ID.nl logo
Dit moet je weten over mesh wifi
© Reshift Digital
Huis

Dit moet je weten over mesh wifi

Je wifi thuis moet beter, maar hoe? Vroeger kocht je een betere router, een repeater, of ging je met powerline aan de slag. Vandaag de dag zijn vooral mesh wifi-systemen een opmars aan het maken. Niet vreemd, want het zijn capabele, veelal stabiele wifi oplossingen waarbij je de grootste uitdaging niet aan hoeft te gaan: kabels trekken. Vervolgens krijg je een groter bereik, hogere snelheden en kan je ook door je huis roamen zonder onderbrekingen. In dit artikel helpen we jou tot de beste mesh oplossing voor jouw huis te komen.

Tip 01: Bereik

De eerste vraag die je dient te beantwoorden is veelal de meest eenvoudige: hoe is het huidige bereik van jouw wifi in huis? Aan de hand daarvan moet je besluiten of je een mesh wifi systeemkoopt met twee, drie, of zelfs meer nodes, soms ook satellieten of access points genoemd.

Een enkele instap mesh node is normaliter minimaal even krachtig als de modem die je van je provider krijgt, een high-end mesh node krachtiger. Is je huidige bereik redelijk, maar heb je bijvoorbeeld net moeite om de zolder, kelder of ander hoekje in huis te bereiken? Dan ben je meestal prima af met een betaalbare mesh systeem bestaande uit twee nodes, verderop bespreken we daar een voorbeeld van. Eén node komt op de plek waar je router staat, de ander stel je op in de richting van waar de problemen zijn en die functioneert vervolgens als bereik-uitbreider.

Zijn de problemen met je netwerk groter, dan wil je meer uitgeven voor meer en sterkere nodes. Een mesh systeem met drie nodes is de uitkomst als je vanaf de plek waar je router nu staat in twee richtingen wilt versterken, zo kan de derde node gebruikt worden om bijvoorbeeld het bereik achterin de tuin te verbeteren (let wel op: waterdicht zijn de meeste niet!)

Krachtigere nodes hebben meerdere voordelen, maar een groter bereik is daar wel één van. Merk je dat het bereik wordt beperkt door een zware steunmuur of dik plafond, dan doe je er verstandig aan om niet alleen een extra node te pakken, maar ook een wat krachtigere uitvoering. Ook hier bespreken we verderop voorbeelden van.

Tip 02: Capaciteit

Mesh-systemen kan je ruwweg in twee categorieën opdelen. Dual-band en tri-band oplossingen. Tri-band mesh-systemen kenmerken zich door een extra draadloos netwerk ingebouwd te hebben die enkel de taak heeft om de onderlinge communicatie tussen de nodes af te handelen, dit heet een ‘dedicated backhaul’ en geeft fundamenteel veel betere prestaties.

Dual-band oplossingen, te herkennen aan AC1200, AC1300 en AC1750 labels, dienen vooral om het bereik van je netwerk te vergroten maar kennen door de afwezigheid van deze backhaul een beperkte capaciteit. Ga je met meerdere intensieve internetgebruikers op de verschillende nodes werken dan vraag je om problemen. Dual-band-systemen zijn daarom vooral geschikt als een betaalbare oplossing voor huishoudens die wel willen profiteren van beter bereik, maar met slechts een beperkt aantal draadloze apparaten tegelijk werkt.

Wil je met het hele gezin op verschillende plekken in huis werken, dan kijk je naar minimaal een AC2200 klasse Tri-band systeem. Met de hogere capaciteit is het prima mogelijk dat één gebruiker wat download, de ander Netflix in 4K aan het streamen is, en dat de Fortnite gamer op Zolder niet hoeft te klagen over een haperende verbinding.

Tip 03: Toch een draadje?

Het idee achter mesh-systemen is dat je geen (netwerk)kabels hoeft te trekken in huis, en dat is ook zeker geen vereiste. Ze hebben wel stroom nodig, maar dat is het enige wat daadwerkelijk vereist is. Maar mocht je toevallig een deel van je huis wel reeds bekabeld hebben dan kunnen sommige mesh-systemen daar wel degelijk van profiteren.

Door een mesh systeem met een bedrade backhaul te kiezen (op de productpagina vaak herkenbaar als wired backhaul, of wired dedicated backhaul optie) kan de aanwezige bekabeling het draadloze mesh netwerk voor een groot deel ontlasten. Met een set met bedrade backhaul kan de onderlinge communicatie tussen de nodes volledig bedraad lopen, of de belasting verdeeld worden tussen de draad en de draadloze capaciteit. Dat levert in de praktisch een enorme winst op.

Het is prima mogelijk om een deel van je nodes te bekabelen, en een ander deel draadloos in te zetten. Omdat mesh-systemen een stuk slimmer en flexibeler zijn dan traditionele routers pakken ze zelf de weg van de minste weerstand. Zo kan je één van je nodes bijvoorbeeld ergens bedraad plaatsen voor een grote capaciteit op een druk stukje van je huis, en één node als draadloze brug naar een kamertje waar de wifi momenteel helemaal niet reikt.

©PXimport

Draden trekken is niet nodig, maar reeds aanwezige bekabeling kan wel worden gebruikt

-

Tip 04: Gebruiks gemak versus extra features

Mesh-systemen zijn inherent ontworpen voor consumenten. Gewoon goed wifi is tenslotte een wens van iedereen, of vandaag de dag praktisch een basisbehoefte. Installatie- en gebruiksgemak is dan ook een primaire focus bij praktisch elke fabrikant van mesh-systemen. Waar je vroeger met een nieuwe router zelf met IP adressen en instellingen moest knutselen bieden de meeste mesh oplossingen een dermate eenvoudige installatie dat zelfs een complete tech-leek het kan doen.

Bijna alle mesh-systemen zijn simpelweg met een App te installeren zonder dat er een computer aan te pas komt. Je telefoon maakt dan via Bluetooth verbinding met je router. Je beantwoord vervolgens wat eenvoudige vragen zoals hoe je wifi netwerk moet heten, welk wachtwoord je wilt, en of je een gastnetwerk wilt, en voor de rest valt het systeem je niet lastig en kan je genieten van je betere wifi.

In die bijbehorende app kan je vaak wel wat fundamentele zaken aanpassen, zo biedt praktisch elke fabrikant wel wat beheersopties voor ouders aan (o.a. sites blokkeren, wifi-uit tijden instellen). Deze aanwezige features worden ook altijd eenvoudig gepresenteerd waardoor wederom geen eerdere kennis nodig is.

Wat je dus niet hoeft te doen is zorgen maken over het feit of je deze producten zelf wel kan installeren, enkel wat uitzonderingen met een specifieke doelgroep kunnen wat complexer zijn.

Maar gevolg van die lage drempel is lang niet elke mesh oplossing geschikt voor prosumers die wel graag wat instellingen tweaken. Zo is het geen gegeven dat je zelf port forwardings in kan instellen of je eigen VPN op kan zetten. Heb jij wel wensen die verder gaan dan “gewoon goed wifi”, zoek dan een mesh systeem met een uitgebreide web interface. Via die web interface heb je als veeleisende gebruiker dan toegang tot typische geavanceerde routerfeatures.

©PXimport

Tip 05: Slim Netwerk?

Maak je ook gebruik van slimme apparatuur in huis? Dan kan het de moeite zijn je mesh oplossing aan je bestaande spullen aan te passen. Dankzij de toenemende populariteit van deze IoT (Internet-of-Things) devices bieden meerdere mesh oplossingen ook een secundair netwerk aan voor je smart devices. Google wifi en sommige Netgear Orbi en TP-Link Deco oplossingen hebben bijvoorbeeld een Zigbee netwerk aan boord.

Door Zigbee in je mesh nodes te integreren heb je dan een dekkend Zigbee netwerk in huis voor je slimme lampen of andere sensoren.

Tip 06: Design en positionering

De consumenten focus van mesh wifi zien we ook terug in het design. Waar de typische router bestaat uit glimmend zwart plastic met externe antennes, mogelijk met wat knalrode details om een gaming smaakje toe te voegen, zijn de meeste mesh-systemen een stukje eleganter: wit, geen externe antennes, en bij de meeste producten is er wat tijd en moeite gestoken in een design. Het gevolg is dat de meeste chic ogen en vooral makkelijker te verkopen is in een typisch huishouden met een gezonde weerstand tegen een grote, lelijke router in het zicht.

De reden dat het design iets is om over na te denken is dat de prestaties staan of vallen met de positionering van elke node. Een node in de meterkast verstoppen of onder de verwarming en achter de bank wegdrukken is een uitstekende manier om je prestaties significant te verminderen. Een positie vrij en in het zicht, iets van de muur af, maakt een wereld van verschil, en dus wil je een mesh oplossing die ook aantrekkelijk oogt.

Gelukkig zijn de meesten mesh-systemen redelijk presentabel, maar hou er wel rekening mee dat sommige nodes flink aan de maat zijn en dus zichtbaar zijn in huis. Zeker high-end mesh oplossingen zijn dankzij een groter aantal antennes, plus grotere antennes, flinke torens. De Netgear Orbi RBK50 is daar een goed voorbeeld van, maar onthoud wel: je krijgt daar wel weer prestaties voor terug.

©PXimport

Tip 07: Nu kopen? Of toch even wachten?

Mesh-systemen zijn inmiddels zo’n 3 jaar aanwezig op de markt, en vandaag de dag kunnen we het gerust een volwassen technologie noemen. Ze zijn in de regel stabieler dan een typische modem-router, en er zijn feitelijk geen breekpunten waarvoor we zouden zeggen dat je vandaag de dag geen mesh moet overwegen.

Op één na zijn alle huidige mesh oplossingen echter wifi 5, terwijl de nieuwe wifi 6 standaard al bestaat en er zelfs (prijzige) wifi 6 routers op de markt zijn. Wifi 6 brengt naast iets hogere snelheden ook wat fundamentele verbeteringen met zich mee, bijvoorbeeld in hoe een router of mesh node met meerdere gelijktijdige gebruikers om gaat. In theorie zouden we dus graag een Wifi 6 mesh Systeem zien. De enige die tot nu toe is uitgebracht is de ASUS AX6100, maar die is zowel extreem prijzig als niet zonder zijn eigen inherente nadelen. De vraag is dan ook: wanneer wordt Wifi 6 mesh zowel toegankelijk als betaalbaar.

Een glazen bol hebben we echter niet, en er is altijd wel een nieuw, beter product als je maar lang genoeg wacht. Als je geen haast hebt kan het geen kwaad nog even te wachten, maar als je nu met Wifi problemen kampt zien we ook zeker geen reden om nu niet in de huidige mesh producten in te stappen.

©PXimport

Tip 08: Aansluiten op je bestaande netwerk

De meeste lezers zullen mesh wifi-systemen als een complete oplossing zien, het enige systeem in huis die je van een draadloos netwerk voorziet, en andere hardware zoals bijvoorbeeld je providermodem doen niets anders dan als brug functioneren naar de buitenwereld. Is je enige doelstelling om een beter draadloos netwerk in huis te halen hoef je ook niet stil te staan bij wat je nu reeds hebt, en in hoeverre je daar nog iets mee wilt doen.

Desondanks bevatten sommige mesh wifi-systemen een AP of access point modus. Hiermee functioneert je mesh wifi systeem weliswaar als complete set draadloze toegangspunten in huis, maar kan je de volledige functionaliteit van je eigen (luxe) router behouden. Een high-end router met een extreme feature-set kan een fijne basis van je netwerk zijn als je bijvoorbeeld vergaande wensen hebt wat betreft beheer of beveiliging, en een mesh wifi systeem met AP modus kan dan een goede aanvulling daarop zijn waar een systeem zonder AP modus niet fijn samen zal werken.

In sommige specifieke gevallen hoef je ook geen complete mesh oplossing te kopen, maar kan je met eenvoudige mesh uitbreidingen aan de slag. Bezitters van AVM FRITZ!Box routers kunnen bijvoorbeeld met behulp van een FRITZ!Repeater 1750E of 3000 hun bestaande netwerk met mesh functionaliteit uitbouwen. Zo behoudt je de volledige functionaliteit van je uitgebreide router, maar profiteer je ook van het betere bereik, de prestaties en het eenvoudig roamen van een mesh netwerk. Daarbij bespaart het ook kosten, je vervangt je hoofdrouter tenslotte niet.

Mocht je reeds een high-end ASUS router bezitten kan je ook een mesh netwerk bouwen door simpelweg een andere (AImesh compatible) ASUS router aan te schaffen, Tri-band bij voorkeur. Dit vereist wel enige affiniteit met routers en is niet goedkoop, maar dat is ook de doelgroep van die producten. Tenzij je precies weet wat je wilt zouden we echter adviseren om simpelweg voor een mesh Systeem met AP modus te kiezen; dan krijg je veel meer nodes voor minder geld.

©PXimport

Kooptips

Heb je na het lezen van deze checklist hulp nodig met het maken van je keuze? We raden je vier mesh-systemen aan, voor vier verschillende doeleinden.

Instap mesh: TP-Link Deco M4

Prijs: € 99 (2 nodes) - € 149 (3 nodes) TP-Link’s Deco M4 en M5 behoren consistent tot de best presterende AC1200-AC1300 klasse mesh-systemen die we hebben getest. Het zijn daarmee wel dual-band-systemen en ze hebben niet de extreme capaciteit die een actief internettend gezin dient te zoeken, maar voor 99 (2 nodes) of 149 euro (3 nodes) is het de ongeslagen oplossing om voor weinig geld toch een hele ruime dekking in huis op te zetten.

©PXimport

Mesh voor het hele gezin: Netgear Orbi RBK23

Prijs: € 229,– (3 nodes) De Netgear Orbi RBK23 is zowel één van de betere AC2200 mesh-systemen als één van de meer betaalbare. AC2200 betekent dat het een Tri-Band systeem is met voldoende capaciteit voor een groter aantal actieve gebruikers, en met drie nodes kan je ook in een groot huis een ruim bereik halen.

Mesh met Zigbee: TP-Link Deco M9+

Prijs: € 299,– (3 nodes) TP-Link’s Deco M9+ is de directe concurrent van de Orbi RBK23. Snel, goed bereik, hoge capaciteit. De huidige meerprijs van 70 euro weegt echter niet op tegen de bescheiden prestatiewinst, 20 euro klinkt redelijker, echter de aanwezigheid van een Zigbee netwerk maakt deze Deco wel interessanter voor mesh kopers die ook een Zigbee netwerk willen hebben om zo slimme devices in en rond het huis te kunnen gebruiken.

©PXimport

Ultieme mesh: Netgear Orbi RBK50

Prijs: € 299,– (2 nodes) Je merkt het al, TP-Link en Netgear doen de beste zaken momenteel met hun mesh oplossingen met consistent de betere prestaties. De ultieme mesh oplossing is echter van Netgear, de Orbi RBK50 waar je 299 euro kwijt bent aan twee nodes. Daarmee verlies je wat flexibiliteit van de sets van 3, maar krijg je wel de mesh oplossing met de sterkste backhaul op de markt. Wil je gewoon een ijzersterk signaal één kant op sturen is dit de beste oplossing

©PXimport

▼ Volgende artikel
AI: handig, maar hoe zit het met de schaduwkanten?
© khunkornStudio - stock.adobe.com
Huis

AI: handig, maar hoe zit het met de schaduwkanten?

AI is inmiddels doorgedrongen tot in bijna elk digitaal domein. Van vertaaltools en chatbots tot beeldmakers en medische toepassingen. Veel gebruikers vinden AI handig, efficiënt en zelfs creatief. Toch brengt deze evolutie ook minder zichtbare risico's met zich mee, op persoonlijk, maatschappelijk en ecologisch vlak.

Dit artikel in het kort

AI zit inmiddels in bijna elke digitale dienst, maar de gevolgen daarvan zijn minder zichtbaar. In dit artikel lees je welke risico's daarbij horen, van hallucinaties en bias tot privacy, milieubelasting en de groei van synthetische media. Ook komen juridische vragen, economische verschuivingen en de grens tussen mens en machine aan bod. Je krijgt een breed overzicht van de belangrijkste risicozones en wat deze ontwikkelingen betekenen voor de samenleving.

Disclaimer:Het AI-domein verandert snel. De gegevens en cijfers in dit artikel zijn gebaseerd op de situatie tot Q3 2025; latere ontwikkelingen kunnen afwijken.

Lees ook: Artifical general intelligence: AI wordt slimmer én menselijker

AI is inmiddels doorgedrongen tot in bijna elk digitaal domein. Van vertaaltools en chatbots tot beeldmakers en medische toepassingen. Veel gebruikers vinden AI handig, efficiënt en zelfs creatief. Toch brengt deze evolutie ook minder zichtbare risico's met zich mee, op persoonlijk, maatschappelijk en ecologisch vlak.

In dit artikel bekijken we verschillende AI-risicozones. Wat is bijvoorbeeld de milieu-impact van AI? Hoe betrouwbaar zijn de antwoorden van chatbots? Wat als synthetische media (alles wat met AI wordt gemaakt) niet meer van echt te onderscheiden zijn? En hoe beïnvloeden AI-systemen onze economie, privacy en ons denkvermogen? De grens tussen mens en machine vervaagt.

Dit artikel is bedoeld voor wie voorbij de hype wil kijken en wil begrijpen wat er op het spel staat. Elk onderdeel behandelt een specifiek risico, met voorbeelden en toepassingen. Zo krijg je een goed beeld van de schaduwkanten van AI. Niet om de technologie af te wijzen, maar om er bewuster en verantwoordelijker mee om te gaan.

Als je de schaduwkanten ervan kent, kun je AI verantwoordelijker inzetten.

Ecologische voetafdruk

Hoewel AI vaak als iets immaterieels en 'in de cloud' wordt voorgesteld, is de milieu-impact allesbehalve onzichtbaar. De menselijke hersenen verbruiken continu ongeveer 20 watt, vergelijkbaar met een gloeilampje. Daarmee worden 86 miljard neuronen en duizenden synapsen per neuron gevoed.

Grote taalmodellen als GPT of Gemini vragen daarentegen enorm veel rekenkracht. De trainingsfase kan duizenden MWh vereisen en miljoenen liters water voor koeling, afhankelijk van het datacenter en de gebruikte hardware. Ook het gebruik (inferentie) is belastend: elke prompt/antwoord-interactie bij modellen uit deze klasse vraagt energie en koeling aan de serverzijde.

AI heeft dus een stevige ecologische voetafdruk. Tegelijk worden oplossingen ontwikkeld, zoals restwarmtehergebruik, luchtkoeling in plaats van waterkoeling, meer hernieuwbare energie en efficiëntere modellen. Denk aan compacte taalmodellen, zoals TinyML, quantisatietechnieken (kleinere getallen en minder geheugen) en lokaal draaiende AI's (edge AI).

©(c) Wikipedia, CC BY-SA

Microsoft heropent de nucleaire site Three Mile Island voor AI-datacenters.

(c) Wikipedia, CC BY-SA

Hallucinaties

AI-chatbots doen de gebruiker graag een plezier. Daarbij zijn ze opvallend overtuigend, ook wanneer ze onzin produceren, oftewel wanneer ze hallucineren.

Hallucinaties kunnen ernstige gevolgen hebben, bijvoorbeeld wanneer juristen verwijzen naar niet-bestaande wetsartikelen of wanneer medische informatie klakkeloos wordt overgenomen. Controleer gevoelige informatie daarom altijd via meerdere bronnen. Doe dit zeker bij gevoelige of complexe thema's. Weet ook dat AI-modellen zich vaak verontschuldigen als je teruggeeft dat er een fout is gemaakt. Vervolgens herhalen ze zich doodleuk.

Hallucinaties zijn hardnekkiger bij fenomenen als data- en conceptdrift. Bij het eerste herkent het model je eigen input minder goed doordat de vorm afwijkt van de trainingsinput. Bij het tweede is de inputvorm hetzelfde gebleven, maar is de betekenis inmiddels veranderd. Meer weten over datadrift en conceptdrift.

Verder kan het model te veel details uit trainingsdata opnemen en zo irrelevante informatie meenemen (overfitting). Of omgekeerd: onvoldoende zinvolle data gebruiken (underfitting). Ook deze fenomenen kunnen het hallucineren versterken.

Hallucinatie door drifting: AI-modellen houden de werkelijkheid niet altijd even actief bij.

Wat is hallucineren?

Hallucineren is het moment waarop een AI-model met grote zekerheid iets vertelt dat niet klopt. Het systeem voorspelt woorden op basis van eerder waargenomen patronen en heeft geen inzicht in feiten of logica. Daardoor kan het wetsartikelen verzinnen, namen bedenken of cijfers opleveren die nergens op zijn gebaseerd. Dit gebeurt sneller bij complexe vragen of wanneer de context ontbreekt. Het is dus geen "zien" of "horen", maar simpelweg foutieve tekstproductie die overtuigend klinkt.

Bias en manipulatie

AI-modellen krijgen enorme datahoeveelheden van het internet als input. Deze zijn zelden neutraal, waardoor vooroordelen of een westers wereldbeeld in het leerproces sluipen. Dat zorgt voor vertekening of bias (vooringenomenheid). AI-modellen kunnen bijvoorbeeld vrouwen aan zorgberoepen linken en mannen aan leidinggevende functies, of etnische groepen benadelen bij risicobeoordelingen.

Bias is niet alleen maatschappelijk, maar ook technisch. Een model leert niet alleen wat er ín de data staat, maar ook hoe die data zijn verdeeld. Als een bepaalde bron oververtegenwoordigd is, of als een schrijfstijl vaker voorkomt, dan krijgt dat automatisch meer gewicht. De architectuur en trainingsmethode versterken die patronen. Daardoor kunnen antwoorden die objectief lijken toch subtiel een voorkeur bevatten.

Interessant is ook dat onderzoekers political compass-testvragen voorlegden aan grote AI-taalmodellen (LLM's). De conclusie: zowat alle LLM's situeren zich in het links-economische, sociaal-libertaire kwadrant. Besef dat ook deze testvragen een vooroordeel (kunnen) bevatten, wat aantoont hoe moeilijk het is bias correct te beoordelen.

Nog problematischer wordt het bij manipulatie, wanneer deze bias opzettelijk in het model zit. Denk aan AI-toepassingen in advertenties die inspelen op angsten of overtuigingen. Algoritmische sturing kan bovendien gemakkelijk tot gelijkgezinde groepen (echo chambers) en polarisering leiden.

Omdat AI-modellen zo complex zijn, is vaak onduidelijk hoe de output tot stand komt (de black box). Dit vergroot de transparantiebehoefte en verklaart waarom veel wetenschappers pleiten voor explainable AI, of LLM's en AI-algoritmen opensource willen maken.

De meeste LLM's bevinden zich in het links-libertaire kwadrant. Wij testen het hier zelf met GPT-4o en DeepSeek.

Synthetische media

De term synthetische media verwijst naar beelden, audio of tekst die volledig of deels AI-gegenereerd zijn. Denk aan deepfakes, nagebootste stemmen of automatisch gegenereerde nieuwsartikelen. Zulke toepassingen lijken creatief en handig, je maakt bijvoorbeeld een marketingvideo zonder camera of acteurs, maar de keerzijde is zorgwekkend.

Deepfakes kunnen personen dingen laten zeggen die zo zijn uitgesproken. Andersom kunnen echte beelden als deepfake worden afgedaan, ook wel 'the liar's dividend' genoemd. Deepnudes (gefingeerde naaktbeelden) kunnen dan weer gebruikt worden voor wraakporno.

Deze technologieën maken ook nepnieuws: desinformatie waarbij feiten doelbewust worden verdraaid. Dit tast het vertrouwen in communicatie en bewijsvoering aan en doet steeds meer mensen geloven in de maakbaarheid van de realiteit. Wat echt is, hangt vooral af van hoe je deze zelf vormgeeft. Feit en fictie raken verstrengeld, waardoor we belanden bij concepten als alternate truth en postrealiteit. Daarin wegen perceptie, gevoel en overtuiging zwaarder dan feiten. Synthetische media vragen daarom niet alleen om kritische blik, maar mogelijk ook om watermerken en regulering.

Donald J. Trump: van deepfake naar alternate truth.

Zelfbevlekking

AI-modellen gebruiken vrijwel alle beschikbare internetbronnen als trainingsmateriaal. Omdat generatieve AI zelf steeds meer online content produceert, gebruiken modellen ook hun eigen output opnieuw. Zo ontstaat een zichzelf versterkende kringloop waarbij AI zich voedt met AI-gegenereerde inhoud. Deze vorm van zelfbevlekking verhoogt het risico op kwaliteitsverlies in digitale content, ook wel slop of enshittification genoemd.

AI genereert output namelijk op basis van patronen, niet vanuit betekenis of intentie. Als deze patronen ook nog eens uit andere AI-bronnen komen, ontstaat een neerwaartse spiraal met nauwelijks nuancering en steeds herhaalde ideeën. Hierdoor verhoogt ook het risico op hallucinaties en bias en de mens raakt out-of-the-loop. Op termijn dreigt model collapse: AI-modellen worden minder intelligent naarmate ze vaker op eigen output trainen.

Sommigen spreken van een zombie-internet. Zo blijkt inmiddels al zeker vijf procent van de nieuwe Engelstalige Wikipedia-inhoud AI-gegenereerd te zijn. Bovendien nemen mensen typische AI-taal, met herkenbare woordkeuzes, steeds vaker over. Om deze dynamiek te doorbreken, moeten menselijke input en creativiteit centraal blijven staan in het AI-trainingsproces.

Dit boek werd volledig door AI gegenereerd en stond een tijdlang te koop bij Bol en Amazon (let op de auteursnaam).

Auteursrecht

AI roept fundamentele vragen op rond auteursrecht. Modellen worden getraind op grote hoeveelheden tekst, beeld en audio zonder dat makers altijd toestemming hebben gegeven. Dit leidt tot discussies over schending van auteursrecht.

Er lopen inmiddels meerdere rechtszaken tegen AI-bedrijven. Het gaat onder meer om claims rond ongeoorloofd gebruik van beschermde werken voor training en ongewenste herhaling van fragmenten in AI-output. Bedrijven worden daardoor steeds bewuster van licenties, databescherming en toestemmingseisen.

De VS en Europa hanteren verschillende juridische kaders. In de VS wordt soms gesproken van 'fair use' bij transformatief gebruik, terwijl Europa zich baseert op strengere richtlijnen en opt-out-mechanismen via het TDM-AI-protocol.

AI-output roept ook andere auteursrechtelijke vragen op. Wie is bijvoorbeeld de auteur van een AI-tekening? Is dat de modelontwikkelaar, de gebruiker of niemand? AI kan ook onbedoeld tekst- of beeldfragmenten uit het trainingsmateriaal overnemen, met mogelijk plagiaat. Er bestaat dus een juridische grijze zone en er is behoefte aan duidelijke regelgeving, aangepast aan de AI-evoluties.

Ook een specifieke stijl kopiëren, zoals die van de Japanse Ghibli-studio, is mogelijk een schending van het auteursrecht.

Privacy

AI kan verder een bedreiging voor onze privacy vormen. In China zie je dit scherp: gezichtsherkenning en camera's ondersteunen er een sociaal kredietsysteem. Burgers worden continu gevolgd. Wie een overtreding begaat, riskeert sancties.

Ook in het Westen ontstaan zorgwekkende trends. Het Amerikaanse bedrijf Clearview AI bijvoorbeeld bouwt een databank met miljarden gezichten, geplukt uit sociale media en websites, zonder toestemming van de betrokkenen. Beveiligingsbedrijven gebruiken deze beelden om burgers te identificeren, nagenoeg zonder controle.

Een bijkomend gevaar is dat je zelf te veel prijsgeeft. Steeds meer AI-tools gebruiken bijvoorbeeld Retrieval-Augmented Generation (RAG), waarbij je eigen of andere data kunt uploaden voor betere antwoorden. Maar wie garandeert dat deze informatie niet elders wordt opgeslagen of hergebruikt?

Daarnaast ondermijnt AI je informatievrijheid via filterbubbels. Algoritmen tonen vooral inhoud die aansluit bij eerdere voorkeuren, waardoor je blik vernauwt en confirmation bias toeneemt: je vertrouwt vooral informatie die je bestaande overtuiging bevestigt. Gecombineerd met micro-targeting, waarbij je gericht wordt beïnvloed met politieke of commerciële boodschappen, ontstaan risico's op manipulatie.

AI met RAG: hoe worden je geüploade data gebruikt, zoals bij de populaire Google NotebookLM.

Geestelijke ontwikkeling

Steeds meer AI-tools nemen cognitieve taken over: ideeën bedenken, teksten samenvatten of wiskundeproblemen oplossen. Dit is handig, maar geeft ook risico's. Als je brein weinig wordt uitgedaagd, komt je mentale ontwikkeling in het gedrang.

Vooral jongeren (digital natives) zijn kwetsbaar. Schoolopdrachten worden sneller aan AI-bots uitbesteed dan zelf uitgewerkt. Daardoor oefenen ze minder op formulering, redenering en foutcorrectie, wat juist belangrijk is voor de intellectuele groei.

Dit daagt ook het onderwijs uit, bijvoorbeeld wat betreft lesmethodes. Mogelijk biedt een aanpak als flip the classroom enig soelaas: leerlingen bereiden thuis (met hulp van AI) de leerstof voor en in de klas worden samen oefeningen gemaakt en besproken.

Bovendien zijn AI-antwoorden vaak vlot geschreven, maar missen ze nuance of tegenstrijdige ideeën. Wie zijn denkproces voortdurend daaraan spiegelt, loopt het risico op vervlakking van mening en expressie.

AI-bots creëren ook onrealistische sociale verwachtingen. Ze zijn vaak opvallend geduldig en meegaand, wat mensen minder sociaal vaardig kan maken. Sommigen raken meer sociaal geïsoleerd of ontwikkelen parasociale relaties met bots als Replika en CharacterAI.

AI-bots als Character.ai komen erg empathisch over en sommige mensen ontwikkelen zelfs parasociale relaties.

Politiek en economie

AI dreigt ook de politiek-economische verhoudingen grondig te herschikken. Waar staten traditioneel economische groei sturen via beleidsinstrumenten (Keynesiaans model), nemen Big Tech-giganten het steeds meer over. Overheden worden afhankelijker van deze bedrijven, wat machtsasymmetrie versterkt. Er zijn al duidelijke tekenen van deregulatie: regels worden versoepeld om innovatie aan te trekken.

Ook op microniveau is de impact zichtbaar. Ontwikkelingen (zoals agentic AI) kunnen de economie en de productiviteit stimuleren en er ontstaan ook nieuwe functies, zoals prompt engineers, AI-ethici en data-curatoren. Maar helaas gaat het voornamelijk om laagbetaalde ghost workers die AI-modellen helpen trainen. Daarnaast veranderen veel jobs inhoudelijk, zoals in administratie, marketing, financiën en juridische diensten. Andere functies zullen ongetwijfeld verdwijnen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat bijvoorbeeld vertalers, copywriters, klantenservicemedewerkers, boekhoudassistenten en junior programmeurs zich ernstig zorgen maken.

AI zal daarnaast ongetwijfeld ook de internationale machtsverhoudingen beïnvloeden. Geopolitieke spelers als de VS en China dreigen met hun AI-overmacht nog dominanter te worden, ten koste van andere (supra)nationale entiteiten. Is Europa hier een goed voorbeeld van?

Projectie van een wereldwijd banenverlies in miljoenen over de komende jaren.

Bron: World Economic Forum.

Veiligheid

Vooralsnog kwamen vooral risico's aan bod die niet per se bedoeld of gewild zijn, maar er zijn ook partijen die bewust de destructieve kracht van AI inzetten. Zo worden cyberaanvallen steeds geavanceerder. Aanvallers gebruiken zelflerende algoritmen om netwerken te exploiteren. Er bestaan AI-tools die phishingmails opstellen, perfect afgestemd op het slachtofferprofiel.

Ook maatschappelijke structuren staan onder druk. Een AI die (via sociale media) nepnieuws verspreidt over bijvoorbeeld verkiezingen, kan wijdverspreide onrust veroorzaken. Door hun schaal en snelheid kunnen AI-systemen hele informatienetwerken ontregelen, zonder aanwijsbare dader.

Daarnaast loert het gevaar van verkeerde afstemming (misalignment): een AI die geen kwaad wil, maar schade aanricht omdat het doel fout werd geformuleerd. Denk aan een AI die waterverbruik wil beperken en daarom irrigatiesystemen stillegt.

Militaire toepassingen zijn er uiteraard ook. Autonome drones en zelflerende wapensystemen worden volop ontwikkeld. Grote spelers zijn bijvoorbeeld het Amerikaanse Anduril (AI-drones)en Palantir (militaire AI-software). Tekenend is dat een oprichter een ultranationalistisch manifest publiceerde waarin hij stelt dat de VS absoluut de AI-oorlog moet winnen.

Anduril Fury: nieuwe AI-drone (AAV, Autonomous Air Vehicle).

Cyborgisering

Misschien wel het grootste gevaar van AI dringt langzaam en ongemerkt ons leven binnen: cyborgisering. Dit is het vervagen van de grens tussen mens en de machine. Denk aan avatars die levensecht reageren, digitale dubbelgangers van echte personen of AI-influencers met miljoenen volgers. Daardoor wordt het steeds moeilijker om te onderscheiden waar de mens stopt en de machine begint.

Nieuwe categorieën digitale wezens duiken op, zoals virtuele klantenadviseurs, AI-therapeuten en synthetische gezelschapsdieren. Een Spaanse vrouw trouwde zelfs met een AI-hologram.

Op termijn ontstaat er een samenleving waarin mensen voortdurend zijn verbonden met AI, via brillen, lenzen, implantaten of herseninterfaces (denk aan Neuralink van Elon Musk: AI-in-the-human). Technieken als de Turingtest of Winograd-challenge volstaan al lang niet meer om mens van machine te onderscheiden. Daardoor komen autonomie en authenticiteit steeds meer onder druk te staan.

Cyborgisering roept fundamentele vragen op. In hoeverre blijven we menselijk? Wellicht is niet iedereen een transhumanist zoals Ray Kurzweil, die reikhalzend uitkijkt naar de singulariteit: het moment waarop AI slimmer wordt dan de mens.

Taxonomie van de digitale mens: een sluipend gevaar?

Dingen leren zónder AI?

Zo deden we dat vroeger
▼ Volgende artikel
Stortvloed aan nepkortingen in aanloop naar Black Friday
Huis

Stortvloed aan nepkortingen in aanloop naar Black Friday

Black Friday staat weer voor de deur en dat betekent dat je overspoeld wordt met aanbiedingen. Maar let goed op voordat je op de bestelknop drukt: uit onderzoek van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) blijkt dat veel van deze 'megadeals' in werkelijkheid misleidend zijn. Driekwart van de onderzochte winkels houdt zich niet aan de regels.

De toezichthouder nam 24 grote webshops en fysieke winkels onder de loep. De conclusie is schokkend: maar liefst 18 van de 24 winkels gaan de fout in met hun kortingsacties.

Sjoemelen met de 'van-prijs'

De grootste valkuil voor consumenten zit hem in de zogenoemde 'van-prijs'. Wettelijk is vastgelegd dat de doorgestreepte prijs (waar de korting vanaf gaat) de laagste prijs moet zijn die de winkel in de afgelopen 30 dagen heeft gerekend.

In de praktijk lappen veel winkeliers deze regel aan hun laars. Ze baseren de korting bijvoorbeeld op de (vaak veel hogere) adviesprijs, of een oude prijs van maanden geleden. Hierdoor lijkt het alsof je een enorme korting pakt, terwijl je in werkelijkheid soms nauwelijks goedkoper – of zelfs duurder – uit bent.

Volgens Fleur Severijns van de ACM is dit niet alleen oneerlijk tegenover de consument, maar ook tegenover concurrenten die wél netjes de regels volgen. De toezichthouder heeft de overtredende winkels aangeschreven. Vorig jaar kregen ketens als Leen Bakker en Jysk al boetes van boven de een ton voor dit soort praktijken; dat risico lopen de huidige overtreders nu ook.

Ook Bol, Amazon en Wehkamp genoemd

De ACM maakt de namen van de 18 winkels nog niet bekend, omdat zij nog bezwaar mogen maken. De Consumentenbond deed echter eigen onderzoek en noemt man en paard. Volgens de bond gaan onder andere Amazon, Wehkamp en Bol de mist in:

  • Amazon: Adverteert vaak met doorgestreepte adviesprijzen die hoger liggen dan de gangbare verkoopprijs.

  • Wehkamp: De bond vond voorbeelden waarbij de prijs tijdens een 'aanbieding' zelfs hoger lag dan de prijs in de periode ervoor.

  • Bol: Het platform stelt dat de '30-dagen-regel' niet werkt omdat prijzen te snel schommelen. Zij hanteren een eigen 'meestal-prijs', wat volgens de wet ook gebruikt mag worden als vergelijkingsmateriaal voor een korting.

Waarom trappen we erin?

Winkeliers worden steeds creatiever in het verhullen van de werkelijke prijshistorie. Niels Holtrop, universitair docent Marketing, legt aan de NOS uit dat dit een bewust psychologisch spel is. Omdat aanbiedingen vaak tijdelijk zijn, ontstaat er bij consumenten de angst om de deal te missen (Fear Of Missing Out).

Doordat het voor de ACM onmogelijk is om elke (kleine) webshop te controleren, nemen veel winkeliers de gok. "Prijsconcurrentie is een krachtig wapen; klanten zijn er enorm gevoelig voor," aldus Holtrop.

Wat kun je doen?

Controleer zelf of de prijzen van producten niet stiekem zijn verhoord door gebruik te maken van de prijshistorie. Op vergelijkingssites kun je bijvoorbeeld zien wat het prijsverloop van een bepaald product is geweest gedurende een jaar.

Op Kieskeurig.nl kun je bijvoorbeeld de prijsdalers bekijken, hier vind je producten die de afgelopen periode sterk in prijs zijn gedaald.