ID.nl logo
Dia's bewerken en opmaken in PowerPoint doe je zo
© PXimport
Huis

Dia's bewerken en opmaken in PowerPoint doe je zo

Bij het maken van een presentatie in PowerPoint is het belangrijk dat de opmaak aantrekkelijk is. In dit artikel laten we je zien je hoe je inhoud in dia’s plaatst, tekst, foto’s en tabellen kunt gebruiken, en hoe je die precies zo kunt vormgeven als jij wilt.

Open PowerPoint en start een nieuwe presentatie. Dit gaat het snelste via het menu Bestand / Nieuw / Lege presentatie of via de toetscombinatie Control+N. Omdat dit de eerste dia in een nieuwe presentatie is, is dit een zogeheten titeldia. Op een titeldia is er ruimte voor een titel en ondertitel. Om een titel toe te voegen, klik je met de muis in het vak met de tekst Klikken om een titel toe te voegen en typ je de titel. Om een ondertitel toe te voegen, klik je in het vak met de tekst Klikken om een ondertitel toe te voegen en typ je de ondertitel.

In de miniatuurweergave links zie je dat deze meteen wordt aangepast, nu je tekst hebt ingevoerd in het venster waar je de dia kunt bewerken.

©PXimport

01 Tekst opmaken

De leesbaarheid van een tekst wordt beter wanneer er ook aandacht is besteed aan de opmaak. PowerPoint kent meerdere soorten opmaak: tekenopmaak én vormopmaak. Tekenopmaak richt zich op de opmaak van individuele of gegroepeerde tekens zoals een paar letters van een woord, een heel woord of enkele woorden binnen een grotere tekst. Om die tekens of woorden nadruk te geven, kunnen die een eigen opmaak krijgen, bijvoorbeeld vetgedrukt (dik), cursief (schuin) of een andere kleur of lettertype. Dit hoort dan allemaal tot de tekenopmaak.

De tweede opmaak is de vormopmaak. Die bepaalt de opmaak van alles wat zich in een vak of vorm bevindt zoals de tekst in een titelvak of ondertitelvak, maar ook de opmaak van het vak zelf. Bij het opmaken van de tekst is het altijd belangrijk rekening te houden met dit verschil. Om tekens op te maken en niet de hele tekst, moet je eerst de tekens selecteren en niet de alinea. En wil je een tekstvak een ander aanzien geven, dan selecteer je dat vak.

02 Deel van een tekst

Om een deel van de tekst in een tekstvak een andere opmaak te geven, klik je eerst in het betreffende vak om het te activeren. Selecteer daarna het deel van de tekst waarvan je de opmaak wilt aanpassen. Is de tekst geselecteerd, dan kun je op de werkbalk op het onderdeel Start / Lettertype de opmaak aanpassen. Je kunt een ander lettertype kiezen, een andere grootte, de kleur aanpassen en tekst onderstrepen of vetgedrukt maken.

De keuzes in de opmaak worden meteen toegepast in het document en ook in de miniatuurweergave van de dia aan de linkerkant. De meeste keuzes hoeven niet bevestigd te worden, behalve als ze via een extra venster of menu lopen: dan is een klik op OK of Toepassen vereist. Je kunt de opmaak eindeloos aanpassen en weer opnieuw wijzigen. PowerPoint kent weinig creatieve beperkingen.

©PXimport

03 Gehele tekst

Wil je niet een klein deel van een tekst anders opmaken, maar een volledig tekstdeel dat bij elkaar hoort (zoals een titel, ondertitel of de complete tekst in een tekstvak), dan is het zaak eerst dat vak te selecteren. Klik om te beginnen in het vak. Het vak is nu geactiveerd, de kaders van het vak zijn zichtbaar met een dunne stippellijn. Nu kun je het vak selecteren. Klik daarvoor met de muis op de stippellijn van het kader. De stippellijn verandert in een dichte lijn en je hebt het hele object geselecteerd. Wanneer je nu op de werkbalk onder Start / Lettertype of Start / Alinea de opmaak aanpast, dan wordt die op de hele tekst in dat vak toegepast.

Omdat je het vak hebt geselecteerd, is er een extra menu-item bijgekomen. Je ziet nu ook het menu Vormindeling boven de balk staan. Hier vind je nog extra opties om de vorm en de tekst in die vorm aan te passen. Klik op Vormindeling om deze opties zichtbaar te maken. Via Vormstijlen geef je met één klik de vorm een hele eigen opmaak met kleur en arcering, terwijl je via WordArt juist de tekst een mooie en creatieve opmaak kunt geven. PowerPoint biedt hier alle mogelijkheden om je helemaal uit te leven en de presentatie precies dat uiterlijk te geven dat je mooi vindt en waarvan je denkt dat het aan zal slaan bij je publiek.

©PXimport

04 Opsomming en nummering

Een opsomming is een veelgebruikte manier om informatie op een dia te ordenen. Deze manier wordt zelfs zoveel gebruikt dat de tekst in het tekstvak van de indeling ‘Tekst en object’ standaard al de opmaak van een opsomming krijgt. Een opsomming kan zowel op de hele tekst in een tekstvak worden toegepast, als op een deel van de tekst in een tekstvak. Voorwaarde is wel dat de tekst uit meerdere alinea’s bestaat, dus dat er meerdere keren in de tekst op een nieuwe regel een nieuw tekstdeel is geschreven. Selecteer dan een deel van de totale tekst, de hele tekst of het hele tekstvak, kies voor Start / Alinea en selecteer bij Opsommingstekens de gewenste manier van opsommen. Behalve een opsomming waarbij voor aan iedere regel een punt of een ander teken staat, is het ook mogelijk de onderdelen te nummeren. Dat kan via de knop Nummering.

©PXimport

05 Afbeeldingen in je dia’s

Een presentatie met alleen maar tekst is natuurlijk wat saai. Belangrijk is dat je een goede balans vindt tussen de hoeveelheid tekst in je presentatie en het aantal afbeeldingen. Wil je een dia met tekst én een afbeelding invoegen, voeg dan nu eerst een dia toe met de indeling ‘Titel en object’. In het vak Klikken om tekst toe te voegen zie je ook tegen de achtergrond zes kleinere pictogrammen. Deze staan voor alles wat in dat vak ingevoegd kan worden. Dat is namelijk niet alleen beperkt tot tekst, maar kan ook een tabel zijn of een grafiek of foto. Klik nu eerst op Klikken om tekst toe te voegen en daarna op het pictogram linksonder, Afbeeldingen. PowerPoint opent nu een venster waarin je op de pc naar een foto of afbeelding kunt zoeken. Selecteer de foto of afbeelding en klik op Openen. PowerPoint plaatst nu de afbeelding in het vak.

©PXimport

06 Afbeelding groter of kleiner maken

De kans dat de afbeelding na het invoegen precies goed staat en er precies zo uitziet als jij wilt, is klein. Vaak zul je er nog iets aan willen veranderen. En dat kan, PowerPoint biedt zeer uitgebreide opties voor het bewerken van foto’s en afbeeldingen.

Als eerste selecteer je de bewuste foto of afbeelding. Is deze net ingevoegd, dan is die al geselecteerd. Je ziet dit aan de kleine rondjes die op de hoeken en halverwege de zijden van de foto zitten. Wil je de afbeelding groter of kleiner maken, zet dan de muis op een van de rondjes bij de hoeken van de foto of afbeelding en klik hierop. Hou de muisknop ingedrukt en verplaats nu de muis. Afhankelijk van de richting waarin je de muis beweegt, zal de foto groter of kleiner worden, tot je de muis loslaat.

©PXimport

07 Een afbeelding draaien of spiegelen

Wil je de afbeelding draaien, zet dan de muis boven op de ronde pijl die midden boven de foto staat. Klik hierop en hou de muisknop ingedrukt. Versleep nu de muis en zie hoe de foto of afbeelding meebeweegt. Je kunt de foto precies zo draaien als je wilt.

Wil je de afbeelding een precies aantal graden draaien of horizontaal of verticaal spiegelen, selecteer dan de foto en klik op Afbeeldingsopmaak / Draaien. In het menu vind je precies de opties die je hiervoor nodig hebt: Rechtsom draaien, Linksom draaien, Horizontaal spiegelen en Verticaal spiegelen.

©PXimport

08 Eenvoudige bewerking en afbeeldingsstijlen

Behalve opties om de plaats en weergave van de foto aan te passen, biedt PowerPoint ook opties om de foto zelf aan te passen. Zo kun je een foto of afbeelding in PowerPoint lichter of donkerder maken, een mooi fotofilter toepassen en nog veel meer. Selecteer de foto en open het onderdeel Afbeeldingsopmaak in het Lint. Op de werkbalk staan allemaal fotobewerkingsopties zoals kleurcorrecties en afbeeldingsstijlen. De eerste functie vanaf links is het verwijderen van de achtergrond. Dit is een handige functie waarmee je hele verrassende effecten kunt bereiken. Met de foto geselecteerd klik je op Achtergrond verwijderen.

PowerPoint analyseert nu de foto en kleurt alle delen die het tot de achtergrond rekent paars. Is de keuze van PowerPoint meteen goed, klik dan op Wijzigingen behouden. Je keert dan terug naar de presentatie met de foto op dezelfde plaats, maar dan zonder de achtergrond.

Maar de kans dat PowerPoint het meteen goed heeft, is niet zo groot. Vaak zul je nog delen willen verwijderen die volgens PowerPoint niet verwijderd hoeven te worden of andersom. En dat kan. Klik op Gebieden markeren om te behouden en gebruik vervolgens de muis om de delen van de foto te selecteren die je niet wilt verwijderen. Dat kan vrij grofmazig en mag in strepen en cirkels. PowerPoint zal dan telkens de selectie verwijderen/niet-verwijderen aanpassen.

Wil je juist een deel verwijderen dat volgens PowerPoint behouden moet worden, klik dan op Gebieden markeren om te verwijderen en selecteer die delen. Ga door tot het precies naar wens is en klik dan op Wijzigingen behouden. Lukt het niet, klik dan op Alle wijzigingen verwijderen en begin rustig opnieuw. Terug in je presentatie zie je dat de foto nu is aangepast. De geselecteerde delen zijn uit de foto gesneden en doorzichtig geworden. Je kunt er tekst of een andere foto achter zetten en deze blijft dan gewoon zichtbaar.

©PXimport

09 Effecten

Links op de werkbalk staat nog een aantal functies om de foto aan te passen, zoals Correcties, Kleur, Artistieke Effecten en Doorzichtigheid. Met elk hiervan kun je professionele effecten en bewerkingen toepassen op de foto, direct in PowerPoint. Kies bijvoorbeeld Artistieke Effecten / Gloedranden of een van de andere effecten. Het mooie is bovendien dat je ze niet direct hoeft toe te passen. Houd je de muiscursor even boven een van de mogelijke correcties, kleuraanpassingen of artistieke effecten, dan geeft PowerPoint een voorbeeld van hoe die eruit komt te zien. Je kunt rustig doorzoeken tot je het gewenst effect vindt en dat toepassen.

©PXimport

10 Afbeeldingsstijlen

Wil je de foto niet zozeer aanpassen, maar wel heel mooi in de dia presenteren, dan kan dat met een van de kant-en-klare afbeeldingsstijlen. Hiermee plaats je de afbeeldingen in een frame of zet je ze op een mooie manier op de dia. Selecteer de foto en kies op de werkbalk Afbeeldingsopmaak bij Afbeeldingsstijlen voor een van de opties. Naast de stijlen die je direct al ziet, zijn er nog meer. Klik rechts van de stijlen op het pijltje omlaag om de andere stijlen zichtbaar te maken.

Elke afbeeldingsstijl is een combinatie van een aantal functies die ook gewoon los in PowerPoint zitten. Het betreft altijd een rand, een effect en een indeling. Deze opties vind je ook los naast de afbeeldingsstijlen en kun je dus ook los van elkaar toepassen. En je kunt er de standaard afbeeldingsstijlen mee aanpassen. Vind je bijvoorbeeld de dikke rand van de afbeeldingsstijl ‘Wit gedraaid’ niet mooi, maar de rest van de stijl wel? Voeg dan eerst de stijl toe, klik vervolgens op Afbeeldingsrand en maak via Dikte de rand minder dik. Zo kun je eindeloos stijlen combineren en aanpassen tot de afbeelding precies zo op de dia staat als jij wilt.

©PXimport

11 Afbeelding bijsnijden

Wil je niet de hele foto gebruiken, maar een deel ervan, dan kun je de foto bijsnijden. Selecteer de foto en kies voor Bijsnijden. Op de rand van de foto verschijnen nu dikke zwarte grepen, op de hoeken en midden op elke zijde. Deze kun je met de muis verslepen om de foto bij te snijden. Vaak zul je vooral vanuit een hoek werken, maar dat hoeft niet. Ook een zijkant kun je snel digitaal afknippen. Het deel dat zal wegvallen, wordt eerst donkergrijs gemaakt. Pas wanneer je buiten de foto klikt, wordt deze ook echt bijgesneden.

©PXimport

12 Terug naar Beginwaarden

Heb je zo veel met de foto zitten knutselen dat je niet meer tevreden bent en het ook niet meer goed krijgt, dan kun je altijd terug naar af. Daarvoor is het gelukkig niet noodzakelijk om de hele presentatie weg te gooien. Selecteer de afbeelding of foto waar je niet meer tevreden over bent en kies dan op de werkbalk voor Afbeeldingsopmaak, Aanpassen en Beginwaarden van afbeelding. De afbeelding blijft nu op dezelfde plek en grootte staan, maar ineens zijn alle latere bewerkingen ongedaan gemaakt. Wil je zelfs de grootte terugbrengen naar het originele formaat, klik dan naast de knop Beginwaarden van afbeelding op het kleine driehoekje om het menu te openen en klik op Beginwaarden van afbeelding en grootte. Nu wordt ook het formaat van de afbeelding hersteld.

©PXimport

13 Afbeeldingen en tekst combineren

Gebruik je een standaard dia-indeling, dan zijn tekst en afbeeldingen altijd van elkaar gescheiden. Zodra je de indeling aanpast en de tekst of foto vergroot of verplaatst, dan is die zekerheid er niet. Dat hoeft ook niet, want het kan heel mooi zijn om tekst en foto’s te combineren. Een belangrijke regel in PowerPoint is dat wat als laatste wordt toegevoegd, altijd vooraan staat. Dat kan al snel betekenen dat een foto voor de tekst staat en deze dus onleesbaar wordt. Er zijn talloze manieren om dit aan te passen, maar de basis is het wijzigen van de volgorde van de items. De foto zal naar achteren moeten, de tekst naar voren of beide. Selecteer het tekstvak (!) dat deels achter de foto verdwijnt. Kies dan achtereenvolgend voor Vormindeling / Schikken / Naar voorgrond.

Staat de tekst nu wel op de voorgrond, maar is een deel ervan nog steeds onleesbaar doordat de kleur niet opvalt tegen de kleur van de foto erachter? Klik dan op het tekstvak, selecteer de tekens die wegvallen tegen de foto op de achtergrond en geef deze letters een kleur die wél zichtbaar blijft.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Zo maak je je Android-smartphone sneller
© AK | ID.nl
Huis

Zo maak je je Android-smartphone sneller

Wordt je smartphone steeds trager? Geen paniek, je hoeft echt niet meteen een nieuw toestel te kopen. Vooral bij Android kun je met een paar simpele aanpassingen je telefoon weer merkbaar sneller maken, gewoon via de instellingen die al op je toestel staan. Door opslagruimte vrij te maken en het energieverbruik te verlagen, werkt je telefoon weer als een zonnetje. In dit artikel lees je wat echt werkt.

Wordt je Android-telefoon traag? Probeer dit:

• Verwijder overbodige apps en bestanden • Zet automatische helderheid eventueel uit • Schakel de donkere modus in (bij oled-scherm) • Activeer batterijoptimalisatie • Gebruik de onderhoudsfunctie van je toestel • Herstart je telefoon regelmatig • Verlaag de verversingssnelheid van het scherm • Zet onnodige verbindingen uit • Installeer updates voor Android en apps • Als laatste redmiddel: doe een fabrieksreset

Lees ook: 8 smartphones getest: veel kwaliteit tussen 300 en 500 euro

Tip 1: Ruim overbodige apps en bestanden op

Veel smartphones worden trager omdat het geheugen langzaam volloopt. Dat begint vaak bij apps die je allang niet meer gebruikt. Verwijder ze: ze nemen opslagruimte in, draaien soms op de achtergrond mee en hebben vaak nog toegang tot je gegevens. Kijk daarna meteen even in je Downloads-map. In de app 'Bestanden' (op Samsung-toestellen heet die 'Mijn bestanden') zie je snel wat de grootste ruimtevreters zijn. Grote video's, pdf-bestanden of oude screenshots? Verwijder ze of zet ze over naar de cloud.

Tip 2: Check de automatische helderheid

De automatische helderheid (adaptive brightness) past het scherm aan op je omgeving en werkt meestal prima. Maar soms wordt het scherm onnodig fel, bijvoorbeeld in de zon of als je toestel je gebruik niet goed inschat. Dat vraagt extra energie en kan je telefoon wat langzamer maken, vooral als de accu bijna leeg is. Merk je dat je scherm vaak onnodig fel staat, zet dan de helderheid handmatig iets lager.

Tip 3: Schakel donkere modus in

Heb je een telefoon met een oled-scherm, dan loont het om de donkere modus te gebruiken. Bij deze schermtechniek betekent zwart letterlijk 'uit', wat batterij bespaart en warmteontwikkeling tegengaat. Bovendien ziet het er voor veel mensen rustiger uit.

©ID.nl

Zo zit het met energieverbruik en snelheid

Een hoog energieverbruik maakt je telefoon op zichzelf niet trager, maar kan wel leiden tot situaties waarin de prestaties omlaag gaan. Als je toestel veel stroom verbruikt, bijvoorbeeld door zware apps of een fel scherm, ontstaat er warmte. Om oververhitting te voorkomen, beperken veel moderne telefoons dan automatisch hun snelheid – dat heet 'thermal throttling'. Ook bij een bijna lege batterij schakelen sommige toestellen over op een zuinige stand, waarbij de snelheid bewust wordt teruggeschroefd. Daarom helpen simpele ingrepen zoals het sluiten van achtergrond-apps of het uitschakelen van 5G vaak dubbelop: ze besparen energie én zorgen dat je toestel sneller blijft reageren.

Tip 4: Activeer batterijoptimalisatie en Adaptive Battery

Android biedt slimme energiebesparingsopties waarmee apps die je weinig gebruikt automatisch worden begrensd. In het instellingenmenu vind je onder 'Batterij' of 'Energiebeheer' de functie 'Adaptive Battery'. Ook kun je per app instellen of Android achtergrondactiviteit mag beperken. Zo voorkom je dat apps die je niet meer gebruikt ongemerkt op de achtergrond blijven draaien en je telefoon onnodig vertragen.

©ID.nl

Extra 🔋 nodig voor je smartphone?

Tijd voor een powerbank!

Tip 5: Gebruik de onderhoudsfunctie van je toestel

Op veel Android-smartphones, vooral van Samsung, zit een optie als 'Apparaatonderhoud' of 'Device Care'. Hiermee kun je geheugen vrijmaken, overtollige processen sluiten en tijdelijke bestanden verwijderen. Je kunt instellen dat je toestel dit automatisch doet, bijvoorbeeld dagelijks of bij een herstart.

©ID.nl

Tip 6: Herstart je telefoon regelmatig

Zeg eens eerlijk: zet jij je telefoon weleens helemaal uit? Grote kans van niet. De meeste mensen laten hun toestel continu aanstaan, waardoor tijdelijke bestanden zich langzaam opstapelen. Na een tijdje merk je dat aan de snelheid. Door je telefoon af en toe automatisch te laten herstarten (bijvoorbeeld dagelijks of wekelijks) geef je het systeem de kans om zichzelf op te ruimen. Je vindt die optie bij de geavanceerde instellingen van de onderhoudsapp.

Tip 7: Verlaag de schermverversing of resolutie

Veel moderne toestellen gebruiken een adaptieve verversingssnelheid die zichzelf automatisch aanpast aan wat er op je scherm gebeurt. Toch loont het soms om handmatig naar 60 Hz terug te schakelen,  bijvoorbeeld als het toestel snel warm wordt of als de batterij opvallend snel leegloopt. Van zo'n lagere verversingssnelheid merk je zelf nauwelijks iets, maar het kan wel gunstig zijn voor de prestaties en de accuduur. Kun je dit aanpassen op jouw toestel? Kijk dan bij Instellingen → Beeldscherm → Verversingssnelheid of Schermresolutie.

©ID.nl

Tip 8: Zet onnodige verbindingen uit

Bluetooth en NFC zijn handig voor het koppelen van apparaten of contactloos betalen, maar vaak heb je ze helemaal niet nodig. Hetzelfde geldt voor functies zoals locatieservices of automatische app-updates op mobiele data. Bij moderne telefoons is het energieverbruik van deze verbindingen normaal gesproken minimaal, maar bij slecht bereik of veel achtergrondactiviteit kunnen ze toch voor extra belasting zorgen. Door overbodige functies uit te schakelen bespaar je niet alleen wat batterij, maar verminder je ook de kans op thermal throttling.

Tip 9: Installeer updates voor Android en je apps

Een simpele maar belangrijke stap: updates bevatten bugfixes, beveiligingspatches en prestatieverbeteringen. Als je apps een tijd niet zijn geüpdatet, kunnen ze trager reageren of vastlopen. Dat geldt ook voor Android zelf: zorg dat je ook je systeemversie up-to-date houdt. Regelmatig updaten zorgt dat je telefoon goed blijft draaien.

Tip 10: Laatste redmiddel: je telefoon volledig resetten

Helpen alle tips hierboven niet voldoende? Dan is een fabrieksreset het proberen waard. Daarmee verwijder je alles wat ooit traagheid heeft veroorzaakt – van corrupte bestanden tot fout geïnstalleerde apps. Vergeet niet een back-up te maken voordat je begint. Daarna voelt je toestel vaak weer als nieuw.

Zo simpel kan het zijn!

Met deze aanpassingen – van opruimen tot slimme instellingen – geef je je Android-telefoon een flinke oppepper. Je verlengt niet alleen de levensduur van je toestel, maar kunt ook die aanschaf van een nieuwe telefoon nog even uitstellen.


 

▼ Volgende artikel
Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!
© Roman R
Energie

Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Heb je zonnepanelen, dan is je energierekening lager dan huishoudens zónder. Maar dankzij de almaar dalende terugleververgoeding en de stijgende terugleverkosten wordt dat verschil wel steeds kleiner. Wat je kunt doen om er nog wél iets aan te verdienen, lees je hier.

In het kort

Zonnepanelen zijn nog altijd rendabel, maar het verschil met huishoudens zonder panelen wordt kleiner. De terugleververgoeding daalt, terwijl terugleverkosten stijgen. Om hoeveel euro dat kan gaan, lees je in dit artikel.

Gelukkig kun je nog steeds besparen, zolang je zoveel mogelijk van je eigen zonnestroom direct verbruikt. Wij geven je 7 tips waarmee je toch nog geld overhoudt aan je zonnepanelen.

Lees ook: Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Dat zonnepanelen steeds minder rendabel zijn, daar is al veel over geschreven. Natuurlijk, de energierekening van huishoudens met zonnepanelen zijn nog altijd lager dan die van huishoudens zonder. Om hoeveel euro het gaat, is vaak lastig in te schatten, maar Energievergelijk.nl heeft er een analyse op losgelaten. Daarbij zijn ze uitgegaan van een huishouden met een stroomverbruik van 3.000 kWh per jaar en zonnepanelen van 400 Wp per paneel.

Minder voordeel bij meer panelen

Een huishouden met acht zonnepanelen bespaart gemiddeld 34,81 euro per maand op de energierekening ten opzichte van een huishouden zonder. Is hierbij gekozen voor het goedkoopste energiecontract van dit moment, dan loopt dit op tot maximaal 43,30 euro per maand. Maar zou je in plaats acht panelen er twintig plaatsen (dus x 2,5), dan heb je níet ook 2,5 keer zoveel voordeel. Bij twintig panelen ligt het maximale voordeel op slechts 47,76 euro per maand. Dat is een verschil van slechts 4,46 euro per maand…

Dat komt vooral door twee dingen: de terugleververgoeding (wat je krijgt) en de terugleverkosten (wat je betaalt). Waar die vergoeding vooral steeds lager en lager wordt, worden de kosten steeds hoger. Die zijn namelijk sterk afhankelijk van hoeveel stroom je aan het net teruggeeft. Bij acht panelen wordt in het voorbeeld van Energievergelijk.nl gemiddeld 1.904 kWh teruggeleverd. Bij het goedkoopste energiecontract wordt daarvoor gemiddeld 17,25 euro per maand aan terugleverkosten berekend. Wie twintig zonnepanelen heeft, levert veel meer terug, gemiddeld zo'n 5.440 kWh. En daar betaal je bij het goedkoopste energiecontract 63,50 euro per maand voor. In de grafiek hieronder zie je duidelijk dat investeren in meer zonnepanelen dus niet de oplossing is om er nog redelijk wat aan over te houden – helemaal al niet omdat in 2027 de salderingsregeling verdwijnt én de terugleververgoeding helemáal miniem wordt.

©Data Energievergelijk.nl | Visualisatie BS ID.nl

 

Hoe kun je dan wél nog verdienen met je zonnepanelen?

Het antwoord is eigenlijk heel simpel. Zorg dat je zoveel mogelijk van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Energievergelijk.nl heeft becijferd dat wie zonnepanelen heeft, gemiddeld zo'n 30 procent van de opgewekte stroom meteen zelf in huis verbruikt. Dat scheelt, want die stroom hoef je niet zelf in te kopen. Wanneer je erin slaagt om nog meer zelf opgewekte stroom te verbruiken, maak je zelfs dubbele winst: je hoeft minder stroom in te kopen en omdat je minder teruglevert, heb je ook minder terugleverkosten. Maar hoe doe je dat?

Tip 1: Zet elektrische apparaten overdag aan

Zet stroomvreters zoals de wasmachine, vaatwasser of airco op het moment dat je panelen de meeste stroom opwekken. Dat kun je handmatig doen, maar je kunt ook een timer instellen. Er zijn zelfs apparaten die automatisch kunnen starten op het moment dat je zonnepanelen veel stroom opwekken. Heb je de mogelijkheid om je elektrische auto overdag thuis op te laden? Dat is ook een prima manier om je eigen zonnestroom te gebruiken.

Tip 2: Krijg inzicht in je energiegebruik

Er zijn allerlei apps die bijhouden hoeveel stroom je zonnepanelen opwekken, maar waarop je ook kunt zien ook hoeveel energie je op dit moment van de dag gebruikt. Ook zijn er slimme stekkers waarmee je het stroomgebruik van een elektrisch apparaat kunt meten. Dit inzicht kun je twee kanten op gebruiken: wordt er veel stroom opgewekt, dan kun je bijvoorbeeld meer apparaten aanzetten. Is het een dag met weinig opbrengst, dan zou je ervoor kiezen om sommige apparaten juist níet aan te zetten. Hoe erg is het bijvoorbeeld om de was een dag later te doen?

Tip 3: Verspreid je zonnestroom-verbruik over de dag

In plaats van energieslurpers allemaal tegelijk in te schakelen — denk aan wasmachine, droger en vaatwasser — verdeel je hun gebruik over de dag. Zet één apparaat in de ochtend aan, een ander in de middag. Zo vermijd je dat je panelen onvoldoende leveren op een moment dat meerdere apparaten draaien en voorkom je dat je netstroom moet afnemen terwijl dat met een betere planning niet nodig zou zijn.

Tip 4: Vervang apparaten door elektrische varianten

Stap over op elektrische alternatieven: een robotgrasmaaier in plaats van een benzinegrasmaaier, inductiekoken in plaats van gas, een warmtepomp of elektrische verwarming in plaats van een traditionele cv-installatie. Daarmee bespaar je op kosten voor gas én je zorgt ervoor dat je meer van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Waarmee je weer bespaart op netstroom die je zelf moet afnemen. Een win-win-win-situatie dus.

Tip 5: Oost, west …

Veel mensen kiezen voor zonnepanelen op het zuiden, omdat die op een zonnige dag de hoogste opbrengst geven. Toch kan het juist slim zijn om panelen te verdelen over oost en west. Zo sluit de stroomopwekking beter aan op het dagelijkse energiegebruik. Panelen op het oosten leveren vooral in de ochtend stroom, terwijl panelen op het westen juist aan het einde van de middag meer opwekken. Je voorkomt daarmee dat je alleen rond het middaguur een piek aan zonne-energie hebt. De totale opbrengst ligt iets lager dan wanneer je alleen maar zonnepanelen op het zuiden hebt, maar doordat je de stroom meer verspreid gebruikt, haal je er in de praktijk vaak meer voordeel uit

Tip 6: Gebruik een energiemanagementsysteem (EMS)

Een energiemanagementsysteem (EMS) is een slim kastje in je meterkast dat je zonnepanelen, laadpaal, warmtepomp en andere elektrische apparaten met elkaar verbindt en aanstuurt. Via software houdt het systeem continu in de gaten hoeveel stroom je opwekt, wat je verbruikt en – als je een dynamisch energiecontract hebt – wat de actuele stroomprijzen zijn. Ook weersvoorspellingen worden meegenomen, zodat het systeem vooruit kan plannen.

Op basis van al die informatie zorgt een EMS ervoor dat je elektrische auto of thuisaccu automatisch wordt geladen wanneer er veel zon is of als de stroom goedkoop is. Dreigt terugleveren juist nadelig te worden door lage prijzen of hoge terugleverkosten? Dan schakelt het systeem teruglevering uit en kiest voor direct verbruik of opslag. Ook apparaten zoals een warmtepomp of boiler worden slim aangestuurd, zodat ze draaien op de momenten dat het qua energieverbruik en financieel het gunstigst is.

Tip 7: Vergelijk leveranciers op terugleververgoeding en -kosten

Het netto bedrag dat je overhoudt bij terugleveren (vergoeding min kosten) kan sterk schelen per leverancier. Zo zul je vanaf 1 januari 2027 bij Vattenfall bijvoorbeeld per teruggeleverde kWh netto 0,00230 euro krijgen (minder dan een kwart cent) en bij Eneco en Greenchoice 0,00250 euro (een kwart cent), terwijl bijvoorbeeld Innova Energie een tarief van 0,00968 euro (bijna een cent) hanteert. Wanneer je precies weet hoeveel jouw panelen opwekken en wat je verbruikt (zie Tip 2), weet je ook hoeveel kWh je teruglevert. Door voor het aflopen van je huidige energiecontract goed te vergelijken en een berekening te maken, kun je zien bij welke energieleverancier je het beste af bent bij het afsluiten van je nieuwe contract.

TipEffect op eigen gebruikVoordeel na 2027
Apparaten overdag gebruikenHoogMinder stroom nodig van het net
Inzicht via apps of stekkersHoogBeter plannen wanneer je stroom gebruikt
Verbruik spreiden over de dagGemiddeldvoorkomt dat je meer gebruikt dan je opwekt
Overstappen op elektrischGrootMeer opgewekte stroom direct zelf gebruiken
Panelen oost- en west-georiënteerd plaatsenGemiddeldStroomopwekking sluit beter aan op je verbruik gedurende de dag
EMS gebruikenGrootapparaten draaien automatisch op zonnige momenten
Energieleverancier vergelijkenGeen invloed op verbruik, wel op kostenHogere vergoeding voor stroom die je teruglevert
Thuisbatterij: ja of nee?

Steeds meer mensen vragen zich af of een thuisbatterij een slimme investering is, nu de salderingsregeling in 2027 verdwijnt en terugleververgoedingen onder druk staan. Een thuisbatterij slaat stroom op die je zonnepanelen overdag opwekken, zodat je die 's avonds of op bewolkte momenten zelf kunt gebruiken. Dat klinkt aantrekkelijk: je verbruikt meer van je eigen stroom, vermijdt terugleverkosten en wordt minder afhankelijk van energieleveranciers.

Toch zitten er ook haken en ogen aan. De aanschafprijs van een thuisbatterij ligt tussen de vier- en twaalfduizend euro en de terugverdientijd is vaak langer dan de technische levensduur van de batterij. Bovendien zijn ze meestal te klein om heel je huishouden meerdere dagen van stroom te voorzien. In de winter speelt bovendien nog mee dat je zonnepanelen minder stroom opwekken, waardoor de thuisbatterij vaak maar deels gevuld zal kunnen worden.

In sommige gevallen kan een thuisbatterij wél interessant zijn. Wie overdag weinig stroom gebruikt of een dynamisch energiecontract heeft, kan de batterij benutten om stroom op te slaan wanneer die goedkoop of er veel wordt opgewekt is. Dat geldt zeker voor huishoudens met een elektrische auto of warmtepomp. Die verbruiken relatief veel, en door dat verbruik slim te timen in combinatie met een thuisbatterij, kun je flink besparen op netstroom.

Voor de meeste huishoudens geldt echter dat afwachten verstandiger is. De technologie ontwikkelt zich snel, prijzen dalen, en de markt voor opslag is nog volop in beweging. Een thuisbatterij kán dus interessant zijn, maar alleen als je goed weet wat je doet, bereid bent om te investeren en je eigen situatie past bij wat zo'n systeem biedt.


Vraag een offerte aan voor thuisbatterij: