ID.nl logo
Huis

Antivirus op router: wat heb je er aan?

Willen antivirusmakers relevant en succesvol blijven, dan moeten ze zich aanpassen aan de nieuwe realiteit. Consumenten laten tegenwoordig de pc vaker links liggen en handelen af op een smartphone, tablet of wearable. En wat te denken van het internet-of-things? Een antivirus-router die ieder apparaat in de gaten houdt, is mogelijk het antwoord.

In hun zoektocht naar nieuwe manieren van security, hebben meerdere antivirusmakers de router ontdekt. Geen onlogische keuze, omdat die een centrale plaats heeft tussen het thuisnetwerk en internet. Ieder contact tussen een apparaat op het thuisnetwerk en het internet, gaat via de router. Precies daarom vind je ook op elke router een firewall.

Maar er is meer dat een router aantrekkelijk maakt voor extra beveiligingsfuncties. Zo ziet de router als eerste elk nieuwe apparaat dat zich in het netwerk meldt en bepaalt het vervolgens dankzij zijn functie als dhcp-server voor elk nieuw apparaat de netwerkconfiguratie. Het deelt een ip-adres en een subnetmasker uit en geeft ook aan wat het adres van de router is, zodat het apparaat met het internet kan communiceren. Een router kan die functie gebruiken om bijvoorbeeld nieuwe, onbekende apparaten tijdelijk af te zonderen van bekende apparaten zoals kwetsbare Windows-computers.

Dat kan zelfs een stapje verder gaan: door verbonden apparatuur in een eigen virtueel netwerk op te nemen. De router is bovendien ook de dns-server die ieder verzoek om een bepaalde website of online service te gebruiken beantwoordt door het bijbehorende ip-adres aan de vrager door te geven. Eveneens een ideale mogelijkheid om beveiligingsregels toe te passen.

Antivirus-routers

Een aantal antivirusmakers, zoals Bitdefender, Bullguard, F-Secure en Symantec, heeft inmiddels een eigen router aangekondigd. McAfee, Avast en Trend Micro kiezen ervoor niet zelf een router te fabriceren maar bieden software waarmee andere hardwarefabrikanten aan de slag kunnen. Ze bieden daarmee dezelfde bescherming.

De eerste verbetering die alle fabrikanten hebben doorgevoerd is de installatie van de router. Die installatie kan zonder uitzondering nu via een app op de smartphone of tablet. Eerst wordt daarbij, veelal via bluetooth, een verbinding met de router gemaakt en een unieke veilige koppeling aangegaan. Anders dan wat we van de huidige routers kennen, hebben in elk geval de F-Secure Sense en het Avast Chime-platform ook helemaal geen webinterface meer waar je met een browser direct op de router kunt inloggen.

Die methode wordt als te onveilig beschouwd, waarbij wordt gerefereerd aan de Mirai-malware die gebruikmaakte van de gemakkelijk toegankelijke webinterfaces van routers en Internet-of-Things-apparaten waar was verzuimd om tijdens de setup het standaardwachtwoord te wijzigen. Of zou het een manier zijn voor antivirusmakers om alsnog aanwezig te zijn op je smartphone of tablet?

©PXimport

Mogelijkheden

Wat kan een router met antivirus nou echt? De F-Secure Sense zet een veilig nieuw netwerk op, dat je als een toegangspunt gebruikt om alle apparaten op aan te sluiten. Onduidelijk genoeg blijft je gewone netwerk wel gewoon bestaan. Je moet dus zorgen dat je je bestaande apparatuur van je oude netwerk verhuist naar het netwerk van de Sense-router.

Het nieuwe netwerk heeft volgens de antivirusmakers een aantal voordelen boven wat we van de huidige routers kennen. Zo maakt Sense (net als de andere beveiligde routers) gebruik van cloudservices om het netwerkverkeer te controleren op bijvoorbeeld malware of het bezoek van onveilige websites. We kennen dit al van pc-antivirussoftware, maar in dit geval op netwerkniveau, en dus ook op apparaten waar geen antivirussoftware op is geïnstalleerd. Eveneens wordt afwijkend netwerkverkeer geanalyseerd, om zo malware en zero-day-aanvallen voor te zijn.

Hoewel de routers dus duidelijk nieuwe beveiligingsfuncties toevoegen, blijft de bekende antivirussoftware voor pc’s ook noodzakelijk. Elke router van een antivirusmaker komt dan ook met een versie van de eigen beveiligingssoftware.

Door het beheer van de router en het controleren van de beveiliging verplicht uit te voeren met een app op smartphone en tablet, lukt het de antivirusmakers nu ook voor het eerst echt op die apparaten te komen. De Android-app biedt natuurlijk de instellingen, maar lijkt tevens wel een geniepige methode om alsnog een antivirus-app op mobiele apparaten aan de man te brengen. Zogenaamd als bescherming wanneer de apparaten zich buiten het thuisnetwerk bevinden. Omdat Apple dit soort antivirus-apps weert uit de App Store, is de iOS-app beperkt tot de setup van de router en het ontvangen van statusinformatie.

Abonnement met updates

Er is één ander heel belangrijk onderscheid tussen wat we gewend zijn van de huidige routers en de nieuwe routers van de antivirusmakers. Namelijk het updaten van de firmware en daarmee de controle over de functionaliteit. Leveren de huidige routerfabrikanten maar sporadisch updates voor hun apparaten en hebben ze er geen enkele invloed op of die update ooit wordt geïnstalleerd, bij de nieuwe routers is het juist de fabrikant die bepaalt of en wanneer er nieuwe firmware wordt geïnstalleerd.

Dit deel van het beheer verschuift van de eigenaar van de router naar de fabrikant. Voor de kwaliteit van beveiliging is dit in beginsel een hele verbetering. Het niet of pas laat updaten van de firmware van netwerkapparaten is net als het niet updaten van Windows-systemen dodelijk gebleken voor de beveiliging. Behalve het updaten van de firmware van de router, zal de antivirusmaker hetzelfde doen met de apps die bij de routers horen.

Hoezeer de antivirusmakers ook opscheppen over de verbeterde beveiliging dankzij hun nieuwe routers, ook dit is niet de oplossing voor alle problemen. Zo gebruiken we (gelukkig) steeds meer https in plaats van http voor het surfen op het net. Https is echter versleuteld, wat betekent dat de communicatie tussen het apparaat en de website of online service beveiligd is.

©PXimport

Maar beveiligd betekent ook dat de router deze verbinding niet – of in elk geval veel minder goed – kan controleren. Het kan eigenlijk alleen de zender en ontvanger van de communicatie controleren. Via https kan een virus dus onveranderd het netwerk binnenkomen, tenzij de router ervoor kiest het ssl-verkeer open te breken en daarna weer beveiligd door te sturen, maar dergelijke geavanceerde functionaliteit ontbreekt op alle aangekondigde routers en platformen.

Bovendien gaat verkeer tussen de apparaten in het thuisnetwerk niet langs de router, maar wordt dit binnen het geswitchte netwerk afgehandeld. Dat ontneemt opnieuw de router de mogelijkheid het lokale verkeer te controleren en (indien nodig) in te grijpen.

De router is het ‘transportmiddel’ voor de antivirusmakers om hun producten te verkopen. Maar de nieuwe mogelijkheden zijn niet gratis. Wie straks kiest voor een van de genoemde nieuwe routers, zit automatisch ook vast aan de bijbehorende licentie. Behalve voor de aanschaf het apparaat, betaal je bij alle versies ongeveer tien euro per maand voor de beveiliging en de desktopsoftware. Veelal is het eerste jaar gratis. Trend Micro is hier trouwens de uitzondering, dat bedrijf levert standaard drie jaar aan updates. Je bent echter niet meer vrij in welk antivirusproduct je kiest.

Het nadeel voor de consument is dat die meer vast komt te zitten in één ecosysteem. Op de zo’n securityrouter kun je niet na een jaar zomaar andere beveiligingssoftware zetten, dus wil je na een jaar nog steeds een beveiligd thuisnetwerk, dan zul je moeten gaan betalen. Wil je overschakelen naar een andere antivirusfabrikant, dan moet je dus ook andere hardware aanschaffen.

Toekomst

Of ze nu met een eigen router komen of met beveiliging voor bestaande routers, de meeste antivirusmakers zijn duidelijk in hun ambitie om het thuisnetwerk en de apparaten hierbinnen te beveiligen via de router. Dit is een wake-up-call voor de routerfabrikanten die jarenlang verzuimd hebben écht te innoveren (door niet op hedendaagse problematiek in te spelen).

Een router kan prima de beveiliging verbeteren door meer informatie over de apparaten in het netwerk te delen met de beveiligingsopties in de router (bijvoorbeeld met welke internetadressen ze verbinding mogen maken) en door cloudsecurity (scannen en gedragsanalyse) uit te voeren voor het hele netwerk. Het is zeker geen ‘silver bullet’, maar het is een goede extra laag in de beveiliging van thuisapparatuur.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.