ID.nl logo
Het beste thuisnetwerk - Deel 2: Router instellen
© PXimport
Huis

Het beste thuisnetwerk - Deel 2: Router instellen

De router is het centrale punt in je netwerk, zowel voor het bedrade als het draadloze gedeelte en verdient daarom zeker je aandacht bij het opzetten van het beste thuisnetwerk.

Voordat je de (draadloze) mogelijkheden van de router instelt, is het handig om het eerste deel te lezen. Daarin gaan we aan de slag met kabels, werken we die af met netwerkaansluitingen en plaatsen we apparatuur.

Om bij de router te komen moet je inloggen op de webinterface. Meestal is je router bereikbaar via het IP-adres 192.168.1.1. Weet je het adres van je router niet, dan kun je dit in Windows achterhalen via de opdrachtprompt. In Windows 7: klik op de startknop, tik opdrachtprompt in het zoekveld en klik op Opdrachtprompt. Onder Windows 8: tik in het startscherm opdrachtprompt in en klik in de zoekresultaten op Opdrachtprompt. Tik in de opdrachtprompt vervolgens ipconfig en druk op Enter. Het IP-adres achter Standaardgateway is het IP-adres van je router. Tik dit IP-adres in je browser in en de inlogpagina van je router opent. Waarschijnlijk dien je in te loggen op deze webinterface.

Heb je het wachtwoord nooit veranderd, dan vind je de inloggegevens in de handleiding van je router. Het is verstandig om de standaard inloggegevens van de router na het inloggen te veranderen in een zelfgekozen gebruikersnaam en wachtwoord. Zo voorkom je dat een andere (kwaadwillende) netwerkgebruiker de instellingen van je router wijzigt. Het is voor iedere router verschillend hoe je het wachtwoord precies verandert.

IP-adres

Alle apparaten in je netwerk communiceren met elkaar via IP-adressen. De IP-adressen zijn gebaseerd op het IP-adres van je router. In je router vind je deze doorgaans terug onder de instellingen voor LAN. Het is per router verschillend waar deze optie precies zit. Als IP-adres voor de router is vaak 192.168.1.1 gekozen. Bij subnetmasker is 255.255.255.0 ingevuld. Hiermee staan de eerste drie cijfercombinaties in je netwerk vast en is de vierde cijfercombinatie uniek voor ieder apparaat in je netwerk. Je kunt op deze wijze maximaal 253 IP-adressen uitdelen in je netwerk en dat is doorgaans meer dan genoeg voor thuisgebruik.

©PXimport

Het IP-adres van je router bepaalt de adressen voor de rest van je netwerk.

IPv6

We gaan in dit artikel bij het instellen van het thuisnetwerk uit van IPv4. Hoewel er al een aantal jaar verkondigd wordt dat internetproviders overstappen naar IPv6, is dit tot op heden nog niet gebeurd op grote schaal. Voor de bekabeling en switches maakt de overstap naar IPv6 niet uit. Je internetprovider moet de wifi-modem/router bijwerken via firmware of het apparaat vervangen. Verder dient een eventuele eigen wifi-router ook geschikt te zijn voor IPv6. De meeste apparaten die je aan je netwerk koppelt zijn al geschikt voor IPv6.

DHCP

Een apparaat dat je aansluit op je netwerk via een kabel of wifi krijgt automatisch een verbinding met het netwerk en internet. Je router bevat hiervoor een DHCP-server (Dynamic Host Configuration Protocol). Deze zorgt ervoor dat netwerkapparatuur die je aansluit op het netwerk automatisch een IP-adres en andere netwerkinstellingen krijgt toegewezen. Je kunt in de webinterface van je router instellen hoeveel IP-adressen de DHCP-server kan gebruiken. Beperk dit tot bijvoorbeeld honderd IP-adressen, dat is meer dan genoeg voor het gemiddelde thuisnetwerk. Wijs in ieder geval niet alle mogelijke IP-adressen toe aan de DHCP-server, omdat het handig is om een aantal IP-adressen te reserveren voor apparaten die je een vast IP-adres wilt geven.

©PXimport

Je kunt zelf bepalen hoeveel IP-adressen de DHCP-server kan gebruiken, wij hebben het beperkt tot 99 adressen.

DHCP-reserveringen

Helaas geeft DHCP geen zekerheid dat een apparaat altijd hetzelfde IP-adres krijgt toegewezen. Voor netwerkapparaten die een dienst aanbieden, zoals NAS-apparaten, netwerkprinters en beveiligingscamera's is het wel handig als er altijd hetzelfde IP-adres wordt gebruikt. Op veel routers kun je vaste IP-adressen via DHCP toekennen. Hiervoor wordt het MAC-adres van het netwerkapparaat opgegeven in de router in combinatie met het IP-adres dat je wilt toewijzen. Het MAC-adres (Media Access Control) is een unieke tekenreeks waarmee een netwerkapparaat geïdentificeerd kan worden. De optie om DHCP-reserveringen te doen, wordt door iedere routerfabrikant anders genoemd. De ASUS-router die we thuis gebruiken, spreekt over 'Manually Assigned IP around the DHCP list', terwijl andere fabrikanten het over bijvoorbeeld DHCP Reservations, DHCP-reserveringen of Static Lease hebben.

Zie je een tabel waarin je MAC-adressen kunt koppelen aan een IP-adres, dan zit je in het goede onderdeel. Je tikt het MAC-adres van het netwerkapparaat in de ene kolom en het IP-adres dat je wilt toekennen in de andere kolom. Je moet kiezen voor IP-adressen die buiten de pool van de normale DHCP-server liggen. Uiteraard moeten het adres wel in hetzelfde subnet als de DHCP-server liggen, bijvoorbeeld 192.168.1.200. Het MAC-adres van een netwerkapparaat als een NAS of netwerkprinter is te achterhalen in de webinterface van het desbetreffende apparaat. Het staat doorgaans ook op een sticker achterop het apparaat. Mocht het apparaat momenteel via DHCP een IP-adres toegewezen krijgen, dan kun je de gegevens ook terugvinden in het DHCP-overzicht van je router. Tot slot kun je een netwerkscanner gebruiken om het MAC-adres te achterhalen. Wireless Network Watcher is hier handig voor, zie kader Wie zit er op mijn netwerk?

©PXimport

Wij hebben DHCP-reserveringen gemaakt voor onze NAS en netwerkprinter.

Handmatig vaste IP-adressen

Heeft je router geen mogelijkheid tot DHCP-reserveringen of werkt dit niet goed, dan kun je ook handmatig vaste IP-adressen toekennen. Het apparaat geeft zichzelf dan een IP-adres waarop het bereikbaar is. Om een apparaat een vast IP-adres toe te kennen moet je inloggen op de webinterface van het desbetreffende apparaat en de netwerkconfiguratie veranderen van DHCP of automatisch naar handmatig.

Kies vervolgens een IP-adres dat in dezelfde reeks ligt als de DHCP-server, maar niet gebruikt kan worden door de DHCP-server. Heb je aan de DHCP-server bijvoorbeeld de adressen 192.168.1.50 tot 192.168.1.150 toegekend, kies dan voor bijvoorbeeld 192.168.1.200 als een vast IP-adres. In het veld netwerkmasker vul je 255.255.255.0 in. Als er een veld is voor gateway of router vul je het IP-adres van je router in, meestal is dit 192.168.1.1.

©PXimport

In de webinterface van een netwerkapparaat zoals in dit geval een NAS kun je een vast IP-adres instellen.

Eigen wifi-router achter wifi-(modem)-router

Je kunt een andere router aansluiten op de wifi-(modem)-router die je van je internetprovider hebt gekregen. Vaak gaat dit qua verbinding goed, maar krijg je soms problemen met het doorzetten van poorten. Je kunt je eigen router dan proberen op te nemen in de DMZ van de wifi-(modem)-router. Hiermee werk je wel met twee routers achter elkaar. Bij een glasvezelverbinding van KPN of XS4ALL kun je de wifi-(modem)-router vervangen als je eigen wifi-router VLAN ondersteunt. Je hebt de wifi-router van KPN of XS4ALL wel altijd nodig om te bellen. Een uitleg hierover vind je hier. Heb je internet via de kabel, dan kun je de door de provider geleverde modem/router niet vervangen, er worden in Nederland geen kabelmodems verkocht die je zelf kunt aansluiten op de kabel.

Wel kun je een eigen wifi-router achter de modem/router van de provider hangen en proberen of het goed werkt als je je eigen wifi-router in de DMZ van de wifi-(modem)-router toevoegt. Beter is om de wifi-(modem)-router te configureren als bridge waardoor hij alleen als modem werkt. Op de website van UPC vind je voor enkele modem/routers die UPC levert een uitleg om de modem/router van UPC in bridge mode te zetten. Je kunt de wifi-(modem)-router van Ziggo niet zelf in de bridge mode zetten, je kunt dit vragen aan de helpdesk van Ziggo. Je verliest bij zowel UPC als Ziggo door het instellen van de wifi-(modem)-router als bridge wel de mogelijkheid om gebruik te maken van hun openbare hotspots. Mocht het niet werken of heb je meer hulp nodig, dan kun je proberen of je een antwoord kunt vinden op één van de gespecialiseerde gebruikersfora over internetproviders.

Via www.gebruikers.eu vind je fora over vrijwel alle internetproviders. Informatie over UPC vind je daarnaast via www.chelloo.nl en voor Ziggo kun je ook terecht op www.ziggo-gebruikers.nl. KPN heeft een eigen forum.

Draadloos netwerk instellen

Het draadloze netwerk is een erg belangrijk onderdeel van je wifi-router. Meestal vind je de instelmogelijkheden in een menu-onderdeel als Wireless of Draadloos. Kijk als eerste naar de modus waarop je wifi-netwerk draait. Een moderne router maakt gebruik van 802.11n. Deze wifi-standaard is terugwaarts compatibel is met 802.11b/g. Deze compatibiliteit zorgt wel voor wat minder goede prestaties, ook als je alleen 802.11n-apparatuur gebruikt. Standaard staat je router waarschijnlijk in een mixed modus die alle standaarden ondersteunt. Heb je geen apparatuur meer die 802.11b/g nodig heeft, stel je router dan in op alleen 802.11n. Meestal heet deze optie N of N only. Heb je nog wel 802.11g-apparatuur, kijk dan of je in ieder geval de ondersteuning voor 802.11b kunt uitschakelen door iets als G/N te kiezen.

Kanaal kiezen

Op de 2,4GHz-band zijn dertien kanalen. In de praktijk zijn vrijwel alle kanalen door meerdere routers bezet en zul je moeten testen wat het beste werkt. Je kunt ook zelf achterhalen of er vrije kanalen zijn met behulp van Xirris Wi-Fi Inspector. Mac-gebruikers kunnen een beroep kunnen doen op iStumbler. Naast het kanaal kun je ook de kanaalbreedte instellen op 40 MHz. Dit zorgt uiteraard voor een hogere snelheid, maar neemt ook meer frequentieruimte in beslag. Je kunt in sommige routers afdwingen dat er altijd 40MHz-kanalen gebruikt moeten worden.

Dit werkt echter niet goed met alle apparatuur en is bovendien niet netjes ten opzichte van andere netwerken. Kies daarom bij kanaalbandbreedte voor automatisch, 20/40 MHz of 20 MHz. Ook de 5GHz-frequentie is verdeeld in kanalen, maar is veel minder druk waardoor een vrij kanaal een minder groot probleem is. Je kunt op 5 GHz wel gerust proberen of het afdwingen van 40 MHz kanalen zin heeft. De opvolger van 802.11n is 802.11ac. Deze standaard maakt gebruik van de 5GHz-band en is door onder andere het nog verder bundelen van kanalen veel sneller. Er zijn momenteel echter nog weinig apparaten die 802.11ac ondersteunen.

©PXimport

Stel op de 2,4GHz-band je kanaalbreedte niet op enkel 40 MHz in.

Wireless Network Watcher

Wil je gegevens hebben over de apparatuur die is aangesloten op je netwerk dat is Wireless Network Watcher een handig programma. Hiermee zie je van ieder apparaat het IP-adres, MAC-adres, de fabrikant en de apparaatnaam. Handig als je iets moet instellen én om te weten te komen of er onbedoelde gebruikers toegang hebben tot je netwerk.

©PXimport

Wireless Network Watcher doet anders dan de naam doet vermoeden ook uitstekend dienst op een bedraad netwerk.

WPA2-beveiliging

In de beveiligingsinstellingen van je router heb je de keuze tussen WEP, WPA/WPA2 en WPA2. Kies in beginsel altijd voor WPA2, want deze beveiligingsmethode heeft de beste encryptie. Alleen als je apparaten hebt die niet kunnen omgaan met WPA2 kies je voor WPA/WPA2. Gebruikt in geen geval WEP, deze beveiligingsmethode is verouderd en echt onveilig. Heb je toch apparaten die alleen met WEP kunnen omgaan, overweeg dan om deze apparaten te vervangen. Kies voor WPA2-Personal of WPA2-PSK. Dit is de variant voor thuisgebruik en maakt gebruik van een zelfgekozen beveiligingssleutel. De encryptie is alleen veilig als deze beveiligingssleutel ook sterk genoeg is.

Kies geen korte woorden die in het woordenboek voorkomen, die zijn eenvoudig te kraken. Hoe langer het wachtwoord is, hoe beter het is. Kies daarom een beveiligingssleutel met een lengte van minimaal zestien tekens met daarin kleine letters, hoofdletters en getallen. Je zou een zin kunnen maken waarin hoofdletters, kleine letters en getallen in voorkomen om de beveiligingssleutel eenvoudig te onthouden.

SSID instellen

Ieder draadloos netwerk heeft een naam, de SSID (Service Set Identifier) genoemd. Als je een router in gebruik neemt, is deze naam doorgaans de naam van de fabrikant gevolgd door een willekeurige tekenreeks en in het geval van een router van een internetprovider de naam van de provider gevolgd door een willekeurige tekenreeks. Het is handig om de SSID te veranderen in iets persoonlijks zodat je je netwerk snel kunt herkennen tussen de wirwar van netwerken die je in de doorsnee woning ontvangt. Mogelijk kom je de optie tegen om het SSID te verbergen, doe dit niet.

Het is een hardnekkige fabel dat het verbergen van een SSID je netwerk beter beveiligd. Iemand die je netwerk echt wilt kraken heeft ook zonder dat de SSID wordt uitgezonden zo door dat er een netwerk in de lucht is. Als gebruiker heb je er alleen maar last van dat de SSID niet wordt uitgezonden omdat het verbinden maken lastiger is.

Veiliger zonder WPS

WPS (Wi-Fi Protected Setup) is een methode waarmee netwerkapparaten eenvoudig aan het draadloze netwerk zijn te koppelen middels een pincode of het indrukken van een knopje. Het voordeel hiervan is dat je het wpa2-wachtwoord niet hoeft in te geven. WPS is helaas onveilig en we raden aan WPS indien mogelijk uit te schakelen op je router. Helaas is WPS op sommige routers niet uit te schakelen of blijft het ondanks de optie het uit te schakelen stiekem toch actief.

Wifi uitbreiden

De wifi-router staat vaak in de meterkast en heeft daarom niet altijd bereik door heel het huis. Je kunt je draadloze netwerk uitbreiden met accesspoints. Deze sluit je aan op je bekabelde netwerk waarna je een extra draadloos toegangspunt hebt. Je kunt ook een wifi-router inzetten als accesspoint door op deze extra router de DHCP-server uit te schakelen en het LAN-adres in te stellen op een vast adres in de range van je primaire router. Sluit de extra router vervolgens aan op je bedrade netwerk via één van de LAN-poorten op het apparaat. Gebruik de WAN-poort dus niet.

De meest eenvoudige optie is het plaatsen van een repeater (ook wel extender genoemd). Dit is een apparaatje dat het netwerksignaal oppikt en het vervolgens weer uitzendt. Hierdoor kun je het bereik van je netwerk vergroten. Het nadeel is wel dat de bandbreedte bij het gebruik van een repeater lager wordt, al is de snelheid doorgaans wel snel genoeg om mee te kunnen internetten. Een andere eenvoudig te plaatsen oplossing zijn powerline-adapters met ingebouwd wifi-accesspoint. Deze werken doorgaans goed, maar zijn minder snel dan een echt accesspoint of router geconfigureerd als accesspoint.

30/30/30-reset

Normaal gesproken zul je een router nooit te hoeven resetten, maar als je het wachtwoord voor de webinterface vergeten bent of er een probleem is na een firmware-upgrade kan het toch noodzakelijk zijn. Een echt grondige reset die op alle routers werkt is de 30/30/30-reset. Deze bestaat uit drie stappen van dertig seconden bestaat waarbij de resetknop de hele tijd ingedrukt blijft. De resetknop van je router vind je doorgaans op de achterkant verzonken in een gaatje dat je met bijvoorbeeld een balpen of paperclip kunt indrukken.

Stap 1: Zorg dat de router ingeschakeld is en houdt de resetknop dertig seconden ingedrukt.

Stap 2: Terwijl je de resetknop ingedrukt houdt, trek je de spanningsadapter uit de router en houd je de resetknop nog eens dertig seconden ingedrukt.

Stap 3: Houd de resetknop ingedrukt en sluit de spanningsadapter weer aan. Na dertig seconden kun je de resetknop loslaten en zou de router weer moeten werken. Bij sommige routers moet je na deze stap de spanning nogmaals heel even onderbreken alvorens de router echt opstart.

©PXimport

Door de resetknop ingedrukt te houden volgens de 30/30/30-methode weet je zeker dat de router gereset wordt.

▼ Volgende artikel
MediaMonkey: jouw digitale jukebox
© Mr.Pancho Store - stock-adobe.com
Huis

MediaMonkey: jouw digitale jukebox

Bezit je veel audiobestanden van uiteenlopende artiesten? Het is dan een hele uitdaging om de boel enigszins netjes te ordenen. De gratis versie van MediaMonkey helpt je hierbij. Maak met dit Windows-programma een overzichtelijke muziekbibliotheek en speel je favoriete liedjes op de computer af.

In dit artikel laten we zien hoe je eenvoudig je muziekcollectie kunt beheren met MediaMonkey:

  • Installeer en configureer MediaMonkey
  • Voeg muziek toe vanuit je computer, NAS of cloudopslag
  • Gebruik slimme zoekfuncties om snel je favoriete nummers te vinden
  • Maak en personaliseer afspeellijsten
  • Rip en brand cd’s
  • Pas metadata aan voor een overzichtelijke bibliotheek
  • Stream muziek binnen je thuisnetwerk naar andere apparaten

Lees ook: De beste apparatuur om in huis lekker naar muziek te luisteren

Tip 1 Digitale jukebox

MediaMonkey is eigenlijk een digitale jukebox. Het programma ondersteunt nagenoeg alle gangbare audioformaten, zoals flac, ogg, wma, ape en natuurlijk mp3. Alle liedjes die je aan dit programma toevoegt, belanden in een overzichtelijke catalogus. Het maakt niet uit of je nou honderden, duizenden of honderdduizenden nummers toevoegt, want MediaMonkey ordent zorgvuldig alle bestanden.

Om MediaMonkey te downloaden, klik onder Standard Version op DOWNLOAD [versienummer]. Dubbelklik op het exe-bestand en selecteer de Nederlandse taal, waarna je bevestigt met OK. Je klikt nu telkens op Volgende om de installatie te doorlopen. Accepteer hierbij de licentieovereenkomst. Klik als laatste op Installeren / Voltooien.

Download de gratis Windows-versie van MediaMonkey naar je computer.

Tip 2 Liedjes toevoegen

Misschien heb je op de computer of NAS flink wat muziek opgeslagen. In de tijd dat downloaden voor eigen gebruik nog min of meer gedoogd werd, lagen de audiobestanden immers voor het oprapen. Wellicht kun je omstreden downloadnetwerken als Napster, Kazaa, LimeWire, bittorrent en usenet (nieuwsgroepen) nog herinneren. Daarnaast kun je natuurlijk ook kopieën van cd’s op de computer bewaren (zie tip 6).

MediaMonkey wil eerst weten waar jouw digitale audiocollectie zich bevindt. Hierbij selecteert het programma automatisch de standaard muziek- en video-map in Windows. Staan daar geen liedjes in, dan haal je de vinkjes voor deze bestandslocaties weg. Klik rechtsboven op LOCATIE TOEVOEGEN en kies Lokale opslag. Zodra je de juiste map met muziek hebt gevonden, zet je hier een vinkje voor. Je kunt zo meerdere bestandslocaties selecteren. Klik daarna op OK.

Naast lokale mappen voeg je net zo eenvoudig muziek van andere apparaten toe, zoals een NAS of pc. Kies in dat geval LOCATIE TOEVOEGEN / Netwerk of Mediaserver, waarna je de juiste map of server selecteert. Klik daarna op OK.

Via VOLGENDE / VOLGENDE / VOLTOOIEN importeert MediaMonkey alle nummers in de bibliotheek. Dit proces kan even duren. Klik tot slot op SLUITEN.

Geef aan in welke (netwerk)map de muziek staat opgeslagen.

Tip 3 Eerste blik

Het hoofdvenster van MediaMonkey opent eerst met een welkomstscherm. Klik linksboven op Home om je muziekcollectie te tonen. Als het goed is, zie je verschillende albumhoesjes. Met de standaardinstellingen staan de secties Artiesten en Albums op alfabetische volgorde gerangschikt. Klik achter een sectie op alles weergeven om een volledig overzicht te tonen. Gebruik als alternatief bovenaan de knoppen Alle bestanden, Albums en Genres om binnen jouw muziekverzameling te snuffelen. Via Home keer je op ieder moment weer terug naar het beginvenster.

Zeker in een omvangrijke collectie is het nog een hele kunst om dat ene liedje te vinden. Gelukkig heeft MediaMonkey een snelle zoekfunctie. Klik rechtsboven op het vergrootglas om het zoekveld te ontvouwen. Je hoeft maar een deel van een liedje, albumtitel of artiest te typen. Het programma laat namelijk meteen de bijbehorende resultaten zien. Klik voor een uitgebreidere zoekfunctie bovenaan op Naar Geavanceerd.

MediaMonkey maakt van alle muziek een overzichtelijke bibliotheek met albumhoesjes.

Grotere albumhoesjes

Vind je de albumhoesjes in de muziekcatalogus te klein? Dat kun je aanpassen! Navigeer bovenin de menubalk achtereenvolgens naar Beeld / Weergave hoofdvenster / Afbeeldingsgrootte. Sleep het oranje schuifje nu naar rechts om de albumcovers te vergroten. Je klikt als laatste op OK om het resultaat te bekijken.

Maak de albumhoesjes desgewenst tweemaal zo groot.

Tip 4 Muziek luisteren

Uiteraard wil je de muziek ook graag beluisteren. Als je op een albumhoesje klikt, komen de onderliggende nummers tevoorschijn. Afhankelijk van in welke sectie je zit, dien je mogelijk nogmaals op de afbeelding te klikken. Gebruik achter de albumtitel de afspeelknop om alle liedjes in chronologische volgorde af te spelen. Je hoort meteen geluid.

Je kunt de liedjes ook husselen. Klik in dat geval op het pictogram met de twee gekruiste pijlen en luister in willekeurige volgorde naar de nummers. Wil je een specifiek liedje van het album horen? Zweef dan met de muisaanwijzer boven een titel en klik daarna op de afspeelknop.

Achter ieder albumhoesje schuilen er meerdere nummers.

Tip 5 Afspeellijst maken

Je maakt in MediaMonkey eenvoudig een eigen afspeellijst. Daarmee luister je naar jouw favoriete nummers van verschillende artiesten. Klik in de menubalk op Bewerken / Nieuwe afspeellijst. Er verschijnt aan de rechterkant een nieuw deelvenster. Typ een relevante naam en bevestig met Enter.

Zoek nu een nummer dat je aan de lijst wilt toevoegen. Klik eerst op de naam van het liedje en sleep deze audiotrack met ingedrukte muisknop naar het rechterdeelvenster. Je kunt als alternatief ook met de rechtermuisknop op een nummer klikken. Navigeer vervolgens naar Verzenden naar / Afspeellijst en klik op de juiste naam. Je maakt zoveel favorietenlijstjes als je maar wilt. Alle afspeellijsten zijn in het linkermenu bereikbaar.

Geen zin om zelf een afspeellijst te maken? Laat MediaMonkey dit dan voor je doen. Ga naar Bewerken / Nieuwe Auto-Afspeellijst. Er verschijnt een nieuw venster waarin het programma volgens zelfgekozen criteria liedjes selecteert. Misschien wil je bijvoorbeeld alleen maar rockmuziek horen. Klik in dat geval op het plusteken en kies Genre. Je typt volgens bovengenoemd voorbeeld Rock, waarna je bevestigt met Enter. Uiteraard staat het je vrij om andere criteria te gebruiken. Geef de automatische afspeellijst tot slot een andere naam.

Voeg via het contextmenu goede nummers aan een afspeellijst toe.

Tip 6 Audio-cd’s rippen

Wil je een digitale kopie van een fysiek muziekalbum op de computer bewaren? Dan komt de ripfunctie van MediaMonkey goed van pas. Daarmee kopieer je de inhoud van een audio-cd naar de pc. Een voorwaarde is dat het systeem is voorzien van een (extern) cd/dvd-station.

Doe eerst een muziek-cd in de lade van de optische drive. Na even wachten verschijnt in MediaMonkey vanzelf het venster Albumgegevens kiezen. Selecteer in het overzicht het juiste muziekalbum. Dat is belangrijk, want het programma koppelt zo de juiste eigenschappen aan elk liedje. Denk onder meer aan de artiest, de naam van het nummer en het genre. Maak een keuze en bevestig met OK.

Klik in de menubalk op Extra / Audio-CD rippen. De nummers van het album komen tevoorschijn. Standaard staan voor alle liedjes vinkjes. Als je een bepaald nummer niet op de computer wilt bewaren, haal je het desbetreffende vinkje weg.

Heb je alleen interesse in de grootste hits van een album? Verwijder voor de overige nummers dan de vinkjes.

Tip 7 Ripinstellingen

Voordat je de cd naar de computer kopieert, neem je eerst de instellingen door. Geef aan in welke map je de nummers wilt opslaan. Zodra je op CONFIGUREREN klikt, komt er een nieuw venster tevoorschijn. Ga via BLADEREN naar de gewenste map en bevestig met OK om deze opslaglocatie te selecteren. MediaMonkey plaatst elk geript album in een eigen submap. Sluit het venster met OK.

Met de huidige instellingen maakt het programma mp3’tjes. Je kunt desgewenst ook een ander audioformaat instellen. Klik dan eerst op MP3 en kies bijvoorbeeld WMA, WAV of FLAC. De twee laatstgenoemde bestandsformaten bieden over het algemeen een hogere audiokwaliteit. Daarentegen nemen de liedjes wel meer opslagruimte in beslag. Mp3 staat bekend om zijn acceptabele geluidskwaliteit en geringe bestandsomvang.

Bij sommige audioformaten kun je de kwaliteit aanpassen, zoals in het geval van ogg, wav, wma, aiff en flac. Klik dan achter de gekozen indeling op INSTELLINGEN. Een hogere waarde resulteert doorgaans in een betere geluidskwaliteit. Houd hierbij wel rekening met grotere bestanden en een langere ripduur. Maak een keuze en klik op OK. Bevestig nogmaals met OK om het ripproces te starten. Na afloop belanden de nummers vanzelf in de bibliotheek van MediaMonkey.

Bepaal in welke (sub)map je de geripte nummers wilt opslaan.

Tip 8 Schijfjes branden

De omgekeerde route werkt ook: niet rippen, maar brand een album naar een schijfje en speel deze cd vervolgens af op een cd-speler. Handig voor wie nog een klassieke audioset met goede speakers bezit. Overigens heb je voor dit klusje wel een (externe) cd-brander en leeg schijfje nodig.

Doe een beschrijfbare cd-r in de lade van de cd-brander. Je kunt hier normaal gesproken tachtig minuten muziek op kwijt. Klik nu met de rechtermuisknop op een albumhoes en kies Verzenden naar / Audio-CD (Branden). Belangrijk is dat in het kleine venster achter Schijf: de juiste cd-brander is geselecteerd. Klik op BRANDEN om het proces te starten. Na afloop hoor je een geluidssignaal en wordt de cd uitgeworpen. Overigens kun je deze opties eventueel uitvinken.

Je brandt desgewenst ook nummers van verschillende albums en artiesten op een cd. Het is dan handig om van jouw favoriete liedjes eerst even een afspeellijst te maken (zie tip 5). Je navigeert in het linkermenu daarna naar Afspeellijsten. Klik met de rechtermuisknop op de bewuste lijst en kies Verzenden naar / Audio-CD (Branden) / BRANDEN.

Brand een muziekalbum of afspeellijst eenvoudig naar een lege cd.

Muziek vanuit cloud

MediaMonkey kan ook muziek bij diverse clouddiensten ophalen. Deze optie is nuttig voor wie audiobestanden op een online server van een bekende aanbieder bewaart. Er is ondersteuning voor Microsoft OneDrive, Google Drive en Dropbox ingebakken.

Klik in de menubalk op Bestand / Bestanden herscannen/toevoegen. Ga via LOCATIE TOEVOEGEN naar Cloudopslag. Na het aanwijzen van de juiste aanbieder opent er een webpagina in de browser. Je dient MediaMonkey toegang tot jouw persoonlijke cloudomgeving te geven. Log zo nodig in en beslis of je het mediaprogramma wel of geen toegang geeft.

Klik in MediaMonkey op OK / NU SCANNEN om audiobestanden vanuit de cloud te importeren. Daarnaast bewaar je optioneel een kopie van de muziekbibliotheek op een online server. Gebruik hiervoor het tabblad Inhoud bibliotheek. Je kunt de koppeling tussen MediaMonkey en de clouddienst op elk moment weer verbreken.

Als je MediaMonkey toegang tot jouw Google Drive-omgeving geeft, voeg je audiobestanden vanuit de cloud toe.

Tip 9 Metadata wijzigen

Elk digitaal opgeslagen liedje bevat metadata. Dit noemt men ook wel tags. Hierin staan allerlei gegevens, zoals de artiest(en), de naam van het nummer en het uitgiftejaar. Het is belangrijk dat alles klopt, want MediaMonkey deelt op basis van deze informatie zijn bibliotheek in. Bovendien bevindt zich in de metadata ook een hoesafbeelding.

Met name bij gedownloade bestanden klopt de metadata soms niet. Gelukkig herstel je eenvoudig een foutje. Klik in MediaMonkey met de rechtermuisknop op het bewuste liedje en kies Eigenschappen. Er verschijnt een venster met verschillende kenmerken. Pas naar eigen inzicht een of meerdere velden aan. Bij Score laat je eventueel ook nog jouw waardering voor het nummer blijken. Kies tussen een waarde van één tot vijf sterren.

Bij het tabblad Details staan nog meer kenmerken van het liedje. Die kun je eveneens allemaal wijzigen. Verder voeg je via Songteksten vrijblijvend een complete liedtekst toe. Kijk tot slot ook nog even bij Illustraties, want je kunt hier zo nodig een andere albumhoes selecteren. Klik op OK om eventuele wijzigingen op te slaan.

Controleer in de Eigenschappen of het liedje aan de juiste albumhoes is gekoppeld.

Tip 10 Automatisch taggen

Het aanpassen van metadata heet ook wel het taggen van muziek. MediaMonkey heeft hiervoor een slimme functie, want het programma wijst op jouw verzoek automatisch de juiste metadata aan alle nummers van een album toe.

Klik met rechts op een muziekalbum en kies Auto-labelen. Het programma gaat nu op zoek naar de correcte gegevens. Hebben liedjes bijvoorbeeld geen titels, dan probeert de software deze via een zogenoemde audiovingerafdruk te achterhalen. Door de huidige audiodata met dat van een database te vergelijken, komt MediaMonkey de juiste tags op het spoor. Er wordt zo nodig ook een verse albumhoes opgehaald. Vink de nummers aan waarvan je de metadata wilt aanpassen en bevestig met LABELEN EN DOORGAAN.

Wijs in één klap correcte tags aan alle liedjes van een muziekalbum toe.

Tip 11 Mediaserver

Tijdens de installatie activeert MediaMonkey op de achtergrond een mediaserver. Het voordeel hiervan is dat je met andere apparaten in je thuisnetwerk de muziekbibliotheek kunt benaderen. Denk onder andere aan een geschikte smart-tv, netwerkreceiver, wifi-speaker en soundbar. Je speelt de nummers op deze apparaten af.

Open maar eens met de afstandsbediening de bronlijst van een smart-tv en kies MediaMonkey Bibliotheek. Daarachter staat waarschijnlijk ook nog de naam van jouw computer vermeld. Je dient deze televisie nu toegang tot de muziekbibliotheek te geven. Klik in MediaMonkey op JA. Zodra je de bibliotheek op de smart-tv vernieuwt, heb je toegang tot alle albums en afspeellijsten.

Stream de nummers over je thuisnetwerk naar andere apparaten, zoals een smart-tv.

MediaMonkey Gold

Er bestaat ook een betaalde Gold-versie van MediaMonkey. Die bevat nóg meer functies. Met name op het gebied van audio-cd’s rippen zijn er meer mogelijkheden. Zo stel je desgewenst een hogere geluidskwaliteit voor de gekopieerde nummers in. Een andere handige functie is dat je een ongelimiteerd aantal nummers tegelijk automatisch kunt taggen. Daarnaast bevat MediaMonkey Gold extra opties om liedjes te ordenen en over je eigen (thuis)netwerk te streamen. De betaalde versie kost ca. 39 euro. Je kunt voor ca. 97 euro ook een zogeheten lifetime-licentie aanschaffen.

Voor het gebruik van MediaMonkey Gold dien je een gebruikersnaam en licentiesleutel in te voeren.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Nieuw van L'OR: Barista Absolu – een koffiemachine die ook ijskoffie zet
© L'OR
Huis

Nieuw van L'OR: Barista Absolu – een koffiemachine die ook ijskoffie zet

IJskoffie is populairder dan ooit. Om in te spelen op die trend lanceert L'OR de Barista Absolu: een nieuwe koffiemachine die niet alleen warme, maar ook gekoelde koffie zet. Samen met de speciale capsules zet je er thuis gewoon zelf een goede ijskoffie mee – mét smaak en cremalaag.

Gekoelde koffie met één druk op de knop

De Barista Absolu is de eerste koffiemachine van L'OR die speciaal is ontworpen met ijskoffie in gedachten. Een opvallend detail is de knop 'Enjoy Over Ice'. Die activeert een langzamere, zachte extractie van de koffie, zodat de smaken behouden blijven en niet verwateren door het ijs. Voeg zelf ijsklontjes toe aan het glas en je krijgt een koude koffie met een volle cremalaag en een verfrissende smaak.

Wie liever iets romigs of zoets drinkt, kan de basis eenvoudig aanvullen met melk, siroop of slagroom. Ook warme koffievarianten zijn mogelijk: van ristretto en espresso tot lungo of twee koppen tegelijk. Dankzij 19 bar pompdruk en geavanceerde extractietechnologie belooft de machine koffie met de intensiteit van een barista.

©L'OR

Tot 18 koffievariaties

De L'OR Barista Absolu is geschikt voor zowel standaard- als XXL-capsules van L'OR, waarmee je tot 18 verschillende koffievariaties kunt bereiden. Met de knop 'Intensity Boost' verhoog je de extractieduur voor een krachtiger kopje. De machine is beschikbaar in zwart, wit en grijs, met een adviesprijs van 129 euro.


Ook nieuw: zomerse (ijs)koffiesmaken

Speciaal voor de zomer introduceert L'OR twee nieuwe capsules, speciaal voor ijskoffie: 🥥 Coconut Iced Een zachte koffie met kokossmaak, bedoeld om koud te serveren. De blend is gemaakt van 100% gecertificeerde koffie (Common Grounds) en zit in recycleerbare capsules. Geschikt voor zowel L'OR Barista- als Nespresso-machines. 🧊 Iced Coffee XXL Een capsule met dubbele inhoud voor grotere ijskoffies. De smaak is krachtig en fris, en ideaal als basis voor recepten met ijsblokjes, melk of siroop.