ID.nl logo
Wat is de beste manier om te videobellen?
© PXimport
Huis

Wat is de beste manier om te videobellen?

Een videogesprek voeren, het zou zoiets simpels moeten zijn. Als het een telefoongesprek zou zijn, zou je een nummer draaien en je krijgt ofwel de persoon direct te spreken, of je wordt verbonden met de voicemail. Maar met een videogesprek zijn er te veel variabelen.

Welke dienst ga je gebruiken? Welke software? Heb ik de andere persoon in mijn contactenlijst staan? Is hij of zij online? Wat als je meerdere personen tegelijk wilt spreken? Hebben alle deelnemers voldoende bandbreedte? Wat als je een scherm wilt delen? Enzovoorts... Je kunt niet zomaar een videogesprek met een willekeurig iemand voeren zonder dat je over deze dingen nadenkt. Lees ook: De 8 beste alternatieven voor Skype.

Zelfs als al deze vragen beantwoord zijn, kan het zijn dat de technologie niet meewerkt. Ik hield vroeger regelmatig een videoconferentie met twee andere mensen in andere delen van het land via Skype, maar meestal was de verbinding vreselijk slecht. Na een hoop mislukte gesprekken gaven we het op en zijn we Google+ Hangouts gaan gebruiken, wat voor ons beter werkte. Maar de afgelopen maanden is het steeds minder geworden - eerst valt de video weg, daarna de audio, en uiteindelijk stapten we dan maar weer over op Skype, dat de laatste tijd vreemd genoeg weer erg betrouwbaar is.

Hierdoor kan ik soms niet beslissen hoe ik iemand anders moet benaderen voor een videogesprek, zelfs als de persoon een Mac-gebruiker is met dezelfde software en accounttypes als ik. Als je dit probleem ook hebt, kunnen mijn overpeinzingen je misschien helpen.

De deelnemers

Er zijn een heleboel verschillende opties als het gaat om videogesprekken. Ik bespreek er hier slechts vier: Apple's Messages en FaceTime (beide ingebouwd in OS X en iOS), Google+ Hangouts, en Microsoft's Skype. Deze diensten behoren tot de populairste, dus de kans is groot dat de persoon die je wilt spreken ten minste een van deze diensten gebruikt. Het is vaak het gemakkelijkst als je een dienst kiest waar de andere partij al een account voor heeft.

Het kan best dat jij en je collega's een product of dienst vinden die jullie betrouwbaarder of eenvoudiger in het gebruik vinden dan deze vier. Ga in dat geval vooral voor wat voor jou het beste werkt - met wederzijdse instemming, ruim voordat een bepaald videogesprek wordt ingepland. Het begin van een gesprek (of net ervoor) is niet het juiste moment om iemand een account te laten aanmaken en met nieuwe software kennis te laten maken.

Hier zijn de belangrijkste onderscheidende kenmerken die je moet weten:

Messages: De OS X-versie van de Messages-app kan Apple's iMessage-protocol gebruiken voor sms- en mms-berichten, maar voor videogesprekken of het delen van het scherm moet je een accounttype gebruiken dat video ondersteunt (namelijk AIM, Jabber, of Google Talk). Je kunt voor een of meer van deze diensten een gratis account aanmaken en instellen in Messages > Preferences > Accounts.

©PXimport

Voordat je een videogesprek begint, moet je de andere persoon aan je vriendenlijst toevoegen - maar dat kan via één kant. Hoewel je videogesprekken kunt voeren met maximaal drie andere personen, is het delen van je scherm alleen mogelijk wanneer je met één andere persoon een videogesprek voert. Wees er ook op bedacht dat de iOS-versie van Messages geen videogesprekken ondersteunt; om een dienst als Google Talk op je iOS-apparaat te gebruiken, heb je een app van derden nodig, zoals Vtok.

FaceTime: FaceTime, op OS X of iOS, is geweldig voor een-op-een audio- of videogesprekken. Omdat het eenvoudig te gebruiken is en bijna overal beschikbaar is, is het een ideale keuze als je weet dat de andere persoon een Apple-gebruiker is. Daarnaast biedt het uiterst veilige end-to-end-encryptie. In de meeste gevallen kun je een e-mailadres of telefoonnummer gebruiken om een gesprek te beginnen, en de andere partij hoeft niet in te loggen of FaceTime open te hebben staan. Maar je kunt niet meer dan twee deelnemers in een videogesprek hebben, en je kunt niet je scherm delen.

Skype: Met ondersteuning voor veel platforms, video met meerdere personen, en het delen van je scherm (met tegelijkertijd video) is Skype een geweldige keuze voor alle doeleinden. Ook biedt het encryptie, maar wel met minder bescherming dan FaceTime. Maar Skype heeft een aantal valkuilen. Voordat je iemand kunt bellen, kan het zijn dat hij of zij jou toestemming moet geven om hem of haar aan je lijst met contactpersonen toe te voegen (afhankelijk van de privacyinstellingen van die persoon). Dat is prima voor vrienden en collega's, maar als je iemand belt die je naam niet herkent, is er geen garantie dat hij of zij je zal accepteren als contactpersoon. Bovendien moet de andere partij met ten minste een apparaat op Skype zijn ingelogd om gebeld te kunnen worden.

Google+ Hangouts: Net als Skype kan Google+ Hangouts op verschillende platforms gebruikt worden. Op OS X log je in op je Google-account in een webbrowser. Alle deelnemers moeten een Google-account hebben, evenals de Google Voice & Video Plug-in (er wordt gevraagd of je deze wilt installeren wanneer je Hangouts voor het eerst laadt of wanneer je voor het eerste aan een videogesprek deelneemt). iOS-gebruikers hebben de gratis Hangouts-app nodig. Met Google+ Hangouts kun je het scherm van je Mac delen en kun je videogesprekken voeren met maximaal negen andere mensen. Als een van de andere deelnemers niet op minimaal één apparaat ingelogd is op Hangouts, krijgen ze een notificatie wanneer je hem of haar probeert te bellen (die ze misschien niet meteen zien).

©PXimport

Voor Google+ Hangouts heb je de Google Voice and Video Plugin voor je browser nodig.

Een kwestie van protocol

Wat is de beste manier om tussen die opties te kiezen? Dat moet je zelf weten, maar ik laat het afhangen van de aard van het videogesprek.

Geplande gesprekken: Als je terugkerende gesprekken met je collega's plant, is het beste advies dat ik je kan geven om te experimenteren, want wat voor de ene groep werkt, kan voor de andere groep compleet mislukken. Bepaal van tevoren dat je voor het eerste gesprek Skype gaat gebruiken, voor het tweede gesprek Google+ Hangouts, enzovoorts. Maak, onafhankelijk van de dienst die je gebruikt, een back-up-plan - als de boel begint te haperen of vast komt te zitten, moeten alle deelnemers weten op welke aanbieder ze moeten overstappen, en of ze misschien een gewoon telefoongesprek moeten proberen.

Ongeplande oproepen: Als ik een ongepland videogesprek wil voeren met een collega, kijk ik eerst op de populairste diensten of de persoon online is - Skype en Google+ Hangouts geven de status van deelnemers weer, en Messages doet hetzelfde voor mensen in mijn Buddy List. (De status klopt niet altijd, maar het is een goed begin.) Als ik niet kan bepalen wat de onlinestatus van een bepaalde contactpersoon op deze diensten is, en ik weet dat hij of zij een Apple-gebruiker is, dan probeer ik FaceTime. Als al die methoden niet werken gebruik ik e-mail, een bericht of een telefoontje om te zien wat die persoon het beste schikt.

Een eerste videogesprek: Eerste gesprekken zijn het lastigst, omdat veel mensen zich er ongemakkelijker bij voelen om met vreemden via video te praten dan in een telefoongesprek. Als de persoon op een visitekaartje, brief of website een bepaalde dienst vermeldt, is dat een veilige keuze. Maar toch is het een goed idee om de andere persoon eerst even via e-mail te verwittigen.

▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!
▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op
© zephyr_p
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser kiezen begint niet bij het design of de functies – het begint met een meetlint. Want hoe mooi of geavanceerd een apparaat ook is, als het nét niet past, zit je met een kostbare misser. Een paar millimeter speling kan het verschil maken tussen een perfect passende keuken en een frustrerende inbouwervaring. Met deze meetinstructies weet je zeker dat je straks niet voor verrassingen komt te staan.

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over:

• Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Goed meten is het halve werk

Voordat je aan de slag gaat met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik altijd een betrouwbare rolmaat en eventueel een digitale schuifmaat voor extra precisie. Meet de binnenafmetingen van de nis (dus niet de buitenkant van je keukenkast) en noteer breedte, hoogte én diepte.

Houd daarnaast rekening met de ventilatieruimte: meestal is 2 tot 5 cm aan de achterkant en zijkanten nodig. En check of er ruimte is voor stopcontacten, wateraansluitingen en kabeldoorvoeren – die bepalen vaak óók of het apparaat goed kan worden geplaatst.

©Andrey Sinenkiy

Waar moet je op letten per apparaat?

Elk soort inbouwapparaat heeft zijn eigen eisen en aandachtspunten. Hieronder lees je per type waar je bij het opmeten en installeren specifiek op moet letten. Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

Inbouwkoelkast of -vriezer

De hoogte van de nis is hier allesbepalend. Veelvoorkomende maten voor inbouwkoelkasten en -vriezers zijn 88, 140 en 178 cm, maar afwijkingen komen vaak voor. Let op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme vraagt meestal om iets meer ruimte in de breedte. Diepte is vaak 55 cm, maar modellen met een ventilator achterop kunnen richting de 60 cm gaan.

Inbouwoven of -magnetron

Standaard? Niet helemaal. De nisbreedte is meestal 56 cm, terwijl het frontpaneel iets breder is (ca. 59,5 cm) voor een nette aansluiting. Hoogtes verschillen: compacte ovens zijn 45 cm hoog, standaardmodellen 60 cm. Magnetrons vragen soms extra ruimte aan de bovenkant voor uitstekende bedieningspanelen.

Inbouwvaatwasser

Hier draait het vooral om hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 cm, met verstelbare poten voor wat speling. Meet ook de plinthoogte (van vloer tot onderkant kast), en vergeet de watertoevoer niet – reken op zo’n 5 cm extra ruimte in de diepte voor de slang.

Inbouw-espressomachine

Kleiner apparaat, maar niettemin precisiewerk. De breedte is vaak rond de 56 cm, maar de diepte varieert sterk. Let vooral op het waterreservoir (dat tot 55 cm diep kan zijn) en op kleppen of deurtjes die naar voren openen: die hebben extra werkruimte nodig.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Veelgemaakte fouten die je makkelijk voorkomt

Zelfs met zorgvuldige metingen kan het misgaan, vaak doordat kleine details worden vergeten. Denk aan ventilatieruimte, uitstekende stekkers of leidingen die net in de weg zitten. Een handige tip: plak een strook tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het apparaat komt, en markeer waar stekkers en leidingen zitten. Zo zie je snel of er iets in de weg zit.

Ook niet onbelangrijk: controleer of de nis waterpas is! Zeker bij koelkasten met uitschuiflades kan een scheve ondergrond voor problemen zorgen. Pas waar nodig je kast of ondervloer aan voordat je installeert.

Bij renovaties gelden vaak afwijkende maten. Oudere keukens hebben soms dikkere wanden of ongebruikelijke dieptes. Meet dus altijd de huidige situatie én de specificaties van je nieuwe apparaat. Twijfel je? Schakel een keukenexpert in, zeker bij combinaties zoals een oven met magnetron, waarbij elk detail telt.

En tot slot: de allerbelangrijkste stap

Het klinkt als een open deur, maar het voorkomt de meeste problemen: meet altijd twee keer! Schrijf je maten op en leg ze naast de officiële productspecificaties. Let daarbij op details als verstelbare voetjes, uitsparingen voor de deur of een uitschuifbaar bedieningspaneel. Zo weet je zeker dat jouw nieuwe inbouwapparaat niet alleen technisch past, maar ook mooi aansluit bij de rest van je keuken. Want uiteindelijk draait het om één ding: alles moet kloppen – tot op de millimeter.