ID.nl logo
Huis

Linux installeren op een Android-smartphone

Linux installeren op een Android-smartphone. Het kan! Als je een Linux-distributie op je mobiele toestel installeert, krijg je veel extra mogelijkheden. Hier lees je hoe je daar werk van maakt.

Er zijn verschillende manieren om Linux op je mobiele toestel te installeren. De eerste manier is om Android te vervangen door een mobiele Linux-distributie. Je gebruikt Linux dan voor alle taken die je met je toestel uitvoert en je kunt dan geen Android-apps meer draaien. Als je zoiets overweegt, besef dan wel dat de meeste mobiele Linux-distributies nog experimenteel zijn en niet zo gebruiksvriendelijk zijn als Android. Bovendien wordt doorgaans slechts een beperkt aantal toestellen ondersteund.

Ubuntu Touch

Ubuntu, de bekendste Linux-distributie, heeft sinds enkele jaren een editie voor mobiele toestellen. Er zijn ook al enkele Ubuntu-toestellen in de handel, zoals de BQ Aquaris M10 Ubuntu Edition (de eerste commerciële Ubuntu-tablet) of Ubuntu-telefoons zoals de BQ Aquaris E4.5, BQ Aquaris E5 HD, Meizu MX4 Ubuntu Edition en de Meizu Pro 5.

Maar ook op sommige Android-telefoons kun je Ubuntu Touch installeren. Ben je toevallig de eigenaar van een Nexus 4 of Nexus 7 2013 WiFi, dan heb je geluk: deze twee zijn referentietoestellen voor Ubuntu Touch en zijn dus volledig ondersteund. Ook de Fairphone 2, Nexus 5, Nexus 10 en OnePlus One hebben een goede ondersteuning. Kijk op deze site om te zien of jouw toestel ondersteund is, wat er nog niet werkt en hoe je Ubuntu Touch op het toestel installeert. Om de instructies uit te voeren, heb je een computer met Ubuntu nodig. Bedenk wel dat je met deze methode je Android-installatie helemaal vervangt door Ubuntu.

©PXimport

Naast Ubuntu Touch kun je ook een Linux-distributie installeren bovenop je Android-systeem. Je blijft dus gewoon met Android werken voor je dagelijkse taken en ook je Android-apps blijven bruikbaar. Het enige verschil is dat je daarnaast ook Linux-toepassingen op je toestel kunt draaien. Het resultaat is wat tweeslachtig: je werkt met twee systemen en met toepassingen uit die twee systemen naast elkaar, en daartussen is weinig interactie mogelijk. Deze methode is te realiseren met de zogenoemde chroot-methode.

De chroot-methode

Heb je geen toestel waarop Ubuntu Touch ondersteund is of wil je met Android blijven werken en daarnaast Linux-toepassingen op je toestel draaien, dan heb je een Linux-distributie in een chroot-omgeving (change root) nodig. Het enige nadeel is dat je Android-toestel daarvoor geroot moet zijn. Hoe dat rooten precies verloopt, hangt af van het model van je toestel. 

Nadat je toestel is geroot, heb je nog een VNC-client nodig. Want je gaat met het VNC-protocol de desktop van het Linux-systeem op het scherm van je Android-toestel tonen. Een populaire keuze is de app VNC Viewer van RealVNC. Een andere app die je nodig hebt, is BusyBox. Open de app, druk op Install en de app vraagt root-toegang. Sta die toe. De app installeert nu een heleboel basistools voor Linux.

De installatie is voltooid wanneer je een regel met alleen een punt te zien krijgt. Installeer daarna de app Linux Deploy, die gaat je helpen met het installeren van een Linux-distributie. Linux Deploy is ook door meefik ontwikkeld.

Linux op Android installeren

Start op je Android-toestel de app Linux Deploy en druk bovenaan rechts op het knopje met de pijl naar beneden. Je krijgt het venster Properties: Linux te zien: de eigenschappen van de Linux-distributie die Linux Deploy gaat installeren. Standaard staat bij Deploy / Distribution de distributie Debian. Druk erop en kies eventueel een andere distributie uit de lijst. Je hebt onder andere de keuze uit Debian, Ubuntu, Kali Linux (met tools voor beveiligingsspecialisten), Fedora, CentOS (voor servertoepassingen), openSUSE en Arch Linux, Gentoo en Slackware. De laatste drie zijn interessant voor wie een minimalistische distributie wil en geen probleem heeft met een steile leercurve.

Heb je een distributie gekozen, dan krijg je bij de meeste nog de keuze voor een specifieke versie onder Distribution suite. Bekijk die lijst zeker, want voor Ubuntu staat die versie bijvoorbeeld standaard nog op trusty (14.04 LTS), een ruim twee jaar oude versie, die overigens nog drie jaar is ondersteund. Wij kiezen voor xenial om de nieuwste Ubuntu 16.04 LTS te installeren.

©PXimport

Standaard installeert Linux Deploy je Linux-distributie in een image-bestand: bij Installation type staat de waarde File. Wil je Linux liever op een afzonderlijke partitie van je SD-kaart installeren, dan is dat ook mogelijk: verander Installation type naar Partition en geef bij Installation path de juiste partitie op. Controleer dan wel goed of je een ongebruikte partitie opgeeft, want de installatie overschrijft alle bestanden daarop! We maakten voor de veiligheid een FAT32-partitie op een SD-kaartje aan, staken die in ons toestel en plaatsten het image-bestand op /sdcard/linux.img.

Linux Deploy

Als je in het venster Properties: Linux naar onderen scrolt, dan zie je de optie Desktop environment. Hier kies je welke desktopomgeving je in je Linux-distributie wilt installeren. GNOME en KDE zijn het meest volledig, maar deze zijn wat zwaar om op je Android-toestel te draaien. LXDE en Xfce werken vlotter op de beperkte hardware van je Android-toestel. We kiezen voor dit artikel de optie LXDE, wat overigens de standaardkeuze van Linux Deploy is voor Ubuntu.

©PXimport

Controleer of onder Startup (nog iets verder naar onderen) een vinkje staat bij de optie GUI. Bij Graphics subsystem moet VNC staan. Bij GUI settings vind je nog instellingen zoals de resolutie en kleurdiepte, maar die zijn meestal in orde. Vink indien je dit nodig hebt voor je image-bestand ook de optie Custom mounts aan. Daarna tik je de optie eronder aan, Mount points, en vink je het pad /storage/emulated/0 aan. 

Heb je alle instellingen op orde, scrol dan helemaal naar boven en druk op Install. Linux Deploy installeert nu je gewenste Linux-distributie. De app vraagt eerst root-toegang, die je moet toestaan. Daarna is het gewoon wachten tot de installatie is voltooid. Als er in het begin niets lijkt te gebeuren, wacht dan even, want het aanmaken van het image duurt een tijdje.

Lees verder op de volgende pagina.

VNC instellen

Zodra je onderaan je scherm <<< install ziet, is de installatie gebeurd. Druk dan rechts bovenaan in Linux Deploy op Start om je Linux-distributie te starten. Bevestig met OK. Het starten gaat vrij snel. Als je op het einde done ziet, is het gelukt. Start daarna je VNC-app, druk op het groene plusteken rechtsonder, vul bij het adres localhost in, geef de VNC-verbinding een naam en klik op Create. Druk op Connect en bevestig dat je een onversleutelde verbinding gebruikt. Voer het wachtwoord changeme in en klik op Continue.

De eerste keer krijg je een korte spoedcursus over de vingerbewegingen die de VNC-app herkent. De muiscursor bewegen gaat eenvoudig met een veegbeweging. Links klikken doe je door met je vinger te tikken op de plaats van de muiscursor. Dubbelklikken gaat door twee keer te tikken. Rechtsklikken doe je door met twee vingers te tikken. Met de middelste muisknop klikken simuleer je met een tik van drie vingers tegelijk.

Scrollen doe je door twee vingers op het scherm te plaatsen en ze langzaam naar boven of onder te bewegen. Tekst selecteren doe je door twee keer te tikken, maar de tweede keer je vinger op het scherm te houden en daarna je vingers langzaam te bewegen om de selectie te maken. Het verslepen van bestanden gebeurt met dezelfde bewegingen. Om het virtuele toetsenbord op te roepen, tik je bovenaan op het icoontje van het toetsenbord.

Linux-software op Android

Je krijgt nu de gekozen Linux-desktop te zien. Standaard is er amper software geïnstalleerd. Daar gaan we gelijk wat aan doen. Druk linksonder op het menu van LXDE, ga naar System Tools en open LXTerminal. Roep dan het virtuele toetsenbord op en installeer bijvoorbeeld Firefox met het commando sudo apt install firefox. Daarna vind je Firefox in het menu van LXDE in de categorie Internet.

©PXimport

Wil je een grafische manier om software te installeren in je Linux-systeem, installeer dan het Lubuntu-softwarecentrum met het commando sudo apt install lubuntu-software-center. Daarna vind je het Lubuntu-softwarecentrum in het LXDE-menu in de categorie Preferences. Met dit programma zoek je nu eenvoudig naar software en installeer je ze in je Linux-systeem.

In principe kun je zo alle Linux-software installeren op je Android-toestel. In de praktijk heb je natuurlijk met wat beperkingen te maken. Zo is de meeste Linux-software niet ontworpen voor gebruik met een aanraakscherm, waardoor je soms heel kleine icoontjes tegenkomt waarop je met je vingers amper kunt drukken. Gelukkig is het scherm in de VNC-app altijd in- en terug uit te zoomen met de bekende knijpbeweging van je vingers. En als je veel wilt typen in je Linux-toepassingen, sluit je beter een toetsenbord via usb of bluetooth aan.

De Linux-desktop afsluiten in het menu linksonder of met het powerknopje rechtsonder lukte bij ons overigens niet. Wat wel altijd lukt, is het knopje Stop rechtsboven in de app Linux Deploy. Het afsluiten duurt overigens even en gaat met talloze foutmeldingen, maar uiteindelijk zie je een regel <<< stop.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.