ID.nl logo
Huis

Diablo III

Al vele jaren wordt er uitgekeken naar het vervolg van de bekendste hack ’n slash rpg in zijn genre. Nu bijna 12 jaar later is het eindelijk zover: Diablo III is na vele jaren van aankondigen – in 2008 was Diablo III al aangekondigd - en gamers lekker maken nu eindelijk te koop. Maar was Diablo III het wachten waard?

Diablo III is net als zijn voorgangers een pure hack ’n slash actie-rpg wat eigenlijk maar om één ding draait: zoveel mogelijk monsters verslaan, zoveel mogelijk schatten verzamelen en je personage zo sterk mogelijk maken. Dit kun je alleen doen, maar ook met anderen aangezien Diablo III een uitgebreid social netwerk-element bevat.

Diablo III klassen

Diablo III speelt zich 20 jaar na de gebeurtenissen van Diablo II af. De zeven ‘lords of Hell’ spannen samen om de wereld ten gronde te richten en natuurlijk moeten er helden zijn die deze dreiging tegen gaan. Gelukkig zijn deze er in overvloed, net als de vele monsters die verslagen moeten worden. Wanneer je het spel begint kun je kiezen uit vijf klassen: Barbarian, Monk, Witch Doctor, Wizard en Demon Hunter. Elke klasse heeft, zoals je mag verwachten, zijn sterke en zwakke kanten. Nieuw is dat je nu ook kan kiezen of je een man of een vrouw wilt spelen.

Leuk is dat elke klasse ook voor een andere speelstijl zorgt. De Barbarian is echt een krachtpatser die met grof geweld zijn vijanden van zich afslaat, terwijl bijvoorbeeld de Witch Doctor allerlei beesten oproept zoals spinnen en zombie-honden om zijn vijanden aan te pakken. In dit voorbeeld is het voor de Barbarian juist belangrijk om zoveel mogelijk monsters om zich heen te verzamelen terwijl de Witch Doctor juist de vijanden van zich af moet zien te houden. Dit levert een totaal andere speelstijl en ervaring op wat de herspeelbaarheid van Diablo III ten goede komt. Ook is het spel met de ene klasse gemakkelijker dan met de andere klasse en sommige klassen komen beter tot hun recht als je met anderen speelt.

Diablo III gameplay

De gameplay van Diablo voelt zeer vertrouwd voor hen die de vorige delen grijs gespeeld hebben. Desondanks is de gameplay niet 100 procent hetzelfde en zijn er wel degelijk diverse verbeteringen doorgevoerd. Zo is het niet meer nodig om voor elke aanval een aparte klik te geven zoals dit bij Diablo II het geval was. Als je nu de muisknop ingedrukt houdt, blijft je held de aangewezen vijand automatisch aanvallen. Dat is een hele verbetering.

Verder lijkt de Diablo III interface veel op die van World of Warcraft. Er is een knoppenbalk aanwezig waarmee je speciale aanvallen kunt uitvoeren via de knoppen 1, 2, 3 en 4, er is een knop om een genezende drank te drinken en je ziet welke twee standaard-aanvallen aan je linker en rechter muisknop gekoppeld zijn. Verder zijn er iconen beschikbaar waarmee je de inventaris van je personage kan oproepen, karakterdetails kan bekijken en waarmee je de ‘questlog’ kunt oproepen. De besturing werkt eenvoudig maar soms komt deze niet goed uit de verf wanneer het scherm vol vijanden is en manoeuvreren zo goed als onmogelijk wordt. Gewoon met je personage kunnen lopen via het toetsenbord was een welkome aanvulling geweest.

In eerste instantie heb je niet 100 procent controle over welke aanvallen gekoppeld worden aan je knoppen. Je hebt weliswaar de knoppen 1, 2, 3 en 4. maar het type aanval per knop staat vast. Per slot (knop) heb je wel de keuze wat voor aanval je wilt gebruiken, maar je kan alleen kiezen uit aanvallen die gekoppeld zijn aan dat slot. Echter is dit te omzeilen. Je kan in de gameplay opties namelijk kiezen voor de 'Elective Mode'. Als je deze modus aanvinkt heb je wel 100 procent controle over welke aanvallen je koppelt aan de knoppen, ongeacht het type.

Diablo III alleen online

Om Diablo III te spelen is een actieve internetverbinding verplicht. Je dient in te loggen met je Battlenet-account en wanneer de servers niet beschikbaar zijn heb je pech. Het spel kan dan niet gespeeld worden, zelfs niet als je alleen wil spelen. Helaas heeft Blizzard de servercapaciteit niet heel goed ingeschat en met name in het begin werden we geterroriseerd door de beruchte ‘Error 37’. Zelfs twee weken na de release steekt Error 37 (wat staat voor server-problemen) nog wel eens de kop op. Eigenlijk vinden we dat niet goed te praten. Een workaround is overigens om vervolgens een andere server te kiezen, bijvoorbeeld één in Amerika, echter betekent dit wel dat je ‘save-games’ daar niet opgeslagen zijn en dat je in feite een overnieuw moet beginnen.

De willekeurige wereld van Diablo III

De spelwereld wordt volledig willekeurig gegenereerd tijdens het spelen. Op deze manier zijn de levels bij niemand 100 procent hetzelfde. Daar is op zich niets mis mee, maar helaas wordt de wereld iedere keer opnieuw gegeneerd wanneer je het spel weer opstart. Dit betekent dat eerder gespeelde level-delen als het ware vergeten zijn en weer compleet opnieuw gebouwd worden - compleet met nieuwe monsters - wanneer je verder gaat met je spel. Nu hoef je dankzij een checkpoint-systeem niet al deze delen weer overnieuw te spelen, maar het decimeert wel de motivatie om de complete wereld te verkennen. Alles wat je verkent, wordt immers toch weer vergeten zodra je het spel uitzet.

Diablo III multiplayer

Je kan Diablo III spelen met maximaal drie andere spelers. Dit kunnen gewoon willekeurige spelers zijn, maar het kunnen ook vrienden zijn. Diablo III heeft namelijk een eigen sociaal netwerk ingebouwd waarin je vrienden kan toevoegen aan je lijst. Met deze mensen kun je dan gemakkelijk persoonlijk chatten of je kunt bij hun game inspringen. Er is ook een algemene chat-lijst waarin je met alle Diablo-spelers kan praten, maar gelukkig kun je dit ook uitzetten. Er komt namelijk regelmatig onzin voorbij in het algemene kanaal.

We missen wel heel erg de voice-chat optie. Je kan wel normaal chatten met anderen, maar heel efficiënt is dit niet. Tegenwoordig communiceren gamers met elkaar via voice-chat en het is dan ook een gemis dat dit niet in Diablo III verwerkt zit. Natuurlijk is dit euvel te omzeilen via software als Teamspeak en Skype, maar we vinden dat dit eigenlijk standaard verwerkt had moeten zitten in Diablo III.

Diablo III auction house

Een zeer leuke toevoeging is het veilinghuis. Hierin kun je gevonden schatten, waarmee je zelf niks doet, te koop aanbieden aan andere spelers. Deze kunnen het item kopen voor geld waarmee jij vervolgens ook weer andere betere spullen kan kopen die andere spelers op hun zoektocht weer gevonden hebben. Ook kun je op termijn voor kiezen écht geld te vragen voor je schatten. Deze functie is aangekondigd, maar werkte tijdens de review nog niet. Echter zullen de meeste mensen kiezen voor ‘in-game’ geld wat je weer in het spel zelf kan investeren. Sowieso zien wij niet snel mensen echt geld betalen voor een willekeurig gegeneerd wapen in het spel van een andere speler.

Goed
Conclusie

Diablo III heeft in de loop der jaren niet zijn charme verloren en het gemak waarmee je met vrienden samen kunt spelen en het online veilinghuis zijn waardevolle toevoegingen. Toch blijft er een ‘is dit alles?’ gevoel aan ons knagen. De game doet eigenlijk niets meer dan ladingen vijanden op je afsturen die jij weg moet klikken, meer niet. Er was meer mogelijk geweest met Diablo III. Waarom zijn er geen speciale missies die alleen in co-op te spelen zijn? Waarom is er geen Facebook integratie als je toch ‘sociaal’ bezig bent? En waarom is er geen voice-chat aanwezig in de game? Wellicht komen dit soort features in de toekomst beschikbaar, maar zoals Diablo III nu is, hadden we na al die hype eigenlijk meer verwacht.

Plus- en minpunten
  • verschillende speelstijlen
  • zeer soepele geïntegreerde multiplayer
  • online veilinghuis
  • voice-chat ontbreekt
  • wordt op den duur eentonig
  • geen speciale multiplayer content
  • server problemen
▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.