ID.nl logo
Huis

Coöperatie Duurzame Energie voorziet hele buurt van groene stroom

Op het dak van de Haarlemse Fablo-tennishal liggen meer dan 1300 zonnepanelen. Niet om het bedrijf zelf van stroom te zien, maar om de lichten van 220 huishoudens in de buurt te laten branden. De samenwerking tussen bedrijven en burgers - het Coöperatie Duurzame Energie Ramplaan - om voor eigen, lokale en duurzame energie te zorgen blijkt een gouden combinatie.

Veel van de straten in het Ramplaankwartier in Haarlem lopen van noord naar zuid. Niet erg gunstig voor wie zonnepanelen op zijn dak wil leggen, vertelt Art den Boer. Hij is één van de vrijwilligers van de Coöperatie Duurzame Energie Ramplaan, de coöperatie die als één van de eersten in Nederland een samenwerking regelde tussen buurten en bedrijven om zonne-energie gedeeld aan te bieden. “Sowieso is het in steden zoals Haarlem vaak lastig om zonnepanelen aan te leggen”, vertelt Den Boer. “De huizen zijn vaak wat kleiner, en ouder. Het kost dan heel veel geld om dat ineens van groene stroom te moeten voorzien.”

De stichting bedacht daarom een onorthodox plan: in plaats van dat iedereen in de buurt zelf zonnepanelen zou neerleggen werd gekeken of het niet misschien samen gedaan kon worden, met de hulp van een ondernemer uit de buurt. Den Boer: “We vroegen ons af: als we zelf geen zonnepanelen kunnen plaatsen, zou het dan niet gewoon op een ander dak kunnen?” Dat bleek mogelijk nadat de leden van de coöperatie aan de praat kwamen met de eigenaar van een grote bloembollenhal in de buurt. De Fablohal is een groot gebouw dat in de winter wordt omgebouwd tot tennishal, en dat pal naast het Ramplaankwartier ligt – een echt onderdeel van de gemeenschap. “We spraken met de eigenaar, die ook wel enthousiast was over het plan om de zonnepanelen op zijn dak te leggen. ‘Ik gebruik dat dak verder toch niet’, was zijn redenatie.”

Plannen

De stichting ging veel lobbyen, flyerde op markten en sprak iedereen in de omgeving aan over de plannen. Na een tijd bleken er genoeg geïnteresseerden die ervoor open stonden te investeren in de zonnepanelen. Op de grote bedrijfshal net buiten de wijk werden 1.347 zonnepanelen geplaatst, die een aantal omliggende woningen in Haarlem en de dorpen Aerdenhout en Overveen van groene stroom voorzien. Makkelijk was dat niet. De coöperatie in de Ramplaan begon in 2011 met het kijken naar de mogelijkheden, maar het duurde tot september 2015 voor de zonnecentrale ook daadwerkelijk opende.

Het kostte veel tijd om genoeg buurtbewoners zover te krijgen te investeren in de plannen. Uiteindelijk vond de stichting genoeg leden die een intentieverklaring wilden tekenen. Maar het werven van leden was slechts één stap van de lange weg die de coöperatie moest bewandelen. Den Boer en zijn collega-vrijwilligers moesten in gesprek met veel partijen, zoals verzekeraars, investeerders, en zelfs het ministerie om de obstakels te overwinnen.

Het kostte veel tijd om genoeg buurtbewoners zover te krijgen te investeren in de plannen

-

Een groot probleem was de torenhoge energiebelasting die gebruikers bij het leggen van de zonnepanelen alsnog moesten betalen. Den Boer: “De elektriciteit wordt via het reguliere elektriciteitsnet naar de bewoners gestuurd. Dat betekent dat je er energiebelasting over moet betalen, en die is niet mis. De stroom zelf kost 4 cent per KWh, maar daar komt dan nog 17 cent belasting bovenop. Dat maakt het nou niet echt aantrekkelijk.” Daar kwam gelukkig al snel een einde aan, met de postcoderoosregeling die in 2014 inging. Daarbij is de eerste 10.000 kWh vrijgesteld van die energiebelasting.”

Een ander probleem waar de coöperatie tegenaan liep was de grootverbruikersaansluiting. “Die moesten we aanvankelijk verplicht nemen, maar dat kost heel veel geld. Dat hadden we niet zomaar liggen, en het doorberekenen aan de stroomafnemers was geen optie. Gelukkig heeft minister Kamp ook daar een oplossing voor bedacht. Een fysieke aansluiting is niet nodig, maar er moeten nog steeds wel gescheiden aansluitingen zijn. De oplossing is een virtuele aansluiting, waarbij er slechts een minimale technische aanpassing nodig is. Dat maakt de investering een stuk voordeliger.

Bovendien moest het elektriciteitsnet worden aangepast. Den Boer vergelijkt het huidige net met een boom, waarbij de dikke stam de oorspronkelijke stroomvoorziening is waar de energieleverancier aan voldoet, en de huishoudens die de stroom binnenkrijgen de takken. “Bij collectieve energie draai je dat echter om”, zegt Den Boer. “In dat geval komt er veel meer binnen vanuit één plek, juist bij die takken. Daarvoor moest er wat aangepast worden aan het stroomnet.”

©PXimport

Uitdagingen

Het is nog een hele opgave om een hele buurt voor zo’n lange tijd van stroom te voorzien. Je kijkt immers niet alleen naar de periode van zo’n 10 jaar die het kost om de investering terug te verdienen, maar ook naar het onderhoud van de zonnepanelen. Als er iets stuk gaat, moet dat natuurlijk gerepareerd worden. Bovendien is het moeilijk de energiebehoeftes voor lange tijd vast te leggen. Den Boer: “

Stel dat iemand nu meedoet met acht zonnepanelen, maar dat de kinderen daarvan over een paar jaar uit huis gaan. Ineens hoef je al die Xboxen niet meer aan te sluiten en gaat het stroomverbruik drastisch omlaag, zodat dat huishouden nog maar zes panelen nodig heeft.” Volgens Den Boer is dat met een coöperatie echter makkelijker te regelen. “Je kijkt dan gewoon wie er in de buurt juist ineens weer kinderen bij krijgt, of misschien heeft iemand verderop net een nieuwe Tesla gekocht en kan die nog wel wat extra stroom gebruiken.

Een ander probleem ligt bij de bedrijven zelf. “Je wilt niet hebben dat een bedrijf na vijf jaar zegt: ‘Weet je wat, eigenlijk hoef ik die panelen niet meer’, want dan zit de hele buurt ineens zonder stroom. We maken daarom van tevoren goede afspraken met de gebouweigenaren, die we ook notarieel laten vastleggen. Zo weten we zeker dat een bedrijf zijn dak voor minimaal 25 jaar beschikbaar stelt.” Hetzelfde geldt overigens voor de deelnemende leden zelf. Die tekenen vooraf een intentieverklaring waarin staat dat ze willen meedoen met het project.

Den Boer geeft toe dat veel van dergelijke bedrijven nu nog vooral meedoen vanuit de goedheid van hun hart. “Er zit weinig financiële motivatie achter, al zijn we inmiddels wel zo ver dat veel bedrijven een financiële vergoeding kunnen krijgen als ze aan een dergelijk project mee doen.” Dat moet ook wel, want het kost uiteindelijk wel tijd en geld om de zonnepanelen en het dak te onderhouden en om administratieve zaken te regelen. Meestal doen bedrijven echter mee omdat ze duurzaamheid of buurtgevoel nu eenmaal belangrijk vinden.

“Veel bedrijven die meedoen, zoals de Fablohal hier, zijn nauw verbonden met de gemeenschap en willen daar graag iets voor terugdoen. En door dat buurtgevoel raken ook bewoners weer meer betrokken bij hun wijk.” Volgens Den Boer ontstaat er zo een trots onder de buurtbewoners. “Normaal sta je niet zo stil bij waar je elektriciteit vandaan komt. Het komt uit de muur, het is er, en dat neem je voor lief terwijl je iedere maand tientjes afstaat aan een naamloze grote corporatie. Maar bij dit soort buurtinitiatieven voel je je toch trots: ‘Dit is ónze stroom die wíj met onze buurt hebben opgewekt’. En dat werkt voor bedrijven ook weer zo.”

Win-win

Aan de andere kant is het bedrijfstechnisch niet helemaal altruïstisch om mee te doen. Uiteindelijk moeten industrieën toch gaan ‘vergroenen’, en veel bedrijven beseffen dat ze beter vroeg dan laat kunnen instappen. Den Boer: “Veel steden hebben duurzaamheidsdoelstellingen. Haarlem wil bijvoorbeeld in 2040 helemaal klimaatneutraal zijn. Bedrijven moeten daar uiteindelijk linksom of rechtsom aan mee gaan werken, en je ziet dat dat op deze manier sneller gebeurt. Hetzelfde geldt voor het MVO-beleid (‘Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen’) wat steeds belangrijker wordt, dus bedrijven zoeken nu al manieren om daar invulling aan te geven.”

De meeste bedrijven doen nog mee uit de goedheid van hun hart, niet om financieel gewin

-

Volgens Den Boer wordt duurzaamheid ook steeds belangrijker bij de beslissing van klanten om met een bedrijf in zee te gaan. “‘Groen zijn’ is niet langer een wassen neus. Een bedrijf komt er niet meer mee weg om alleen te zeggen dat ze het milieu belangrijk vinden. Ze moeten het ook echt kunnen aantonen. Klanten letten daar steeds meer op, en stroomafnemers ook.”

Natuurlijk ontvangen de bedrijven zelf ook stroom van de voorziening. “Vaak zie je een hybride werking, waarbij bijvoorbeeld een kwart van de opgewekte stroom voor het bedrijf zelf is – dat heeft uiteindelijk toch meer nodig – en de rest voor de wijk. Dat is dus een win-win-situatie.”

De toekomst

De stap die daarop volgt is volgens Den Boer minstens zo belangrijk. Volgens hem gaan bedrijven na het plaatsen van zonnepanelen nadenken over wat ze nog méér kunnen doen. “Vaak zie je dat dit stap één is en dat bedrijven zo enthousiast zijn over zo’n initiatief dat ze verder gaan kijken. Misschien zijn er wel meer opties, zoals een gezamenlijke windmolen kopen. Of misschien kunnen ze samenwerken met de buurt om te zorgen dat die van aardgas kan afstappen.” Zulke dingen moeten in de toekomst toch gaan gebeuren, denkt Den Boer, maar het maakt een verschil in hoe je het aan burgers vraagt. “Een gemeente kan zeggen: ‘Over 25 jaar moet je van aardgas af zijn, zorg maar dat je het geregeld krijgt’, maar daar wordt niemand gelukkig van. Je bent beter af als je burgers en bedrijven stimuleert dat uit zichzelf te doen, omdat het nu eenmaal voor iedereen goed is.”

Het verschilt overigens erg per gemeente hoe daar tegenaan gekeken wordt, zegt Den Boer. De gemeente Haarlem vindt die stimulatie bijvoorbeeld belangrijk en stelt daarom de daken van het gemeentehuis beschikbaar voor een coöperatie van huishoudens in de binnenstad – maar lang niet iedere gemeente is nog zo vrijgevig.

Den Boer denkt dat het coöperatief afnemen van energie groot gaat worden. “Je ziet het in steeds meer steden gebeuren. In Breda is bijvoorbeeld een initiatief waar een groot veld is aangewezen voor het plaatsen van zonnepanelen. Dat kan hier in Haarlem eigenlijk niet omdat hier de ruimte niet is, maar per stad zijn er veel verschillen in hoe coöperaties te werk gaan.” Toch moet er nog veel gebeuren voor iedereen een zonnecellenproject kan opstellen, denkt Den Boer. “Het is nog te veel gedoe. Stichtingen, die bestaan uit vrijwilligers, zijn er nog veel tijd aan kwijt en voor veel deelnemers zit er ook nog een hoop werk aan vast. Waar we naartoe willen is dat iedereen lokaal opgewekte groene stroom kan krijgen zonder gedoe.”

▼ Volgende artikel
Dit wil je: WhatsApp als je slimme notitieboek
© amnaj
Huis

Dit wil je: WhatsApp als je slimme notitieboek

WhatsApp gebruik je vooral om te appen, maar het kan ook je handigste metgezel zijn. Door ideeën, taken en documenten direct in je eigen chat te zetten, ontstaat een systeem dat je altijd bij de hand hebt. In dit artikel lees je hoe je WhatsApp verandert in een slim notitieboek waarmee je gedachten en bestanden nooit meer zoekraken.

In dit artikel ontdek je:
  • Hoe je een notitiechat met jezelf start en slim gebruikt
  • Waarom WhatsApp sneller werkt dan traditionele notitie-apps
  • Manieren om structuur en takenlijsten overzichtelijk te houden
  • Hoe je documenten, bonnetjes en scans bewaart en terugvindt
  • Tips om je notitiechat veilig, opgeruimd en praktisch te houden

Ook interessant: Chatfilters in WhatsApp: zo houd je je chats overzichtelijk

WhatsApp is de plek waar we eindeloos appen: van gênante groepsfoto’s tot boodschappenlijstjes van je partner. Maar dezelfde app kan meer, véél meer. Zie het als je digitale notitieboekje: altijd open, altijd bij de hand en verrassend krachtig. Waar veel notitie-apps al snel vergeten worden, schuift WhatsApp elke dag vanzelf je scherm in. Dat maakt de drempel om iets vast te leggen lager dan ooit. En het mooiste? Je hoeft geen nieuwe app te leren gebruiken, want WhatsApp zit vermoedelijk al diep in je dagelijkse routine.

Praat met jezelf

De slimste chat is er eentje met jezelf. Dat klinkt misschien een beetje raar, maar het werkt verrassend goed. In recente versies van WhatsApp kun je simpelweg je eigen naam kiezen in het contactenoverzicht en een gesprek starten. Lukt dat niet, stuur dan een berichtje naar je eigen nummer (al is het maar 'hallo') en je hebt je persoonlijke notitieboek geopend. Vanaf dat moment staat er een privéruimte voor je klaar waarin je ideeën, lijstjes en bestanden kwijt kunt. Zet die chat bovenaan vast, zodat hij nooit wegzakt tussen familieberichten, werkdiscussies en de eindeloze stroom aan grappige gifjes van vrienden. Het voelt in eerste instantie een beetje gek, maar na een week wil, nee kún je niet meer zonder.

Snel noteren zonder gedoe

Een idee is vaak vluchtig. Je staat bij de kassa, bent onderweg met de trein of ligt net in bed om te gaan slapen als je opeens denkt: dit moet ik onthouden! Het noteren mislukt meestal niet door een gebrek aan apps, maar door de extra moeite die het kost. Geloof ons, WhatsApp maakt dat verschil. Je opent de app toch al tientallen keren per dag, dus een korte notitie intikken is geen extra drempel. Begin met een korte eerste regel die fungeert als titel, plak er een link of losse gedachte onder en klaar. Voeg een foto of screenshot toe als geheugensteuntje. Heb je geen zin om te typen? Neem een spraakbericht op. Later kun je die afspelen op je laptop en desnoods omzetten naar tekst (superhandig: je kunt spraakberichten direct in WhatsApp laten transcriberen). Het voelt minder aan als 'notities maken' en meer als gewoon appen, en juist dat maakt het zo laagdrempelig.

Structuur die niet in de weg zit

De grootste valkuil van digitale notities is overstructureren. Je begint enthousiast met mappen, categorieën en kleurcodes, en drie weken later is het systeem te ingewikkeld om nog bij te kunnen houden. Bij WhatsApp werkt dat anders. Begin met één centrale notitie-chat en gebruik simpele labels als 'Werk', 'Idee' en 'Boodschappen'. Dankzij de zoekfunctie vind je berichten razendsnel terug. Toch behoefte aan meer onderverdeling? Maak dan aparte themagroepen met alleen jezelf. Voeg kort iemand toe, verwijder die weer en je hebt een solo-chat met een duidelijke naam en profielfoto. Een geel vlak voor 'Bonnetjes', een rood vlak voor 'Reiskosten': herkenbaar in één oogopslag. Zo heb je structuur zonder dat het systeem in de weg zit.

©Yuri Arucrs peopleimages.com

Takenlijst in WhatsApp-stijl

WhatsApp is geen taken-app, maar je kunt de functies slim inzetten. Markeer actiepunten met een ster en gebruik de antwoord-functie om updates en voortgang eraan vast te knopen. Stel: je noteert 'Bel de loodgieter' en krijgt later extra informatie. Door die informatie als reply op het oorspronkelijke bericht te zetten, blijft de hele geschiedenis bij elkaar. Klaar met de taak? Verwijder de ster of sluit af met een korte reply: 'Gedaan, 17 september'. Zo blijft je takenlijst overzichtelijk en in samenhang. Je ziet niet alleen wat je moest doen, maar ook hoe het liep. Dat geeft meer grip dan losse to-dolijstjes die uit elkaar vallen.

Je eigen archiefkast

Iedereen heeft bonnetjes, facturen, pdf's en foto's van whiteboards die ergens rondslingeren. WhatsApp kan die rol van digitale schoenendoos verrassend goed overnemen. Alles wat je in je notitie-chat plaatst, wordt automatisch gesorteerd op type. Zoek je dat ene aankoopbewijs? Open de mediabibliotheek, filter op documenten en je hebt het binnen seconden teruggevonden. Ook foto's, links en screenshots kun je daar terugvinden. Door de ingebouwde documentmodus van de camera worden scans vlak en goed leesbaar, zodat je geen aparte scan-app meer nodig hebt. Je notitie-chat groeit zo ongemerkt uit tot een compleet persoonlijk archief, zonder dat het chaotisch aanvoelt.

©PaeGaG - stock.adobe.com

Extra vaart met WhatsApp Web

Op je telefoon is WhatsApp al handig, maar pas op de laptop of desktop gaat het echt vliegen. Via WhatsApp Web of de desktop-app kopieer je moeiteloos lange teksten, codefragmenten en bestanden naar je notitie-chat. Andersom stuur je materiaal net zo makkelijk weer terug naar andere programma’s. De zoekfunctie werkt veel fijner met een toetsenbord en met sneltoetsen kun je in een oogwenk informatie uit elke app doorsluizen naar WhatsApp. Het voelt bijna alsof je een lichte projectmanagementtool gebruikt, maar dan in een jasje dat je al jaren kent.

Automatiseren voor luie slimmeriken

Deelknoppen en snelkoppelingen maken het nóg efficiënter. In Android deel je vanuit vrijwel elke app direct naar WhatsApp en stel je jouw notitie-chat in als standaardontvanger. Binnen iOS maak je via Opdrachten een actie die geselecteerde tekst met één tik doorstuurt naar jouw notitie-chat. Daarmee bespaar je tientallen kleine handelingen per dag. En maak er een ritueel van: schrijf elke avond drie korte regels (Wat gedaan, wat geleerd, wat morgen) en je notitie-chat wordt vanzelf een logboek dat overzicht en rust geeft. Geen rommel, maar een lopend dagboek waar je later veel aan hebt.

Veilig en privé

Wie WhatsApp als notitieboek gebruikt, moet ook nadenken over veiligheid. Zet verdwijnende berichten uit, zodat je informatie niet per ongeluk verdwijnt. Zorg dat end-to-end versleutelde back-ups actief zijn en beveilig die met een wachtwoord of herstelsleutel die je in je wachtwoordmanager opslaat. Activeer app-vergrendeling met vingerafdruk of gezichtsherkenning en laat de telefoon-encryptie standaard aan staan. Zo weet je zeker dat je notities net zo goed beschermd zijn als je persoonlijke gesprekken. Handig én geruststellend.

©Farknot Architect - stock.adobe.

Opruimen zonder moeite

Let op, want na een paar weken kan je notitie-chat flink uitdijen. Plan daarom regelmatig een korte opruimsessie van twee minuten in. Gebruik de zoekfunctie om grote video's te vinden en te verwijderen, archiveer oude notities of sluit ze af met een update. Wil je terug naar een specifiek moment, dan kun je in de zoekfunctie gericht naar een maand springen en snel door die periode bladeren. Zo blijft je notitie-chat overzichtelijk en bruikbaar in plaats van een digitale stortplaats.

De valkuilen ontwijken

Het lijkt simpel, maar er zijn valkuilen. De grootste fout is versnipperen: een beetje in WhatsApp, een beetje in Evernote (gebruikt iemand dat nog?) en wat losse mails. Kies één hoofdsysteem en houd je daaraan. Anders verlies je het overzicht. Een tweede fout is het gebruik van titelloze notities. Losse zinnen zonder duidelijke eerste regel zijn later onvindbaar. En tot slot vergeten veel mensen hun notitie-chat vast te pinnen, waardoor hij wegzakt in de massa. Het zijn kleine dingen, maar ze maken het verschil tussen een systeem dat werkt en een systeem dat verwatert.

Tadaa, je nieuwe gewoonteboek

Productiviteit draait om frictie wegnemen. WhatsApp open je sowieso al tientallen keren per dag, vaak zonder na te denken. Als je die gewoonte benut, verandert de app ongemerkt in een slim notitieboek. Begin met één chat met jezelf, pin hem vast, gebruik labels en maak gebruik van de zoekfunctie en mediabibliotheek. Binnen een week voelt het aan alsof WhatsApp niet langer alleen een praatpaal is, maar ook je persoonlijke geheugen. Een gewoonteboek dat je eindelijk wél volhoudt.

▼ Volgende artikel
Panasonic brengt Lumix TZ99 nu ook in het wit uit
© Panasonic
Huis

Panasonic brengt Lumix TZ99 nu ook in het wit uit

Panasonic introduceert een nieuwe uitvoering van de Lumix TZ99: een compacte superzoomcamera die er nu ook is in een witte variant. Door zijn formaat (11,2 x 6,7 x 4,3 cm) is dit model makkelijk mee te nemen. Panasonic noemt het zelf dan ook een reiscamera.

📸 Veelzijdige lens en stabiel beeld

De LUMIX TZ99 White is uitgerust met een 24–720 mm LEICA DC-lens met 30x optische zoom, uit te breiden tot 60x met iZoom. Dankzij de 5-assige HYBRID O.I.S.+ beeldstabilisatie blijven beelden scherp, ook bij het inzoomen of bij opnames uit de hand.

📸 Video in 4K en slowmotion

Naast fotografie is de camera geschikt voor 4K-video's met 30 beelden per seconde en 4K PHOTO waarmee je snel bewegende momenten vastlegt. Voor creatieve effecten is er ook HD-video met 120 fps slowmotion.

📸 Scherm en bediening

De TZ99 White heeft een kantelbaar 1.840k-dot touchscreen dat het eenvoudig maakt om vanuit verschillende hoeken te fotograferen of vloggen. Via de gebruiksvriendelijke interface kunnen instellingen snel aangepast worden.

📸 Moderne connectiviteit

Dankzij USB-C kan de camera snel worden opgeladen. Met bluetooth 5.0 maak je verbinding met je smartphone om foto's direct te delen of de camera op afstand te bedienen.

De Panasonic Lumix TZ99 White is verkrijgbaar voor een adviesprijs van 549 euro.

Slide
Slide
Slide
Wat maakt een reiscompactcamera handig?

Een reiscompactcamera zoals de LUMIX TZ99 White biedt een krachtige zoomlens in een klein formaat. Zo kun je zowel weidse landschappen als details in de verte vastleggen zonder van lens te wisselen. Bovendien zijn ze lichter en kleiner dan een spiegelreflex of systeemcamera, waardoor je ze makkelijk meeneemt op vakantie of een stedentrip.