ID.nl logo
Bespaar je rijk!
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Bespaar je rijk!

De pc die u gebruikt voor het uitvoeren van onze workshops is een notoire stroomvreter. Zeker de snellere modellen lusten wel wat, helemaal als ze gekoppeld zijn aan een extra grote monitor, een tweede harde schijf en een groot arsenaal randapparaten. Minder computeren zou helpen, maar is niet leuk.

De pc die u gebruikt voor het uitvoeren van onze workshops is een notoire stroomvreter. Zeker de snellere modellen lusten wel wat, helemaal als ze gekoppeld zijn aan een extra grote monitor, een tweede harde schijf en een groot arsenaal randapparaten. Minder computeren zou helpen, maar is niet leuk. Hoe u toch heel simpel kunt besparen leest u hier.Stel er komt een zwerver op u af die zegt: “Geef me 24 euro”. Dikke kans dat u de man vertelt dat hij de boom in kan. Zomaar 24 euro weggeven, dat doe je toch niet? Nou, er is een dikke kans dat u dat wel doet. Een pc die per dag twee uur ongebruikt aan staat en al die tijd die leuke aquarium-screensaver van Windows XP heeft draaien, kost u op jaarbasis 24 euro. Gelukkig is dat simpel te verhelpen, maar daarover straks meer. Pc’s zijn flinke energievreters. Bij gemiddeld gebruik – volgens www.milieucentraal.nl voorzichtig geschat op zo’n 1,5 uur per dag – bedragen de elektriciteitskosten per pc op jaarbasis slechts 16 euro. Maar die kosten lopen gemakkelijk op tot het dubbele als u uw pc niet consequent uitzet wanneer u hem niet daadwerkelijk gebruikt. En zeg eens eerlijk: doet u dat altijd braaf? Kijken we naar de praktijk dan blijkt dat in een doorsnee gezin de computer dagelijks veel langer aan staat en dat er vaak meerdere pc’s en notebooks aanwezig zijn. En dan zwijgen we nog over printers, scanners, mp3-spelers, speakers, opladers en andere apparaten die met deze computers verbonden zijn en stroom gebruiken; ook als alle computers uitstaan. Op die manier wordt u dus slapend arm. Wij van Computer Idee raden u vanzelfsprekend niet aan om uw computer minder te gaan gebruiken of zelfs geheel van de hand te doen. Integendeel. Wel laten we u zien dat het geen kwaad kan om eens naar het verbruik te kijken, met name wanneer u apparaten niet gebruikt. U zult dan – net als wij – ontdekken dat u moeiteloos en zonder dat dit ten koste gaat van uw computerplezier al snel een paar eurotientjes per jaar in uw zak kunt houden. Of gebruiken voor iets anders.

Stijgende energiekosten

©CIDimport

24 euro

Met een pc die per dag vier uur aan staat, maar in die tijd slechts twee uur echt wordt gebruikt, gooit u geld weg.Bij een standaard configuratie al gauw zo’n 17,50 euro. Hebt u een screensaver ingesteld en dan bijvoorbeeld die leuke aquarium-screensaver van Windows XP, dan loopt dat op tot 24 euro.Reken maar na: een gemiddelde pc verbruikt 140 watt per uur. Met de screensaver erbij loopt dat – zo hebben wij ontdekt – op tot 200 watt.Staat de pc zes dagen per week aan en 50 weken per jaar, dan is dat dus 200 x 2 x 6 x 50 = 120.000. Dit deelt u door 1000 en vermenigvuldigt u met 0,20 dan is de uitkomst 24 euro.Dat het leven alleen maar duurder wordt is een open deur. Na woonlasten zijn de gestegen energietarieven daar de belangrijkste oorzaak van. Zowel de kosten van elektriciteit als het gebruik ervan namen de afgelopen tien jaar fors toe. Kostte een kilowattuur (kWh) in 1995 nog 9 cent, in 2005 was dat gestegen tot zo’n 20 cent. In die tien jaar tijd steeg volgens het CBS de elektriciteitsrekening van een gemiddeld gezin van 255 naar 600 euro per jaar, ruim 2,35 keer zoveel. Naast de prijs is ook het energieverbruik de afgelopen jaren gestegen. Tel maar eens het aantal apparaten dat u in huis hebt en vergelijk dit met een paar jaar geleden. Hoewel daar misschien energiezuinige apparaten tussen zitten, wordt het voordeel van hun zuinigheid teniet gedaan door de stijging van het aantal apparaten. Er zijn tal van lijsten in omloop die aangeven welke apparaten hoeveel energie vreten. U kunt het ook zelf meten. Wij hebben ook de nodige metingen gedaan rondom het verbruik en maakten daarvoor gebruik van een professioneel meetapparaat. Via www.milieucentraal.nl kunt u dankzij de actie Meten is weten zelf gratis in het bezit komen van een energiemeter en – net als de drie gezinnen die voor ons hun verbruik hebben gemeten – uw eigen verbruik nauwkeurig nagaan.

Computers en energie

Van waterbedden, wasdrogers en televisies (ook op stand-by) is het alom bekend dat ze energie slurpen. Maar de pc, hoe zit het daarmee? Pc’s staan – zeker bij u en ons – langer en vaker aan. Bovendien is het energieverbruik van pc’s met het uitkomen van nieuwere, snellere modellen ook flink gestegen. De grootste energievreter in elke pc is met afstand de processor. Sommige gebruiken wel zo’n 140 watt of meer. En om de ontwikkelde warmte af te voeren zit daar vaak nog een forse ventilator bovenop. Ook de grafische kaart – belangrijk voor onder meer spelletjes en zware grafische toepassingen – is een kacheltje in de behuizing. Niet alleen kunnen ze in sommige gevallen wel zo’n 75 watt of meer verbruiken; ook de koeling – vaak door middel van extra ventilatoren – kost extra energie. Voor ‘sneller’ betaalt u dus niet alleen in de winkel maar ook nog eens maandelijks aan uw energieleverancier. Tel hierbij de overige onderdelen op plus de apparaten die aan uw pc gekoppeld zijn en u moet niet verbaasd zijn als uw pc tijdens gebruik zo’n 250 watt opslurpt, stukken meer dan de meeste andere apparaten bij u in huis. Wat betreft die randapparaten valt het qua energie allemaal wel mee. Oudere laserprinters kunnen door het ontbreken van een spaarstand relatief veel energie gebruiken. Een moderne inkjet is aanzienlijk zuiniger. Al die apparaten gebruiken misschien elk één of twee watt. Maar alles bij elkaar kan het toch aardig oplopen. Gelukkig is er ook positief nieuws. Fabrikanten voeren energiebesparende maatregelen in. Bij notebooks gebeurt dit al langer maar ook bij desktop-pc’s zorgen technieken als SpeedStep (Intel) en Cool’n’Quiet (AMD) er bijvoorbeeld voor dat de energievretende processor een tandje lager draait of onderdelen uitschakelt wanneer deze niet nodig zijn. Daarnaast schakelen beeldschermen zichzelf uit en weten ook randapparaten zoals printers en scanners wanneer ze een uiltje kunnen knappen. Europese richtlijnen verplichten fabrikanten dat hun adapters nog maar heel weinig energie mogen gebruiken wanneer de apparaten waarmee ze verbonden zijn, uitgeschakeld staan. Een keurmerk voor energiezuinige pc’s en onderdelen is er op dit moment nog niet maar als u een nieuwe computer gaat kopen, is het verstandig om naar het energieverbruik te vragen. Er zijn namelijk flinke verschillen.

Zelf besparen met Windows XP

©CIDimport

Energiebesparend stekkerblok

Veel mensen gebruiken een stekkerblok met ingebouwde schakelaar waarin de pc en alle randapparaten zijn geprikt. Door iedere keer nadat u met de pc klaar bent deze schakelaar om te halen, wordt voorkomen dat deze apparaten toch nog stroom gebruiken. De praktijk leert dat dit goede voornemen al snel vergeten wordt waardoor het energieverbruik niet echt wordt teruggedrongen. Zonde! Een energiebesparend stekkerblok biedt soelaas. Hierop bevindt zich één masteraansluiting en meerdere slaveaansluitingen. Op de masteraansluiting sluit u uw pc aan, op de andere uw randapparaten. Op het moment dat u uw pc uitzet wordt dit gedetecteerd door het stekkerblok dat dan vervolgens ook de stroomtoevoer naar de slave-aansluitingen afsluit. Wordt de pc op een later tijdstip aangezet, dan zorgt het stekkerblok dat de slave-apparaten ook weer stroom krijgen. Deze speciale stekkerblokken zijn te koop bij de betere elektronicawinkels.Om te besparen op uw stroomverbruik, hoeft u niet te wachten tot u een pc hebt met allerlei nieuwe voorzieningen. Windows XP bijvoorbeeld kent standaard al de nodige instellingen waarmee u het stroomverbruik kunt terugdringen. Deze opties zijn ondergebracht bij de Eigenschappen voor het beeldscherm (klik met de rechtermuistoets op het Bureaublad en kies op het tabblad Schermbeveiliging voor Eigenschappen). Een druk op de knop Energie levert een groot aantal mogelijke instellingen op. Zo kunt u in dit venster Eigenschappen voor energiebeheer aangeven dat onderdelen na een bepaalde periode van inactiviteit worden uitgeschakeld. Met een beetje experimenteren is het al snel duidelijk dat hier flink winst valt te behalen. Ons testsysteem gebruikt inclusief beeldscherm en surround geluidssysteem tijdens normaal gebruik zo’n 140 watt. Wanneer we ervoor kiezen om na 15 minuten het 19 inch tftscherm uit te schakelen zakt het verbruik naar 105 watt. Het uitschakelen van de harde schijf bespaart nog eens zo’n 10 watt. En met een druk op de spatiebalk is het systeem binnen een paar seconden weer paraat; deze besparingen gaan dus niet ten koste van het gebruiksgemak. Naast het uitschakelen van onderdelen kunt er ook voor kiezen om het systeem na een bepaalde tijd op stand-by te zetten. Belangrijke onderdelen worden uitgeschakeld en de pc komt in een soort sluimerstand terecht. De besparing is aanmerkelijk want het verbruik zakt naar zo’n 85 watt. Met een druk op de spatiebalk is de pc in vijf seconden weer bij de pinken.

Slaapstand

Echt geld besparen doet u met de slaapstand. Hierbij wordt de situatie waarin Windows XP zich dan bevindt – inclusief de programma’s, bestanden en documenten die op dat moment geopend zijn – opgeslagen en de pc uitgezet. Het verbruik bedraagt nog maar 5 watt, net zoveel als wanneer de pc uitstaat. Een druk op de aan- en uitknop activeert Windows XP in dezelfde status als waarin hij stond voor hij in de slaapstand terechtkwam. In zo’n 30 seconden kunt u verder gaan waar u gebleven was. U zet de pc in de slaapstand op de volgende manier: klik op Start, Afsluiten; als u het keuzevenster krijgt met Stand-by, Uitschakelen en Opnieuw Opstarten, drukt u op de Shift-toets. U ziet dan het knopje Stand-by veranderen in Slaapstand. Nog makkelijker is het met een snelkoppeling op het Bureaublad. Klik met de rechtermuisknop ergens op uw Bureaublad. Kies Nieuw, Snelkoppeling. In het venster dat verschijnt typt u: C:\WINDOWS\system32\run dll32.exe powrprof.dll,SetSuspendState Hibernate. Klik nu op Volgende, geef de snelkoppeling een naam (bijvoorbeeld Slapen) en klik op Voltooien. Als u nu dubbelklikt op het icoon, valt uw pc onmiddellijk in slaap.

Schermbeveiliging

Zoals reeds opgemerkt heeft de schermbeveiliging niets met zuinigheid van doen, hoewel deze optie ook in het onderdeel Beeldscherm van Windows wordt geregeld. Sterker nog, het instellen van één van de standaard Windows XP screensavers weet vanwege het belasten van de videokaart het energieverbruik op te jagen naar zo’n 170 watt. De bekende aquarium screensaver met zwemmende vissen doet hier nog een schepje bovenop: het energiegebruik schiet omhoog naar de 200 watt, een dikke 40 procent meer dan normaal. Dit kan de bedoeling toch niet helemaal zijn! Ons devies: als u werkelijk uw beeldscherm wilt sparen, laat dit dan na een aantal minuten inactiviteit uitzetten. Ook dat regelt u in het venster Eigenschappen voor energiebeheer. Wat betekenen deze cijfers in geld? Stel dat een pc bij u thuis gemiddeld 1,5 uur per dag ‘niets’ staat te doen, bijvoorbeeld omdat de gebruiker een boterham aan het eten is of even een blokje om is. Bij het uitschakelen van de harde schijf en het scherm zou de besparing op jaarbasis zo’n 5 euro bedragen. Zou gedurende die periode gekozen zijn voor de stand-by stand dan houden we 6 euro in onze zak. Door ervoor te zorgen dat de pc na 15 minuten automatisch in de slaapstand gaat daalt de energierekening met 12 euro per jaar. O ja, als u gedurende die periode een fraaie 3D-screensaver had gehad dan had u dit zo’n € 6,50 per jaar extra gekost. Dat is tenminste € 12,50 meer dan wanneer u wel besparende maatregelen had genomen.

Verborgen verbruikers opsporen

Op de meeste pc’s zijn een of meer randapparaten aangesloten, zoals een printer. Om ervoor te zorgen dat u er niet voor elke afdrukopdracht aan hoeft te denken eerst de printer aan te zetten, staat ook deze permanent in een sluimerstand. In deze toestand is het verbruik relatief laag, maar zeker niet nul. Andere "stiekeme" verbruikers zijn externe harde schijven, usb-hubs en webcams. Maar ook een usb-stick of geheugenkaartje doen hun werk niet geheel gratis. U hebt misschien wel eens gemerkt hoe warm een geheugenkaartje is na intensief gebruik. En waar warmte is, wordt energie gebruikt. Dvd’tje branden? Hetzelfde verhaal. Op zich zijn het kleine beetjes, maar alles bij elkaar kunnen de kosten per jaar toch aardig oplopen. En wat te denken van adslof kabelmodem? Nu vrijwel iedereen beschikt over een breedband internetverbinding staat bij de meeste mensen thuis het modem permanent aan. We hebben de proef op de som genomen en het stroomverbruik van een aantal randapparaten gemeten die wel aanstonden maar eigenlijk niet werden gebruikt. Zelfs met de pc uit en de externe harddisk die we – ‘want het is zo handig’ – eigenlijk altijd ingeschakeld laten staan bedraagt het continue verbruik nog altijd een slordige 30 watt. Dat is meer dan 52 euro per jaar! Een stekkerblok van een paar euro met ingebouwde schakelaar waarmee de hele boel na gebruik kan worden uitgeschakeld verdient zich binnen een paar maanden al terug.

▼ Volgende artikel
AI: handig, maar hoe zit het met de schaduwkanten?
© khunkornStudio - stock.adobe.com
Huis

AI: handig, maar hoe zit het met de schaduwkanten?

AI is inmiddels doorgedrongen tot in bijna elk digitaal domein. Van vertaaltools en chatbots tot beeldmakers en medische toepassingen. Veel gebruikers vinden AI handig, efficiënt en zelfs creatief. Toch brengt deze evolutie ook minder zichtbare risico's met zich mee, op persoonlijk, maatschappelijk en ecologisch vlak.

Dit artikel in het kort

AI zit inmiddels in bijna elke digitale dienst, maar de gevolgen daarvan zijn minder zichtbaar. In dit artikel lees je welke risico's daarbij horen, van hallucinaties en bias tot privacy, milieubelasting en de groei van synthetische media. Ook komen juridische vragen, economische verschuivingen en de grens tussen mens en machine aan bod. Je krijgt een breed overzicht van de belangrijkste risicozones en wat deze ontwikkelingen betekenen voor de samenleving.

Disclaimer:Het AI-domein verandert snel. De gegevens en cijfers in dit artikel zijn gebaseerd op de situatie tot Q3 2025; latere ontwikkelingen kunnen afwijken.

Lees ook: Artifical general intelligence: AI wordt slimmer én menselijker

AI is inmiddels doorgedrongen tot in bijna elk digitaal domein. Van vertaaltools en chatbots tot beeldmakers en medische toepassingen. Veel gebruikers vinden AI handig, efficiënt en zelfs creatief. Toch brengt deze evolutie ook minder zichtbare risico's met zich mee, op persoonlijk, maatschappelijk en ecologisch vlak.

In dit artikel bekijken we verschillende AI-risicozones. Wat is bijvoorbeeld de milieu-impact van AI? Hoe betrouwbaar zijn de antwoorden van chatbots? Wat als synthetische media (alles wat met AI wordt gemaakt) niet meer van echt te onderscheiden zijn? En hoe beïnvloeden AI-systemen onze economie, privacy en ons denkvermogen? De grens tussen mens en machine vervaagt.

Dit artikel is bedoeld voor wie voorbij de hype wil kijken en wil begrijpen wat er op het spel staat. Elk onderdeel behandelt een specifiek risico, met voorbeelden en toepassingen. Zo krijg je een goed beeld van de schaduwkanten van AI. Niet om de technologie af te wijzen, maar om er bewuster en verantwoordelijker mee om te gaan.

Als je de schaduwkanten ervan kent, kun je AI verantwoordelijker inzetten.

Ecologische voetafdruk

Hoewel AI vaak als iets immaterieels en 'in de cloud' wordt voorgesteld, is de milieu-impact allesbehalve onzichtbaar. De menselijke hersenen verbruiken continu ongeveer 20 watt, vergelijkbaar met een gloeilampje. Daarmee worden 86 miljard neuronen en duizenden synapsen per neuron gevoed.

Grote taalmodellen als GPT of Gemini vragen daarentegen enorm veel rekenkracht. De trainingsfase kan duizenden MWh vereisen en miljoenen liters water voor koeling, afhankelijk van het datacenter en de gebruikte hardware. Ook het gebruik (inferentie) is belastend: elke prompt/antwoord-interactie bij modellen uit deze klasse vraagt energie en koeling aan de serverzijde.

AI heeft dus een stevige ecologische voetafdruk. Tegelijk worden oplossingen ontwikkeld, zoals restwarmtehergebruik, luchtkoeling in plaats van waterkoeling, meer hernieuwbare energie en efficiëntere modellen. Denk aan compacte taalmodellen, zoals TinyML, quantisatietechnieken (kleinere getallen en minder geheugen) en lokaal draaiende AI's (edge AI).

©(c) Wikipedia, CC BY-SA

Microsoft heropent de nucleaire site Three Mile Island voor AI-datacenters.

(c) Wikipedia, CC BY-SA

Hallucinaties

AI-chatbots doen de gebruiker graag een plezier. Daarbij zijn ze opvallend overtuigend, ook wanneer ze onzin produceren, oftewel wanneer ze hallucineren.

Hallucinaties kunnen ernstige gevolgen hebben, bijvoorbeeld wanneer juristen verwijzen naar niet-bestaande wetsartikelen of wanneer medische informatie klakkeloos wordt overgenomen. Controleer gevoelige informatie daarom altijd via meerdere bronnen. Doe dit zeker bij gevoelige of complexe thema's. Weet ook dat AI-modellen zich vaak verontschuldigen als je teruggeeft dat er een fout is gemaakt. Vervolgens herhalen ze zich doodleuk.

Hallucinaties zijn hardnekkiger bij fenomenen als data- en conceptdrift. Bij het eerste herkent het model je eigen input minder goed doordat de vorm afwijkt van de trainingsinput. Bij het tweede is de inputvorm hetzelfde gebleven, maar is de betekenis inmiddels veranderd. Meer weten over datadrift en conceptdrift.

Verder kan het model te veel details uit trainingsdata opnemen en zo irrelevante informatie meenemen (overfitting). Of omgekeerd: onvoldoende zinvolle data gebruiken (underfitting). Ook deze fenomenen kunnen het hallucineren versterken.

Hallucinatie door drifting: AI-modellen houden de werkelijkheid niet altijd even actief bij.

Wat is hallucineren?

Hallucineren is het moment waarop een AI-model met grote zekerheid iets vertelt dat niet klopt. Het systeem voorspelt woorden op basis van eerder waargenomen patronen en heeft geen inzicht in feiten of logica. Daardoor kan het wetsartikelen verzinnen, namen bedenken of cijfers opleveren die nergens op zijn gebaseerd. Dit gebeurt sneller bij complexe vragen of wanneer de context ontbreekt. Het is dus geen "zien" of "horen", maar simpelweg foutieve tekstproductie die overtuigend klinkt.

Bias en manipulatie

AI-modellen krijgen enorme datahoeveelheden van het internet als input. Deze zijn zelden neutraal, waardoor vooroordelen of een westers wereldbeeld in het leerproces sluipen. Dat zorgt voor vertekening of bias (vooringenomenheid). AI-modellen kunnen bijvoorbeeld vrouwen aan zorgberoepen linken en mannen aan leidinggevende functies, of etnische groepen benadelen bij risicobeoordelingen.

Bias is niet alleen maatschappelijk, maar ook technisch. Een model leert niet alleen wat er ín de data staat, maar ook hoe die data zijn verdeeld. Als een bepaalde bron oververtegenwoordigd is, of als een schrijfstijl vaker voorkomt, dan krijgt dat automatisch meer gewicht. De architectuur en trainingsmethode versterken die patronen. Daardoor kunnen antwoorden die objectief lijken toch subtiel een voorkeur bevatten.

Interessant is ook dat onderzoekers political compass-testvragen voorlegden aan grote AI-taalmodellen (LLM's). De conclusie: zowat alle LLM's situeren zich in het links-economische, sociaal-libertaire kwadrant. Besef dat ook deze testvragen een vooroordeel (kunnen) bevatten, wat aantoont hoe moeilijk het is bias correct te beoordelen.

Nog problematischer wordt het bij manipulatie, wanneer deze bias opzettelijk in het model zit. Denk aan AI-toepassingen in advertenties die inspelen op angsten of overtuigingen. Algoritmische sturing kan bovendien gemakkelijk tot gelijkgezinde groepen (echo chambers) en polarisering leiden.

Omdat AI-modellen zo complex zijn, is vaak onduidelijk hoe de output tot stand komt (de black box). Dit vergroot de transparantiebehoefte en verklaart waarom veel wetenschappers pleiten voor explainable AI, of LLM's en AI-algoritmen opensource willen maken.

De meeste LLM's bevinden zich in het links-libertaire kwadrant. Wij testen het hier zelf met GPT-4o en DeepSeek.

Synthetische media

De term synthetische media verwijst naar beelden, audio of tekst die volledig of deels AI-gegenereerd zijn. Denk aan deepfakes, nagebootste stemmen of automatisch gegenereerde nieuwsartikelen. Zulke toepassingen lijken creatief en handig, je maakt bijvoorbeeld een marketingvideo zonder camera of acteurs, maar de keerzijde is zorgwekkend.

Deepfakes kunnen personen dingen laten zeggen die zo zijn uitgesproken. Andersom kunnen echte beelden als deepfake worden afgedaan, ook wel 'the liar's dividend' genoemd. Deepnudes (gefingeerde naaktbeelden) kunnen dan weer gebruikt worden voor wraakporno.

Deze technologieën maken ook nepnieuws: desinformatie waarbij feiten doelbewust worden verdraaid. Dit tast het vertrouwen in communicatie en bewijsvoering aan en doet steeds meer mensen geloven in de maakbaarheid van de realiteit. Wat echt is, hangt vooral af van hoe je deze zelf vormgeeft. Feit en fictie raken verstrengeld, waardoor we belanden bij concepten als alternate truth en postrealiteit. Daarin wegen perceptie, gevoel en overtuiging zwaarder dan feiten. Synthetische media vragen daarom niet alleen om kritische blik, maar mogelijk ook om watermerken en regulering.

Donald J. Trump: van deepfake naar alternate truth.

Zelfbevlekking

AI-modellen gebruiken vrijwel alle beschikbare internetbronnen als trainingsmateriaal. Omdat generatieve AI zelf steeds meer online content produceert, gebruiken modellen ook hun eigen output opnieuw. Zo ontstaat een zichzelf versterkende kringloop waarbij AI zich voedt met AI-gegenereerde inhoud. Deze vorm van zelfbevlekking verhoogt het risico op kwaliteitsverlies in digitale content, ook wel slop of enshittification genoemd.

AI genereert output namelijk op basis van patronen, niet vanuit betekenis of intentie. Als deze patronen ook nog eens uit andere AI-bronnen komen, ontstaat een neerwaartse spiraal met nauwelijks nuancering en steeds herhaalde ideeën. Hierdoor verhoogt ook het risico op hallucinaties en bias en de mens raakt out-of-the-loop. Op termijn dreigt model collapse: AI-modellen worden minder intelligent naarmate ze vaker op eigen output trainen.

Sommigen spreken van een zombie-internet. Zo blijkt inmiddels al zeker vijf procent van de nieuwe Engelstalige Wikipedia-inhoud AI-gegenereerd te zijn. Bovendien nemen mensen typische AI-taal, met herkenbare woordkeuzes, steeds vaker over. Om deze dynamiek te doorbreken, moeten menselijke input en creativiteit centraal blijven staan in het AI-trainingsproces.

Dit boek werd volledig door AI gegenereerd en stond een tijdlang te koop bij Bol en Amazon (let op de auteursnaam).

Auteursrecht

AI roept fundamentele vragen op rond auteursrecht. Modellen worden getraind op grote hoeveelheden tekst, beeld en audio zonder dat makers altijd toestemming hebben gegeven. Dit leidt tot discussies over schending van auteursrecht.

Er lopen inmiddels meerdere rechtszaken tegen AI-bedrijven. Het gaat onder meer om claims rond ongeoorloofd gebruik van beschermde werken voor training en ongewenste herhaling van fragmenten in AI-output. Bedrijven worden daardoor steeds bewuster van licenties, databescherming en toestemmingseisen.

De VS en Europa hanteren verschillende juridische kaders. In de VS wordt soms gesproken van 'fair use' bij transformatief gebruik, terwijl Europa zich baseert op strengere richtlijnen en opt-out-mechanismen via het TDM-AI-protocol.

AI-output roept ook andere auteursrechtelijke vragen op. Wie is bijvoorbeeld de auteur van een AI-tekening? Is dat de modelontwikkelaar, de gebruiker of niemand? AI kan ook onbedoeld tekst- of beeldfragmenten uit het trainingsmateriaal overnemen, met mogelijk plagiaat. Er bestaat dus een juridische grijze zone en er is behoefte aan duidelijke regelgeving, aangepast aan de AI-evoluties.

Ook een specifieke stijl kopiëren, zoals die van de Japanse Ghibli-studio, is mogelijk een schending van het auteursrecht.

Privacy

AI kan verder een bedreiging voor onze privacy vormen. In China zie je dit scherp: gezichtsherkenning en camera's ondersteunen er een sociaal kredietsysteem. Burgers worden continu gevolgd. Wie een overtreding begaat, riskeert sancties.

Ook in het Westen ontstaan zorgwekkende trends. Het Amerikaanse bedrijf Clearview AI bijvoorbeeld bouwt een databank met miljarden gezichten, geplukt uit sociale media en websites, zonder toestemming van de betrokkenen. Beveiligingsbedrijven gebruiken deze beelden om burgers te identificeren, nagenoeg zonder controle.

Een bijkomend gevaar is dat je zelf te veel prijsgeeft. Steeds meer AI-tools gebruiken bijvoorbeeld Retrieval-Augmented Generation (RAG), waarbij je eigen of andere data kunt uploaden voor betere antwoorden. Maar wie garandeert dat deze informatie niet elders wordt opgeslagen of hergebruikt?

Daarnaast ondermijnt AI je informatievrijheid via filterbubbels. Algoritmen tonen vooral inhoud die aansluit bij eerdere voorkeuren, waardoor je blik vernauwt en confirmation bias toeneemt: je vertrouwt vooral informatie die je bestaande overtuiging bevestigt. Gecombineerd met micro-targeting, waarbij je gericht wordt beïnvloed met politieke of commerciële boodschappen, ontstaan risico's op manipulatie.

AI met RAG: hoe worden je geüploade data gebruikt, zoals bij de populaire Google NotebookLM.

Geestelijke ontwikkeling

Steeds meer AI-tools nemen cognitieve taken over: ideeën bedenken, teksten samenvatten of wiskundeproblemen oplossen. Dit is handig, maar geeft ook risico's. Als je brein weinig wordt uitgedaagd, komt je mentale ontwikkeling in het gedrang.

Vooral jongeren (digital natives) zijn kwetsbaar. Schoolopdrachten worden sneller aan AI-bots uitbesteed dan zelf uitgewerkt. Daardoor oefenen ze minder op formulering, redenering en foutcorrectie, wat juist belangrijk is voor de intellectuele groei.

Dit daagt ook het onderwijs uit, bijvoorbeeld wat betreft lesmethodes. Mogelijk biedt een aanpak als flip the classroom enig soelaas: leerlingen bereiden thuis (met hulp van AI) de leerstof voor en in de klas worden samen oefeningen gemaakt en besproken.

Bovendien zijn AI-antwoorden vaak vlot geschreven, maar missen ze nuance of tegenstrijdige ideeën. Wie zijn denkproces voortdurend daaraan spiegelt, loopt het risico op vervlakking van mening en expressie.

AI-bots creëren ook onrealistische sociale verwachtingen. Ze zijn vaak opvallend geduldig en meegaand, wat mensen minder sociaal vaardig kan maken. Sommigen raken meer sociaal geïsoleerd of ontwikkelen parasociale relaties met bots als Replika en CharacterAI.

AI-bots als Character.ai komen erg empathisch over en sommige mensen ontwikkelen zelfs parasociale relaties.

Politiek en economie

AI dreigt ook de politiek-economische verhoudingen grondig te herschikken. Waar staten traditioneel economische groei sturen via beleidsinstrumenten (Keynesiaans model), nemen Big Tech-giganten het steeds meer over. Overheden worden afhankelijker van deze bedrijven, wat machtsasymmetrie versterkt. Er zijn al duidelijke tekenen van deregulatie: regels worden versoepeld om innovatie aan te trekken.

Ook op microniveau is de impact zichtbaar. Ontwikkelingen (zoals agentic AI) kunnen de economie en de productiviteit stimuleren en er ontstaan ook nieuwe functies, zoals prompt engineers, AI-ethici en data-curatoren. Maar helaas gaat het voornamelijk om laagbetaalde ghost workers die AI-modellen helpen trainen. Daarnaast veranderen veel jobs inhoudelijk, zoals in administratie, marketing, financiën en juridische diensten. Andere functies zullen ongetwijfeld verdwijnen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat bijvoorbeeld vertalers, copywriters, klantenservicemedewerkers, boekhoudassistenten en junior programmeurs zich ernstig zorgen maken.

AI zal daarnaast ongetwijfeld ook de internationale machtsverhoudingen beïnvloeden. Geopolitieke spelers als de VS en China dreigen met hun AI-overmacht nog dominanter te worden, ten koste van andere (supra)nationale entiteiten. Is Europa hier een goed voorbeeld van?

Projectie van een wereldwijd banenverlies in miljoenen over de komende jaren.

Bron: World Economic Forum.

Veiligheid

Vooralsnog kwamen vooral risico's aan bod die niet per se bedoeld of gewild zijn, maar er zijn ook partijen die bewust de destructieve kracht van AI inzetten. Zo worden cyberaanvallen steeds geavanceerder. Aanvallers gebruiken zelflerende algoritmen om netwerken te exploiteren. Er bestaan AI-tools die phishingmails opstellen, perfect afgestemd op het slachtofferprofiel.

Ook maatschappelijke structuren staan onder druk. Een AI die (via sociale media) nepnieuws verspreidt over bijvoorbeeld verkiezingen, kan wijdverspreide onrust veroorzaken. Door hun schaal en snelheid kunnen AI-systemen hele informatienetwerken ontregelen, zonder aanwijsbare dader.

Daarnaast loert het gevaar van verkeerde afstemming (misalignment): een AI die geen kwaad wil, maar schade aanricht omdat het doel fout werd geformuleerd. Denk aan een AI die waterverbruik wil beperken en daarom irrigatiesystemen stillegt.

Militaire toepassingen zijn er uiteraard ook. Autonome drones en zelflerende wapensystemen worden volop ontwikkeld. Grote spelers zijn bijvoorbeeld het Amerikaanse Anduril (AI-drones)en Palantir (militaire AI-software). Tekenend is dat een oprichter een ultranationalistisch manifest publiceerde waarin hij stelt dat de VS absoluut de AI-oorlog moet winnen.

Anduril Fury: nieuwe AI-drone (AAV, Autonomous Air Vehicle).

Cyborgisering

Misschien wel het grootste gevaar van AI dringt langzaam en ongemerkt ons leven binnen: cyborgisering. Dit is het vervagen van de grens tussen mens en de machine. Denk aan avatars die levensecht reageren, digitale dubbelgangers van echte personen of AI-influencers met miljoenen volgers. Daardoor wordt het steeds moeilijker om te onderscheiden waar de mens stopt en de machine begint.

Nieuwe categorieën digitale wezens duiken op, zoals virtuele klantenadviseurs, AI-therapeuten en synthetische gezelschapsdieren. Een Spaanse vrouw trouwde zelfs met een AI-hologram.

Op termijn ontstaat er een samenleving waarin mensen voortdurend zijn verbonden met AI, via brillen, lenzen, implantaten of herseninterfaces (denk aan Neuralink van Elon Musk: AI-in-the-human). Technieken als de Turingtest of Winograd-challenge volstaan al lang niet meer om mens van machine te onderscheiden. Daardoor komen autonomie en authenticiteit steeds meer onder druk te staan.

Cyborgisering roept fundamentele vragen op. In hoeverre blijven we menselijk? Wellicht is niet iedereen een transhumanist zoals Ray Kurzweil, die reikhalzend uitkijkt naar de singulariteit: het moment waarop AI slimmer wordt dan de mens.

Taxonomie van de digitale mens: een sluipend gevaar?

Dingen leren zónder AI?

Zo deden we dat vroeger
▼ Volgende artikel
Stortvloed aan nepkortingen in aanloop naar Black Friday
Huis

Stortvloed aan nepkortingen in aanloop naar Black Friday

Black Friday staat weer voor de deur en dat betekent dat je overspoeld wordt met aanbiedingen. Maar let goed op voordat je op de bestelknop drukt: uit onderzoek van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) blijkt dat veel van deze 'megadeals' in werkelijkheid misleidend zijn. Driekwart van de onderzochte winkels houdt zich niet aan de regels.

De toezichthouder nam 24 grote webshops en fysieke winkels onder de loep. De conclusie is schokkend: maar liefst 18 van de 24 winkels gaan de fout in met hun kortingsacties.

Sjoemelen met de 'van-prijs'

De grootste valkuil voor consumenten zit hem in de zogenoemde 'van-prijs'. Wettelijk is vastgelegd dat de doorgestreepte prijs (waar de korting vanaf gaat) de laagste prijs moet zijn die de winkel in de afgelopen 30 dagen heeft gerekend.

In de praktijk lappen veel winkeliers deze regel aan hun laars. Ze baseren de korting bijvoorbeeld op de (vaak veel hogere) adviesprijs, of een oude prijs van maanden geleden. Hierdoor lijkt het alsof je een enorme korting pakt, terwijl je in werkelijkheid soms nauwelijks goedkoper – of zelfs duurder – uit bent.

Volgens Fleur Severijns van de ACM is dit niet alleen oneerlijk tegenover de consument, maar ook tegenover concurrenten die wél netjes de regels volgen. De toezichthouder heeft de overtredende winkels aangeschreven. Vorig jaar kregen ketens als Leen Bakker en Jysk al boetes van boven de een ton voor dit soort praktijken; dat risico lopen de huidige overtreders nu ook.

Ook Bol, Amazon en Wehkamp genoemd

De ACM maakt de namen van de 18 winkels nog niet bekend, omdat zij nog bezwaar mogen maken. De Consumentenbond deed echter eigen onderzoek en noemt man en paard. Volgens de bond gaan onder andere Amazon, Wehkamp en Bol de mist in:

  • Amazon: Adverteert vaak met doorgestreepte adviesprijzen die hoger liggen dan de gangbare verkoopprijs.

  • Wehkamp: De bond vond voorbeelden waarbij de prijs tijdens een 'aanbieding' zelfs hoger lag dan de prijs in de periode ervoor.

  • Bol: Het platform stelt dat de '30-dagen-regel' niet werkt omdat prijzen te snel schommelen. Zij hanteren een eigen 'meestal-prijs', wat volgens de wet ook gebruikt mag worden als vergelijkingsmateriaal voor een korting.

Waarom trappen we erin?

Winkeliers worden steeds creatiever in het verhullen van de werkelijke prijshistorie. Niels Holtrop, universitair docent Marketing, legt aan de NOS uit dat dit een bewust psychologisch spel is. Omdat aanbiedingen vaak tijdelijk zijn, ontstaat er bij consumenten de angst om de deal te missen (Fear Of Missing Out).

Doordat het voor de ACM onmogelijk is om elke (kleine) webshop te controleren, nemen veel winkeliers de gok. "Prijsconcurrentie is een krachtig wapen; klanten zijn er enorm gevoelig voor," aldus Holtrop.

Wat kun je doen?

Controleer zelf of de prijzen van producten niet stiekem zijn verhoord door gebruik te maken van de prijshistorie. Op vergelijkingssites kun je bijvoorbeeld zien wat het prijsverloop van een bepaald product is geweest gedurende een jaar.

Op Kieskeurig.nl kun je bijvoorbeeld de prijsdalers bekijken, hier vind je producten die de afgelopen periode sterk in prijs zijn gedaald.