ID.nl logo
Huis

De vele servertoepassingen van Bitnami

Voor zowat alle mogelijke servertoepassingen bestaan kant-en-klare oplossingen bij een of andere aanbieder. Een interessant alternatief is om deze te draaien op een eigen toestel of op een gehoste server. In dit artikel stellen we je enkele toepassingen van Bitnami voor.

Waarom zou je kiezen voor Bitnami? Omdat er nogal wat nadelen kleven aan de makkelijkere alternatieven. Na een korte proefperiode moet je in de meeste gevallen immers betalen. Je hebt bovendien erg weinig zeggenschap over de configuratie of de werking van zo’n applicatie. En dan is er nog de prangende vraag hoe gewetensvol de aanbieders met je privacygevoelige data omspringen.

Daarom kijken we naar Bitnami, waarmee veel mogelijk is. Van een snelle demo in je browser over een (gratis testopstelling op een) gehoste server in de cloud, tot je hoogsteigen server. Het grootste probleem zal vooral een luxeprobleem zijn, want Bitnami biedt keuze uit meer dan 150 webapplicaties.

Stacks

Alles begint met een bezoek aan Bitnami.com, waar je door een indrukwekkend overzicht van alle ondersteunde pakketten wordt verwelkomd, door Bitnami ‘stacks’ genoemd. Gelukkig vind je aan de linkerzijde een handige rubricering. Open je hier bijvoorbeeld e-Commerce, dan krijgt je namen te zien als Magento, PrestaShop en OpenCart, en in de rubriek CMS vind je pakketten als Drupal, Joomla!, WordPress (en nog een 25-tal andere).

Zodra je de gewenste stack in het vizier hebt klik je die aan. Wijzelf nemen DokuWiki (in de rubriek Wiki) als voorbeeld, maar deze keuze is voor jou niet eens zo belangrijk. Als het goed is verschijnt een scherm met enkele gebruikersrecensies en een reeks kleurrijke knoppen. Met deze laatste bepaal je hoe je de stack gaat opzetten: als een snelle demo in je browser, op een gehoste server, als een lokale installatie of in een zogenoemde ‘container’. Op de laatste na komen ze allemaal aan bod in dit artikel.

©PXimport

Browserdemo

Laten we met de eenvoudigste en snelste modus beginnen. Druk alvast op de knop Demo in browser. Je dient je wel eerst even bij Bitnami aan te melden. Dat kan met een afzonderlijk account maar je kunt je onder meer ook via Google+ of Facebook registreren. Meteen erna verschijnt het bericht dat je server wordt klaargezet. Instructies om de server te benaderen worden doorgaans al na enkele minuten naar je mailbox gestuurd.

Tegelijk duikt de knop Go To Application op je scherm op, evenals de standaardgebruikersnaam en het bijhorende wachtwoord voor je server; normaliter is dat user en bitnami. Houd er wel rekening mee dat deze serveromgeving slechts één uur actief blijft. Je doet er dus verstandig aan de serverdemo te activeren op het moment dat je er ook een uur de tijd voor hebt.

Een browserdemo is een handige manier om snel even kennis te maken met de beoogde server, maar als je er aan denkt om die serverapplicatie echt te gaan gebruiken dan kun je uiteraard beter kiezen voor een meer solide oplossing. Ben je niet meteen te vinden voor een lokale installatie, dan kun je overwegen om je server bij een specifieke aanbieder in de cloud te laten hosten.

Bitnami maakt ook deze oplossing laagdrempelig: je kunt niet alleen uit diverse cloudaanbieders kiezen – waaronder het grote trio Amazon Web Services, Google Cloud Platform en Microsoft Azure – je kunt bij zo’n aanbieder bovendien tot tien demoservers activeren die je elk één uur gratis mag proberen.

Aanbieder kiezen

Druk op de pagina van de gewenste serverapplicatie op de knop Launch in the cloud en kies de gewenste aanbieder (wij kozen voor Google Cloud Platform).

Er verschijnen nu een reeks instelbare opties voor de virtuele server, maar die komen pas beschikbaar wanneer je voor de betaalde versies gaat. Daar heb je ook echter ook een cloud-account voor nodig – aan te vragen via de link op de webpagina. Je kunt dan onder meer aangeven welk opslagtype je wilt (ssd of harde schijf), hoeveel opslagruimte je nodig hebt, hoe de prestaties van de server zelf moeten zijn (processorkernen, geheugen, enzovoort). Je ziet dan ook hoeveel je keuzes je ongeveer zullen kosten op maandbasis.

Wij gaan hier echter voor de gratis demo en dus klik je op Demo in Browser (10 launches left). Bevestig met Launch Demo. Je gratis demo wordt nu op de gevraagde server voorbereid. De voortgang kun je bovenaan de webpagina volgen. Enkele minuten later kun je al aan de slag via de knoppen Go to application en Go to administration. De nodige aanmeldgegevens verneem je in het vak Credentials (of via e-mail).

©PXimport

Lokale installatie

Wil je het helemaal gratis houden en houd je het liefst zoveel mogelijk in eigen beheer, dan klik je op de webpagina van de serverapplicatie de knop Local install aan. In de meeste gevallen zijn er downloads voor drie platformen beschikbaar: Windows, MacOs en Linux. In dit artikel gaan we met het installatiepakket voor Windows aan de slag. Dubbelklik op het gedownloade exe-bestand om het te installeren. In principe mag je de standaardinstellingen ongemoeid laten. Kies wel een login-id met een gebruikersnaam en een stevig wachtwoord. Laat het vinkje weg bij Launch […] in the cloud with Bitnami en start de lokale installatie met Next.

Zonder dat je het goed beseft wordt niet alleen de serverapplicatie geïnstalleerd maar ook alle servercomponenten die de applicatie nodig heeft. In de meeste gevallen betekent dit dat een complete WAMP-installatie wordt uitgevoerd: zowel Apache, Mysql als php belanden op je schijf. De installatie van een webserver verklaart meteen waarom je firewall aan de alarmbel trekt en je vraagt of er een netwerkverbinding mag worden opgezet. Die mag je uiteraard groen licht geven.

Je bent nu klaar om de applicatie te starten. Die vind je in het Windows-startmenu onder de naam Bitnami DokuWiki Stack Manager Tool. In principe hoef je niet meer te doen dan op het tabblad Welcome de knop Go to Application in te drukken, maar voor alle zekerheid open je hier eerst even het tabblad Manage Servers. Je ziet hier welke componenten geïnstalleerd en actief zijn, zoals de Apache Web Server.

Normaliter hoef je hier niets te wijzigen, maar mocht je bijvoorbeeld al een andere server draaien hebben en weigert Apache dienst, druk dan op de knop Configure en probeer het nogmaals door het poortnummer te wijzigen. Standaard is dat poort 80 maar je kunt het bijvoorbeeld met poortnummer 8080 proberen. Bevestig met OK. Wanneer je vervolgens Go to Application aanklikt, merk je dat je browser wordt gestart met als adres http://localhost (of http://localhost:<poortnummer> indien je niet poort 80 had ingesteld).

Beheren

Standaard beland je als gewone gebruiker in de webapplicatie, maar aangezien je die wilt beheren dien je je af en toe ook als administrator aan te melden. Hoe je dat precies doet hangt ook wel af van de webapplicatie, maar meestal vind je ergens een knop of link waarmee je als administrator kunt inloggen.

Bij DokuWiki bijvoorbeeld vind je rechts bovenaan Log in, waar je je met je eerder opgegeven account-id aanmeldt. Na een succesvolle aanmelding krijg je bovenaan Admin te zien en dat is de toegangspoort tot de beheermodule.

Klik hier op Configuration Settings, zodat je onder meer de titel van je wiki kunt wijzigen of de Interface language op nl kunt instellen. Je vindt hier vele tientallen instelbare opties. Bevestig je aanpassingen door helemaal onderaan op Save te drukken. Je keert terug naar je beginpagina door het DokuWiki-pictogram (linksboven) aan te klikken.

Er zijn tot slot nog heel wat andere zaken die je vanuit de beheermodule kunt regelen, zoals het Gebruikersbeheer, Toegangsrechten, Template stijl-instellingen en allerlei Uitbreidingen.

©PXimport

Port forwarding en dynamische dns

In principe kun je je lokaal geïnstalleerde serverapplicatie meteen vanuit je gehele thuisnetwerk bereiken, op voorwaarde natuurlijk dat er nergens een firewall in de weg zit. Het volstaat in een browser het interne ip-adres van de machine in te vullen waarop je serverapplicatie draait. De kans is echter groot dat je pc’s zich achter een (nat-)router bevinden en dat maakt het meteen een stuk lastiger om je serverapplicatie ook van buitenaf te bereiken.

Je kunt dan wel het externe ip-adres van je router invullen in een browser, wanneer je met een pc vanaf je eigen netwerk surft), maar de router moet natuurlijk wel weten welke server je precies wilt bereiken. Dat kan door op je router ‘port forwarding’ in te schakelen naar die machine. Uiteraard moet je dan wel de juiste poort doorlussen (standaard poort 80, tenzij je dat hebt aangepast). Raadpleeg desnoods https://portforward.com/router.htm om ook voor jouw router uit te vissen hoe je dat precies aanpakt.

Er kan echter een bijkomende hindernis opduiken, namelijk wanneer je internetprovider je (router) een dynamisch ip-adres toekent. Beter dan voortdurend zelf het actuele adres te moeten opvragen kun je een dynamisch dns-service inzetten zoals het gratis No-IP. Deze service zorgt ervoor dat je router bereikbaar wordt onder een hostnaam als mijndokuwiki.ddns.net.

Een lokaal te installeren tooltje bewaakt op de achtergrond het achterliggende, dynamische ip-adres en zodra je provider dat wijzigt, geeft de tool het nieuwe adres aan de NoIP-dienst door. Wellicht zit zo’n dynamische dns-functie overigens al in je router ingebouwd.

▼ Volgende artikel
In een half uur klaar: gourmetstel schoonmaken stap voor stap
© sara_winter - stock.adobe.com
Huis

In een half uur klaar: gourmetstel schoonmaken stap voor stap

Gezellig, zo'n avondje gourmetten. Maar na afloop blijft er op het gourmetstel vaak aangebakken vet, gesmolten kaas en saus achter. Logisch dat je niet meteen zin hebt om de boel schoon te maken. Als je het slim aanpakt, is alles binnen een half uurtje weer schoon!

In dit artikel

Je leest hoe je je gourmetstel stap voor stap schoonmaakt zonder de antiaanbaklaag te beschadigen. We leggen uit wanneer je het beste begint met schoonmaken, hoe je losse onderdelen en het elektrische deel veilig reinigt en welke fouten je beter niet kunt maken. Ook krijg je praktische tips om je tafel tijdens en na het gourmetten schoon te houden, zodat je na afloop snel klaar bent.

Lees ook: Gourmetten zonder stank: 10 ideeën die écht werken

Laten afkoelen, maar wacht niet te lang

Zet het gourmetstel na gebruik uit en trek de stekker uit het stopcontact. Laat het geheel afkoelen tot het handwarm is. Wacht je te lang, dan koeken vet en kaas vast en wordt schoonmaken lastiger. Haal losse onderdelen zoals pannetjes, spatels en bakplaatjes eraf voordat je begint met schoonmaken.

Losse onderdelen schoonmaken

Gourmetpannetjes en bakplaatjes hebben meestal een antiaanbaklaag. Die blijft het mooist als je ze niet hardhandig schoon schrobt. Leg ze in warm water met een beetje afwasmiddel en laat ze tien tot vijftien minuten weken. Aangekoekte resten laten dan vanzelf los. Gebruik daarna een zachte spons of borstel en spoel alles goed af. Controleer altijd even de handleiding: sommige onderdelen kun je in de vaatwasser doen, andere juist niet.

©Saskia van Weert

Zo maak je het elektrische deel veilig schoon

Terwijl de pannetjes, spatels en losse bakplaatjes staan te weken, ga je door met het verwarmingselement. Dat element zelf mag nooit nat worden. Zie je vetspetters of etensresten, veeg die dan weg met keukenpapier zodra het gourmetstel is afgekoeld. Voor hardnekkiger vuil gebruik je een licht vochtige doek met een klein beetje afwasmiddel. Knijp de doek goed uit en zorg dat er geen water bij het snoer of in openingen komt. Droog alles direct na met een schone doek.

De bak- of grillplaat weer vetvrij krijgen

Heeft je gourmetstel een losse bak- of grillplaat, haal dan eerst het overtollige vet weg met keukenpapier. Leg de plaat vervolgens in warm water, zodat aangekoekte resten kunnen losweken. Is de bakplaat vast onderdeel van het gourmetstel, dan kun je deze uiteraard niet in water onderdompelen. Neem in dat geval de plaat af met een licht vochtige doek zodra hij is afgekoeld, eventueel met een beetje afwasmiddel. Zo voorkom je dat vet tijdens het schoonmaken uitsmeert. Gebruik vooral geen schuursponsjes of schrapers om het vet weg te krijgen, want die beschadigen de coating en zorgen ervoor dat eten de volgende keer sneller blijft plakken. 

Watch on YouTube

Veelgemaakte fouten bij het schoonmaken van een gourmetstel

Aangekoekte resten wegkrabben met een mesje of staalwol lijkt misschien slim (want: snel), maar beschadigt de antiaanbaklaag blijvend. Ook bij het elektrische deel gaat het vaak mis. Het verwarmingselement onderdompelen in water is onveilig en kan het gourmetstel onbruikbaar maken. Alles direct in de vaatwasser zetten is ook geen goed idee. Vaatwasprogramma's duren vaak lang en werken op hoge temperaturen. Antiaanbaklagen en dunne metalen onderdelen kunnen daardoor sneller slijten of kromtrekken. Twijfel je, dan is met de hand afwassen altijd de veiligste keuze.

Vergeet je tafel niet!

Vetspetters en gemorste saus zijn bijna niet te voorkomen. Leg daarom vooraf een afwasbaar tafelkleed of gebruik een papieren tafelkleed. Dat kan na het gourmetten rechtstreeks de vuilnisbak in. Houd tijdens het eten keukenpapier of doekjes bij de hand om gemorste resten meteen weg te vegen. Is de tafel toch vies geworden, neem hem dan zo snel mogelijk af met warm water en een mild schoonmaakmiddel.

Schoon wegzetten voor de volgende keer

Laat alle onderdelen volledig drogen voordat je het gourmetstel opbergt. Berg je alles nog vochtig op in de doos of kast, dan kunnen er snel muffe geurtjes ontstaan. Bewaar pannetjes en platen apart van elkaar, eventueel met een vel keukenpapier ertussen. Berg pannetjes en platen apart op, eventueel met een velletje keukenpapier ertussen. Zo voorkom je krassen. Zo is het volgende keer alleen nog maar een kwestie van de boel weer tevoorschijn halen en lekker gaan eten. Veel gourmetplezier!

▼ Volgende artikel
Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is HDR10+ en wanneer zie je het verschil?

Ben je op zoek naar een nieuwe televisie? Grote kans dat de afkortingen je om de oren vliegen. 4K, OLED, QLED... en dan ook nog die eindeloze lijst aan HDR-formaten. Vandaag zoomen we in op een specifieke term die je vaak op de doos ziet staan, vooral bij televisies van Samsung, Panasonic en Philips: HDR10+. Is het een marketingkreet of zie je het echt?

Het is een bekend scenario: je staat in de elektronicawinkel of scrolt door een webshop, en de specificatielijst van je droomtelevisie lijkt wel een geheimtaal. Fabrikanten beloven gouden bergen met termen die indrukwekkend klinken, maar waarvan de betekenis vaak vaag blijft. Toch is het zonde om deze termen zomaar te negeren, want achter die cryptische afkortingen gaan technieken schuil die je filmavond aanzienlijk kunnen upgraden. Het gaat tegenwoordig namelijk niet meer alleen om hoeveel pixels je scherm heeft, maar vooral om de kwaliteit van die pixels. Om te begrijpen waarom die plus in de naam HDR10+ zo belangrijk is, moeten we terug naar de basis.

Eerst even terug: Wat is HDR ook alweer?

HDR staat voor High Dynamic Range. Simpel gezegd zorgt deze techniek ervoor dat de beelden op je tv een groter contrast en meer kleuren hebben. Het zwart is dieper zwart en de felle lichten, zoals een explosie of de zon, knállen echt van je scherm zonder dat de rest van het beeld flets wordt. De standaardvorm hiervan heet HDR10. Dit is de basislaag die bijna elke moderne 4K-televisie ondersteunt. Maar HDR10 heeft één beperking: hij bepaalt aan het begin van de film de instellingen voor helderheid en contrast, en houdt die vervolgens de hele film vast.

©ER | ID.nl

De plus maakt het dynamisch

Hier komt HDR10+ om de hoek kijken. Die plus staat eigenlijk voor dynamische metadata. In plaats van één instelling voor de hele film, stuurt HDR10+ extra informatie mee naar je tv. Hierdoor kan de televisie het beeld scène voor scène of zelfs frame voor frame aanpassen. Zie het als een lichttechnicus die continu aan de knoppen draait om te zorgen dat elk specifiek shot er perfect uitziet, in plaats van dat hij het licht aan het begin instelt en daarna rustig koffie gaat drinken.

Wanneer zie je het verschil echt?

Klinkt goed op papier, maar merk je dit in de praktijk? Het antwoord is ja, vooral in films met veel wisselingen tussen licht en donker. Stel, je kijkt een film die begint met een scène in een zonovergoten woestijn, gevolgd door een scène in een pikdonkere grot. Bij standaard HDR10 stelt de tv zich in op het gemiddelde van de hele film. Omdat die woestijn zo fel is, kan de grot-scène er daarna wat te donker of dichtgelopen uitzien, waardoor details in de schaduw wegvallen.

Bij HDR10+ krijgt je tv, zodra de camera de grot in gaat, een seintje dat het donker wordt en het contrast moet worden aangepast. Hierdoor zie je opeens wél de details op de rotswanden en de texturen in de schaduw, terwijl de felle scènes nog steeds spathelder blijven. Kortom, HDR10+ haalt meer detail uit zowel de donkerste schaduwen als de felste hooglichten, precies op het moment dat het nodig is.

©Gorodenkoff - stock.adobe.com

Wat heb je nodig?

Om van HDR10+ te genieten, moeten alle schakels in de ketting kloppen. Allereerst heb je een geschikte televisie nodig. Vooral Samsung is de grote aanjager van HDR10+, maar ook merken als Panasonic, Philips en TCL ondersteunen het vaak. Let er wel op dat LG en Sony meestal kiezen voor de concurrent Dolby Vision.

Daarnaast moet de content (de film of serie die je kijkt) in HDR10+ geschoten zijn. Amazon Prime Video is de grootste aanbieder van HDR10+-materiaal op streaming-gebied, maar ook Apple TV+ en Google Play Movies bieden het aan. Netflix gebruikt helaas voornamelijk concurrent Dolby Vision. Tot slot ondersteunen veel 4K Ultra-HD Blu-rays het formaat ook als je liever fysieke schijfjes kijkt.

Direct aanschaffen dan maar...?

Is HDR10+ een reden om je huidige tv direct bij het grofvuil te zetten? Nee, dat niet. Maar sta je op het punt een nieuwe tv te kopen, bijvoorbeeld een Samsung, dan is het wel een hele fijne bonus. Het zorgt ervoor dat je films en series ziet zoals de regisseur ze bedoeld heeft: levendig, contrastrijk en vol detail. En ze hoeven tegenwoordig al helemaal niet meer de wereld te kosten.