ID.nl logo
Zekerheid & gemak

Thin clients. Hou het overzichtelijk met centraal softwarebeheer.

Een pc in een zakelijke omgeving is geen gemakkelijk apparaat. Want hoe meer pc's, hoe ingewikkelder het wordt om alle apparaten up-to-date te houden met softwarereleases, patches, anti-virusmiddelen en beveiliging. De oplossing: thin clients, ofwel pc's zonder processor, geheugen en harde schijf, en alle software op één centrale server.

Thuis doe je het even tussendoor: even een nieuwe update op de pc installeren of een laatste patch downloaden. Heb je echter het beheer over honderd of duizend pc's, zoals al snel gebeurt in een groot bedrijf, dan wordt het een heel ander verhaal. Dan is het een hele klus alle pc's up-to-date te houden met de juiste software, patches, beveiliging en anti-virusmiddelen. Grote organisaties hebben dan ook baat bij centrale aanpak: in plaats van allemaal zelfstandige pc's kun je alle software beter installeren op één centrale plek waar dan iedereen gebruik van kan maken. Zo kost het uitdelen van softwarereleases veel minder tijd en is het beheer eenvoudiger in de hand te houden. Je hoeft tenslotte maar één server te configureren om vele gebruikers te bedienen. Deze aanpak noemen we ook wel server based computing of thin-client computing. Clients & server De klassieke aanpak van server based of thin-client computing maakt gebruik van terminals. Zo'n terminal is niets meer dan een beeldbuis waarbij het beeld wordt opgebouwd door een datastroom van karakters uit een Unix-machine. Alles wat je dus op het toetsenbord typt gaat dus niet naar de beeldbuis, maar naar dezelfde Unix-machine. In zo'n terminal zit nauwelijks logica en geheugen, er is geen krachtige processor en geen harde schijf. Het is de applicatie op de krachtige Unix-server die ervoor zorgt dat alles wat je op het toetsenbord doet in beeld komt. En dat voor eventueel duizenden gebruikers tegelijkertijd. Nadeel is wel dat een terminal met karakters niet aansluit op wat gebruikers gewend zijn, namelijk de vrijheid van de rijke grafische Windows werkomgeving, in een weelde van grafische applicaties. Gelukkig zijn er tegenwoordig een aantal populaire oplossingen waarmee je het gebruik van Windows-applicaties kunt centraliseren. Deze bieden het beste van beide werelden: een rijke grafische interface voor de gebruiker (de client) en het beheer en onderhoud op één centrale plek (server). Via het bedrijfsnetwerk – of eventueel het internet – dient als transport om de clients aan een server te koppelen. De belasting op de client is relatief licht: een processor van een paar honderd megahertz is genoeg. Ook is niet veel geheugen nodig: 64 MB is vaak voldoende. Er is immers alleen beeldopbouw; alle applicaties draaien op de server. Tot slot doet ook de lokale opslag (bijvoorbeeld een diskettestation of harde schijf) niet ter zake: ook alle data worden op de server opgeslagen. Hardware of software? Een client kan hardware zijn, maar ook software. Kies je voor hardware, dan krijg je te maken met een klein apparaat waarop je het toetsenbord, muis, beeldscherm en netwerk op aansluit. De Wyse uit deze test is hier een voorbeeld van. Kies je voor een software-client dan krijg je te maken met een pc met Linux of Windows of een Unix-werkstation. Hierop draait dan relatief eenvoudige cliëntsoftware, als losstaande applicatie of browser-plugin. In tegenstelling tot de client, worden er nogal wat eisen aan de server gesteld. Deze neemt namelijk meerdere grafische schermen, alle opslag en alle rekenkracht voor elke gebruiker op zich. Dit vraagt veel van de serverhardware, meer dan hetzelfde aantal gebruikers aan een Unix-terminal. Vanaf een tiental Windows-gebruikers heb je al direct serverhardware nodig met twee of vier processoren, een paar gigabyte hoofdgeheugen en forse schijfopslag. Tot grofweg vijftig actieve gebruikers loopt hardware met vier snelle processoren nog goed. Bij meer gebruikers zijn meerdere servers in het netwerk nodig en technieken als loadbalancing. Het opzetten beheren van zo'n configuratie is een specialisme. De belangrijkste producten voor kleine of grote configuraties zijn Microsoft Windows Server 2003 met Terminal Services, Citrix MetaFrame Server en Softricity SoftGrid die we hier bespreken. In tegenstelling tot Unix zijn Windows-gebaseerde servers gevoeliger voor vastlopers en incompatibiliteit, immers, de software is niet specifiek ontwikkeld voor terminalsessies en dat kan onverwachte problemen geven. Gelukkig gaat het de laatste jaren snel beter, wordt Terminal Services robuuster en worden belangrijke Windows-applicaties als Office ook onder Terminal Services getest voor dat ze als product de doos in gaan. Licenties Zoals gezegd bedient bij thin client (of server based) computing één enkele server een tiental of wel honderden gebruikers. Dat spaart kosten. Dit is dan wel buiten de onevenredig hoge licentiekosten gerekend. Want stel, u bent geïnteresseerd in bijvoorbeeld Citrix. Dan bent u er met het serverproduct en bijbehorende client-licenties nog niet. U hebt ook een Windows-serverlicentie nodig en voor elke gebruiker een terminal server client access license (ofwel terminal server cal) van Microsoft. Dit is op zich nog wel te doen. Ingewikkelder wordt het als u ook Office gebruikt. Dan moet u namelijk van Microsoft ook een Office-licentie kopen voor elke gebruiker die contact zou kúnnen opnemen met de terminal service. En gebruikt u daarnaast vanaf deze server sql of Exchange, dan dient u voor het gebruik van deze sql-toepassingen en Outlook ook voor elke (mogelijke!) gebruiker een client access license te kopen. Het is dus oppassen geblazen met licentieregels. Praktijk en papierwinkel kunnen plots haaks op elkaar komen te staan. Stel dat u een terminal service als voorziening in het netwerk zet om deze maar af en toe te gebruiken (bijvoorbeeld wanneer een werknemer thuis zou willen werken) of dat u een server gebruikt voor een applicatie die eigenlijk maar weinig wordt gebruikt. Technisch gezien wordt zo'n server maar een paar keer per dag of per week bezocht. Toch bent u verplicht voor alle applicaties licenties te kopen en cal's voor alle duizend werknemers. Om niet op extreem hoge bedragen uit te komen kunt u dus maar beter het inloggen op een dergelijke server beperken tot een kleine groep werknemers. Een andere mogelijkheid is om voor Exchange en sql een zogeheten (dure) processor-licentie te kopen. Deze telt niet het aantal gebruikers, maar het aantal processors in de server, aangevuld met zogenoemde terminal server internet connectors voor de applicaties. WinTerm 3125SE Deze hardware-client van Wyse kan zo op het netwerk worden aangesloten en begrijpt zowel rdp (remote desktop protocol) als Citrix' ica (independent client architecture). De hier bekeken Wyse WinTerm 3125SE wordt geleverd met toetsenbord, muis en optioneel beeldscherm. De resolutie van het kastje is beperkt tot 1024x768 beeldpunten, er zijn aansluitingen voor serieel en parallel. De 3125SE heeft een 100 Mbit-aansluiting en kan eventueel ook draadloos ingezet worden. Voor de software hebt u de keuze uit Embedded XP of het bij Wyse populaire CE, deze laatste is in flash opgeslagen. Voordeel van de Wyse-client is dat het apparaat weinig energie gebruikt, en dat hij geen ventilator heeft en dus lekker stil is. De hardware is praktisch onderhoudsvrij. Mogelijke problemen met updates, rechten, configuratie en anti-virus spelen zoals gezegd alleen op de server, niet op deze relatief eenvoudige terminal. Microsoft Windows Server 2003 Terminal Services De meest eenvoudige oplossing om met server based computing aan de slag te gaan is Windows Server 2003 en het meegeleverde Terminal Services. De installatie is eenvoudig. Ga in het Configuratiescherm naar Software toevoegen/verwijderen en kies Windows onderdelen. Vink hier Terminal Services aan. Na een wizard van vier stappen en een herstart is alles klaar. De naconfiguratie is niet veel meer is dan het aanmaken van gebruikers en deze lid te maken van de 'remote desktop access'-groep. Nu is de machine klaar voor gebruik. Windows Server 2003 kent overigens verschillende smaken. De standaard-editie is voldoende maar voor grote installaties heeft de Enterprise-editie de voorkeur. Een van de extra componenten hierin is Microsoft Windows System Resource Manager (wsrm) dat handig is voor het beheren van grote terminal server installaties. Wsrm kan voor individuele gebruikers (of op groepsniveau) zaken als processorgebruik wat eerlijker verdelen. Een veeleisende taak of vastloper vertraagt het werk van anderen dan minder. Citrix MetaFrameXP Server for Windows Citrix is een oude technologie partner van Microsoft én geestelijk vader van Terminal Services. MetaFrameXP Server for Windows gebruikt dan ook een Microsoft 2000- of 2003-server met Terminal Services als basis. Hier overheen installeert Citrix haar eigen diensten. Het product is zo populair omdat het, zowel aan de server- als de client-kant, verder gaat dan Terminal Services van Microsoft. Zo is het aantal clients uitgebreider, zijn de specificaties beter en de beheertools fijnmaziger. Een belangrijk element bij Citrix is het ica-protocol, dat samen met de ica-client zorgt voor een efficiëntere communicatie tussen client en server. Zelfs over een eenvoudige modemverbinding is het nog goed werken. De nieuwste versie van MetaFrame geeft op clients een betere ondersteuning van flash in de webbrowser, ondersteunt het gebruik van een microfoon, gaat efficiënter met foto's om en kan goed tegen korte uitval, zodat het product ook storingsvrij werkt bij een matige draadloze verbinding. Aan de server-kant blinkt Citrix uit in het opzetten van zogeheten farms die (bij meerdere servers) de gebruikers en de werklast onderling verdelen. Ook brengt zo'n farm redundantie zodat gebruikers niet meer afhankelijk zijn van de gezondheid van een enkele server. Het serverdeel gebruikt minder dan 250 MB op de harde schijf. Citrix is een stabiel en goedverzorgd product, maar vereist al snel een gespecialiseerde beheerder. Softricity SoftGrid 3.0 Softricity pakt de zaken anders aan: alle software wordt vanaf de server in speciale pakketten over het netwerk uitgedeeld, en in de beschermde omgeving van Softricity (op de pc van de gebruiker) uitgevoerd. Die speciale pakketten zijn reguliere applicaties die voor SoftGrid zijn geprepareerd (en door de beheerder zijn voorgeïnstalleerd). Dankzij de beschermde omgeving worden belangrijke componenten tegen aantasting beschermd, bijvoorbeeld het geheugen of het Windows-register. De software ziet gewoon de pc, maar in werkelijkheid zit Softricity er tussen om wijzigingen af te vangen die de software doorvoert in de pc. Wijzigingen blijven geldig zolang de applicatie draait. Sluit je de applicatie af, dan gaan wijzigingen verloren en blijft een onaangetaste pc achter, alsof de software niet echt op de pc heeft gedraaid. Dit proces wordt virtualization genoemd. Softricity gebruikt op de pc een soort cache om een volgende keer de applicatie sneller voor handen te hebben. Die cache wordt ook gebruikt om software aan laptops mee te geven zodat deze los van het netwerk toch de applicatie kunnen gebruiken. SoftGrids geïsoleerde programma-uitvoer heeft als voordeel dat programma's minder snel tegen compatibiliteitsproblemen aanlopen, dan bij Terminal Services en dus ook bij Citrix. Zelfs zeer complexe applicaties als AutoCAD, programma's afhankelijk van een oude databasedriver en relatief slecht geschreven programma's werken bij Softricity prima. Softricity draait op Windows 2000 of Windows XP. Voor Windows 98 of andere besturingsystemen is bemiddeling nodig van Terminal Services of Citrix. Verder maakt SoftGrid gebruik van een Windows 2000 of 2003 Server, die gedeeld mag worden met Terminal Services en Citrix. De software is klein, zo'n 150 MB, en installeert snel. Bij installatie is de aanwezigheid van active directory vereist. Op de client wordt ook lichte software van een paar megabyte gebruikt. Het grootst is dus de cache van minimaal 150 MB. Om applicaties voor SoftGrid aan te maken wordt een zogenoemde sequencer gebruikt, een hulpapplicatie die ervaring vereist. SoftGrid kan op een server werken, of net als Citrix uitgebouwd worden tot een farm zodat een enkele defecte server de werk van gebruikers niet verstoort. SoftGrid doet wat minder gedegen aan en is voor de beheerder soms onnodig lastig in installatie en gebruik. Conclusie Voor een verstokte pc-liefhebber is het even wennen dat de hardware op je bureau niets of weinig doet. Terminal Services – al dan niet aangevuld met Citrix en SoftGrid – geeft de gebruiker dan misschien iets minder vrijheid in de bediening, het geeft wel een enorme bewegingsvrijheid. Op verschillende werkplekken, op verschillende apparaten en over dunne verbindingen heb je altijd toegang je krachtige 'desktop', met daarop alle gegevens, applicaties, grote databestanden en natuurlijk snelle toegang tot internet. Bovendien biedt de thin client-technologie een veilige werkomgeving voor onbeheerde pc-thuiswerkers met als voordeel een goede scheiding met privé-bestanden. Softricity scoort hoog in de compatibiliteit. Terminal Services is laagdrempelig. Citrix werkt goed bij hogere eisen in voorzieningen, beheer en clientkeuze. Softricity kan dé oplossing zijn bij kritische applicaties, maar vereist weer meer ervaring. Licenties zijn een belangrijk aandachtspunt om niet onbedoeld op gevaarlijk hoge kosten te komen. Remote desktop Iedereen die XP heeft draaien op zijn pc kan eenvoudig uitproberen hoe Windows werkt als terminal. XP bevat namelijk remote desktop (rd), een standaard onderdeel van Windows Professional waarmee u – vanaf uw eigen pc – heel eenvoudig toegang kunt krijgen tot de programma's en bestanden van een andere Windows-pc. Hebt u Windows XP Home dan kunt u alleen anderen toegang verlenen tot uw pc. Maakt u eenmaal kennis met de voordelen in mobiliteit, dan is Windows op afstand gebruiken een verslavende voorziening! U vindt remote desktop onder Start, Communicatie, Verbinding met een extern bureaublad. Start dit programma op een andere computer in het netwerk op en tik het ip-nummer van je eigen pc in. Zet wel eerst op uw eigen pc remote desktop als voorziening aan: ga hiervoor naar Eigenschappen van de computer, kies Verbinding van buitenaf (laatste tabblad) en vink de optie Extern bureaublad aan. Is er eenmaal contact met de eigen computer, dan krijg je dan een goede indruk hoe Windows zich in een terminal-sessie gedraagt over het netwerk. Wilt u deze voorziening over het internet uitproberen, dan is het belangrijk dat poort 3389 (in de firewall in de internetrouter) naar het ip-nummer van de eigen pc wijst, zodat deze op afstand bereikbaar wordt. Vergeet niet het geheel met een wachtwoord te beveiligen! Verder vindt u op www.microsoft.com/windowsxp/remotedesktop/faq.asp nog meer informatie.

▼ Volgende artikel
Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten
© RHJ - stock.adobe.com
Huis

Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten

Het is herfst, en dat betekent spinnen. Niet alleen buiten, maar ook binnen. Daar kun je flink van schrikken. Toch is er geen reden tot paniek. Spinnen zijn juist nuttig: ze vangen muggen, vliegen en andere hinderlijke insecten. Nederlandse spinnen zijn bovendien niet gevaarlijk voor mensen. Wil je ze toch liever niet in huis? Dit kun je doen!

🕷️ Dit artikel in het kort

Spinnen zijn nuttige insecteneters en doen in Nederland mensen geen kwaad. Toch zien we ze vooral in de herfst liever buiten dan binnen. In dit artikel lees je hoe je spinnen vangt, wat je kunt doen om ze te buiten te houden en hoe je de meest voorkomende soorten herkent. Daarnaast kijken we per ruimte in huis naar plekken waar spinnen zich graag verstoppen en wat je daartegen kunt doen. Lees ook: Slim ventileren in de herfst: zo voorkom je vocht en schimmel

Dat je in het najaar meer spinnen ziet, is trouwens logisch. De mannetjesspinnen zijn dan op zoek naar een vrouwtje. Of het nu mannetjes of vrouwtjes zijn, voor allemaal geldt: ze zijn snel, maar niet gevaarlijk. Je kunt ze makkelijk vangen, zolang je maar rustig blijft.

Geen paniek! Vangen en vrijlaten doe je zo

De eenvoudigste methode daarvoor is nog steeds het bekende glas met een stukje stevig papier, bijvoorbeeld een bierviltje. Zet een stevig glas over de spin en schuif er een kartonnetje of papiertje onder. Til het geheel voorzichtig op, houd het goed gesloten en zet de spin buiten op enkele meters van je huis neer. Hoe verder, hoe kleiner de kans dat hij terug naar binnen kruipt.

Er bestaan ook speciale spinnenvangers: lange stelen met zachte borsteltjes of buisjes met een opvangreservoir. Handig als je liever wat afstand bewaart. Oefen eerst even, zodat je zeker weet hoe het werkt. Een spin doorspoelen of bespuiten met insectenspray kun je beter niet doen: er zijn betere, diervriendelijkere manieren om van ze af te komen.

©LeoniekvanderVlietPhotography

Waar komen spinnen binnen?

Spinnen kiezen niet bewust voor jouw woonkamer, maar volgen vaak insecten die aangetrokken worden door licht of warmte. Via kieren langs kozijnen, onder deuren of door ventilatieopeningen vinden ze hun weg naar binnen. Ook via spullen uit de schuur of garage kunnen ze mee naar binnen komen. Door deze routes af te sluiten of te controleren, verklein je de kans dat ze binnen belanden.

Voorkomen is ….

Hieronder lees je wat je in het algemeen kunt doen om insecten en spinnen buiten te houden. Ook kijken we specifiek naar bepaalde ruimtes in je huis.

Algemeen

Inspecteer je hele woning systematisch door langs plintnaden, kozijnen en doorvoeren te lopen. Dicht kieren af en vervang versleten tochtstrips. Plaats fijnmazig rvs-gaas voor ventilatieopeningen en maak ventilatieroosters jaarlijks schoon. Horren monteren voor ramen en deuren scheelt ook al een hoop.

Woonkamer

In de woonkamer trekken lampen vaak insecten aan, en daarmee ook spinnen. Plaats lampen niet direct bij de buitendeur en gebruik eventueel warmere lichtkleuren die minder insecten lokken – wit licht bevat namelijk veel UV- en blauwe componenten, echte insect-magneten. Ruim regelmatig achter kasten en banken op: rommelige hoeken bieden ideale plekken voor webben.

Slaapkamer

Zet bij warm weer het raam open met een hor ervoor. Zo ventileer je goed zonder dat spinnen en insecten naar binnen glippen. Trek ook gordijnen geregeld open en dicht; spinnen houden van rustige, donkere hoekjes.

Badkamer

Door de hoge luchtvochtigheid is de badkamer aantrekkelijk voor insecten en dus voor spinnen. Laat de ruimte goed drogen na het douchen (zet daar bijvoorbeeld de mechanische ventilatie voor aan of zet een raam een stukje open) en haal spinrag direct weg.

Kelder en berging

Dit zijn favoriete plekken voor grote huisspinnen. Ze houden van koelere, vochtige plekken waar ze met rust gelaten worden. Controleer leidingen en kieren, dicht openingen en zorg dat er niet te veel losse spullen op de grond staan.

Ventileren en opruimen helpt

Een goed geventileerd huis is minder aantrekkelijk voor insecten en dus ook voor spinnen. Laat roosters open, zet dagelijks kort ramen tegenover elkaar open voor frisse lucht en maak ventilatieopeningen schoon. Zo zorg je ervoor dat het in huis minder vochtig wordt – en daarmee geef je vliegjes, muggen en andere insecten minder kans.

Oude spinnenwebben kun je eenvoudig weghalen met een plumeau of stofzuiger. Leeg de stofzuigerzak daarna buiten, want een spin kan anders alsnog ontsnappen. Ook lege eizakjes haal je zo weg. Daarmee voorkom je dat er nieuwe generaties in je huis uitkomen.

Van huisspin tot kruisspin: zo herken je ze

Gevaarlijke spinnen? Die komen in Nederland eigenlijk niet voor. Maar dat maakt de angst er niet minder om. Herkennen wat voor spin je ziet, kan dan echt helpen. In september en oktober zie je binnenshuis vooral mannetjes van huisspinnen rondstruinen, terwijl vrouwtjes in hun web blijven. Met een app zoals ObsIdentify (voor Android en iOS) kun je eenvoudig een foto maken en direct zien om welke soort het gaat. Ook de webvorm geeft aanwijzingen: een strak wielweb, een trechter of een slordig matje is vaak soortspecifiek. Door je in de soorten te verdiepen, leer je dat de grote, donkere spinnen in huis simpelweg rondzwervende mannetjes zijn die een partner zoeken. Niets om bang voor te zijn dus!

Top 5 huisspinnen in Nederland

De kruisspin, Araneus diadematus, is jaar in jaar uit de publieksfavoriet én meest geteld; je herkent hem aan het lichte kruis op het achterlijf en het grote wielweb langs schuttingen en raamkozijnen. De grote trilspin, Pholcus phalangioides, hangt met lange poten onder het plafond en trilt heftig bij onraad; je vindt hem vaak in rustige hoekjes binnen. De gewone en grote huisspinnen, Eratigena-soorten, bouwen trechterwebben achter kasten en in kelders. De venstersectorspin, Zygiella x-notata, spant bij ramen een wielweb met een 'hapje' eruit; vaak zie je die in gevelhoeken. De herfsthangmatspin, Metellina segmentata, maakt kleine hangmatwebjes in struiken en rond tuinen en wordt regelmatig bij huizen gezien. De exacte volgorde varieert per jaar en telling, maar deze soorten staan steevast hoog in Nederlandse spinnentellingen.

©Anton Derkach | Iuliia - stock.adobe.com

Veelgestelde vragen over spinnen in huis

Zijn spinnen in Nederland giftig?

De spinnen die je binnenshuis tegenkomt, zoals huisspinnen of trilspinnen, zijn niet gevaarlijk. Ze kunnen hooguit bijten als ze in het nauw komen, maar dat gebeurt zelden en is vergelijkbaar met een muggenprik: een klein rood plekje dat snel verdwijnt. Ook buitenshuis leven er in Nederland geen gevaarlijk giftige spinnen voor mensen.

Kruipen spinnen in je slaap in je mond of oren?

Dit is een hardnekkige mythe. Spinnen zijn schuwe dieren die juist contact met mensen vermijden. Het idee dat ze in je slaap in je mond of oor kruipen is een broodjeaapverhaal. Ze lopen hooguit langs je bed op zoek naar een rustig hoekje, maar hebben geen enkele reden om een mens als schuilplek te gebruiken.

Waarom zie je vooral in de herfst zoveel spinnen?

In nazomer en herfst gaan mannetjes-huisspinnen op zoek naar een vrouwtje. Omdat ze rondzwerven, zie je ze vaker in kamers en gangen lopen. Vrouwtjes blijven meestal in hun web en vallen daardoor minder op. De seizoenspiek heeft dus alles te maken met hun voortplantingscyclus.

Kunnen spinnen eitjes in huis leggen?

Ja, spinnen kunnen in huis eizakjes maken. Meestal gebeurt dat in rustige hoekjes of achter meubels. De jongen verspreiden zich na het uitkomen en veel halen de volwassen leeftijd niet. Door webben en eizakjes regelmatig weg te halen met de stofzuiger, houd je de aantallen eenvoudig onder controle.

Helpt het om spinnen weg te houden met pepermuntolie of azijn?

Er circuleren veel huismiddeltjes die zouden helpen, maar er is weinig bewijs dat spinnen echt wegblijven van bepaalde geuren. Belangrijker is het dichten van kieren, plaatsen van horren en regelmatig opruimen. Dat heeft aantoonbaar meer effect dan een schaaltje azijn of een oliebrandertje.

Kunnen huisspinnen springen of vliegen?

Nee, de huisspinnen die je binnenshuis tegenkomt kunnen niet springen of vliegen. Ze lopen of klimmen via draden. Soms zie je kleine jonge spinnen wel zweven aan een draadje; dat heet 'ballooning'. Dan gebruiken ze een draad als zweeflijn in de wind. Bij volwassen huisspinnen gebeurt dat niet binnenshuis. 

Wat moet ik doen als ik een spin echt niet durf te vangen?

Vraag iemand anders om te helpen of gebruik een lange spinnenvanger waarmee je voldoende afstand houdt. Als dat niet lukt, kun je de deur naar de buitenruimte openen en wachten tot het dier zelf naar buiten trekt. Het belangrijkste is kalm blijven: spinnen zijn sneller bang voor jou dan andersom.

Spinnenvanger nodig?

Kijk, koop en vang
▼ Volgende artikel
Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter
© Roland Abel
Huis

Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter

In oktober staat de tuin in het teken van de overgang naar de koude maanden. Planten hebben nog steeds zorg nodig en ook het onderhoud vraagt aandacht. Dit is het moment om alles klaar te maken, zodat je tuin de winter goed doorkomt.

In oktober maak je de tuin winterklaar. Sluit de buitenkraan af en berg de tuinslang leeg op. Koop vliesdoek en noppenfolie om kwetsbare planten te beschermen. Plant groenblijvende struiken, winterviolen en bloembollen voor kleur in de donkere maanden. Oogst appels, peren en pompoenen, en zaai veldsla of spinazie. Geef struiken en rozen nog voeding, verwijder zomerbollen uit de grond en snoei rozen, fruitbomen en loofbomen. Werk het gazon af met een laatste maaibeurt en hark het blad weg.

Lees ook: Van januari tot en met december tuinieren: tips voor het hele jaar buiten bezig

Bescherm de tuin tegen vorst

Met dalende temperaturen is het belangrijk om alles te beschermen tegen vorstschade. Laat de tuinslang volledig leeglopen en berg hem op, zodat er geen water in achterblijft. Draai vervolgens de buitenkraan dicht. Schaf vliesdoek of noppenfolie aan om gevoelige planten te beschermen zodra het gaat vriezen.

Planten en bollen voor een wintertuin

Wie in de winter ook kleur wil behouden, kan nu groenblijvende varens, lage heesters en kerstrozen planten. Voorjaarsbollen zoals sneeuwklokjes, kievitsbloemen en bosanemonen moeten direct de grond in, omdat ze snel uitdrogen. Ook winterjasmijn of knoflook zijn nu aan de beurt. Bedek de grond daarna met een laag bladeren.

In hangmanden kun je winterviolen, bollen en klimop zetten voor wat extra kleur. Rozen plant je alvast voor het nieuwe seizoen. Tulpen die niet in de grond kunnen overwinteren, zet je in bollenbakken. Andere bloembollen plaats je bij vaste planten die qua kleur en bloeitijd goed bij elkaar passen. Geprepareerde hyacinten zet je in glazen binnen om vroeg van hun bloemen te genieten.

Oogsten in de herfst – én zaaien in de moestuin

Oktober is de maand van de oogst. Peren en appels haal je nu van de boom; maak er moes of taart van. Pompoenen en sierkalebassen zijn ook rijp. Laat altijd een stuk steel zitten, dan blijven ze langer goed. Bewaar ze koel en vorstvrij. In de moestuin zaai je nog veldsla, pluksla of spinazie. Kies wel voor winterharde soorten. Groenten die niet tegen kou kunnen, zoals paksoi, koolrabi, bloemkool en broccoli, oogst je voor de winter.

©encierro - stock.adobe.com

Onderhoud in oktober

Struiken, rozen en hagen hebben nog baat bij wat mest. In de border en moestuin kan eventueel kalk gestrooid worden. Blijf onkruid weghalen zodat het in het voorjaar niet uit de hand loopt. Plantensteunen kunnen de schuur in; maak ze schoon voordat je ze opbergt.

Zomerbollen zoals dahlia's, bloemriet en Abessijnse gladiolen moeten gerooid worden na de eerste nachtvorst. Controleer ook potten en bakken: zorg dat de afwateringsgaten open zijn zodat regenwater goed kan weglopen.

Snoeien in oktober

Ramblerrozen knip je bij door lange scheuten wat in te korten. Oktober is ook geschikt voor het snoeien van berk, esdoorn en kastanje, maar doe dit niet later dan eind november, want de sapstromen van deze bomen komen al vroeg op gang. Appel- en perenbomen kunnen eveneens gesnoeid worden.

©maxbelchenko

Het gazon winterklaar maken

Geef het gras dit najaar nog een laatste beurt. Verticuteer om mos en dood gras te verwijderen en lucht in de bodem te brengen. Maai het gras nog een keer, maar laat het niet te kort worden. Steek de randen bij en hark het gevallen blad weg, zodat het gras niet verstikt onder een bladerdeken en in het voorjaar weer gezond kan uitlopen.