ID.nl logo
Huis

Risen 2 - Dark Waters

Ontwikkelaar Piranha Bytes heeft altijd games gemaakt voor de hardcore rpg-liefhebber: de rpg-er die niet terugschrikt van moeilijke gevechten en een gigantische open wereld waarin je niet bij de hand wordt meegenomen. Met Risen 2 doet Piranha Bytes een kleine knieval naar het grote publiek. Risen 2 – Dark Waters gooit je namelijk niet onmiddellijk in het diepe.

Risen 2 is een direct vervolg op de eerste Risen game. De anonieme held van Risen is, na het verslaan van de Vuurtitaan in deel één, gevlucht naar een zonniger oord wat sterk lijkt op Caribische eilanden. Zijn vrienden van de Inquisitie – bondgenoten uit deel één - zijn mee gevlucht, want hoewel een Titaan verslagen is in het eerste deel, wordt de rest van de wereld nog steeds geterroriseerd door andere Titanen, zoals de Watertitaan Mara die de zee terroriseert door schepen te zinken.

10 jaar na Risen

Wel is er ondertussen 10 jaar verstreken en is de held veranderd in een dronkaard met één oog die alles verleerd is wat hij in de eerste Risen game allemaal geleerd heeft. Op zich zonde, maar Piranha Bytes wilde met Risen 2 duidelijk een heel andere kant op gaan en dan is een reset min of meer nodig. Risen 2 – Darkwaters draait namelijk om piraten en om de wereld wederom te redden zal de held zich nu moeten ontwikkelen als een niets ontziende piraat. Zet de rum dus maar klaar en hijs de zeilen! Har!

Geen schild in Risen 2

Schilden, magie en pantsers worden in Risen 2 omgewisseld voor geweren, voodoo en modieuze piratenkleding. Dit beïnvloedt de game meer dan je aanvankelijk zal denken. De gevechten in de eerste Risen game waren erg pittig en het slim gebruiken van je schild en veel rond je vijand bewegen waren cruciaal. Tevens kon je door slim te spelen zelfs sterkere vijanden verslaan. In Risen 2 zijn de gevechten in het begin ook behoorlijk pittig, maar dit komt vooral door het feit dat je karakter nog niet sterk genoeg is. Naarmate je karakter groeit, worden de gevechten makkelijker en leer je ook nieuwe manoeuvres zoals schoppen en pareren. Deze manoeuvres maken de gevechten wel iets interessanter, maar desondanks is de tactiek in de gevechten enigszins verdwenen. Het loont nu meer om als een bezetene op de knop te rammen, dan dat je aanvallen blokt en tactisch vecht. Vooral het schild wordt door ons danig gemist. Blokken kan nog wel, maar alleen met het zwaard en dat is niet echt efficiënt. Mat je andere hand kun je nu zand in de ogen van je vijand gooien, een kokosnoot naar iemands hoofd smijten, of een vuurwapen afschieten. Helaas werkt de camera en het auto-target systeem niet altijd mee - vooral wanneer je meerdere vijanden tegenover je hebt - waardoor dit soort speciale acties ook wel eens misgaan.

Wat magie betreft zul je geen vuurballen meer schieten of dat soort ‘high fantasy’ taferelen. Magie heeft plaats gemaakt voor Voodoo en hiermee beïnvloedt je meer je slachtoffers, dan dat je ze direct schade berokkent. Denk bijvoorbeeld aan twee vijanden met elkaar laten vechten, iemand verzwakken, een geest oproepen of de controle over iemand nemen. Voodoo ken je overigens niet al van het begin af aan. Dit zal je moeten leren van de wilde junglestammen die op de diverse eilanden huizen.

Levellen in Risen 2: Glorie en geld

Om je karakter te ontwikkelen heb je zowel geld als ervaring nodig. Ervaring vergaar je in de vorm van Glory-punten en deze dienen als betaalmiddel om statistieken zoals Toughness, Cunning, Blades en Firearms te verhogen. Deze attributen zijn weer opgedeeld in talenten die je weer gebruikt om iemand te intimideren, iemand om te praten, je zwaardkunsten te tonen en dat soort zaken. Vervolgens kun je deze talenten met geld weer upgraden of nieuwe vaardigheden leren zoals het smeden van je eigen zwaard, brouwen van rum of zakkenrollen. Hoe hoger deze vaardigheden in waarden zijn, hoe meer mogelijkheden je hebt in het spel. Of dat nu sloten openen, mensen ompraten of zakkenrollen is. Jammer is wel dat als bijvoorbeeld je zakkenrol-skill officieel niet hoog genoeg is, de held deze actie ook standaard niet zal ondernemen. Het gevolg is dat als deze vaardigheid wel ‘hoog genoeg’ is, zakkenrollen altijd lukt. Er is dus weinig spanning in dit soort ‘illegale’ acties.

Vele eilanden in Dark Waters

De wereld van Risen 2 is deze keer niet één groot eiland, maar meerdere kleine eilandjes bij elkaar. Elk eiland heeft zo zijn dorpjes, steden, grotten en schatten. Tussen deze eilanden kun je reizen met je eigen piratenschip. Echter is dat schip eigenlijk niet meer dan een verbindingshub tussen de verschillende eilanden. Je zal niet echt varen met de boot of spannende zeegevechten leveren. Nieuw is de fast travel optie die je tot de beschikking hebt, wanneer je een kaart van het eiland hebt en je bepaalde sleutelpunten ontdekt hebt. Dit bespaart uren gewandel en dat is zeker handig.

In het begin van het spel word je redelijk aan de hand meegenomen, en dat is nieuw voor een game van Piranha Bytes. Meestal word je in hun spellen per direct in het diepe gegooid en moet je het zelf maar uitzoeken. Nu wordt voor de eerste 10 à 20 uur voor je bepaald op welke eilanden je wel en niet kan avonturieren. Daarna ben je helemaal vrij om te gaan en staan waar je wilt. Ondanks het gestroomlijnde begin, verdwijnt het openwereld gevoel niet in Risen 2. Je kan nog steeds gemakkelijk van de gebaande weg afwijken en op eigen houtje – en met gevaar voor eigen leven – duistere grotten en gevaarlijke tempels ontdekken. Het avonturiergehalte blijft dus gelukkig hoog.

Geen eenzame held meer in Risen

Nieuw is dat je hulp krijgt in de vorm van ‘crewmembers’. Dit zijn manschappen die je mee op avontuur kan nemen. Je kan maar één iemand tegelijk meenemen en uiteraard heeft elke crewmember zijn of haar eigen specialiteiten. Opvallend is wel dat de gevechten aanzienlijk makkelijker worden als je crewmembers hebt die je helpen en de Glory-punten die je verdient doordat vijanden gedood worden, blijven hetzelfde. Je krijgt zelfs de Glory-punten als jouw crewmember de vijand verslaat. Het is dus altijd aantrekkelijker om samen op pad te gaan met een crewmember. Een ander leuk element is dat je kan leren een aapje of papagaai te trainen. Met het aapje kun je huizen ingaan zonder dat bewakers gealarmeerd worden. Ideaal voor inbraken en verkenningsacties. De papagaai leidt vijanden tijdens gevechten af, wat met name bij groepsgevechten zijn voordelen biedt.

Vallen in Risen 2: druk op de knop of sterf!

Vervelend is de implementatie van de zogenaamde quick-time-events. Gelukkig zitten deze niet in gevechten, maar zo af en toe loop je met je naamloze held in een val en op dat moment verschijnt er een knop in beeld. Als je deze niet snel genoeg indrukt, loopt het slecht af met je held en ben je opslag dood. Dat is heel frustrerend. Helemaal als je al een tijdje je spel niet hebt opgeslagen. Je loopt rustig rond, en opeens verschijnt er een knop in beeld. 9 van de 10 keer ben je dan te laat, plus dat de knop vaak meerdere keren ingedrukt moet worden omdat de eerste druk maar zelden geregistreerd wordt. Wat ons betreft een misser in de gameplay.

DRM-beleid Risen 2

Om Risen 2 te spelen, heb je een Steam-account nodig en een geïnstalleerde Steam-client. Verder zijn er, zover wij weten, geen extra activaties of maximum aantal installaties.

UitgeverDeep SilverOntwikkelaarPiranha BytesBesturingssysteem (min. benodigd)Windows XPProcessor snelheid (min. benodigd)processor met een 2,1 GHz Dual Core processorHoeveelheid RAM (min. benodigd)2 GBGrafische kaart (minimaal benodigd)vanaf 512 MB AMD Radeon 3870 en GeForce 8800 GTXBenodigde hardeschijfruimte5,5 GBOnline gamingneeGamepad ondersteuningja

Goed
Conclusie

Risen 2 – Dark Waters is een leuke actie-rpg waarin je, ondanks zijn gestroomlijnde begin, redelijk op eigen houtje kan avonturieren in piratenstijl. De game is helaas niet zo goed als zijn voorganger en met name de rommelige gevechten zorgen af en toe voor een domper op de game-vreugde. De game zal dan ook niet voor iedereen een aanrader zijn, maar rpg-gamers die houden van open wereld rpg’s zullen ongetwijfeld plezier beleven aan Risen 2 – Dark Waters.

Plus- en minpunten
  • vrij om te gaan en staan waar je wilt
  • fast travel optie
  • avonturieren in een open wereld
  • gevechten verlopen rommelig
  • tactiek van het eerste deel mist
  • stomme ‘druk op de knop of sterf’ gebeurtenissen
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.