veel wit bevat, iets wat op vorige generaties nog merkbaar was. Ook het kleurbereik is weer groter geworden, en met 99,9% P3 is de G5 perfect uitgerust voor prachtige HDR-beelden. Het paneel had een uitstekende uniformiteit en weert zeer goed reflecties. De kijkhoek is prima.

De Filmmaker Mode is er voor wie minimale beeldverwerking wil, en de mooiste beelden getrouw aan de intentie. In SDR laat dat prachtige resultaten zien, maar de echte pracht van de G5 komt tevoorschijn bij HDR-beelden. Ook hier is de kalibratie nagenoeg perfect met enorm veel witdetail, intense kleuren, en dankzij de hoge piekhelderheid tintelende lichtaccenten. Kleuren worden goed bewaard als ze zeer helder zijn, dat dankt de tv aan het nieuwe paneel. Enkel in de donkerste beelden laat de G5 wat steken vallen. Er is veel schaduwdetail, maar in sommige beelden merken we veel ruis die het beeld ruw maakt en detail verbergt. In een ander geval was er wat blokvorming en bandvorming zichtbaar. We hopen dat LG nog wat aan de software kan sleutelen. 

Prima beeldverwerking

De Alpha11 beeldprocessor is aan zijn tweede generatie toe, maar nieuwe features lijken er niet te zijn. De upscaling en ruisonderdrukking zijn erg goed. In deinterlacing van 1080i-beeld merkten we op een testpatroon opnieuw een foutje waardoor kamvorming zichtbaar was, al bleek dat bij de meeste content niet tot problemen te leiden. Kleurstroken in zachte gradiënten elimineer je met de Vloeiende Gradatie-instelling, maar activeer die enkel als je het echt nodig acht, en dan alleen in de laagste stand. In een van onze testclips veegde die instelling ook wolken uit de lucht. Ook de dynamische tonemapping waar we gebruikelijk erg tevreden over zijn, laat je op dit model beter uit inactief.

Die maakte het beeld te helder, waardoor het aan contrast en impact verliest. Bovendien levert de G5 ook zonder dynamische tonemapping knap beeld. Goede punten waren er voor de bewegingsscherpte. Het oled-paneel laat nauwelijks of geen dubbele rand optekenen rond bewegende voorwerpen. Wie in 24Hz-filmmateriaal te veel last heeft van judder bij snelle camerabewegingen, activeert best TruMotion, bijvoorbeeld in ‘Cinematografische Beweging’ als je minimale invloed wenst. Maar ook hogere instellingen leverden goede resultaten, en de G5 toonde erg weinig beeldfouten zelfs met TruMotion in de Vloeiend-stand. 

Geen DTS-ondersteuning meer

Het is jammer, maar de G5 ondersteunt alleen nog maar Dolby Atmos, geen DTS meer. Vooral voor mensen met een uitgebreide bibliotheek Blu-ray schijven is dat een tegenvaller. Streaming gebruikt overwegend Dolby Atmos, dus daar weegt dat gebrek minder. De 60 Watt 4.2 kanaalsoplossing leek ons onveranderd. De klank is goed gebalanceerd, met een warm karakter en duidelijke baslijn. Zelfs surround is goed hoorbaar. Voor veel mensen zal dit volstaan, maar voor echte bioscoop audio zal een soundbar toch vereist zijn. Nieuw dit jaar is de Personal Sound Wizard. Die laat je een aantal keer in groepen van vier fragmenten horen met verschillende geluidsinstellingen, jij duidt aan wat je het best vindt klinken. Na de test bepaalt de processor op basis van je keuzes je geprefereerde klankinstellingen. Iets gelijkaardig bestond vorig jaar al voor beeld, maar we vinden dat je daar beter voor Filmmaker Mode of Cinema beeldmode kiest. Bij audio mogen persoonlijke voorkeuren wat meer doorwegen. 

WebOS 25, AI als persoonlijk hulpje

Kunstmatige intelligentie moet de nieuwe troef zijn van webOS 25, maar al deze nieuwe functies bleken niet te werken in het Nederlands. Voice ID, waarbij de tv je herkent op basis van je stem is nog niet beschikbaar in Nederlands. Maar ook andere functies, zoals de AI Chatbot die je moet helpen bij eenvoudige vragen zoals het aanpassen van beeldkwaliteit of aanbevelingen geven voor content, leek zelden te weten wat hij met onze vragen moest doen. LG kondigde ook generatieve kunst aan die je kan gebruiken in de screensaver, maar ook dit was nog niet beschikbaar. Nu missen we die AI-functies wel niet, de G5 is zo ook gebruiksvriendelijk, maar we hopen toch dat dit via software updates verbeterd wordt. 

In dit overzichtsartikel vind je alle informatie over webOS. WebOS 25 is van uitzicht niet echt veranderd op wat details na. Zo kan je live tv en HDMI-ingangen nu als tegels toevoegen in de rij met apps op het Home-scherm. Apps en Quick Cards die je niet gebruikt, kan je verbergen. Het app-aanbod is erg ruim en de G5 ondersteunt Airplay2 en Google Cast. LG toont helaas reclame op het Home-scherm en in de screensaver, lees in dit artikel hoe je reclame verwijdert.

De ‘Magic Remote’ heeft een nieuw ontwerp gekregen. Een rechthoekige vorm met afgeronde hoeken, en vooral minder toetsen. Weg zijn de cijfer- en kleurtoetsen, de volume- en kanaaltoetsen zijn nu kanteltoetsen. De mute-toets is verdwenen, muten doe je door de volume knop lang naar beneden te duwen. De ingangen-toets is vervangen door een Home Hub-toets, maar wanneer je die lang indrukt, toont de tv de ingangen. De aanwijsfunctie is gebleven, je kan de cursor op het scherm besturen door de afstandsbediening te bewegen. De afstandsbediening oogt moderner, en het gebruiksgemak is prima, maar we zouden hem niet beter noemen dan de oude versie. 

Conclusie

LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De OLED65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit.

De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

▼ Volgende artikel
Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android
Huis

Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android

Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar ook Android heeft – net als Windows – een klembord. Daarmee kun je gemakkelijk tekst kopiëren van de ene app naar de andere. Maar hoe open je dat klembord eigenlijk? En waar vind je wat erop staat? Je leest het in dit artikel!

Wat gaan we doen?

In dit artikel leggen we uit hoe kopiëren en plakken in Android precies werkt. Dat geldt voor zowel Android-smartphones en Android-tablets.

  • Zo werkt kopiëren, knippen en plakken
  • Knippen en plakken vanuit toetsenbord
  • Verbeteringen dankzij Android 13

Wil je meer weten over de veiligheid van Android? Lees dan het artikel Alles wat je moet weten over Android-beveiliging

Tekst of afbeeldingen kopiëren en plakken: het is een van de basisfuncties van elk besturingssysteem. Ook Android ondersteunt dit natuurlijk. Je kunt iets kopiëren in de ene app en het vervolgens plakken in een andere. Maar het Android-klembord kan meer dan alleen dat. Alles wat je kopieert, wordt daar namelijk tijdelijk opgeslagen. Handig als je per ongeluk iets hebt weggehaald, iets wilt terugvinden of gewoon even wilt kijken wat je allemaal hebt gekopieerd.

Let wel: hoe je precies bij het klembord komt, hangt af van je toestel en de Android-versie die je gebruikt. Zo hebben merken als Samsung en LG hun eigen klembordfunctie ingebouwd. Andere toestellen vereisen meestal een specifieke toetsenbord-app om het klembord te kunnen openen. In dit artikel leggen we je uit hoe je dat doet met zo’n toetsenbord-app.

Klembord binnen toetsenbord-apps

Om toegang te krijgen tot het klembord, heb je een toetsenbord-app nodig die die functie ondersteunt. Populaire keuzes zijn Gboard van Google en SwiftKey van Microsoft. Beide bieden vergelijkbare klembordfuncties, dus je kunt zelf kiezen welke je het prettigst vindt. Download en installeer de app, en stel deze daarna in als je standaard toetsenbord.

©PXimport

Met een ander toetsenbord in Android heb je meer mogelijkheden.

Dat instellen doe je via het instellingenmenu van je Android-telefoon. Gebruik het zoekveld bovenin het scherm en typ 'toetsenbord'. Je krijgt dan een lijst met resultaten. Kies de optie waarmee je het standaard toetsenbord kunt wijzigen en tik daarop.

Kies vervolgens de toetsenbord-app die je net hebt geïnstalleerd, zoals Gboard of SwiftKey. Let op: de vormgeving van de instellingen kan per toestel verschillen. Gebruik je liever een andere toetsenbord-app met klembordfunctie? Geen probleem – zolang je maar de juiste app selecteert bij het instellen.

Tekst kopiëren en plakken

Het klembord werkt meestal alleen met tekst. Wil je iets kopiëren naar een andere app? Selecteer dan een stuk tekst en kopieer het. Open bijvoorbeeld WhatsApp, ga naar een chat en houd het tekstveld even ingedrukt om de tekst direct te plakken. Soms zie je ook een klembordsymbooltje verschijnen, net boven het toetsenbord en onder het tekstveld. Tik daarop om het volledige klembord te openen.

Zie je dat symbooltje niet meteen? Dan krijg je waarschijnlijk eerst de suggestie om alleen de laatst gekopieerde tekst te plakken. Tik in dat geval op het witte rondje met het pijltje naar rechts – zo krijg je alle opties te zien.

Onder het kopje Recent zie je een lijstje met wat je als laatste hebt gekopieerd. Tik op een item om het direct in het tekstveld te plakken. Let wel: deze lijst wordt na een tijdje automatisch geleegd. Gebruik je vaak dezelfde tekst? Dan kun je die vastpinnen, zodat hij bewaard blijft. Zowel Gboard als SwiftKey ondersteunen deze functie: houd het item ingedrukt en kies voor Vastpinnen.

Klembord sinds Android 13

Sinds Android 13 is het klembord flink verbeterd. De basis is nog steeds hetzelfde: je kopieert tekst of een afbeelding in de ene app en plakt die in een andere. Maar de manier waarop je het klembord gebruikt, is een stuk handiger en overzichtelijker geworden. Dat maakt het werken met meerdere fragmenten tegelijk een stuk efficiënter.

Een van de grootste vernieuwingen is dat je nu meerdere items kunt bewaren – zowel tekst als afbeeldingen. Alles wat je kopieert, verschijnt in een nieuw klembordpaneel. Je opent dat paneel via het meldingscentrum of door een tekstveld lang ingedrukt te houden. Daar kun je door je gekopieerde items bladeren, kiezen wat je wilt plakken, en dingen die je niet meer nodig hebt, direct verwijderen. Je kunt zelfs een tekstfragment nog aanpassen voordat je het plakt.

Het klembordpaneel dat in Android 13 zijn intrede heeft gemaakt.

Met de komst van Android 13 werden er ook meteen een aantal nieuwe privacyfuncties voor het klembord geïntroduceerd. In eerdere versies konden apps op de achtergrond soms ongemerkt meelezen wat je had gekopieerd – met alle risico’s van dien. Nu heb je als gebruiker veel meer controle. Zo is er een nieuwe toestemmingsvraag voor klembordtoegang én krijg je een melding als een app probeert mee te kijken. Een stuk veiliger dus.